Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde

Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde Zorgboek diabetes type 1 - Bvvde

22.08.2013 Views

Emotionele gevolgen Ook emotionele gevolgen komen voor. Misschien vindt u het moeilijk te verwerken dat uw partner een aandoening heeft die veel klachten met zich meebrengt. Of misschien maakt u zich zorgen over wat de toekomst allemaal zal brengen. Misschien heeft uw partner wel veel emotionele steun nodig. Het valt namelijk niet mee om elke dag maar weer te testen en te spuiten of tabletten te nemen. Iemand zal deze steun vaak vooral van de partner verwachten. Kortom, leven met iemand die diabetes heeft kan veel van u vragen. Het kan zijn dat u daarmee af en toe moeite hebt. Gelukkig staat hier vaak ook wat tegenover: omdat u zich samen door moeilijke perioden slaat, kan uw band beter en sterker worden. “In het begin besefte ik niet echt dat mijn leven ook anders zou worden. Ik dacht alleen maar aan mijn vriendin, dat ze diabetes had, wat dat voor háár zou betekenen. Pas later drong het tot me door dat ik ook met diabetes te maken heb. Meestal gaat het om kleine dingetjes. Laatst liepen we langs de McDonalds en kreeg ik trek. Maar omdat ik wist dat mijn vriendin haar insulinepen niet bij zich had, ben ik er niet over begonnen. Ik ga geen broodje hamburger eten als zij dat niet kan doen. Nou ja, dat is toch geen ramp?...” Steun geven Adviezen: hoe kunt u iemand met diabetes helpen? Zo zijn er allerlei voorbeelden te bedenken. Als u merkt dat u niet goed wee hoe u kunt helpen, hebt u misschien iets aan de volgende tips: Maak afspraken over wat u wel en niet voor uw partner doet. U weet dan in elk geval waar u aan toe bent. Bedenk dat uw partner uiteindelijk zelf verantwoordelijk is voor zijn gezondheid. U kunt hem steunen en helpen, maar hij is degene die diabetes heeft en daarmee moet leren leven. U kunt nooit het leven van de ander overnemen. Probeer uw partner daarom niet te veel ‘volgens het boekje’ te laten leven. Uw partner is verantwoordelijk voor zijn eigen leven en u bent dat voor Uw leven. Het is daarom niet nodig dat u zichzelf steeds wegcijfert. Het kan prettig zijn wanneer u in hetzelfde ritme als uw partner leeft (op dezelfde tijden eten enzovoort). Maar dit hoeft niet. Doe dit alleen als u dit zelf prettig vindt. Als u het bijvoorbeeld vervelend vindt om altijd op vaste tijden te eten, kunt u dat beter niet doen. Waarschijnlijk houdt u het toch niet vol en uw partner zal merken dat u het vervelend vindt. In dat geval bent u uiteindelijk verder van huis. Vooral in het begin bent u misschien bang voor een hypo of een andere ontregeling. Probeer deze angst niet te groot te laten worden. Een hypo of een andere ontregeling is vervelend, maar altijd vrij makkelijk en goed te behandelen. Waarschijnlijk zal uw partner in het begin veel moeite hebben als hij in gezelschap moet spuiten, of als hij zich daarvoor even terugtrekt. U kunt dan helpen door aan anderen uit te leggen waarom hij dit doet en dat ze niet hoeven te schrikken. Ook bij een hypo of andere ontregeling kunt u anderen op deze manier geruststellen. Zo voorkomt u dat uw partner het middelpunt wordt van schrik of paniek. U bent een grote steun voor uw partner als u weet wat u in noodsituaties moet doen, bijvoorbeeld bij ontregelingen. Als uw partner weet dat u in een noodsituatie kunt helpen, zal deze zich waarschijnlijk minder bang en onzeker voelen. Helpen is vaak een kwestie van geven en nemen Het komt er op neer dat het een zaak van geven en nemen is. Uw partner past zich een beetje aan en u past zich een beetje aan. Zolang u allebei uw best doet om zich aan te passen, zult u meestal wel een goede manier vinden om met de diabetes om te gaan.

