22.08.2013 Views

Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde

Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde

Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bij een hyper ontstaan er klachten omdat uw bloedglucose te hoog is. Als een hyper lang duurt,<br />

kunt u een keto-acidose of een non-ketotisch coma krijgen. Als u de verschijnselen van een<br />

hyper opmerkt, neemt u de volgende stappen: u test uw bloedglucose, blijft voldoende drinken,<br />

gaat volgens schema door met de insuline of medicijnen, en test na twee uur nog eens. Soms is<br />

de hulp van een arts noodzakelijk, onder meer wanneer de bloedglucose niet voldoende daalt<br />

of wanneer u misselijk wordt.<br />

Algemene informatie<br />

Klachten door een te lage of te hoge bloedglucose: hypo en hyper<br />

Als uw bloedglucose te laag is (minder dan 4 mmol/l) en u krijgt hierdoor klachten, hebt u een<br />

hypoglycemie. Dit wordt ook wel kortweg hypo genoemd.<br />

Als uw bloedglucose te hoog is (meer dan 10 mmol/l) en u krijgt hierdoor klachten, wordt van<br />

hyperglycemie gesproken. Kortweg: hyper.<br />

Daarnaast zijn er nog enkele andere ontregelingen: de keto-acidose (verzuring van het lichaam)<br />

en het non-ketotisch coma. In die gevallen is uw bloedglucose langere tijd veel te hoog. Ketoacidose<br />

en non-ketotisch coma komen minder vaak voor en meestal alleen bij <strong>type</strong> 1 <strong>diabetes</strong>.<br />

Is elke uitschieter een ontregeling?<br />

Eigenlijk is elke uitschieter naar onder of boven een ontregeling. Omdat u niet van elke<br />

uitschieter last hebt, wordt echter niet elke keer van een ontregeling gesproken. Pas als u<br />

klachten hebt door een uitschieter wordt dit een ‘ontregeling’ genoemd.<br />

Bij uitschieters kan het nodig zijn in te grijpen en ervoor te zorgen dat de bloedglucose weer<br />

normaal wordt. Als u bij een uitschieter snel ingrijpt is de kans groot dat u een echte ontregeling<br />

met klachten kunt voorkomen.<br />

Het kan ook nog zijn dat een uitschieter altijd op een bepaald moment van de dag of alleen in<br />

bepaalde situaties voorkomt. In die gevallen is het nodig de behandeling aan te passen, ook als<br />

u verder geen klachten hebt. Met de behandeling aanpassen bedoelen we bijvoorbeeld: meer of<br />

minder insuline gaan gebruiken, de tabletten op andere tijden gebruiken, op een vast moment<br />

wat extra’s eten enzovoort.<br />

Spreek met uw arts af wat u bij een ontregeling moet doen<br />

Probeer met uw arts af te spreken wat u in bepaalde situaties het beste kunt doen. Door de<br />

adviezen uit te proberen leert u gaandeweg om ontregelingen zo veel mogelijk te voorkómen.<br />

Vervelende gevolgen kunt u voorkómen door goed te reageren<br />

Vaak kan worden voorkómen dat een ontregeling vervelende gevolgen heeft. Dit lukt het beste<br />

als u snel door hebt dat u een ontregeling hebt, en als u goed weet welke maatregelen dan<br />

nodig zijn.<br />

Neem voorzorgsmaatregelen om problemen te voorkómen<br />

Als u een ontregeling kunt herkennen en weet wat u moet doen, bent u al heel ver. Daarnaast is<br />

het aan te raden een paar voorzorgsmaatregelen te nemen. We noemen er hier drie:<br />

1. Draag altijd een zogenaamd <strong>diabetes</strong>-setje bij u. Hierin bevinden zich in elk geval:<br />

benodigdheden voor zelfcontrole, insuline of tabletten, glucosetabletten (dextrose,<br />

druivensuiker), glucosedrankjes of eventueel glucagon.<br />

2. Het kan zijn dat u door een ontregeling uw bewustzijn verliest. Zorg er daarom voor dat<br />

anderen snel te weten kunnen komen dat u <strong>diabetes</strong> hebt, en wat zij voor u kunnen doen.<br />

Noteer een aantal gegevens dat met uzelf en uw <strong>diabetes</strong> te maken heeft. Bijvoorbeeld: uw

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!