VAARIMPRESSIE - De Vaart Yachting

ook voor de andere modellen, is hun zware bouw, de geschiktheid
voor minder aangename weersomstandigheden en de
kruiphoogte die binnen de perken is gebleven.
OntwOrpen rOndOm de nieuwe VOlVO
Kenmerkend voor deze Nimbus is verder de motorkeuze. De
werf begon pas met de ontwikkeling van de boot nadat de nieuwe
D-serie van Volvo Penta op de markt was verschenen. Je
mag dan ook rustig stellen dat de 340 Commander speciaal
rond deze motor is ontworpen. Nimbus heeft van oudsher een
nauwe band met het motormerk en wachtte op de nieuwe serie
omdat Volvo een krachtige, stille motor had beloofd. En dat was
niets teveel gezegd, maar daarover verderop meer. De 340 Commander
moest een één-motor-boot worden met een flinke top,
een aangename kruissnelheid en ook langzaam varend goed te
manoeuvreren. Niet zomaar een boot om mee op te schieten
dus, maar een echte allrounder. Daarom is de boot ook voorzien
van een conventionele schroefas en een roer in plaats van
een hekdrive. Boten met hekdrive zijn per definitie ‘zoekeriger’
op lage snelheden. De motor met V-drive staat onder de kuip in
een aparte motorkist op een zware motorfundatie. Deze heeft
een kern van high density schuim. Divinycell schuim wordt gebruikt
in de romp boven water en in de dekken en opbouw. Onder
water is de romp volglas. De romp heeft een binnenschaal
die als interieurmal dient. Tussen de romp en deze schaal is een
web van stringers, wrangen en verstijvingen geplaatst. Dit geeft
de romp een grote stijfheid.
Het klOpt allemaal precies
Kom je aan boord van de Nimbus 340 Commander, dan moet je
de boot eerst even op je laten inwerken. Het is namelijk helemaal
geen grote boot (ruim 10 meter over alles), maar er zit onvoorstelbaar
veel op, in en aan. En – en daar draait het om – het
klopt bijna allemaal. Vanaf de steiger kun je via de spiegeldeur
of het gangboord de kuip instappen. Maar daar lopen we even
aan voorbij. Eerst gaan we via de schuifdeur de roef in. Die instap
is een van de weinige minpunten aan deze boot. Hij is net
te ondiep waardoor je gerede kans loopt je hoofd te stoten. In
de roef vind je aan bakboord een dinette met U-bank met eronder
bergruimte en een kombuis ertegenover. Over die kombuis
is heel goed nagedacht. Groot (een werkblad van ruim twee meter)
en praktisch (laden met indeling, schuifdeuren in plaats van
klapdeuren achter het aanrecht), zicht en ventilatie en handige
zaken als dubbele, verzonken spoelbakken. Plus een binnenhoogte
van 1,95 meter. Opvallend: handgrepen aan het plafond
en bij de trap. Je ziet dat hier iemand aan het werk is geweest
met ervaring. Ga je vanuit de roef naar voren dan kom je in het
stuurhuisje. Ook weer heel slim ingedeeld. Met een zitje voor
twee aan bakboord en een stuurstoel aan de andere kant. Boven
de stuurstoel een flink dakluik en rechts een schuifdeurtje – niet
groot, maar prima bruikbaar. En achter de stuurstoel weer een
trapje naar de flybridge. Dat trapje is wat krap, maar door de
stuurstoel naar voren te schuiven en wat te draaien ook prima
bruikbaar. Zicht vanaf de stuurstoel naar achteren heb je ook,
omdat je precies over het roefdak heenkijkt. Het klopt allemaal
precies. En opnieuw: stahoogte van 1,90 meter.
Het voorschip is gereserveerd voor twee hutten en de natte cel.
Wederom voldoende stahoogte (het minst in de natte cel: ruim
1,80 meter). En een zeer praktische indeling met slimme oplossingen.
Zoals een schuifdeur in de voorhut, zodat je geen ruimte
opoffert aan een openslaande deur. Of kasten met bergzakken
en mandjes. Of overal hotelschakeling zodat je vanuit je bed de
lichten aan en uit kan doen. Het zijn voorbeelden van de pragmatische
inslag waarmee deze boot is ontwikkeld. De afwerking
met mahonie in combinatie met flink wat licht kunststof zorgt
bovendien voor een licht, sfeervol en tijdloos interieur. Het enige
4
5
6
7
3
4
WATERKAMPIOEN#9 2006 | 21