22.08.2013 Views

Harmonisatie in het Europese vennootschapsrecht:de politeke ... - Accf

Harmonisatie in het Europese vennootschapsrecht:de politeke ... - Accf

Harmonisatie in het Europese vennootschapsrecht:de politeke ... - Accf

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

1. Inleid<strong>in</strong>g<br />

<strong>Harmonisatie</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>:<br />

<strong>de</strong> politieke economie van economische <strong>in</strong>tegratie<br />

Prof. Dr. Joseph A. McCahery *<br />

In Europa wordt nu actief gediscussieerd over <strong>de</strong> opkomst van jurisdictionele competitie <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>Europese</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>. Sommige wetenschappers voorspellen, op basis van <strong>de</strong> Amerikaanse literatuur over<br />

jurisdictionele competitie, dat <strong>de</strong>ze competitie b<strong>in</strong>nenkort een cruciale rol gaat spelen bij <strong>de</strong> vormgev<strong>in</strong>g<br />

van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>. 1 In<strong>de</strong>rdaad v<strong>in</strong>dt er al s<strong>in</strong>ds enige tijd "regulatory arbitrage" plaats <strong>in</strong> Europa.<br />

Maar dit wordt hoofdzakelijk gestimuleerd door grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> verschillen <strong>in</strong><br />

vennootschapsbelast<strong>in</strong>g en concurrentie-<strong>in</strong>itiatieven van lidstaten die b<strong>in</strong>nenlandse <strong>in</strong>vester<strong>in</strong>gen proberen<br />

aan te trekken. Deze concurrentieactiviteit, vaak gestimuleerd door belast<strong>in</strong>ghervorm<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> lidstaten,<br />

richt zicht op <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g van hold<strong>in</strong>gmaatschappijen en an<strong>de</strong>re besloten vennootschappen.<br />

Voor <strong>de</strong>ze bedrijven is mobiliteit van groot belang en concurrentie-<strong>in</strong>itiatieven van <strong>de</strong> wet- en regelgeven<strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>stanties <strong>in</strong> <strong>de</strong> lidstaten beg<strong>in</strong>nen hun gedrag te beïnvloe<strong>de</strong>n. Tegelijkertijd sluiten fiscale en an<strong>de</strong>re<br />

nationaalrechtelijke belemmer<strong>in</strong>gen een vrije jurisdictiekeuze voor beursgenoteer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen uit. De<br />

rechtspraak van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> Hof van Justitie (HvJ) en <strong>de</strong> harmonisatieregels versterken <strong>de</strong>ze barrières.<br />

Kijkend naar <strong>het</strong> historische patroon bij <strong>het</strong> ontstaan van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>Europese</strong><br />

Gemeenschap zien wij dat er een tijd was waar<strong>in</strong> nationale wet- en regelgevers praktisch een monopolie<br />

had<strong>de</strong>n dat op twee pijlers rustte: <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel waar<strong>in</strong> bepaald moest wor<strong>de</strong>n welk recht<br />

van toepass<strong>in</strong>g was en <strong>de</strong> nationale belast<strong>in</strong>gstelsels. De leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel verh<strong>in</strong><strong>de</strong>rt <strong>de</strong><br />

wettelijke erkenn<strong>in</strong>g van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen die hun zetel proberen te verplaatsen naar een lidstaat met een<br />

aantrekkelijker vestig<strong>in</strong>gsklimaat, on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> Europa nog steeds “formeel buitenlandse<br />

vennootschappen” wor<strong>de</strong>n genoemd. Sommige lidstaten volgen <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel niet. Maar<br />

ook <strong>in</strong> die jurisdicties heeft <strong>de</strong> nationale wetgever on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen die tot zetelverplaats<strong>in</strong>g kunnen<br />

overgaan beperkt <strong>in</strong> hun toegang tot an<strong>de</strong>re jurisdicties door hoge emigratiebelast<strong>in</strong>gen op te leggen. De<br />

leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel vormt samen met <strong>de</strong> emigratiebelast<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> basis voor <strong>het</strong> bestaan van een<br />

stabiel, langdurig "non-competitive equilibrium" waarbij <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> lidstaten wordt<br />

gerespecteerd.<br />

Dit"equilibrium" is stabiel gebleven, ondanks <strong>de</strong> start van <strong>de</strong> EG. Historisch gezien heeft Brussel <strong>de</strong><br />

controle van <strong>de</strong> lidstaten over <strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>gsagenda voor <strong>het</strong> eigen <strong>vennootschapsrecht</strong> beschermd en hun<br />

* Hoogleraar Corporate Governance and Bus<strong>in</strong>ess Innovation, aan <strong>de</strong> Universiteit van Amsterdam. Mijn dank gaat uit<br />

naar John Armour, William Bratton, Merritt Fox, Gerard Hertig en Erik Vermeulen voor hun nuttig commentaar op<br />

eer<strong>de</strong>re versies en naar James Risser voor zijn waar<strong>de</strong>volle hulp. Tenslotte wil ik graag <strong>het</strong> Amsterdam Center for Law<br />

and Economics en <strong>het</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse M<strong>in</strong>isterie van Economische Zaken bedanken voor hun steun bij <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek.<br />

1 Zie Armour, J. ‘Who Should Make Corporate Law? EC Legislation versus Regulatory Competition", 2005 Current<br />

Legal Problems 58 (Oxford University Press, 2006).<br />

1


stilzwijgen<strong>de</strong> coöperatieve aanpak gerespecteerd. Wie kijkt naar <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> EU ziet dat men, vanaf <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van <strong>het</strong> harmonisatieprogramma <strong>in</strong> 1957 tot en<br />

met <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rniser<strong>in</strong>gsperio<strong>de</strong> die <strong>in</strong> 2002 met <strong>de</strong> "High Level Group of Company Law Experts" begon,<br />

zich ten doel leek te stellen om <strong>het</strong> recht van vestig<strong>in</strong>g van formeel buitenlandse bedrijven te beperken en<br />

barrières tegen <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van competitie voor rechtsvormen op te werpen. Deze ten<strong>de</strong>ns is versterkt met<br />

<strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> non-<strong>in</strong>terventieaanpak bij <strong>het</strong> uitvaardigen van EU-wetgev<strong>in</strong>g. De regelgever op fe<strong>de</strong>raal<br />

niveau wordt nu weerhou<strong>de</strong>n van <strong>het</strong> verstoren van afspraken tussen belanghebben<strong>de</strong> partijen op<br />

lidstaatniveau. De EU heeft <strong>de</strong> lidstaten kortom weerhou<strong>de</strong>n van <strong>het</strong> ontmantelen van kostbare juridische<br />

constructies voor statutaire zetelverplaats<strong>in</strong>gen en van <strong>het</strong> nemen van responsieve maatregelen gericht op<br />

stimuler<strong>in</strong>g daarvan. Zij heeft <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van prikkels die <strong>het</strong> ontstaan van een Europees Delaware<br />

bevor<strong>de</strong>ren, beperkt.<br />

Het HvJ heeft <strong>het</strong> "equilibrium" onlangs verstoord met een serie besliss<strong>in</strong>gen waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong><br />

werkelijke zetel <strong>in</strong> twijfel wordt getrokken en <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g wordt gebruikt als grond voor <strong>het</strong><br />

elim<strong>in</strong>eren van bepaal<strong>de</strong> regels. De zaken Centros, Überseer<strong>in</strong>g en Inspire Art creëren een open<strong>in</strong>g voor<br />

een grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> verplaats<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> adm<strong>in</strong>istratieve hoofdkwartier en <strong>de</strong> migratie van nieuwe<br />

bedrijven naar jurisdicties met een aantrekkelijker vestig<strong>in</strong>gsklimaat. 2 De vraag die naar aanleid<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong>ze uitspraken rijst, is of ook aan reeds bestaan<strong>de</strong>, beursgenoteer<strong>de</strong> bedrijven <strong>de</strong> mogelijkheid van vrije<br />

keuze wordt gebo<strong>de</strong>n. Dat is wat <strong>het</strong> zou moeten betekenen wil <strong>de</strong> EU <strong>de</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS beschikbare vrijheid van<br />

vestig<strong>in</strong>g bena<strong>de</strong>ren. Europa heeft echter nog een lange weg te gaan voordat dat punt is bereikt. De kosten<br />

die verbon<strong>de</strong>n zijn aan zetelverplaats<strong>in</strong>gen blijven <strong>Europese</strong> bedrijven echter immobiel maken. Überseer<strong>in</strong>g<br />

versterkt bijvoorbeeld <strong>het</strong> Daily Mail-arrest over belast<strong>in</strong>gheff<strong>in</strong>g op stille reserves. De rechtspraak van <strong>het</strong><br />

HvJ lijkt nu kritieke fiscale obstakels voor zetelverplaats<strong>in</strong>gen weg te nemen. Tegelijkertijd verdwijnt door<br />

<strong>de</strong> Richtlijn betreffen<strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies een aantal van <strong>de</strong> belangrijkste belemmer<strong>in</strong>gen voor<br />

statutaire zetelverplaats<strong>in</strong>gen. 3<br />

Gelet op <strong>de</strong>ze ontwikkel<strong>in</strong>gen rijst er een twee<strong>de</strong> vraag: of, uitgaan<strong>de</strong> van <strong>de</strong> verwezenlijk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

vrijheid van vestig<strong>in</strong>g, Europa <strong>de</strong> structurele voorwaar<strong>de</strong>n biedt die <strong>het</strong> ontstaan van een met Delaware te<br />

vergelijken jurisdictie on<strong>de</strong>rsteunen. Uiterst stabiele coöperatieve "equilibria" kunnen, zoals aan <strong>het</strong> e<strong>in</strong>d<br />

van <strong>de</strong> 19e eeuw <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS gebeur<strong>de</strong>, snel wor<strong>de</strong>n afgebroken. In Europa zou<strong>de</strong>n lidstaten die op<br />

oncoöperatieve wijze met hun belast<strong>in</strong>gwetgev<strong>in</strong>g spelen dit ook met hun <strong>vennootschapsrecht</strong> kunnen doen.<br />

