23 Maart Simson de Sterke Man - God
23 Maart Simson de Sterke Man - God
23 Maart Simson de Sterke Man - God
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Simson</strong> <strong>de</strong> <strong>Sterke</strong> <strong>Man</strong><br />
<strong>23</strong> <strong>Maart</strong> ☼<br />
De eenvoudige reinheid en lief<strong>de</strong> van Ruth zijn slechts een kalm tussenspel in het gewelddadige tijdperk van<br />
<strong>de</strong> “rechters”. Hoewel <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> Israëliet nog steeds probeert om zijn land vredig te bewerken, is het nog<br />
steeds noodzakelijk om strijd te leveren tegen <strong>de</strong> plun<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> Filistijnen. Vanuit hun hoogst beschaaf<strong>de</strong><br />
kustste<strong>de</strong>n hebben <strong>de</strong> Filistijnen zich met gemak door Kanaän weten te begeven, misschien wel vanwege hun<br />
overvloedig gebruik van ijzer, zowel in landbouwwerktuigen als in oorlogstuig. Hun uitzon<strong>de</strong>rlijk sterke leger lijkt<br />
te vragen om een uitzon<strong>de</strong>rlijk sterke reactie, en <strong>de</strong>ze reactie komt in <strong>de</strong> gedaante van een Daniet genaamd<br />
<strong>Simson</strong>.<br />
<strong>Simson</strong> is uniek on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> “rechters”, omdat hij geen legers leidt maar in zijn eentje te werk gaat,<br />
gebruikmakend van <strong>de</strong> bovennatuurlijke kracht die <strong>God</strong> hem gegeven heeft. Ondanks het feit dat hij al sinds<br />
zijn geboorte gebon<strong>de</strong>n is aan een Nazireeërgelofte heeft <strong>Simson</strong> een extreem zinnelijke natuur en een<br />
stormachtig karakter – hij kan nauwelijks gezien wor<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> rechtvaardige lei<strong>de</strong>r die men zou verwachten.<br />
Desondanks gebruikt <strong>God</strong> hem door mid<strong>de</strong>l van opwin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> persoonlijke hel<strong>de</strong>nda<strong>de</strong>n om duizen<strong>de</strong>n<br />
Filistijnen in <strong>de</strong> problemen te brengen en te vernietigen. Helaas komt <strong>Simson</strong> zelf, door zijn zwakte voor<br />
hei<strong>de</strong>nse vrouwen, uitein<strong>de</strong>lijk op tragische wijze om het leven.<br />
Rich. 13:1<br />
(1090-1050<br />
v.C.?)<br />
ONDERDRUKKING DOOR FILISTIJNEN. En weer zondig<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Israëlieten tegen <strong>de</strong> HERE door<br />
afgo<strong>de</strong>n te aanbid<strong>de</strong>n. Daarom liet <strong>de</strong> HERE toe dat zij veertig jaar lang door <strong>de</strong> Filistijnen<br />
wer<strong>de</strong>n overheerst.<br />
Rich. 13:2-5 NAZIREEERKIND BELOOFD. Op een dag verscheen <strong>de</strong> Engel van <strong>de</strong> HERE aan <strong>de</strong> vrouw van<br />
<strong>Man</strong>oah van <strong>de</strong> stam Dan; zij woon<strong>de</strong> in <strong>de</strong> stad Zora. De Engel zei tegen <strong>de</strong>ze vrouw, die geen<br />
kin<strong>de</strong>ren had: "U bent lang onvruchtbaar geweest, maar nu zult u in verwachting raken en een<br />
zoon krijgen. Denk erom dat u geen wijn of sterke drank drinkt en dat u niets eet, dat onrein is.<br />
Het haar van uw zoon mag nooit wor<strong>de</strong>n geknipt, want hij zal vanaf zijn geboorte een Nazireeër,<br />
een speciale dienaar van <strong>God</strong> zijn. Hij zal <strong>de</strong> aanzet geven tot <strong>de</strong> bevrijding van Israël uit <strong>de</strong><br />
macht van <strong>de</strong> Filistijnen."<br />