Laat de diabetes het leven niet overheersen De diabetes is vervelend, maar niet het einde van de wereld. Als u de informatie die u hier vindt leest, zult u snel ontdekken dat er veel gedaan kan worden om ondanks de diabetes toch een leuk en prettig leven te leiden. Dit geldt niet alleen voor degene met diabetes, maar ook voor u zelf. U wordt regelmatig aan de diabetes herinnerd, bijvoorbeeld als uw partner insuline spuit of tabletten gebruikt, maar meestal bent u bezig met de gewone dingen: uw werk, het huishouden, de kinderen, een hobby of sport enzovoort. Het kan helpen als u zich bewust op die dagelijkse dingen richt en niet steeds maar aan de diabetes denkt. In het begin zult u daar waarschijnlijk moeite mee hebben, maar probeer de diabetes niet alles te laten overheersen. “Ik sta vaak versteld van mijn ouders. Die hebben allebei op latere leeftijd diabetes gekregen, binnen een jaar, maar ze maken er absoluut geen punt van. Ja, zegt mijn moeder dan, natuurlijk is het vervelend, maar er zijn wel meer dingen in het leven die vervelend zijn en wat helpt het om te gaan zitten somberen? Ik denk veel liever aan de dingen die we nog wél kunnen... Ik geloof niet dat ze hun leven veel hebben aangepast. Ja, ze moeten testen en opletten op wat ze eten, maar verder leven ze eigenlijk zoals ze dat altijd deden: zoveel mogelijk genieten van wat ze doen, elke dag weer... Soms kan ik daar echt jaloers op zijn.” Er kunnen problemen ontstaan wanneer u iemand helpt Het blijkt dat er soms problemen ontstaan als mensen een ander proberen te helpen. Hier beschrijven we een paar van die problemen. Daarna beschrijven wat u kunt doen om zulke problemen te voorkómen. De ander kan afhankelijk van u worden Een partner met diabetes kan zich afhankelijk van u gaan voelen. Door de diabetes voelt hij zich misschien angstig en onzeker. Hij zal dan bij u steun proberen te zoeken. Soms slaat dit wat door: hij gaat dan afhankelijk worden. Bijvoorbeeld: uw partner wil niet meer in z’n eentje dingen doen, maar alleen als u meegaat. Uw verhouding wordt op die manier ongelijkwaardig: u wordt eigenlijk de ‘hulpverlener’ en uw ‘partner’ de ‘patiënt’. U behandelt uw partner als een kind (‘betuttelen’) Soms gaan mensen hun partner behandelen als een kind. Bijvoorbeeld: u gaat allerlei dingen voor uw partner doen die hij zelf ook kan, u geeft hem voortdurend allerlei raad en advies of u let er steeds op dat hij zich aan de voedingsadviezen houdt. Misschien is dit goed bedoeld, maar te veel steun kan averechts werken. Uw partner kan zich gemakkelijk ‘betutteld’ gaan voelen. “Mijn dochter maakte zich vreselijk druk om mijn diabetes. Ze begon me bijvoorbeeld elke dag te bellen, terwijl ze dat nooit deed. Of ze kwam onverwacht langs, iets wat ze ook nooit deed. Ze vroeg wat ik gegeten had, hoe ik me voelde, hoe het met het spuiten ging, ze gaf allerlei ongevraagde adviezen... Nou ja, ik heb het een tijdje aangezien, maar toen ben ik maar eens met d’r gaan praten. Ja, het gaat nu beter. Volgens mij komt dat ook door haar man. Die is heel nuchter. Het zou me niets verbazen als die haar af en toe verbood om me op te bellen...” U krijgt weinig waardering voor uw steun Het kan zijn dat uw steun soms niet wordt gewaardeerd. Bijvoorbeeld: plotseling krijgt u allerlei verwijten naar het hoofd geslingerd. Dit kan verschillende redenen hebben. Uw partner kan bijvoorbeeld een te hoge of lage bloedglucose hebben en daardoor geïrriteerd zijn. Of misschien voelt hij zich te afhankelijk, te veel een ‘patiënt’. En het kan ook gewoon zijn dat hij een slechte bui heeft, om welke reden dan ook, en dat u de klappen krijgt omdat u nu eenmaal in de buurt bent.