Toch blijven wij sceptisch over <strong>de</strong> mogelijkheid van <strong>het</strong> afbrokkelen van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong><br />

samenwerk<strong>in</strong>gspatroon.<br />

De omstandighe<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> huidige EU lijken op geen enkele wijze op die <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS toen <strong>de</strong> competitie<br />

voor rechtsvormen daar <strong>in</strong> 1888 uitbrak. De historisch complexe taalkundige en sociale verschillen <strong>in</strong><br />

Europa beperken <strong>de</strong> mogelijkheid van jurisdictionele competitie doordat zij <strong>de</strong> creatie van een<br />

aantrekkelijke pan-<strong>Europese</strong> serie "<strong>vennootschapsrecht</strong>producten" beletten. Het laat zich bijvoorbeeld<br />

moeilijk <strong>in</strong><strong>de</strong>nken dat er een gespecialiseer<strong>de</strong> rechtbank zoals <strong>de</strong> "Delaware Chancery" zal komen die<br />

geschillen tussen bestuur<strong>de</strong>rs en aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs <strong>in</strong> an<strong>de</strong>re lidstaten beslecht. 4 Bovendien geldt dat er, <strong>in</strong><br />

tegenstell<strong>in</strong>g tot <strong>het</strong> negentien<strong>de</strong>-eeuwse Amerika, geen <strong>in</strong> <strong>het</strong> oog spr<strong>in</strong>gen<strong>de</strong> belangengroep is die een<br />

nieuwe aanpak van corporate governance eist en bereid is daarvoor te betalen. Bovendien valt niet te<br />

verwachten dat <strong>de</strong> thuisstaten achterover zullen leunen en passief toekijken hoe <strong>de</strong> <strong>in</strong> hun land opgerichte<br />

vennootschappen verdwijnen. Dit gebeur<strong>de</strong> wel <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS omdat competitie voor rechtsvormen nieuw en<br />

onverwacht was en optrad op een tijdstip waarop <strong>de</strong> thuisstaten verlamd wer<strong>de</strong>n door urgente<br />

me<strong>de</strong>d<strong>in</strong>g<strong>in</strong>gsrechtelijke kwesties. In <strong>de</strong> huidige EU weten <strong>de</strong> lidstaten alles af van <strong>de</strong>ze mogelijkheid en<br />

kunnen daardoor hun one<strong>in</strong>dig herhaal<strong>de</strong> spel spelen. Het staat buiten kijf dat een aantal tot <strong>de</strong> kern van <strong>de</strong><br />

EU behoren<strong>de</strong> lidstaten, zoals Duitsland en Frankrijk, die veel te verliezen hebben wanneer een competitieuitbraak<br />

zich zou voordoen, stappen hebben on<strong>de</strong>rnomen om migratie te voorkomen.<br />

In<strong>de</strong>rdaad brengt <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> zijn huidige vorm geen voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong><br />

2<br />

Zaak C-212/97 Centros Ltd v Erhvervs- og Selskabsstryelsen [1999] ECR I-1459; Zaak C-208/00 Überseer<strong>in</strong>g BV v<br />

Nordic Construction Co Baumanagement GmbH; Zaak C-167/01 Kamer van Koophan<strong>de</strong>l en Fabrieken voor<br />

Amsterdam v Inspire Art Ltd.<br />

3<br />

Richtlijn van <strong>het</strong> Europees Parlement en <strong>de</strong> Raad betreffen<strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies van<br />

kapitaalvennootschappen, 2005 PB L310, 25 november 2005. Zie ook SEVIC Systems AG v. Amtsgericht Neuwied,<br />

C-411/03 d.d. 13 <strong>de</strong>cember 2005.<br />

4<br />

Dammann, J., "Freedom of Choice <strong>in</strong> European Corporation Law", (2004), 29 Yale Journal of International Law 4<br />

77, p. 497-507.<br />

5<br />

Cheff<strong>in</strong>s, B. "Company Law, Theory, Structure and Operation" (Oxford University Press, 1997); Kamar, E., "Beyond<br />

Competition for Incorporations", Georgetown Law Journal (verschijnt <strong>in</strong> 2006).<br />

2


marktkansen voor jurisdicties die op zoek zijn naar <strong>in</strong>komsten. 5 De lidstaten komen <strong>de</strong> bestuur<strong>de</strong>rs en<br />

controleren<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs reeds tegemoet <strong>in</strong> <strong>de</strong> vele <strong>vennootschapsrecht</strong>kwesties die hun belangen<br />

raken. Een nieuwe dreig<strong>in</strong>g van potentiële concurrentie zou er slechts toe lei<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> b<strong>in</strong>nenlandse<br />

wetgevers nog responsiever wor<strong>de</strong>n en reageren met aanpass<strong>in</strong>gen van hun fiscale en<br />

wetgev<strong>in</strong>gsstrategieën om <strong>het</strong> vertrek van b<strong>in</strong>nenlandse on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen te voorkomen. Tegelijkertijd heeft<br />

een kle<strong>in</strong> land dat wel zou willen concurreren geen mid<strong>de</strong>len om "rents" te <strong>in</strong>nen bij opricht<strong>in</strong>gen van<br />

bedrijven — <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie beperkt <strong>de</strong> lidstaten <strong>in</strong> <strong>de</strong> heff<strong>in</strong>g van "franchise taxes". Zolang dit zo blijft,,<br />

hebben <strong>de</strong> lidstaten slechts beperkte mogelijkhe<strong>de</strong>n om te concurreren voor vestig<strong>in</strong>g van bedrijven, althans<br />

volgens <strong>het</strong> Amerikaanse mo<strong>de</strong>l.<br />

Kort gezegd zal zich zon<strong>de</strong>r fundamentele veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> politieke, economische en<br />

regelgeven<strong>de</strong> wereld geen “bottom-up” concurrentie-uitbraak voordoen zoals dat lang gele<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS<br />

gebeur<strong>de</strong>. De nodige veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen kunnen natuurlijk wor<strong>de</strong>n gestimuleerd door een "top-down"<br />

<strong>in</strong>terventie. Maar <strong>het</strong> is niet waarschijnlijk dat <strong>de</strong> EU <strong>de</strong>ze richt<strong>in</strong>g zal <strong>in</strong>slaan. Gelet op <strong>de</strong> huidige<br />

ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van opbrengsten en <strong>de</strong> uitdag<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> tien nieuwe lidstaten vormen, staan <strong>de</strong> actoren <strong>in</strong> Brussel<br />

niet op <strong>het</strong> punt om snel een "uitbarst<strong>in</strong>g" van concurreren<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU <strong>in</strong> gang te zetten.<br />

Deel 2 beg<strong>in</strong>t met een overzicht van <strong>de</strong> belangrijkste mo<strong>de</strong>llen van economische <strong>in</strong>tegratie, die<br />

momenteel <strong>de</strong> dom<strong>in</strong>ante <strong>de</strong>nkwijze over <strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>gstructuur <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU vertegenwoordigen. De<br />

relatieve verdiensten van <strong>de</strong> theorie van harmonisatie en jurisdictionele competitie wor<strong>de</strong>n kritisch<br />

beschouwd. Deel 3 neemt <strong>de</strong> EU-<strong>in</strong>itiatieven op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> loep, van<br />

<strong>het</strong> pre-EU-tijdperk tot en met recente pog<strong>in</strong>gen om bij <strong>het</strong> creëren van wetgev<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> een m<strong>in</strong><strong>de</strong>r dw<strong>in</strong>gendrechtelijke aanpak te <strong>in</strong>troduceren. Deel 4 on<strong>de</strong>rzoekt <strong>de</strong><br />

activiteiten op <strong>het</strong> gebied van <strong>de</strong> hervorm<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> die ontplooid zijn <strong>in</strong> reactie op <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong> 2002 uitgebrachte rapporten van <strong>de</strong> "High Level Group of Company Law Experts". De <strong>Europese</strong><br />

wetgevers hebben getracht een groot aantal har<strong>de</strong> en zachte maatregelen te ontwikkelen die een corporate<br />

governance crisis door gebrekkige accountantscontrole proberen te beperken en tegelijkertijd <strong>de</strong> belangen<br />

van m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs, "stakehol<strong>de</strong>rs" en <strong>de</strong> markt als geheel proberen te beschermen. Ook wordt<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong>el 4 <strong>de</strong> rechtspraak besproken van <strong>het</strong> HvJ die <strong>het</strong> "equilibrium" <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> heeft<br />

verstoord door belemmer<strong>in</strong>gen voor zetelverplaats<strong>in</strong>gen te reduceren en wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gevolgen van <strong>de</strong> vraag<br />

van gemobiliseer<strong>de</strong> bedrijven naar communautair <strong>vennootschapsrecht</strong> geëvalueerd. In <strong>de</strong>el 5 wordt <strong>het</strong><br />

Statuut voor <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap besproken en wordt <strong>de</strong> vraag beantwoord of <strong>het</strong> Statuut voldoen<strong>de</strong><br />

impuls zal geven aan jurisdictionele competitie <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU. Deel 6 stelt <strong>de</strong> vraag of regelend recht, met<br />

verschillen<strong>de</strong> keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> meest effectieve manier is om flexibele en efficiënte regels voor <strong>het</strong><br />

<strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU te bie<strong>de</strong>n. In dit <strong>de</strong>el wordt betoogd dat keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />

kosten voor aanleg van een effectieve juridische <strong>in</strong>frastructuur, die <strong>in</strong> <strong>de</strong> behoeften van <strong>de</strong> meeste soorten<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen voorziet, kunnen verlagen. Deel 7 bevat <strong>de</strong> conclusie.<br />

3


2. <strong>Europese</strong> <strong>in</strong>tegratie: harmonisatie versus jurisdictionele competitie<br />