Rich. 13:6,7 VROUW VERTELT HET AAN MANOAH. De vrouw haastte zich naar haar man om het hem te<br />
vertellen. "Er is een <strong>Man</strong> van <strong>God</strong> bij mij geweest", zei ze. "Ik <strong>de</strong>nk dat het <strong>de</strong> Engel van <strong>God</strong><br />
was, want Hij zag er zeer indrukwekkend uit. Ik heb niet gevraagd waar Hij vandaan kwam en Hij<br />
heeft mij Zijn naam niet gezegd. Hij zei tegen mij: 'U zult een zoon krijgen!' En Hij zei ook dat ik<br />
geen wijn of sterke drank mocht drinken en niets mocht eten wat niet rein was. Want <strong>de</strong> baby zal<br />
een Nazireeër zijn; hij zal aan <strong>God</strong> zijn gewijd vanaf het moment van zijn geboorte tot <strong>de</strong> dag,<br />
waarop hij sterft!"<br />
Rich. 13:8-14 ENGEL GEEFT AANWIJZINGEN. Toen bad <strong>Man</strong>oah: "Och Here, laat alstublieft die <strong>Man</strong> van <strong>God</strong><br />
nog eens terugkomen om ons te vertellen wat we moeten doen met het kind dat zal wor<strong>de</strong>n<br />
geboren."<br />
<strong>God</strong> verhoor<strong>de</strong> het gebed en <strong>de</strong> Engel van <strong>God</strong> kwam opnieuw bij <strong>de</strong> vrouw, toen ze in het veld<br />
was. Maar ze was weer alleen, <strong>Man</strong>oah was niet bij haar; daarom ren<strong>de</strong> ze vlug naar haar man<br />
en zei: "Diezelf<strong>de</strong> <strong>Man</strong> is er weer!"<br />
<strong>Man</strong>oah ging meteen met haar mee en vroeg, toen ze bij <strong>de</strong> <strong>Man</strong> waren gekomen: "Bent u <strong>de</strong><br />
<strong>Man</strong>, Die onlangs met mijn vrouw heeft gesproken?"<br />
"Ja, dat ben Ik", antwoord<strong>de</strong> Hij.<br />
Toen vroeg <strong>Man</strong>oah Hem: "Kunt u ons nog meer vertellen over hoe we <strong>de</strong> jongen moeten<br />
opvoe<strong>de</strong>n wanneer hij eenmaal is geboren?"<br />
De Engel van <strong>de</strong> HERE antwoord<strong>de</strong>: "Zorg ervoor dat uw vrouw zich houdt aan wat Ik haar heb<br />
gezegd. Zij mag niets eten van <strong>de</strong> wijnstok (dus geen druiven of rozijnen) en geen wijn of sterke<br />
drank drinken of iets eten wat onrein is. Zij moet zich stipt hou<strong>de</strong>n aan wat Ik haar heb gebo<strong>de</strong>n."<br />
Rich. 13:15-<strong>23</strong> ENGEL VERTREKT OP WONDERBAARLIJKE WIJZE. Toen zei <strong>Man</strong>oah tegen <strong>de</strong> Engel van <strong>de</strong><br />
HERE: "Blijf alstublieft nog even hier, dan zullen wij iets te eten voor U halen."<br />
"Ik wil wel blijven", antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> Engel van <strong>de</strong> HERE, "maar zal niets eten. Maar als u toch iets<br />
wilt geven, breng het dan als brandoffer aan <strong>de</strong> HERE." (<strong>Man</strong>oah besefte immers nog niet dat
het <strong>de</strong> Engel van <strong>de</strong> HERE was).<br />
Toen vroeg <strong>Man</strong>oah Hem hoe Hij heette. "Want als dit allemaal uitkomt en <strong>de</strong> baby is geboren",<br />
zei hij, "dan willen we ie<strong>de</strong>reen vertellen dat U het hebt voorspeld!"<br />
"Waarom wilt u mijn naam weten?" antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> Engel, "die is onuitsprekelijk."<br />
Toen offer<strong>de</strong> <strong>Man</strong>oah op een rots een geitebokje en een spijsoffer aan <strong>de</strong> HERE. En terwijl<br />
<strong>Man</strong>oah en zijn vrouw toekeken, gebeur<strong>de</strong> er een won<strong>de</strong>r. Toen het vuur op het altaar hoog<br />
oplaai<strong>de</strong>, steeg <strong>de</strong> Engel (voor <strong>de</strong> ogen van <strong>Man</strong>oah en zijn vrouw) in het vuur omhoog! <strong>Man</strong>oah<br />
