RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
16 S101-195.<br />
17 Groenewoudt, 2006, 117.<br />
(afb. 4.7). 16 Deze kuil lag in het mid<strong>de</strong>n van een door vierkante mid<strong>de</strong>leeuwse greppels<br />
omsloten zandkop. In het gele <strong>de</strong>kzand teken<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze kuil zich af als een stompovaal<br />
spoor met een doorsne<strong>de</strong> van 2,3 m. De vrijwel horizontale bo<strong>de</strong>m van <strong>de</strong>ze<br />
kuil lag 25-35 cm on<strong>de</strong>r het opgravingsvlak. Aan <strong>de</strong> zijkanten liep <strong>de</strong> kuilwand gebogen<br />
omhoog. De vulling van <strong>de</strong> kuil bestond uit donkerbruingrijs zand met daarin<br />
wat geliger en bruiniger zones. Dui<strong>de</strong>lijke overblijfselen van houtskool wer<strong>de</strong>n hierin<br />
niet waargenomen. Wel was verspreid in <strong>de</strong>ze kuil een grote hoeveelheid scherven<br />
aar<strong>de</strong>werk aanwezig. Op basis van <strong>de</strong>ze vondsten kan dit spoor wor<strong>de</strong>n gedateerd<br />
in <strong>de</strong> gevor<strong>de</strong>r<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>n ijzertijd of <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> late ijzertijd, tussen<br />
circa 350 en 100 v. Chr. Rondom <strong>de</strong>ze kuil lagen veel natuurlijke grondverkleuringen,<br />
die zowel het gevolg zijn van ingegroei<strong>de</strong> boomwortels als van <strong>de</strong> graafactiviteit<br />
van dieren. Vermel<strong>de</strong>nswaardig is <strong>de</strong> aanwezigheid van een dassenburcht<br />
op <strong>de</strong>ze locatie. Deze was herkenbaar als een uitgebreid stelsel van later met akkergrond<br />
opgevul<strong>de</strong> gangen, die uitstulpingen lieten zien op <strong>de</strong> plaatsen van holen<br />
waarin <strong>de</strong> dassen verbleven. De aanwezigheid van een dassenburcht vertelt iets<br />
over het landschap. Dassen hou<strong>de</strong>n zich bij <strong>voor</strong>keur op in halfopen cultuurlandschap<br />
op enige afstand van menselijke woonplaatsen. Dit wijst erop dat <strong>de</strong>ze locatie<br />
wel <strong>de</strong>el uitmaakte van het ingerichte landschap, maar op enige afstand van <strong>de</strong><br />
woonplaatsen lag. 17 Behalve dit soort fenomenen van natuurlijke aard, bevon<strong>de</strong>n<br />
zich binnen een straal van zo’n 5-10 m rondom <strong>de</strong> grote kuil uit <strong>de</strong> ijzertijd nog<br />
enkele sporen waarvan het karakter moeilijk viel te dui<strong>de</strong>n. Dit waren hoofdzakelijk<br />
ron<strong>de</strong> en onregelmatige lichtbruine en lichtgrijze vlekken met een doorsne<strong>de</strong><br />
van 20-80 cm en van een diepte maximaal 20 cm. In <strong>de</strong> meeste gevallen leek het<br />
hierbij eveneens te gaan om natuurlijke verkleuringen, hoewel enkele misschien <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rkanten van paalsporen <strong>voor</strong>stel<strong>de</strong>n. Uit <strong>de</strong>ze sporen zijn geen vondsten<br />
afkomstig. Wanneer dit daadwerkelijk restanten van door mensenhand gegraven<br />
kuilen geweest zijn, is <strong>de</strong> kans groot dat <strong>de</strong>ze gelijktijdig waren met <strong>de</strong> grote vondstrijke<br />
kuil uit <strong>de</strong> ijzertijd. Doordat <strong>de</strong> zandkop is afgetopt, bestaat een reële kans<br />
dat sporen van relatief ondiep ingegraven kuilen geheel zijn verdwenen. Dit bemoeilijkt<br />
<strong>de</strong> interpretatie van <strong>de</strong>ze vindplaats uit <strong>de</strong> ijzertijd aanzienlijk. Gezien <strong>de</strong> geringe<br />
oppervlakte van <strong>de</strong> zandhoogte –nauwelijks 40 bij 40 m– valt uit te sluiten, dat zich<br />
hier een boerenerf heeft bevon<strong>de</strong>n. Daar<strong>voor</strong> is <strong>de</strong> ruimte eenvoudigweg te klein.<br />
Boer<strong>de</strong>rijen ston<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> prehistorie namelijk altijd op plaatsen waar voldoen<strong>de</strong><br />
ruimte was <strong>voor</strong> het aanleggen van een akker. Wel geeft het typische ne<strong>de</strong>rzettingsafval<br />
uit <strong>de</strong> kuil een aanwijzing, dat <strong>de</strong> woonplaats van <strong>de</strong> mensen die dit<br />
materiaal weggooi<strong>de</strong>n nooit ver weg kan hebben gelegen. Vermoe<strong>de</strong>lijk lag <strong>de</strong>ze op<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>kzandhoogte aan <strong>de</strong> zuidkant of <strong>de</strong> westkant van het on<strong>de</strong>rzoeksgebied.<br />
Misschien wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> resten van kapotte potten tegelijk weggedaan met resten<br />
organisch afval, waarvan in <strong>de</strong> droge zandbo<strong>de</strong>m geen overblijfselen bewaard zijn<br />
gebleven. Zo zou<strong>de</strong>n bij<strong>voor</strong>beeld <strong>de</strong> stinken<strong>de</strong> botten met vleesresten van een pas<br />
geslacht dier kunnen zijn samen geraapt met scherven aar<strong>de</strong>werk en buiten <strong>de</strong><br />
woonplaats zijn begraven om stankoverlast te <strong>voor</strong>komen. Maar dit is slechts één van<br />
<strong>de</strong> mogelijke interpretaties van <strong>de</strong>ze vindplaats op <strong>de</strong> Rielerenk.<br />
4.6 Vondsten uit <strong>de</strong> ijzertijd<br />
Een eerste, kleine concentratie aar<strong>de</strong>werk uit <strong>de</strong> ijzertijd was aanwezig rondom en<br />
tussen <strong>de</strong> paalsporen van <strong>de</strong> spieker in werkput 2. Het betreft zo'n twintig scherfjes,<br />
waarvan er vijf zijn verbrand. Deze scherven hebben een licht roodbruine tot<br />
bruingrijze kleur. De dikte van <strong>de</strong> scherven ligt tussen 6 en 10 mm. Dit aar<strong>de</strong>werk<br />
is variabel gemagerd met zand, granietgruis en potgruis. Vanwege hun overwegend<br />
35