Inleid<strong>in</strong>g<br />

De verm<strong>in</strong><strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> aantal obstakels voor <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l en <strong>de</strong> liberaliser<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> f<strong>in</strong>anciële markten, <strong>het</strong><br />

transport en <strong>de</strong> telecommunicatie hebben <strong>de</strong> basis gevormd voor toename van <strong>de</strong> stroom<br />

concurrentiemogelijkhe<strong>de</strong>n tussen jurisdicties. 6 Naarmate lan<strong>de</strong>n overgaan op een meer geliberaliseer<strong>de</strong><br />

b<strong>in</strong>nenlandse economie, komen vragen naar <strong>het</strong> nut van concurrentie tussen jurisdicties vaker voor. Met <strong>het</strong><br />

vooruitzicht van een toenemen<strong>de</strong> kapitaalmobiliteit, wordt <strong>het</strong> dui<strong>de</strong>lijk dat nationale overhe<strong>de</strong>n<br />

gedwongen zijn hun economische beleidsfuncties efficiënter uit te voeren, aangezien overhe<strong>de</strong>n die voor<br />

optimale regelgev<strong>in</strong>g van publieke zaken zorgen meer succes zullen boeken bij <strong>de</strong> competitie tussen<br />

jurisdicties om <strong>het</strong> aantrekken van mobiele mid<strong>de</strong>len. Het belang om mobiele mid<strong>de</strong>len aan te trekken heeft<br />

complete gebie<strong>de</strong>n van <strong>het</strong> overheidsbeleid gevormd en speelt een doorslaggeven<strong>de</strong> rol voor bedrijven die<br />

moeten bepalen waar zij b.v. een nieuwe fabriek gaan bouwen. 7 Uit <strong>de</strong> economische aspecten van<br />

competitie tussen jurisdicties volgen argumenten ten gunste van <strong>de</strong>centraliser<strong>in</strong>g. De theorie van <strong>de</strong><br />

jurisdictionele competitie leert ons dat <strong>het</strong> toestaan van meer <strong>de</strong>centralisatie bijdraagt tot <strong>het</strong> oplossen van<br />

veel van <strong>de</strong> problemen op <strong>het</strong> gebied van <strong>in</strong>formatieasymmetrie en tot <strong>het</strong> verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> kans op<br />

"capture" door regelgev<strong>in</strong>g. Het bevor<strong>de</strong>rt tevens <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van een serie alternatieve oploss<strong>in</strong>gen voor<br />

<strong>de</strong>rgelijke problemen . De economische voor<strong>de</strong>len van <strong>de</strong>centraliser<strong>in</strong>g hebben politici b<strong>in</strong>nen fe<strong>de</strong>rale<br />

systemen ongetwijfeld een sterk argument <strong>in</strong> han<strong>de</strong>n gegeven om <strong>de</strong> dynamiek van <strong>de</strong> diversiteit te<br />

<strong>in</strong>troduceren als tegenwicht voor <strong>de</strong> vrijheid van han<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> centrale overheid. .8<br />

Jurisdictionele competitie is een economische theorie die <strong>de</strong>centralisatie gelijkstelt aan efficiënte<br />

resultaten. De theorie trekt een parallel tussen recht en goe<strong>de</strong>ren en poneert vervolgens <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g dat<br />

overhe<strong>de</strong>n op lager niveau - lokaal, statelijk of nationaal <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot fe<strong>de</strong>raal of supranationaal - bij<br />

<strong>het</strong> maken van wet- en regelgev<strong>in</strong>g moeten concurreren om burgers en productiefactoren. De theorie<br />

voorspelt dat <strong>de</strong>rgelijke concurrentiegestuur<strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>g tegemoet zal komen aan <strong>de</strong> wensen van <strong>de</strong><br />

burgers. Die voorspell<strong>in</strong>g heeft een normatieve implicatie voor <strong>de</strong> juridische en politieke theorie: net zoals<br />

prijsconcurrentie <strong>de</strong> producenten van particuliere goe<strong>de</strong>ren ten gunste van consumenten "discipl<strong>in</strong>eert", zo<br />

belooft jurisdictionele competitie <strong>de</strong> overheid ten gunste van belast<strong>in</strong>gbetalen<strong>de</strong> burgers te "discipl<strong>in</strong>eren".<br />

Jurisdictionele competitie heeft <strong>in</strong>vloed doen gel<strong>de</strong>n <strong>in</strong> een reeks discussies over <strong>het</strong> fe<strong>de</strong>ralisme,<br />

doorgaans ofwel ter on<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g van een evolutionair <strong>in</strong>itiatief ofwel ter bestrijd<strong>in</strong>g van een voorstel tot<br />

fe<strong>de</strong>rale <strong>in</strong>terventie. De theorie is afkomstig uit <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> overheidseconomie met <strong>de</strong> publicatie van <strong>het</strong><br />

Tiebout-mo<strong>de</strong>l. 9 . De toepass<strong>in</strong>g van theoretische "arbitrage" op juridische contexten <strong>de</strong>ed zich al vroeg <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> rechtseconomie-beweg<strong>in</strong>g voor. Omdat <strong>de</strong> beweg<strong>in</strong>g zich uitbreidt, blijven juristen,<br />

economen en politicologen <strong>in</strong> <strong>de</strong> Verenig<strong>de</strong> Staten <strong>de</strong> pr<strong>in</strong>cipes hiervoor toepassen op een veelheid van<br />

on<strong>de</strong>rwerpen, van <strong>vennootschapsrecht</strong> en <strong>het</strong> bankwezen tot milieu- en han<strong>de</strong>lsrecht. 10 Daarbij blijft <strong>de</strong><br />

ontwikkel<strong>in</strong>g van jurisdictionele competitie <strong>in</strong> haar thuisdome<strong>in</strong> nauw verbon<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> studie naar <strong>de</strong><br />

productie van publieke goe<strong>de</strong>ren door nationale en lokale overhe<strong>de</strong>n.<br />

Na een vaste plaats te hebben verworven <strong>in</strong> <strong>het</strong> Amerikaanse fe<strong>de</strong>ralisme, breid<strong>de</strong> jurisdictionele<br />

competitie zich uit tot terre<strong>in</strong>en over <strong>de</strong> hele wereld en beïnvloedt daardoor ook an<strong>de</strong>re fe<strong>de</strong>rale en quasife<strong>de</strong>rale<br />

systemen. Het meest opvallend is haar rol <strong>in</strong> discussies over <strong>in</strong>tegratiestrategieën bij <strong>de</strong> <strong>Europese</strong><br />

6<br />

Zie Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "The New Economics of Jurisdictional Competition: Devolutionary<br />

Fe<strong>de</strong>ralism <strong>in</strong> a Second-Best World", (1997), 86 Georgetown Law Journal 201, Schon, W., "Play<strong>in</strong>g Different Games?<br />

Regulatory Competition <strong>in</strong> Tax and Company Law Compared", (2005), 42 Common Market Law Review 331.<br />

7<br />

Keen, M.J. en Kotsogiannis, C., "Tax Competition <strong>in</strong> Fe<strong>de</strong>rations and Welfare Consequences of Decentralization",<br />

(2004), 56 Journal of Urban Economics 397.<br />

8<br />

Zie Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Reth<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g Fe<strong>de</strong>ralism", (1997) 11 Journal of Economic Perspectives 43; Choi,<br />

S.J. en Guzman, A.T, "Choice and Interpretation <strong>in</strong> Corporate Law", (2001) 87 Virg<strong>in</strong>ia Law Review 961; Murphy,<br />

D.D., "The Structure of Regulatory Competition, Corporation and Public Policies <strong>in</strong> a Global Economy" (Oxford<br />

University Press, 2004).<br />

9<br />

Zie Tiebout, C., "A Pure Theory of Local Expenditures", 64 Journal of Political Economy 416-24.<br />

10<br />

Zie Bratton, W.W., McCahery, J.A. Picciotto, S. en Scott, C., "Introduction: Regulatory Competition and<br />

Institutional Evolution", <strong>in</strong> Bratton, W.W., McCahery, J.A., Picciotto, S., and Scott, C. (eds.), "International<br />

Regulatory Competition and Coord<strong>in</strong>ation: Perspectives on Economic Regulation <strong>in</strong> Europe and the United States, "<br />

(Oxford University Press, 1997).<br />

4


Unie, vooral <strong>in</strong> <strong>het</strong> ka<strong>de</strong>r van <strong>het</strong> centraliser<strong>in</strong>g-versus-subsidiariteit-<strong>de</strong>bat dat voor veel lan<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU<br />

van groot belang is. Het Verdrag <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie waarover <strong>in</strong> 1991 op <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Raad van<br />

Maastricht overeenstemm<strong>in</strong>g werd bereikt, gaat uit van <strong>het</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel op grond waarvan <strong>de</strong><br />

Gemeenschap uitsluitend moet <strong>in</strong>grijpen waneer zij <strong>in</strong> een betere positie is om te han<strong>de</strong>len dan <strong>de</strong> lidstaten.<br />

Toch is een opvallend kenmerk van <strong>het</strong> Verdrag van Maastricht dat een serie regelgev<strong>in</strong>gsfuncties naar <strong>het</strong><br />

communautaire niveau wordt overgeheveld. Eén rechtvaardig<strong>in</strong>g voor dit beleid is dat markt<strong>in</strong>tegratie <strong>de</strong><br />

coörd<strong>in</strong>atie van <strong>het</strong> nationale monetaire en fiscale beleid door een gecentraliseer<strong>de</strong> <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g vereist<br />

(Kletzer en von Hagen 2000; Ales<strong>in</strong>a en Spolaore 2003; Bednar et al. 1996).<br />

Het <strong>de</strong>bat na Maastricht heeft geleid tot twee uiteenlopen<strong>de</strong> opvatt<strong>in</strong>gen over <strong>de</strong> optimale allocatie<br />

van politieke en economische macht <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU. Het <strong>de</strong>bat over <strong>de</strong> juiste ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> macht wordt<br />

gevoerd op <strong>het</strong> gebied van efficiency, billijkheid en verantwoor<strong>de</strong>lijkheid. Het besluit tot centralisatie van<br />