en zijn vrouw wierpen zich plat op <strong>de</strong> grond. Dat was het laatste dat ze ooit van Hem zagen.<br />
<strong>Man</strong>oah was <strong>de</strong> eerste die besefte dat het <strong>de</strong> Engel van <strong>de</strong> HERE was geweest.<br />
"Wij zullen sterven", riep hij tegen zijn vrouw, "want we hebben <strong>God</strong> gezien!"<br />
Maar zijn vrouw zei: "Als <strong>de</strong> HERE ons had willen do<strong>de</strong>n, zou Hij ons brand- en spijsoffer niet<br />
hebben geaccepteerd en niet aan ons zijn verschenen of ons <strong>de</strong>ze geweldige belofte hebben<br />
gegeven en <strong>de</strong>ze won<strong>de</strong>ren hebben gedaan."<br />
Rich. 13:24,25 SIMSON GEBOREN EN OPGEVOED. Toen hun zoon werd geboren, noem<strong>de</strong>n zij hem <strong>Simson</strong>. De<br />
jongen groei<strong>de</strong> op on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zegen van <strong>de</strong> HERE. En <strong>de</strong> Geest van <strong>de</strong> HERE leid<strong>de</strong> hem steeds<br />
weer naar het legerkamp van Dan tussen <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n Zora en Estaol.<br />
Rich. 14:1-4<br />
Timna<br />
SIMSON VRAAGT OM VROUW. Op een keer kwam <strong>Simson</strong> in Timna en ontmoette daar een<br />
Filistijns meisje. Hij ging naar huis en zei tegen zijn ou<strong>de</strong>rs dat hij met dat meisje wil<strong>de</strong> trouwen.<br />
Maar zijn ou<strong>de</strong>rs had<strong>de</strong>n bezwaar tegen dat huwelijk. "Waarom trouw je niet met een Joods<br />
meisje?" zei<strong>de</strong>n ze. "Waarom kies je juist een meisje van die hei<strong>de</strong>nse en onbesne<strong>de</strong>n<br />
Filistijnen? Is er bij het volk Israël niet één meisje met wie je zou willen trouwen?"<br />
Maar <strong>Simson</strong> zei tegen zijn va<strong>de</strong>r: "Ik wil niemand an<strong>de</strong>rs dan haar. Ga haar voor mij halen." Zijn<br />
ou<strong>de</strong>rs wisten echter niet dat <strong>de</strong> HERE dit zo had geleid, want Hij zocht een gelegenheid om iets<br />
tegen <strong>de</strong> Filistijnen te doen, die in die tijd Israël bezet hiel<strong>de</strong>n.<br />
Rich. 14:5-9 SIMSON DOODT LEEUW. Toen <strong>Simson</strong> met zijn ou<strong>de</strong>rs naar Timna reis<strong>de</strong>, werd hij bij <strong>de</strong><br />
wijngaar<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> rand van <strong>de</strong> stad aangevallen door een jonge leeuw, die brullend op hem<br />
afsprong. Op dat moment kwam <strong>de</strong> Geest van <strong>de</strong> HERE over hem en aangezien hij geen wapen<br />
bij zich had, greep hij <strong>de</strong> leeuw bij zijn kaken en scheur<strong>de</strong> hem in tweeën alsof het een bokje<br />
was! Maar hij vertel<strong>de</strong> het niet aan zijn ou<strong>de</strong>rs. Nadat hij in Timna was aangekomen, ging hij met<br />
het meisje praten en hij mocht haar graag; daarom wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> voorbereidingen voor een huwelijk<br />
getroffen.<br />
Na enige tijd ging hij terug voor <strong>de</strong> bruiloft. On<strong>de</strong>rweg keek hij nog even bij <strong>de</strong> do<strong>de</strong> leeuw. Er<br />
bleek een bijenzwerm in te zitten en er was ook honing. Hij nam wat honing en liep al etend<br />
ver<strong>de</strong>r. Hij gaf ook wat aan zijn ou<strong>de</strong>rs, maar vertel<strong>de</strong> hun niet waar het vandaan kwam.<br />
Rich. 14:10-14 RAADSEL TIJDENS HUWELIJKSFEEST. Terwijl zijn va<strong>de</strong>r bezig was met <strong>de</strong> laatste voorbereidingen<br />
