Informatiebrochure financiële instrumenten - BNP Paribas Fortis
Informatiebrochure financiële instrumenten - BNP Paribas Fortis
Informatiebrochure financiële instrumenten - BNP Paribas Fortis
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
3.2.3. Risico’s<br />
• Het risico op insolventie van de emittent varieert sterk van<br />
de ene obligatie tot de andere. Het is zo goed als<br />
onbestaande voor overheidsobligaties van OESO-landen<br />
(staatswaarborg), voor obligaties uitgegeven door<br />
supranationale instellingen en doorgaans ook voor uitgiften<br />
waarvoor de emittent een kwaliteitsrating kreeg<br />
(investment grade). In deze gevallen bestaat er zo goed als<br />
geen twijfel over terugbetaling van het kapitaal op de<br />
einddatum. In het geval van ‘non investment grade’<br />
-obligaties daarentegen, stijgt het risico van insolventie van<br />
de schuldenaar en dus het risico van niet-betaling,<br />
aanzienlijk. Dit risico stijgt naarmate de kwaliteit van de<br />
rating daalt. Ratingagentschappen zijn echter niet<br />
onfeilbaar en af en toe treden er fouten op.<br />
• Het risico van insolventie van de emittent is groter bij<br />
achtergestelde obligaties. Als de emittent in moeilijkheden<br />
verkeert, wordt de achtergestelde obligatie pas terugbetaald<br />
na aflossing van alle ‘normale’ schulden en net voor de<br />
aandeelhouders.<br />
• Het risico dat de emittent de regelmatige interesten van de<br />
lening niet betaalt, volgt dezelfde regels als het risico van<br />
niet-betaling op de einddatum van de lening.<br />
• De liquiditeit van de lening, en dus de mogelijkheid om een<br />
lening tijdens de levensduur ervan te kopen of verkopen, is<br />
zeer variabel. Ze hangt hoofdzakelijk af van het bedrag van<br />
de uitgifte (hoe groter de uitgifte, hoe efficiënter de<br />
secundaire markt), het transactievolume en het type van<br />
emittent (staatsobligaties kunnen tijdens hun levensduur<br />
meestal gemakkelijker verhandeld worden dan leningen van<br />
individuele ondernemingen). De liquiditeit van de<br />
secundaire markt is soms ook zeer zwak voor effecten in<br />
weinig courante munten.<br />
• Het wisselrisico hangt af van de valuta waarin de lening is<br />
uitgegeven. Het is ook aanwezig bij de betaling van iedere<br />
coupon. Voor een Europese belegger uit de eurozone is dit<br />
risico onbestaande voor leningen in euro. Voor valuta’s die<br />
verbonden zijn aan de eenheidsmunt is het laag. Voor de<br />
andere valuta’s daarentegen is het aanzienlijk. In principe is<br />
er een omgekeerde verhouding (vooral op lange termijn)<br />
tussen het rentetarief en de stabiliteit van de buitenlandse<br />
munt (een munt met een hoger rentetarief dan een andere<br />
vertoont de neiging om aan waarde te verliezen ten<br />
opzichte van die munt).<br />
• Het renterisico, dat tot een minderwaarde voor de houder<br />
van de obligatie kan leiden, is groot. De waarde van een<br />
obligatie daalt immers als de marktrente stijgt (wat nieuwe<br />
emissies aantrekkelijker maakt). De waarde van de obligatie<br />
zal immers dalen tot op een niveau waarop het rendement<br />
(de interest vergeleken met de koers) gelijk zal zijn aan het<br />
rendement van een nieuwe obligatie die wordt uitgegeven<br />
(over het algemeen tegen pari) op de primaire markt.<br />
Bijgevolg is het vermogen om te dalen groter naarmate de<br />
resterende looptijd van de obligatie (tijd tot de einddatum)<br />
langer is.<br />
• Het volatiliteitsrisico hangt eveneens af van de resterende<br />
looptijd van de obligatie (hoe verder de einddatum<br />
verwijderd is, hoe gevoeliger de obligatie voor<br />
renteschommelingen) en van de evolutie van de <strong>financiële</strong><br />
situatie van de emittent (de obligatiekoers reageert negatief<br />
op een verslechtering van de rating van de emittent of het<br />
risico dat die verslechtert).<br />
• Sommige obligaties kunnen van een calloptie voorzien<br />
worden. Dit laat de emittent toe de lening vroegtijdig terug<br />
te betalen tegen een koers en op een datum die worden<br />
vastgelegd op het moment van de uitgifte. De emittent<br />
maakt meestal gebruik van deze mogelijkheid als de lange<br />
rente sterk gezakt is ten opzichte van die van de obligatie.<br />
Dit vormt ook een risico voor de houder van de obligatie in<br />
die zin dat aantrekkelijke voorwaarden (die van de<br />
aangehouden lening) hem zo ontzegd kunnen worden en hij<br />
verplicht wordt te herbeleggen tegen marktvoorwaarden<br />
(die dus minder aantrekkelijk zijn).<br />
3.3. Andere types van obligaties<br />
Sommige obligaties hebben andere eigenschappen dan degene<br />
die hierboven werden opgesomd voor de zogenaamd<br />
‘traditionele’ obligaties. Deze karakteristieken kunnen de voor-<br />
en nadelen van de obligaties aanzienlijk wijzigen.<br />
Wij stellen hierna een aantal obligaties voor met<br />
uiteenlopende kenmerken. Er kunnen altijd nieuwe types<br />
worden gecreëerd.<br />
3.3.1. Nulcouponobligaties (zerobonds)<br />
A. Omschrijving<br />
Deze obligaties bieden geen betaling van een jaarlijkse<br />
interest, maar de rente wordt gekapitaliseerd tot aan de<br />
einddatum. De uitgifteprijs ligt veel lager dan de<br />
terugbetalingsprijs, want hij vertegenwoordigt de nominale<br />
waarde geactualiseerd op grond van de uitgiftedatum en de<br />
vastgestelde interest. Bijvoorbeeld: een nulcouponobligatie<br />
met een nominale waarde van EUR 100 en een rendement op<br />
10 jaar van 10%, heeft een uitgifteprijs van 38,55%. Omgekeerd<br />
kan je stellen dat een investering van EUR 38,55 vandaag,<br />
tegen een samengestelde rentevoet van 10%, over 10 jaar<br />
EUR 100 waard is.<br />
Wij verwijzen u naar punten 3.1 en 3.2 voor de omschrijving,<br />
voordelen, nadelen en risico’s van obligaties in het<br />
algemeen.<br />
<strong>Informatiebrochure</strong> <strong>financiële</strong> <strong>instrumenten</strong><br />
27