<strong>het</strong> beleid naar fe<strong>de</strong>raal niveau wordt primair ver<strong>de</strong>digd op <strong>de</strong> grond dat dit <strong>de</strong> Gemeenschap toelaat om <strong>de</strong><br />

na<strong>de</strong>lige effecten over <strong>de</strong> regio's te versprei<strong>de</strong>n. Centralisatie, die <strong>de</strong> vorm aanneemt van <strong>de</strong> harmonisatie<br />

van regels, wordt ook vaak gezien als noodzakelijke voorwaar<strong>de</strong> voor <strong>het</strong> elim<strong>in</strong>eren van<br />

han<strong>de</strong>lsbelemmer<strong>in</strong>gen en concurrentieverstor<strong>in</strong>gen (Inman en Rub<strong>in</strong>feld 1997). Ge<strong>de</strong>centraliseerd beleid<br />

daarentegen geeft staten een prikkel om zich te committeren aan efficiencyvergroten<strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>g.<br />

Subsidiariteit steunt <strong>de</strong> visie dat economische beleidsvorm<strong>in</strong>g moet wor<strong>de</strong>n beperkt tot lagere<br />

overheidsniveaus, tenzij er geloofwaardige omstandighe<strong>de</strong>n zijn die een centralisatie van <strong>de</strong> wet- en<br />

regelgeven<strong>de</strong> macht nodig maken (Inman en Rub<strong>in</strong>feld 1998). Subsidiariteit legt <strong>het</strong> besef vast dat<br />

competitie tussen jurisdicties een tegenwicht biedt voor <strong>de</strong> drang naar betere <strong>in</strong>tegratie op basis van een<br />

gecentraliseer<strong>de</strong> coörd<strong>in</strong>atie van nationale wetten en nationaal beleid (Woolcock 1997).<br />

In <strong>de</strong> discussie over <strong>de</strong> vraag of reguler<strong>in</strong>g op centraal dan wel op een lager overheidsniveau moet<br />

plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n, baseren voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>het</strong> juridisch fe<strong>de</strong>ralisme zich op <strong>de</strong> economische theorie van<br />

jurisdictionele competitie ter on<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>volutionaire <strong>in</strong>itiatieven. Voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong>reguler<strong>in</strong>g<br />

hou<strong>de</strong>n vol dat er een nauw verband bestaat tussen <strong>de</strong>centraliser<strong>in</strong>g, concurrentiegedrag en efficiënte<br />

resultaten (Romano 1993; 2001). Jurisdictionele competitie vloeit voort uit een krachtige economische<br />

theorie die twee algemene stell<strong>in</strong>gen on<strong>de</strong>rsteunt. Ten eerste geven concurrentiekrachten vorm aan een<br />

bre<strong>de</strong> serie wet- en regelgev<strong>in</strong>gsresultaten op lan<strong>de</strong>lijk en lokaal niveau. Ten twee<strong>de</strong> leidt concurrentie tot<br />

een markt die <strong>de</strong> uitkomst van <strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> evenwicht brengt met <strong>de</strong> voorkeuren van “<strong>de</strong> burger”.<br />

Er moeten echter twee voorwaar<strong>de</strong>n gel<strong>de</strong>n: — <strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>g op lager niveau mag geen<br />

significante externaliteiten creëren en <strong>de</strong> grenzen moeten open blijven voor <strong>het</strong> vrije verkeer van kapitaal<br />

en arbeid (Easterbrook 1994). Wanneer aan die voorwaar<strong>de</strong>n wordt voldaan, zal <strong>de</strong> markt voor reguler<strong>in</strong>g<br />

op <strong>het</strong> lagere niveau (<strong>in</strong>dien <strong>de</strong> centrale overheid <strong>de</strong> vrijheid laat om te han<strong>de</strong>len) een "empirisch antwoord"<br />

geven op belangrijke beleidskwesties, aangezien alleen die publieke zaken en regelgev<strong>in</strong>gsrestricties waar<br />

burgers bereid zijn voor te betalen, zullen overleven (We<strong>in</strong>gast 1995). De <strong>in</strong>terventie door <strong>de</strong> centrale<br />

overheid belemmert <strong>de</strong> werk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> markt en is daardoor <strong>in</strong> <strong>het</strong> beste geval onnodig. Meestal leidt dit<br />

echter tot onnodige, competitiebelemmeren<strong>de</strong> kosten.. Er is een ten<strong>de</strong>ns ten gunste van <strong>de</strong> toekenn<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong> wet- en regelgev<strong>in</strong>gsbevoegheid aan eenhe<strong>de</strong>n op lagere niveaus. 11<br />

3. Historische patronen bij <strong>het</strong> uitvaardigen van EU-wetgev<strong>in</strong>g<br />

3.1 Het pre-EU-tijdperk<br />

Vóór <strong>de</strong> <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie kenmerkte Europa zich als een groep geïsoleer<strong>de</strong> jurisdicties<br />

waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> b<strong>in</strong>nenlandse wetgevers, ie<strong>de</strong>r han<strong>de</strong>lend op eigen gebied, <strong>het</strong> sociale welzijn trachtten te<br />

vergroten.. In<strong>de</strong>rdaad wor<strong>de</strong>n wetgevers volgens traditionele theorieën over recht en maatschappij<br />

veron<strong>de</strong>rsteld <strong>de</strong>genen te zijn die reken<strong>in</strong>g hou<strong>de</strong>n met <strong>het</strong> publiek en vaststellen welke regels efficiënt zijn<br />

voor verschillen<strong>de</strong> bedrijven, tij<strong>de</strong>n en plaatsen en eventuele <strong>in</strong>efficiënte regels dienovereenkomstig<br />

vervangen. In werkelijkheid zijn er echter vaak rechtsregels en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen gekomen en gebleven om<br />

an<strong>de</strong>re re<strong>de</strong>nen dan <strong>de</strong> maximalisatie van welzijn. De toepass<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> concept van "path <strong>de</strong>pen<strong>de</strong>nce" op<br />

11 Zie Romano, R, “The Need for Competition <strong>in</strong> International Securities Regulation”, (2001) 2 Theoretical Inquiries<br />

<strong>in</strong> Law 387.<br />

5


<strong>het</strong> recht toont aan dat rechtsregels zich volgens een historisch pad ontwikkelen en daardoor vastroesten en<br />

zich daarom automatisch verzetten tegen veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen. 12<br />

Gesteld wordt dat wetgevers, rechters, beoefenaren van <strong>het</strong> recht, regelgev<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stanties,<br />

beroepsorganisaties en rechtswetenschappers <strong>in</strong> een geïsoleer<strong>de</strong> jurisdictie een elitaire wetgeven<strong>de</strong> groep<br />

vormen die verantwoor<strong>de</strong>lijk zijn voor <strong>het</strong> <strong>in</strong>terpreteren, conserveren en ontwikkelen van <strong>het</strong> recht. 13<br />

Hierdoor is conservatisme <strong>in</strong>herent aan <strong>het</strong> recht. Ten eerste behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> wetgeven<strong>de</strong> elite <strong>het</strong> recht als iets<br />

met een eigen bestaansrecht. In <strong>de</strong>ze visie is <strong>het</strong> recht groten<strong>de</strong>els autonoom en werkt <strong>het</strong> <strong>in</strong> zijn eigen<br />

dome<strong>in</strong>. 14<br />

Zoals één commentator <strong>het</strong> formuleer<strong>de</strong>:<br />

"<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len om recht te scheppen, <strong>de</strong> bronnen van <strong>het</strong> recht, gaan beschouwd wor<strong>de</strong>n als een<br />

vaststaand gegeven, als iets dat bijna heilig is, en veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g hier<strong>in</strong>, zelfs wanneer <strong>het</strong><br />

dui<strong>de</strong>lijk ernstige gebreken vertoont, is bijzon<strong>de</strong>r moeilijk te realiseren." 15<br />

Ten twee<strong>de</strong> ligt <strong>de</strong> rechtvaardigheid van <strong>het</strong> recht <strong>in</strong> “<strong>het</strong> recht zelf”.. Wettenmakers, d.w.z. personen<br />

die opgeleid zijn <strong>in</strong> recht en niets an<strong>de</strong>rs, zoeken naar een legitimer<strong>in</strong>g voor veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht,<br />

waardoor <strong>het</strong> recht <strong>de</strong> neig<strong>in</strong>g heeft om terug te kijken. Dit isoleert <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> recht voor een<br />

groot <strong>de</strong>el tegen sociale en economische veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g en daarom vertoont <strong>het</strong> recht een belangrijke mate van<br />

"path <strong>de</strong>pen<strong>de</strong>nce", Dat heeft vaak negatieve externaliteiten tot gevolg. 16<br />

Aldus bezien fungeren wettenmakers die <strong>het</strong> recht als autonome discipl<strong>in</strong>e beschouwen <strong>in</strong> een<br />

geïsoleer<strong>de</strong> jurisdictie als belangrijke bron van ver<strong>de</strong>digers van <strong>de</strong> status quo. Zelfs wanneer <strong>het</strong><br />

wetgev<strong>in</strong>gsproces geen neig<strong>in</strong>g vertoont om veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht te <strong>in</strong>troduceren, gaan<br />

hervorm<strong>in</strong>gsgez<strong>in</strong><strong>de</strong> wettenmakers, <strong>in</strong> hun wankele pog<strong>in</strong>gen tot imitatie van an<strong>de</strong>re jurisdicties, vaak over<br />

tot "onbewuste" <strong>in</strong>novatie door onopzettelijk bepaal<strong>de</strong> onverwachte of onbedoel<strong>de</strong> unieke kenmerken te<br />

realiseren". 17<br />

Men kan grofweg on<strong>de</strong>rscheid maken tussen conservatieve en <strong>in</strong>novatieve wettenmakers.<br />

Conservatieve wettenmakers maken, gesteund door "concentrated" belangengroepen, gebruik van<br />

bestaan<strong>de</strong> juridische doctr<strong>in</strong>es, beg<strong>in</strong>selen, cultuur en schaalvoor<strong>de</strong>len ("<strong>in</strong>creas<strong>in</strong>g returns to scale") ter<br />

bescherm<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> status quo en ter voorkom<strong>in</strong>g van veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht. Hervorm<strong>in</strong>gsgez<strong>in</strong><strong>de</strong><br />

wettenmakers maken daarentegen traditioneel gebruik van <strong>de</strong> studie van buitenlandse rechtsregels en<br />