voor het huwelijk, gaf <strong>Simson</strong> een groot feest voor <strong>de</strong>rtig jongemannen uit <strong>de</strong> stad, zoals in die<br />
tijd gebruikelijk was.<br />
Toen <strong>Simson</strong> vroeg of zij een raadsel wil<strong>de</strong>n horen, waren zij daar best voor te vin<strong>de</strong>n. "Als jullie<br />
mijn raadsel kunnen oplossen binnen <strong>de</strong> zeven dagen van het bruiloftsfeest", zei hij, "dan zal ik<br />
jullie <strong>de</strong>rtig stel boven en on<strong>de</strong>rkleren geven. Maar als jullie <strong>de</strong> oplossing niet weten, moeten<br />
jullie al die kleren aan mij geven!"<br />
"Goed", zei<strong>de</strong>n <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren. "Vertel het raadsel maar."<br />
En dit was zijn raadsel:<br />
"Voedsel kwam uit <strong>de</strong> eter<br />
en zoetigheid uit <strong>de</strong> sterke!"<br />
Drie dagen later had<strong>de</strong>n ze nog steeds <strong>de</strong> oplossing niet gevon<strong>de</strong>n.<br />
Rich. 14:15-17 VROUW DRINGT AAN OP ANTWOORD. Op <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> dag zei<strong>de</strong>n ze tegen zijn jonge vrouw:<br />
"Probeer het antwoord van je man los te krijgen, an<strong>de</strong>rs zullen we je va<strong>de</strong>rs huis met jou erin<br />
platbran<strong>de</strong>n! Heb je ons soms op dit feest uitgenodigd om ons arm te maken?"<br />
Toen barstte <strong>Simson</strong>s vrouw in tranen uit en verweet haar man: "Je houdt helemaal niet van me,<br />
je geeft niets om me. Want je hebt mijn volk een raadsel opgegeven en mij <strong>de</strong> oplossing niet<br />
eens verteld!"<br />
"Ik heb het zelfs niet aan mijn ou<strong>de</strong>rs verteld; waarom dan wel aan jou?" antwoord<strong>de</strong> hij. Maar<br />
steeds als zij bij hem was, huil<strong>de</strong> ze en dat hield ze <strong>de</strong> rest van het bruiloftsfeest vol. Tenslotte,
op <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag, vertel<strong>de</strong> hij haar het antwoord en zij verklapte het onmid<strong>de</strong>llijk aan <strong>de</strong><br />
jongemannen.<br />
Rich. 14:18-20 SIMSON DOODT DERTIG MANNEN. Toen, op <strong>de</strong> zeven<strong>de</strong> dag, voor het donker werd, vertel<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
jongemannen <strong>Simson</strong> het antwoord. Ze zei<strong>de</strong>n:<br />
"Wat is zoeter dan honing,<br />
en wie is sterker dan een leeuw?"<br />
Maar <strong>Simson</strong> antwoord<strong>de</strong> boos:<br />
"Jullie hebben mijn vrouw uitgehoord,<br />
an<strong>de</strong>rs had<strong>de</strong>n jullie het antwoord nooit kunnen weten!"<br />
Toen kwam <strong>de</strong> Geest van <strong>de</strong> HERE over hem. Hij ging naar <strong>de</strong> stad Askelon, dood<strong>de</strong> daar <strong>de</strong>rtig<br />
mannen en nam hun kleren. Die gaf hij <strong>de</strong> jongemannen, die het antwoord had<strong>de</strong>n gegeven.<br />
Woe<strong>de</strong>nd ging hij naar zijn ou<strong>de</strong>rs terug en bleef bij hen wonen. Zijn vrouw werd toen<br />
uitgehuwelijkt aan <strong>de</strong> man, die bij het huwelijk ceremoniemeester was geweest.<br />
Rich. 15:1-5 VOSSENSTAARTEN EN VUUR. Een poos later, tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> tarweoogst, ging <strong>Simson</strong> zijn vrouw<br />
opzoeken en nam een geitebokje als geschenk mee. Hij wil<strong>de</strong> met haar slapen, maar haar va<strong>de</strong>r<br />
weiger<strong>de</strong> hem binnen te laten.<br />