Laat de <strong>diabetes</strong> het leven niet overheersen<br />

De <strong>diabetes</strong> is vervelend, maar niet het einde van de wereld. Als u de informatie die u hier vindt<br />

leest, zult u snel ontdekken dat er veel gedaan kan worden om ondanks de <strong>diabetes</strong> toch een leuk<br />

en prettig leven te leiden. Dit geldt niet alleen voor degene met <strong>diabetes</strong>, maar ook voor u zelf.<br />

U wordt regelmatig aan de <strong>diabetes</strong> herinnerd, bijvoorbeeld als uw partner insuline spuit of<br />

tabletten gebruikt, maar meestal bent u bezig met de gewone dingen: uw werk, het huishouden,<br />

de kinderen, een hobby of sport enzovoort. Het kan helpen als u zich bewust op die dagelijkse<br />

dingen richt en niet steeds maar aan de <strong>diabetes</strong> denkt. In het begin zult u daar waarschijnlijk<br />

moeite mee hebben, maar probeer de <strong>diabetes</strong> niet alles te laten overheersen.<br />

“Ik sta vaak versteld van mijn ouders. Die hebben allebei op latere leeftijd <strong>diabetes</strong> gekregen,<br />

binnen een jaar, maar ze maken er absoluut geen punt van. Ja, zegt mijn moeder dan,<br />

natuurlijk is het vervelend, maar er zijn wel meer dingen in het leven die vervelend zijn en wat<br />

helpt het om te gaan zitten somberen? Ik denk veel liever aan de dingen die we nog wél<br />

kunnen... Ik geloof niet dat ze hun leven veel hebben aangepast. Ja, ze moeten testen en<br />

opletten op wat ze eten, maar verder leven ze eigenlijk zoals ze dat altijd deden: zoveel<br />

mogelijk genieten van wat ze doen, elke dag weer... Soms kan ik daar echt jaloers op zijn.”<br />

Er kunnen problemen ontstaan wanneer u iemand helpt<br />

Het blijkt dat er soms problemen ontstaan als mensen een ander proberen te helpen. Hier<br />

beschrijven we een paar van die problemen. Daarna beschrijven wat u kunt doen om zulke<br />

problemen te voorkómen.<br />

De ander kan afhankelijk van u worden<br />

Een partner met <strong>diabetes</strong> kan zich afhankelijk van u gaan voelen. Door de <strong>diabetes</strong> voelt hij<br />

zich misschien angstig en onzeker. Hij zal dan bij u steun proberen te zoeken. Soms slaat dit<br />

wat door: hij gaat dan afhankelijk worden. Bijvoorbeeld: uw partner wil niet meer in z’n eentje<br />

dingen doen, maar alleen als u meegaat. Uw verhouding wordt op die manier ongelijkwaardig: u<br />

wordt eigenlijk de ‘hulpverlener’ en uw ‘partner’ de ‘patiënt’.<br />

U behandelt uw partner als een kind (‘betuttelen’)<br />

Soms gaan mensen hun partner behandelen als een kind. Bijvoorbeeld: u gaat allerlei dingen<br />

voor uw partner doen die hij zelf ook kan, u geeft hem voortdurend allerlei raad en advies of u<br />

let er steeds op dat hij zich aan de voedingsadviezen houdt.<br />

Misschien is dit goed bedoeld, maar te veel steun kan averechts werken. Uw partner kan zich<br />

gemakkelijk ‘betutteld’ gaan voelen.<br />

“Mijn dochter maakte zich vreselijk druk om mijn <strong>diabetes</strong>. Ze begon me bijvoorbeeld elke<br />

dag te bellen, terwijl ze dat nooit deed. Of ze kwam onverwacht langs, iets wat ze ook nooit<br />

deed. Ze vroeg wat ik gegeten had, hoe ik me voelde, hoe het met het spuiten ging, ze gaf<br />

allerlei ongevraagde adviezen... Nou ja, ik heb het een tijdje aangezien, maar toen ben ik<br />

maar eens met d’r gaan praten. Ja, het gaat nu beter. Volgens mij komt dat ook door haar<br />

man. Die is heel nuchter. Het zou me niets verbazen als die haar af en toe verbood om me<br />

op te bellen...”<br />

U krijgt weinig waardering voor uw steun<br />

Het kan zijn dat uw steun soms niet wordt gewaardeerd. Bijvoorbeeld: plotseling krijgt u allerlei<br />

verwijten naar het hoofd geslingerd. Dit kan verschillende redenen hebben. Uw partner kan<br />

bijvoorbeeld een te hoge of lage bloedglucose hebben en daardoor geïrriteerd zijn. Of<br />

misschien voelt hij zich te afhankelijk, te veel een ‘patiënt’. En het kan ook gewoon zijn dat hij<br />

een slechte bui heeft, om welke reden dan ook, en dat u de klappen krijgt omdat u nu eenmaal<br />

in de buurt bent.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!