<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen om veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht voor te stellen om daardoor <strong>de</strong> heersen<strong>de</strong> elite te doen geloven dat<br />

<strong>het</strong> aangebo<strong>de</strong>n mo<strong>de</strong>l aan hun verwacht<strong>in</strong>gen voldoet. De ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> recht v<strong>in</strong>dt hierdoor<br />

voornamelijk plaats door <strong>de</strong> transplantatie van rechtsregels. 18<br />

Wanneer <strong>het</strong> juridisch parochialisme echter sterk is en jurisdicties zich groten<strong>de</strong>els verzetten tegen<br />

transplantaties - <strong>het</strong>geen vaak <strong>het</strong> geval is <strong>in</strong> <strong>de</strong> westerse wereld, waar jurisdicties hun vooroor<strong>de</strong>el<br />

behou<strong>de</strong>n, overtuigd als zij zijn van <strong>de</strong> efficiëntie van hun eigen rechtssysteem) 19 - ontkennen<br />

transplanteren<strong>de</strong> elites meestal dat er een mo<strong>de</strong>l is geleend en gebruiken zij hun lokale autoriteit om hun<br />

men<strong>in</strong>g kracht bij te zetten. 20 Aldus zou veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht <strong>in</strong> <strong>de</strong> westerse wereld groten<strong>de</strong>els kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n verklaard uit "verborgen" transplantaties, die een mengvorm zijn van "exotische'' en <strong>in</strong>heemse<br />

doctr<strong>in</strong>es en beg<strong>in</strong>selen. 21<br />

12<br />

Zie Bebchuk, L en Roe, “A Theory of Path Depen<strong>de</strong>ncy <strong>in</strong> Corporate Ownership and Governance”, (1999) 96<br />

Stanford Law Review 127..<br />

13<br />

Zie McCahery, J. en Picciotto, S., “Creative Lawyer<strong>in</strong>g and the Dynamics of Bus<strong>in</strong>ess Regulation”, <strong>in</strong> Dezalay, Y.<br />

en Sugarman, D. (eds) Professional Competition and Professional Power: Lawyers, Accountants and the Social<br />

Construction of Markets (London: Routledge, 1995).<br />

14<br />

Zie Posner, R.A., “Essays Commemorat<strong>in</strong>g the Hundreath Anniversary of the Harvard Law Review: The Decl<strong>in</strong>e of<br />

Law as an Autonomous Discipl<strong>in</strong>e: 1962-1987, (1987) 100 Harvard Law Review 762).<br />

15<br />

Zie Watson, A., The Evolution of Law (Oxford: Basil Blackwell, 1985), p.119.<br />

16<br />

Zie Watson, A., “Comparative Law and Legal Change”, (1978) 37 Cambridge Law Journal 313.<br />

17<br />

Zie Alchian, A., “Uncerta<strong>in</strong>ty, Evolution, and Economic Theory”, (1950) 58 Journal of Political Economy 211..<br />

18<br />

Zie La Porta, R., Lopez-<strong>de</strong>-Silanes, F., Shleifer, A., en Vishny, R., “Law and F<strong>in</strong>ance”, (1998) 106 Journal of<br />

Political Economy 1113..<br />

19<br />

In overgangseconomieën kan <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van rechtstransplantaties een bre<strong>de</strong> convergentie van <strong>het</strong> recht <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

jurisdicties te weeg brengen. Zie Pistor, K.,, Ke<strong>in</strong>an, Y., Kle<strong>in</strong>heisterhamp, J., en West, M., „“Innovation <strong>in</strong> Corporate<br />

Law”, (2003) 31 Journal of Comparative Economics 676.:<br />

20<br />

Zie Mattei, U., “Efficiency <strong>in</strong> Legal Transplants: An Essay <strong>in</strong> Comparative Law and Economics”, (1994) 14<br />

International Law and Economics 3 (die opmerkt dat rechtstransplantaties zeer verborgen fenomenen kunnen zijn).<br />

21<br />

Zie Hay, J.R., Shleifer, A. en Vishny, R.., “Towards a Theory of Legal Reform”, (1996) 40 European Economic<br />

Review 559. (die betoogt dat lenen <strong>in</strong>efficiënt zou zijn wanneer <strong>de</strong> buitenlandse rechtsregels en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen <strong>de</strong><br />

bestaan<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gspraktijk zou<strong>de</strong>n verstoren).<br />

6


De essentie is dat zelfs wanneer veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> sociale en economische<br />

omstandighe<strong>de</strong>n een herzien<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> recht noodzakelijk maken, <strong>het</strong> hervorm<strong>in</strong>gsproces on<strong>de</strong>rworpen is<br />

aan bronnen van "path <strong>de</strong>pen<strong>de</strong>nce" die <strong>het</strong> ontstaan van mo<strong>de</strong>rne en <strong>in</strong>novatieve rechtsregels en<br />

<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen belemmeren. Bovendien kan van b<strong>in</strong>nenlandse wettenmakers niet wor<strong>de</strong>n verwacht dat zij<br />

a<strong>de</strong>quaat reageren op mogelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>het</strong> rechtssysteem van <strong>de</strong> omliggen<strong>de</strong> jurisdicties. Deze<br />

aanpak zal echter zeker kunnen veran<strong>de</strong>ren <strong>in</strong>dien <strong>de</strong> wetgeven<strong>de</strong> macht van een geïsoleer<strong>de</strong> jurisdictie,<br />

geconfronteerd wor<strong>de</strong>nd met globale competitie, snelle technologische veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen en wijzigen<strong>de</strong><br />

marktomstandighe<strong>de</strong>n, gemotiveerd is om <strong>het</strong> concurrentievermogen van <strong>de</strong> "<strong>in</strong>heemse" <strong>in</strong>dustrie te<br />

bevor<strong>de</strong>ren door gunstige regels van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>grecht te scheppen die <strong>de</strong> sociale en economische<br />

veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen weerspiegelen. Het is dui<strong>de</strong>lijk dat dit tot een sterkere en meer concurreren<strong>de</strong> economie kan<br />

lei<strong>de</strong>n. De aanwezigheid van marktgestuur<strong>de</strong> krachten kan monopolistische wetgeven<strong>de</strong> machten dw<strong>in</strong>gen<br />

tot wijzig<strong>in</strong>g van hun <strong>vennootschapsrecht</strong>. Wanneer er echter geen open markt voor <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l <strong>in</strong> goe<strong>de</strong>ren<br />

en diensten is en er geen vrij verkeer van productiefactoren is, kan men er niet van uitgaan dat <strong>de</strong> politieke<br />

actoren en wettenmakers bij <strong>het</strong> uitvaardigen van wetgev<strong>in</strong>g een nieuwe aanpak gaan volgen. Maar<br />

wanneer <strong>de</strong> geïsoleer<strong>de</strong> jurisdictie on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el wordt van een gemeenschappelijke markt, zoals <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

Verenig<strong>de</strong> Staten of <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie, en <strong>de</strong> nationale han<strong>de</strong>lsbelemmer<strong>in</strong>gen gelei<strong>de</strong>lijk verdwijnen,<br />

kunnen er zeer wel prikkels voor concurreren<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g aan <strong>de</strong> oppervlakte komen. In <strong>het</strong> volgen<strong>de</strong> <strong>de</strong>el<br />

wordt <strong>de</strong> vraag gesteld of <strong>de</strong> jurisdicties, wanneer <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie een meer geïntegreer<strong>de</strong> economie<br />

wordt, uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk toch hun wetgev<strong>in</strong>gsaanpak zullen wijzigen.<br />

3.2 De <strong>Europese</strong> “non-competitie strategie”<br />

Bij <strong>het</strong> Verdrag van Rome (1957) tussen Frankrijk, West-Duitsland, Italië, België, Ne<strong>de</strong>rland en<br />

Luxemburg werd <strong>de</strong> gemeenschappelijke <strong>Europese</strong> markt gecreëerd. Het Verdrag gaf buitenlandse<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>het</strong> recht om <strong>in</strong> een an<strong>de</strong>re lidstaat dochteron<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen te starten zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rworpen te<br />

zijn aan meer beperken<strong>de</strong> bepal<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> gaststaat. 22 Destijds prevaleer<strong>de</strong><br />

<strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel nog, Dit houdt <strong>in</strong> dat <strong>de</strong> wetten van <strong>de</strong> gaststaat wor<strong>de</strong>n toegepast wanneer<br />

<strong>het</strong> werkelijke mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong> activiteiten van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g is verplaatst naar <strong>de</strong> gaststaat. Velen<br />

vrees<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong>ze leer terre<strong>in</strong> aan <strong>het</strong> verliezen was aangezien Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong>ze doctr<strong>in</strong>e kort daarvoor had<br />

verlaten. Bovendien zou artikel 293 (ex 220) van <strong>het</strong> Verdrag, 23 dat lidstaten uitnodig<strong>de</strong> om met elkaar <strong>in</strong><br />

on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g te tre<strong>de</strong>n over on<strong>de</strong>r meer <strong>het</strong> Verdrag van Brussel uit 1968 <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g<br />

van vennootschappen, <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel hebben verlaten ten gunste van <strong>de</strong> <strong>in</strong>corporatieleer. 24<br />

Niet vergeten mag wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel was ontwikkeld als verzet tegen <strong>het</strong><br />

opportunistische gedrag van geïsoleer<strong>de</strong> jurisdicties die op drift zijn<strong>de</strong> bedrijven trachtten te lokken..<br />