"Ik dacht beslist dat je haar haatte", verklaar<strong>de</strong> hij, "daarom heb ik haar aan <strong>de</strong><br />
ceremoniemeester uitgehuwelijkt. Maar hoor eens, haar jongere zusje is mooier dan zij. Neem<br />
haar dan!"<br />
Toen zei <strong>Simson</strong>: "Ik zal onschuldig zijn voor wat ik <strong>de</strong> Filistijnen nu ga aandoen." Hij ging weg en<br />
ving driehon<strong>de</strong>rd vossen. Hij bond ze twee aan twee met <strong>de</strong> staarten aan elkaar, met een fakkel<br />
ertussen. Toen stak hij <strong>de</strong> fakkels aan en joeg <strong>de</strong> vossen door <strong>de</strong> rijpe korenvel<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
Filistijnen. Alle korenvel<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> korenschoven en het ongemaai<strong>de</strong> koren brand<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong><br />
grond toe af.<br />
Rich. 15:6-8 SIMSONS VROUW VERBRAND. Op <strong>de</strong> vraag wie dat had gedaan, antwoord<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Filistijnen:<br />
"<strong>Simson</strong>, omdat zijn schoonva<strong>de</strong>r uit Timna zijn vrouw aan een an<strong>de</strong>r heeft gegeven."<br />
Toen gingen <strong>de</strong> Filistijnen het meisje en haar va<strong>de</strong>r halen en ze wer<strong>de</strong>n levend verbrand. "Ik zal<br />
niet rusten voordat ik wraak heb genomen voor <strong>de</strong>ze moord!" zwoer <strong>Simson</strong>. Hij richtte een ware<br />
slachting on<strong>de</strong>r hen aan en verborg zich daarna in <strong>de</strong> rotsspleet van Etam.<br />
Rich. 15:9-13<br />
Lechi<br />
SIMSON MET TOUW GEBONDEN. De Filistijnen stuur<strong>de</strong>n daarop een grote legermacht naar Juda,<br />
die doordrong tot bij Lechi. "Wat komen jullie hier doen?" vroegen <strong>de</strong> mannen van Juda.<br />
De Filistijnen antwoord<strong>de</strong>n: "<strong>Simson</strong> gevangen nemen en met hem doen wat hij met ons heeft<br />
gedaan."<br />
Toen ging een groep van drieduizend Ju<strong>de</strong>se mannen naar <strong>de</strong> rotsspleet van Etam om <strong>Simson</strong> te<br />
halen. "Wat hebt u ons aangedaan?" riepen ze. "Wist u niet dat <strong>de</strong> Filistijnen ons overheersen?"<br />
Maar <strong>Simson</strong> antwoord<strong>de</strong>: "Ik heb hun alleen betaald gezet wat ze mij hebben aangedaan."<br />
"Wij zijn gekomen om u gevangen te nemen en aan <strong>de</strong> Filistijnen over te leveren", zei<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
mannen uit Juda.<br />
"Goed", zei <strong>Simson</strong>, "Maar zweer me dat u mij niet zelf zult do<strong>de</strong>n."<br />
"Nee, dat zullen wij niet doen", antwoord<strong>de</strong>n ze. Daarop bon<strong>de</strong>n zij hem vast met twee nieuwe<br />
touwen en leid<strong>de</strong>n hem weg.<br />
Rich. 15:14-17 SIMSON DOODT DUIZEND MANNEN. Zodra <strong>Simson</strong> in Lechi aankwam, liepen <strong>de</strong> Filistijnen hem<br />
juichend tegemoet. Maar <strong>de</strong> Geest van <strong>de</strong> HERE kwam over <strong>Simson</strong> en gaf hem zo'n kracht dat<br />
<strong>de</strong> touwen om zijn armen als draadjes knapten en hij <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n vrij had! Hij pakte een ezelskaak<br />
op van <strong>de</strong> grond en sloeg daarmee duizend Filistijnen dood.<br />
"De een na <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r,<br />
sloeg ik duizend man dood;<br />
en dat met één ezelskaak!"<br />
zei <strong>Simson</strong>. Hij gooi<strong>de</strong> <strong>de</strong> kaak weg. Daarom heet die plaats nog steeds Ramath Lechi,<br />
'Kaakheuvel'.
Rich. 15:18-20<br />
(1080-1060<br />
v.C.?)<br />
Rich. 16:1-3<br />
Gaza<br />
Rich. 16:4,5<br />
Het Sorek Dal<br />
GOD LEST DORST. Maar toen kreeg hij vreselijke dorst en bad: "HERE, U hebt Israël vandaag<br />
door mij zo'n geweldige verlossing gegeven! Moet ik nu van dorst omkomen en in han<strong>de</strong>n vallen<br />
van die onbesne<strong>de</strong>n hei<strong>de</strong>nen?" Toen liet <strong>God</strong> <strong>de</strong> rots bij Lechi splijten en er kwam water uit.<br />
Nadat <strong>Simson</strong> had gedronken, keer<strong>de</strong> zijn kracht terug en hij leef<strong>de</strong> helemaal op. Daarna<br />
noem<strong>de</strong> hij die plaats 'Bron van <strong>de</strong> man, die aanriep'. Die bron ligt daar nog steeds.<br />
<strong>Simson</strong> was Israëls lei<strong>de</strong>r geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> twintig jaar, maar het land bleef in han<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong> Filistijnen.<br />
SIMSON DRAAGT STADSPOORT. Op een dag ging <strong>Simson</strong> naar <strong>de</strong> Filistijnse stad Gaza en bracht<br />
<strong>de</strong> nacht door bij een prostituée. Al gauw wist ie<strong>de</strong>reen dat <strong>Simson</strong> in <strong>de</strong> stad was. De hele nacht<br />
lagen bij <strong>de</strong> stadspoort mannen op <strong>de</strong> loer om <strong>Simson</strong> gevangen te nemen wanneer hij <strong>de</strong> stad<br />
zou uitgaan. Maar er gebeur<strong>de</strong> niets. "Morgenochtend", zei<strong>de</strong>n ze tegen elkaar, "zullen we hem<br />
weten te vin<strong>de</strong>n en hem do<strong>de</strong>n."<br />
<strong>Simson</strong> bleef tot mid<strong>de</strong>rnacht bij die vrouw en ging toen naar <strong>de</strong> stadspoort. Hij rukte <strong>de</strong> <strong>de</strong>uren<br />
van <strong>de</strong> poort plus <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> posten met gren<strong>de</strong>ls en al los, leg<strong>de</strong> ze op zijn schou<strong>de</strong>rs en droeg<br />
ze naar <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> berg die ten oosten van Hebron ligt!<br />
DELILA GEVRAAGD TE VERLEIDEN. Enige tijd later werd hij verliefd op Delila, een meisje dat in<br />
het dal Sorek woon<strong>de</strong>. De Filistijnse koningen kwamen bij haar en zei<strong>de</strong>n: "Probeer hem over te<br />
halen jou te vertellen waarin zijn kracht schuilt. Wij zullen hem dan overmeesteren en in <strong>de</strong><br />
boeien slaan om hem zo te on<strong>de</strong>rwerpen. Ie<strong>de</strong>r van ons zal je hiervoor elfhon<strong>de</strong>rd zilverstukken<br />
betalen."<br />
Rich. 16:6-9 BOOGPEZEN WERKEN NIET. Toen smeekte Delila <strong>Simson</strong> haar zijn geheim te vertellen. "Vertel<br />
me toch alsjeblieft hoe het komt dat je zo sterk bent", vlei<strong>de</strong> ze. "Wat is nodig om jou vast te<br />
bin<strong>de</strong>n en te overmeesteren?"<br />
<strong>Simson</strong> zei: "Als ik zou wor<strong>de</strong>n vastgebon<strong>de</strong>n met zeven verse pezen, die nog niet zijn<br />
verdroogd, dan zou ik net zo machteloos en zwak zijn als ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r mens."<br />