Gebruik makend van <strong>de</strong> concepten van <strong>de</strong> evolutionaire speltheorie zien wij dat België vóór <strong>de</strong> 20e eeuw<br />

een non-coöperatief spel tegen Frankrijk speel<strong>de</strong> <strong>het</strong>geen Franse managers <strong>in</strong> staat stel<strong>de</strong> om <strong>de</strong> staat van<br />

opricht<strong>in</strong>g van hun on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g te wijzigen. Het dreigen<strong>de</strong> verlies van bedrijven aan buitenlandse<br />

jurisdicties vorm<strong>de</strong> een impuls voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel <strong>in</strong> Europa. 25<br />

22 Zie Leleux, P., "Corporation Law <strong>in</strong> the United States and <strong>in</strong> the E.E.C., Some Comments on the Present Situation<br />

and the Future Prospects", (1968) 6 Common Market Law Review 133; Buxbaum, R.M. en Hopt, K.J., "Legal<br />

Harmonization and the Bus<strong>in</strong>ess Enterprise, Corporate and Capital Market Law Harmonization Policy <strong>in</strong> Europe and<br />

the United States" (Volume 4), (Walter <strong>de</strong> Gruyter, 1988) (waar<strong>in</strong> wordt uitgelegd dat <strong>de</strong> door <strong>het</strong> Verdrag<br />

gegaran<strong>de</strong>er<strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g <strong>het</strong> gebruik van <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel verwerpt).<br />

23 Bij <strong>het</strong> Verdrag van Amsterdam zijn <strong>de</strong> verdragsartikelen hernummerd.<br />

24 Artikel 293 (ex 220) van <strong>het</strong> Verdrag luidt als volgt:<br />

"De lidstaten tre<strong>de</strong>n, voorzover nodig, met elkaar <strong>in</strong> on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g ter verzeker<strong>in</strong>g, voor hun on<strong>de</strong>rdanen,<br />

van:<br />

...<br />

"<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen <strong>in</strong> <strong>de</strong> z<strong>in</strong> van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> al<strong>in</strong>ea van artikel 48, <strong>de</strong> handhav<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> rechtspersoonlijkheid <strong>in</strong> geval van verplaats<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> zetel van <strong>het</strong> ene land naar <strong>het</strong> an<strong>de</strong>re en <strong>de</strong><br />

mogelijkheid tot fusie van vennootschappen die on<strong>de</strong>r verschillen<strong>de</strong> nationale wetgev<strong>in</strong>gen ressorteren."<br />

Tot dusverre is één pog<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>rnomen om aan <strong>de</strong> verplicht<strong>in</strong>g van artikel 293 te voldoen: <strong>het</strong> Verdrag van Brussel<br />

van 1968 <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rzijdse erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen. Al <strong>in</strong> 1956 had <strong>de</strong> Haagse Conferentie voor<br />

Internationaal Privaatrecht een conceptverdrag opgesteld <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rzijdse erkenn<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

rechtspersoonlijkheid van vennootschappen. Bei<strong>de</strong> pog<strong>in</strong>gen liepen uit op een mislukk<strong>in</strong>g. Zie Rammeloo, S.F.G.,<br />

"Corporations <strong>in</strong> Private International Law, A European Perspective", (Oxford University Press, 2001), p. 24-37.<br />

25 Zie Charny, D., "Competition among Jurisdictions <strong>in</strong> Formulat<strong>in</strong>g Corporate Law Rules: An American Perspective<br />

on the “Race to the Bottom” <strong>in</strong> the European Communities", (1991) 32 Harvard International Law Journal 423, p. 428.<br />

7


In <strong>de</strong>ze omstandighe<strong>de</strong>n zou <strong>het</strong> Verdrag <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van een markt voor <strong>het</strong> aantrekken van<br />

bedrijven aantoonbaar hebben bevor<strong>de</strong>rd. De reactie hierop was gemengd. De oprichten<strong>de</strong> lidstaten, zoals<br />

Frankrijk en West-Duitsland, die vrees<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> gevolgen van een uitbraak van een zogenaam<strong>de</strong> "raceto-the-bottom",<br />

reageer<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren '60 door <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> lidstaten en nieuw toetre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> le<strong>de</strong>n te<br />

verplichten tot acceptatie van <strong>de</strong> harmonisatie van hun <strong>vennootschapsrecht</strong>. Met name Frankrijk maakte<br />

zich zorgen dat Ne<strong>de</strong>rland, met haar flexibele vennootschapswetgev<strong>in</strong>g, een groot aantal<br />

pseudovennootschappen zou kunnen aantrekken. 26 De door <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Commissie geprefereer<strong>de</strong><br />

oploss<strong>in</strong>g voor dit probleem was een "top-down" harmonisatie van <strong>het</strong> nationale <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong><br />

lidstaten. Op grond van <strong>de</strong>ze strategie begonnen <strong>de</strong> lidstaten een coöperatief spel waarbij <strong>de</strong> partijen<br />

afspraken <strong>in</strong> ruil voor politieke voor<strong>de</strong>len of "rents" te stoppen met opportunisme <strong>in</strong> ruil voor <strong>het</strong><br />

lidmaatschap van <strong>de</strong> Gemeenschap. 27 Op basis van <strong>de</strong>ze besprek<strong>in</strong>g is <strong>het</strong> dui<strong>de</strong>lijk dat een kle<strong>in</strong> aantal<br />

lidstaten een politieke afspraak kon<strong>de</strong>n regelen die hun b<strong>in</strong>nenlandse nationale aan<strong>de</strong>lenkapitaal<br />

bescherm<strong>de</strong>, <strong>het</strong>geen voor <strong>de</strong>ze reger<strong>in</strong>gen zowel fiscale als politieke voor<strong>de</strong>len oplever<strong>de</strong>. Natuurlijk<br />

woog <strong>het</strong> gecomb<strong>in</strong>eer<strong>de</strong> effect van <strong>de</strong>ze voor<strong>de</strong>len zwaar<strong>de</strong>r dan <strong>de</strong> belon<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> maken van<br />

concurreren<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g.<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> jaren '70 trad een aantal lan<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> EU toe om soortgelijke re<strong>de</strong>nen van politieke<br />

stabiliteit en economische <strong>in</strong>tegratie. Hoewel <strong>de</strong> nieuwe le<strong>de</strong>n Denemarken, Ierland en <strong>het</strong> Verenigd<br />

Kon<strong>in</strong>krijk <strong>de</strong> <strong>in</strong>corporatieleer on<strong>de</strong>rschreven, 28 <strong>het</strong>geen <strong>de</strong> mogelijkheid van emigratie van b<strong>in</strong>nenlandse<br />

bedrijven had kunnen versterken, was <strong>het</strong> coöperatieve "equilibrium" voldoen<strong>de</strong> stabiel om <strong>de</strong>ze ten<strong>de</strong>ns te<br />

neutraliseren. De coöperatieve overeenkomst ken<strong>de</strong> nog een an<strong>de</strong>r element. De lidstaten stem<strong>de</strong>n alleen toe<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> harmonisatie van hun nationale wetten als dit kon wor<strong>de</strong>n bereikt zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kernelementen van hun<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> te wijzigen. 29 Dit bevestig<strong>de</strong> <strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>g dat <strong>de</strong> lidstaten ook elkaars autonomie op<br />

wetgev<strong>in</strong>gsterre<strong>in</strong> zou<strong>de</strong>n respecteren.<br />

3.3 Richtlijnen van <strong>de</strong> eerste en twee<strong>de</strong> generatie: pog<strong>in</strong>gen tot harmonisatie<br />

In <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> eerste generatie werd 30 <strong>in</strong> feite <strong>de</strong> <strong>in</strong>houd van <strong>het</strong> nationale wetten van <strong>de</strong> lidstaten<br />

opnieuw geformuleerd. 31 Een rigi<strong>de</strong> en complete ‘top-down’ harmonisatie stond hoog op <strong>de</strong> agenda. De<br />

verplichte regels, zoals regels voor <strong>het</strong> m<strong>in</strong>imumkapitaal en openbaarmak<strong>in</strong>g, maakten <strong>de</strong>el uit van <strong>de</strong><br />

eerste golf geharmoniseer<strong>de</strong> regels. 32 De serie regels voor <strong>het</strong> wettelijk verplichte m<strong>in</strong>imumkapitaal leek<br />

26 De <strong>Europese</strong> Commissie riep <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren '60 <strong>de</strong> eerste commissie van <strong>de</strong>skundigen <strong>in</strong> <strong>het</strong> leven om <strong>de</strong> gevolgen van<br />

<strong>de</strong> verschillen <strong>in</strong> <strong>het</strong> beleid van <strong>de</strong> lidstaten ten aanzien van <strong>de</strong> vennootschapsbelast<strong>in</strong>g te analyseren. Ne<strong>de</strong>rland en<br />

Luxemburg, die belang had<strong>de</strong>n bij <strong>het</strong> ontwikkelen van hun bloeien<strong>de</strong> kapitaalmarkten, belemmer<strong>de</strong>n met succes <strong>de</strong><br />

harmonisatie van <strong>de</strong> vennootschapsbelast<strong>in</strong>g ter bescherm<strong>in</strong>g van hun succesvolle beleid om hun grenzen open te<br />

stellen. Zie Holz<strong>in</strong>ger, K. "Tax Competition and Tax Co-operation <strong>in</strong> the EU: The Case of Sav<strong>in</strong>gs Taxation", (2003)<br />

EUI Work<strong>in</strong>g Paper, RSC nr. 07, European Forum Series.<br />

27 Politieke voor<strong>de</strong>len wer<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> lidstaten waar<strong>de</strong>voller geacht dan economische voor<strong>de</strong>len, gelet op hun belang<br />

bij politieke stabiliteit en economische <strong>in</strong>tegratie. Zie Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European<br />

Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New Palgrave Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference<br />

Limited, 1998), p. 548.<br />

28 Volgens <strong>de</strong> <strong>in</strong>corporatieleer is <strong>de</strong> vennootschap niet on<strong>de</strong>rworpen aan <strong>het</strong> recht van <strong>de</strong> staat waar <strong>het</strong> feitelijke<br />

mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong> vennootschap is gevestigd, maar aan <strong>het</strong> recht van <strong>de</strong> staat van opricht<strong>in</strong>g.<br />