Toen brachten <strong>de</strong> koningen Delila zeven verse pezen en terwijl <strong>Simson</strong> sliep, bond zij hem vast.<br />
Enkele mannen had<strong>de</strong>n zich in <strong>de</strong> aangrenzen<strong>de</strong> kamer verborgen en zodra zij hem had<br />
vastgebon<strong>de</strong>n, riep zij: "<strong>Simson</strong>! Daar komen <strong>de</strong> Filistijnen!" Maar <strong>Simson</strong> brak <strong>de</strong> pezen alsof<br />
het vlasdraadjes waren en het geheim van zijn kracht werd dus niet ont<strong>de</strong>kt.<br />
Rich. 16:10-12 NIEUWE TOUWEN WERKEN NIET. "Je hebt me bedrogen", verweet Delila hem, "en leugens<br />
verteld. Zeg me toch alsjeblieft waarmee je kunt wor<strong>de</strong>n geboeid."<br />
Hij zei: "Als je mij stevig vastbindt met gloednieuwe, nog ongebruikte touwen, zal ik net zo<br />
machteloos zijn als ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r mens."<br />
En toen <strong>Simson</strong> sliep, pakte Delila een aantal nieuwe touwen en bond hem daarmee vast. Weer<br />
lagen mannen in <strong>de</strong> kamer ernaast verborgen. Delila riep: "<strong>Simson</strong>! De Filistijnen komen eraan!"<br />
Maar hij brak <strong>de</strong> touwen alsof het draadjes waren.<br />
Rich. 16:13,14 HAARVLECHTEN WERKEN NIET. "Je hebt me alweer bedrogen en me maar wat wijs gemaakt",<br />
klaag<strong>de</strong> Delila. "Zeg me nu eens écht hoe je kunt wor<strong>de</strong>n geboeid."<br />
"Nou", zei hij, "als je mijn zeven haarvlechten in je weefgetouw vastweeft..." Dus toen hij sliep,<br />
<strong>de</strong>ed ze dat en zette ze extra vast met een pin.<br />
Vervolgens begon ze te gillen: "<strong>Simson</strong>! <strong>Simson</strong>! Daar komen <strong>de</strong> Filistijnen!" <strong>Simson</strong> werd<br />
wakker, nam <strong>de</strong> pin weg en rukte zijn haar los uit het weefgetouw.<br />
Rich. 16:15-17 SIMSON ONTHULT GEHEIM. "Hoe kun je nu zeggen dat je van mij houdt, terwijl je me niet eens<br />
vertrouwt?" verweet zij hem. "Je hebt me al drie keer bedrogen en nog steeds niet verteld<br />
waardoor je zo sterk bent."<br />
Ze bleef hem dag in, dag uit aan zijn hoofd zeuren, tot hij er zo verdrietig en moe<strong>de</strong>loos van werd<br />
dat hij haar zijn geheim vertel<strong>de</strong>. "Mijn haar is nooit geknipt", beken<strong>de</strong> hij, "want ik ben een<br />
Nazireeër van <strong>God</strong> vanaf mijn geboorte. Als mijn haar zou wor<strong>de</strong>n geknipt, zou ik mijn kracht<br />
verliezen en net zo machteloos zijn als ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r mens."<br />
Rich. 16:18-22 SIMSONS HAAR AFGEKNIPT. Delila begreep dat hij haar ein<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> waarheid had verteld; daarop<br />
liet ze <strong>de</strong> Filistijnse koningen komen. "Kom nog één keer", zei ze, "want nu heeft hij mij echt <strong>de</strong><br />
waarheid verteld." Daarop kwamen <strong>de</strong> koningen en namen het beloof<strong>de</strong> geld mee. Toen liet zij<br />
hem met zijn hoofd op haar schoot inslapen en wenkte iemand om zijn zeven vlechten af te<br />
knippen. Zo slaag<strong>de</strong> zij erin hem machteloos te maken, want hij raakte zijn kracht kwijt.<br />
Plotseling riep ze: "<strong>Simson</strong>! De Filistijnen komen eraan!"
Rich. 16:<strong>23</strong>-30<br />
Gaza<br />
Rich. 16:31<br />
(ca. 1060<br />
v.C.?)<br />
<strong>Simson</strong> werd wakker en dacht: "Ik doe hetzelf<strong>de</strong> als <strong>de</strong> vorige keren: ik ruk me los en ben vrij."<br />
Maar hij wist niet dat <strong>de</strong> HERE hem had verlaten.<br />
Toen namen <strong>de</strong> Filistijnen hem gevangen, staken hem <strong>de</strong> ogen uit en brachten hem, geboeid met<br />
twee koperen kettingen naar <strong>de</strong> stad Gaza. Daar moest hij in <strong>de</strong> gevangenis <strong>de</strong> molen draaien<br />
om koren te malen. Maar vanaf het moment waarop zijn haar was afgeknipt, begon het weer te<br />
groeien.<br />
SIMSONS LAATSTE WRAAKACTIE. De Filistijnse koningen kwamen bijeen voor een groot feest om<br />
<strong>de</strong> gevangenneming van <strong>Simson</strong> te vieren. De feestgangers brachten offers aan hun god Dagon<br />
en aanba<strong>de</strong>n hem uitbundig. En toen <strong>de</strong> mensen <strong>Simson</strong> zagen, riepen zij:<br />
"Dagon heeft onze vijand <strong>Simson</strong> in onze macht gegeven,<br />
die verwoester van ons land,<br />
die moor<strong>de</strong>naar van velen uit ons volk!"<br />
Toen ze halfdronken waren, schreeuw<strong>de</strong>n ze: "Laat <strong>Simson</strong> komen, dan kunnen we lachen!"<br />
<strong>Simson</strong> werd uit <strong>de</strong> gevangenis naar <strong>de</strong> tempel gehaald en neergezet tussen <strong>de</strong> twee zuilen, die<br />
het tempeldak droegen.<br />
Hij zei tegen <strong>de</strong> jongen die hem begeleid<strong>de</strong>: "Laat mij maar los, ik wil graag even leunen tegen<br />
<strong>de</strong> zuilen." De tempel was afgela<strong>de</strong>n met mensen. Ook alle Filistijnse koningen waren aanwezig<br />
en op het platte dak zaten nog eens drieduizend mensen, die zich vermaakten met <strong>de</strong> aanblik<br />
van <strong>Simson</strong>. Toen bad <strong>Simson</strong> tot <strong>de</strong> HERE: "Almachtige HERE, <strong>de</strong>nk aan mij; geef mij nog<br />
eenmaal kracht, o, <strong>God</strong>, zodat ik wraak kan nemen op <strong>de</strong> Filistijnen voor het uitsteken van mijn<br />
ogen." Daarop greep hij <strong>de</strong> twee mid<strong>de</strong>lste zuilen waarop <strong>de</strong> tempel rustte. "Laat mij met <strong>de</strong><br />
Filistijnen sterven", bad hij. Toen duw<strong>de</strong> hij uit alle macht tegen <strong>de</strong> zuilen en <strong>de</strong> tempel stortte in,<br />
bovenop <strong>de</strong> koningen en alle an<strong>de</strong>re mensen. Zo dood<strong>de</strong> hij in zijn eigen dood méér mensen dan<br />
tij<strong>de</strong>ns zijn hele leven.<br />
SIMSON BEGRAVEN. Later kwamen zijn broers en an<strong>de</strong>re familiele<strong>de</strong>n naar <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong><br />
ramp om zijn lichaam te halen. Zij brachten hem naar huis en begroeven hem bij zijn va<strong>de</strong>r<br />
<strong>Man</strong>oah, tussen Zora en Estaol. <strong>Simson</strong> had Israël twintig jaar geleid.<br />
Volg ons hier: Nadruk en reproductie verbo<strong>de</strong>n. Voor meer <strong>de</strong>tails,<br />
lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaar<strong>de</strong>n.<br />
Ga naar <strong>de</strong> Alles Over GOD Homepage<br />
Met dank aan Biblica. Bezoek <strong>de</strong>ze websites van Biblica eens: www.Biblica.com -- www.BibleServer.com