29 Zie Charny, D., "Competition among Jurisdictions <strong>in</strong> Formulat<strong>in</strong>g Corporate Law Rules: An American Perspective<br />

on the “Race to the Bottom” <strong>in</strong> the European Communities", (1991) 32 Harvard International Law Journal 423.<br />

30 Zie Villiers, Ch., "European Company Law - Towards Democracy?" (Ashgate Darthmout, 1998), p. 28-51 (die<br />

on<strong>de</strong>rscheid maakt tussen vier generaties richtlijnen: <strong>de</strong> eerste generatie, waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> nadruk lag op uniformiteit en<br />

prescriptie, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> generatie, die een serie opties bood die <strong>in</strong> wezen <strong>de</strong> meest toegepaste aanpak <strong>in</strong> <strong>de</strong> lidstaten<br />

vertegenwoordig<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> generatie, die bepaal<strong>de</strong> kwesties uitdrukkelijk aan <strong>de</strong> lidstaten overliet en <strong>de</strong> vier<strong>de</strong><br />

generatie, die <strong>het</strong> proces nog een stap ver<strong>de</strong>r voer<strong>de</strong> door slechts een ka<strong>de</strong>rmo<strong>de</strong>l vast te stellen).<br />

31 Carney, W.J., "The Political Economy of Competition for Corporate Charters", (1997) 26 Journal of Legal Studies<br />

303, p. 318 (die betoogt dat <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> eerste generatie waarschijnlijk kenmerkend zijn voor <strong>de</strong> dom<strong>in</strong>ante<br />

rechtspraktijken <strong>in</strong> <strong>de</strong> lidstaten, omdat hun aanname <strong>de</strong> unanieme goedkeur<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> lidstaten vereiste); Cheff<strong>in</strong>s,<br />

B.R., "Company Law: Theory, Structure, and Operation" (Clarendon Press, 1997), p. 448: "Typerend is dat <strong>de</strong> EU niet<br />

veel meer heeft gedaan dan <strong>het</strong> opleggen van een serie maatregelen bovenop <strong>de</strong> reeds bestaan<strong>de</strong> b<strong>in</strong>nenlandse wet- en<br />

regelgev<strong>in</strong>g"; Halbhuber, H., "National Doctr<strong>in</strong>al Structures and European Company Law", (2001) 38 Common<br />

Market Law Review 1385 p. 1406: ".. <strong>de</strong> richtlijnen beogen geen cruciale kwesties te behan<strong>de</strong>len, zoals goe<strong>de</strong>-trouw<br />

verplicht<strong>in</strong>gen, vertrek van m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs, uitstot<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>koop, overdracht van aan<strong>de</strong>len, enz."<br />

32 Tot <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> eerste generatie behoren <strong>de</strong> Eerste en Twee<strong>de</strong> Richtlijn betreffen<strong>de</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>,<br />

Eerste Richtlijn van <strong>de</strong> Raad [1968] PB Speciale Editie (1) (openbaarmak<strong>in</strong>gsvereisten voor vennootschappen);<br />

8


echter <strong>in</strong> <strong>het</strong> belang te zijn van b<strong>in</strong>nenlandse belangengroepen. 33 Mogelijk heeft <strong>het</strong> zitten<strong>de</strong><br />

managementka<strong>de</strong>r <strong>in</strong>vloed uitgeoefend op <strong>de</strong> wetgeven<strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> EU om bepal<strong>in</strong>gen te creëren die<br />

divi<strong>de</strong>nduitker<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> <strong>in</strong>koop van aan<strong>de</strong>len beperkten om zo meer speelruimte te krijgen voor<br />

her<strong>in</strong>vester<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsw<strong>in</strong>st. Ook accountants, die bij <strong>de</strong> vereiste waar<strong>de</strong>bepal<strong>in</strong>g een<br />

spilfunctie vervullen, had<strong>de</strong>n er veel belang bij om <strong>de</strong> uitkomst van <strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

Met <strong>de</strong> toetred<strong>in</strong>g van Engeland en an<strong>de</strong>re lidstaten was <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> golf richtlijnen aantoonbaar<br />

flexibeler; zij gaven lidstaten <strong>de</strong> optie om aan <strong>de</strong> bepal<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> richtlijnen te voldoen. 34 Gezien <strong>de</strong><br />

diversiteit van <strong>de</strong> wettelijke regel<strong>in</strong>gen, waarborg<strong>de</strong> <strong>de</strong> optionele aanpak dat <strong>de</strong> richtlijnen niet <strong>in</strong> bots<strong>in</strong>g<br />

kwamen met <strong>de</strong> kernelementen van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> lidstaten en werd <strong>de</strong> coöperatieve<br />

overeenkomst opnieuw gerespecteerd.<br />

De rigi<strong>de</strong> aanpak van <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> eerste en twee<strong>de</strong> generatie toon<strong>de</strong> al snel zijn beperk<strong>in</strong>gen.<br />

De harmonisatie van belangrijke gebie<strong>de</strong>n van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>, zoals <strong>de</strong> structuur en<br />

verantwoor<strong>de</strong>lijkheid van <strong>het</strong> bestuur, grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies, werknemersvertegenwoordig<strong>in</strong>g en<br />

faillissementsprocedures, verliep voorspelbaar traag en <strong>in</strong>effectief. 35 De fundamentele men<strong>in</strong>gsverschillen<br />

tussen <strong>de</strong> lidstaten over belangrijke kwesties zoals <strong>de</strong> me<strong>de</strong>zeggenschap van werknemers en <strong>de</strong> tegenz<strong>in</strong><br />

van <strong>de</strong> lidstaten om <strong>de</strong> geharmoniseer<strong>de</strong> regels te implementeren 36 <strong>de</strong>monstreren <strong>de</strong> moeilijkhe<strong>de</strong>n die zich<br />

voordoen wanneer <strong>de</strong> autonomie van <strong>het</strong> recht van <strong>de</strong> lidstaten wordt geraakt. Zo spraken <strong>de</strong> lidstaten<br />

regelmatig hun veto uit over voorstellen voor richtlijnen op grond van artikel 100 van <strong>het</strong> EG-verdrag<br />

(thans artikel 94), tenzij een politiek aanvaardbare consensus werd bereikt. 37<br />

Het was al vroeg dui<strong>de</strong>lijk, gezien <strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>gstegenslagen bij <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> eerste en twee<strong>de</strong><br />

generatie, dat <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Commissie <strong>de</strong> meest hardnekkige belemmer<strong>in</strong>gen voor economische <strong>in</strong>tegratie<br />

niet zou kunnen wegnemen. Terwijl <strong>de</strong> EU haar harmonisatiestrategie bleef volgen, begonnen<br />

beleidsmakers b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> Commissie een meer onafhankelijke agenda op basis van artikel 308 (ex 235) op<br />

te stellen. 38 Met <strong>het</strong> oog hierop <strong>in</strong>troduceer<strong>de</strong> <strong>de</strong> EG <strong>de</strong> Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g tot <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g van <strong>Europese</strong><br />

Twee<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad [1977] PB 26/1 (kapitaalbescherm<strong>in</strong>g).<br />

33 Zie Carney, W.J., "The Political Economy of Competition for Corporate Charters", (1997) 26 Journal of Legal<br />

Studies 303, p. 324; Enriques, L. en Macey, J.R., "Creditors versus Capital Formation: The Case aga<strong>in</strong>st the<br />

European Legal Capital Rules", (2001) 86 Cornell Law Review 1165, p. 1202-1203.<br />

34 Tot <strong>de</strong> richtlijnen van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> generatie behoren <strong>de</strong> Der<strong>de</strong> [1978] PB L295/36 en Zes<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad<br />

[1982] PB L378/47 betreffen<strong>de</strong> fusies en splits<strong>in</strong>gen alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong> [1978] PB L222/11, Zeven<strong>de</strong> [1983] PB<br />

L193/1 en Achtste Richtlijn [1984] PB L126/20 betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> jaarreken<strong>in</strong>g en geconsoli<strong>de</strong>er<strong>de</strong> jaarreken<strong>in</strong>g en <strong>de</strong><br />

toelat<strong>in</strong>g van accountants.<br />

35 Zie Woolcock, S., "Competition among Rules <strong>in</strong> the S<strong>in</strong>gle European Market", <strong>in</strong> W.W. Bratton, J.A. McCahery, S.<br />

Picciotto, en C. Scott (eds.), "International Regulatory Competition and Coord<strong>in</strong>ation, Perspectives on Economic<br />

Regulation <strong>in</strong> Europe and the United States", (Oxford University Press, 1997), p. 292. In <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />

Commissie (1985:18), niet <strong>in</strong> referentielijst:<br />

"vertrouwen op een volledig op harmonisatie gebaseer<strong>de</strong> strategie zou neerkomen op overreguler<strong>in</strong>g, een<br />

lange implementatieduur vergen, niet flexibel zijn en <strong>in</strong>novatie <strong>in</strong> <strong>de</strong> kiem kunnen smoren."<br />

36 Zie Wouters, J., "European Company Law: Quo Vadis?", (2000) 37 Common Market Law Review 257, p. 275. De<br />

weerstand van Duitsland tegen <strong>het</strong> implementeren van <strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad (EG) 90/605 van 8 november 1990,<br />

waarbij <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong> en Zeven<strong>de</strong> Richtlijn wer<strong>de</strong>n uitgebreid tot vennootschappen on<strong>de</strong>r firma en commanditaire<br />

vennootschappen met een rechtspersoon als beherend vennoot vormt een perfecte illustratie van <strong>de</strong>ze trend. Deze<br />

hybri<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsvormen wer<strong>de</strong>n oorspronkelijk niet door <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong> en Zeven<strong>de</strong> Richtlijn bestreken. Zie <strong>de</strong><br />

Vier<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad [1978] PB L222/11 (enkelvoudige jaarreken<strong>in</strong>g); <strong>de</strong> Zeven<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad<br />

[1983] PB L193/1 (geconsoli<strong>de</strong>er<strong>de</strong> jaarreken<strong>in</strong>g). Hoewel sommige jurisdicties zoals Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong>ze richtlijnen<br />

vrijwillig toepasten op hybri<strong>de</strong> "vehikels met beperkte aansprakelijkheid", stel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Commissie zich op <strong>het</strong> standpunt<br />

dat <strong>het</strong> tegen <strong>de</strong> geest en doelstell<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong> en Zeven<strong>de</strong> Richtlijn zou <strong>in</strong>druisen om <strong>de</strong>ze vehikels niet aan <strong>de</strong><br />

communautaire regels te on<strong>de</strong>rwerpen.. De commanditaire vennootschap met een rechtspersoon als beherend vennoot<br />

(GmbH & Co KG) is vooral <strong>in</strong> Duitsland populair. Hoewel <strong>de</strong> Duitse reger<strong>in</strong>g <strong>in</strong>stem<strong>de</strong> met een ver<strong>de</strong>re uitbreid<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> richtlijnen na <strong>de</strong> aankondig<strong>in</strong>g van ver<strong>de</strong>re vrijstell<strong>in</strong>gen voor <strong>het</strong> MKB door <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> wetgever, stel<strong>de</strong> zij<br />

<strong>de</strong> implementatie van <strong>het</strong> amen<strong>de</strong>ment uit. Pas na <strong>de</strong> uitspraak van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong> <strong>de</strong> zaak C-272/97 Commissie v.<br />

Duitsland wijzig<strong>de</strong> <strong>de</strong> Duitse reger<strong>in</strong>g <strong>de</strong> wet conform <strong>de</strong> amen<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> richtlijn. Zie Edwards, V., "EC Company<br />

Law", (Clarendon Press, 1999), p. 124.<br />

37 Zie Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New Palgrave<br />

Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference Limited, 1998), p. 548 (waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste stappen<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> Economische Unie wor<strong>de</strong>n omschreven als "ge<strong>de</strong>centraliseerd fe<strong>de</strong>ralisme").<br />

38 Artikel 308 (ex 235) stelt twee voorwaar<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> eenword<strong>in</strong>g: 1. een optre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Gemeenschap moet<br />

noodzakelijk blijken; 2. <strong>het</strong> Verdrag voorziet niet <strong>in</strong> <strong>de</strong> daartoe vereiste bevoegdhe<strong>de</strong>n. Zie Buxbaum, R.M. en Hopt,<br />

K.J., "Legal Harmonization and the Bus<strong>in</strong>ess Enterprise, Corporate and Capital Market Law Harmonization Policy <strong>in</strong><br />

Europe and the United States" (Volume 4), (Walter <strong>de</strong> Gruyter, 1988), p. 210-212.<br />

9


Economische Samenwerk<strong>in</strong>gsverban<strong>de</strong>n (EESV), die on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen uit verschillen<strong>de</strong> lidstaten <strong>in</strong> staat<br />

stel<strong>de</strong> gezamenlijk bepaal<strong>de</strong> activiteiten te ontplooien zon<strong>de</strong>r dat een fusie of opricht<strong>in</strong>g van een<br />

gemeenschappelijke dochteron<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g noodzakelijk was. 39 De eerste echt <strong>Europese</strong> rechtsvorm ontstond<br />

omdat men geen afbreuk <strong>de</strong>ed aan nationale doctr<strong>in</strong>es en gebruiken en nauwelijks concurreer<strong>de</strong> met <strong>de</strong><br />

nationale rechtsvormen. 40 In werkelijkheid hebben <strong>de</strong> beperkte doelstell<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> EESV en <strong>de</strong><br />

verwijz<strong>in</strong>gen naar <strong>het</strong> nationale recht geresulteerd <strong>in</strong> een tamelijk onpopulaire rechtsvorm. 41<br />

In 1970 stel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Commissie tevens <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap voor 42 . Deze<br />

wettelijke rechtsvorm was bedoeld om <strong>in</strong> twee of meer lidstaten opereren<strong>de</strong> bedrijven <strong>de</strong> mogelijkheid te<br />

bie<strong>de</strong>n om gebruik te maken van een echt <strong>Europese</strong> rechtsvorm, <strong>in</strong>hou<strong>de</strong>nd dat zij hun statutaire zetel van<br />

<strong>het</strong> ene naar <strong>het</strong> an<strong>de</strong>re land kunnen verplaatsen zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vennootschap eerst <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste lidstaat te<br />

ontb<strong>in</strong><strong>de</strong>n en formeel <strong>in</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re lidstaat op te richten. Het sterke verzet van <strong>de</strong> lidstaten tegen <strong>de</strong><br />

aanname van <strong>de</strong>ze wetgev<strong>in</strong>g weerspiegel<strong>de</strong>, tot onlangs nog, hun blijven<strong>de</strong> voorkeur voor <strong>het</strong> behoud van<br />

hun autonomie op wetgev<strong>in</strong>gsgebied en van hun controle over <strong>de</strong> kerngebie<strong>de</strong>n van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>. 43<br />

Aldus bereikten <strong>de</strong> eerste fasen van <strong>het</strong> harmonisatieproces, met zijn vergaan<strong>de</strong> aanpak, hun<br />

onvermij<strong>de</strong>lijke dieptepunt met <strong>het</strong> mislukken van <strong>de</strong> Vijf<strong>de</strong>, Negen<strong>de</strong> en Dertien<strong>de</strong> Richtlijn en moest een<br />

nieuwe richt<strong>in</strong>g wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong>geslagen om <strong>de</strong> doelstell<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> economische <strong>in</strong>tegratie te<br />

bereiken. 44<br />

Na <strong>het</strong> Cassis <strong>de</strong> Dijon-arrest van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> Hof van Justitie, en met <strong>het</strong> Witboek van <strong>de</strong><br />

Commissie van 1985 zoals aangenomen bij <strong>de</strong> Resolutie van <strong>de</strong> Raad uit <strong>het</strong>zelf<strong>de</strong> jaar, probeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> EU<br />

tegemoet te komen aan <strong>de</strong> roep om meer flexibiliteit. 45 M<strong>in</strong>imale harmonisatie en we<strong>de</strong>rzijdse erkenn<strong>in</strong>g<br />

vorm<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> "nieuwe harmonisatieaanpak". 46 In <strong>het</strong> daarop volgen<strong>de</strong> jaar werd met <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> Akte getracht om mogelijke blokker<strong>in</strong>gen door veto's op Raadsniveau op te lossen door te<br />

voorzien <strong>in</strong> een consultatieprocedure en stemm<strong>in</strong>g met een gekwalificeer<strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid. 47 Bij <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

39 De EESV zag <strong>in</strong> 1985 <strong>het</strong> leven (Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g (EEG) 2137/85 van <strong>de</strong> Raad tot <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g van <strong>Europese</strong> Economische<br />

Samenwerk<strong>in</strong>gsverban<strong>de</strong>n [1985] PB L199/1). De EESV schept een Europees wetgev<strong>in</strong>gska<strong>de</strong>r dat bestaan<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen een gemakkelijk en toegankelijk vehikel voor grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> reorganisaties biedt.<br />

40 Zie Grundmann, S., "Europäisches Han<strong>de</strong>lsrecht – vom Han<strong>de</strong>lsrecht <strong>de</strong>s laissez faire im Ko<strong>de</strong>x <strong>de</strong>s 19.<br />

Jahrhun<strong>de</strong>rts zum Han<strong>de</strong>lsrecht <strong>de</strong>r sozialen Verantwortung", (1999) 28 Zeitschrift für Unternehmens- und<br />

Gesellschaftsrecht 635, p. 645 fn. 36.<br />

41 De EESV is een spiegelbeeld van <strong>de</strong> Franse "Groupement d’Interêt Economique", die <strong>in</strong> <strong>het</strong> Franse bedrijfsleven een<br />

populaire bedrijfsvorm is gebleken te zijn. De "Groupement d’Interêt Economique" blijkt haar bestaan echter te<br />

danken aan beperk<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> Franse vof-rechtsvorm. Zie Lutter, M., "Europäisches Unternehmensrecht, Grundlagen,<br />

Stand und Entwicklung nebst Texten und Materialien zur Rechtsangleichung", (Walter <strong>de</strong> Gruyter, 1996), p. 67 (die<br />

betoogt dat uit Duits perspectief <strong>de</strong> creatie van <strong>de</strong> EESV een vergiss<strong>in</strong>g is). Zie ook Wouters, J., "European Company<br />

Law: Quo Vadis?", (2000) 37 Common Market Law Review 257 p. 261.<br />

42 Zie <strong>de</strong>el 5.2. hierna.<br />

43 Bij <strong>het</strong> beg<strong>in</strong> van <strong>de</strong> EU begrepen <strong>de</strong> lidstaten gezien <strong>het</strong> "Delaware-effect" <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS dat <strong>de</strong> gevolgen van<br />

concurrentiedruk na<strong>de</strong>lig zou<strong>de</strong>n zijn voor eigen, nationale wetgev<strong>in</strong>gsbevoegdhe<strong>de</strong>n en namen zij onmid<strong>de</strong>llijk<br />

maatregelen tot <strong>het</strong> afweren van <strong>de</strong> (horizontale) dreig<strong>in</strong>g door <strong>het</strong> creëren van een fe<strong>de</strong>raal soort <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g (<strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> Commissie) die <strong>de</strong> harmonisatie van bepaal<strong>de</strong> terre<strong>in</strong>en van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> loep nam.<br />

(zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kern te raken). Hoewel <strong>de</strong> oorspronkelijke wetgev<strong>in</strong>gsstrategie vol<strong>de</strong>ed aan <strong>de</strong> doelstell<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong><br />

lidstaten, breid<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Commissie haar eigen wetgev<strong>in</strong>gsagenda uit door echt "<strong>Europese</strong>" rechtsvormen te<br />

ontwikkelen. Naarmate <strong>de</strong>ze (verticale) aanpak <strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>gsbevoegdhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> lidstaten beperkte, verdween hun<br />

steun voor "top-down" wetgev<strong>in</strong>g gelei<strong>de</strong>lijk.<br />

44 High Level Group of Company Law Experts (2002), "A Mo<strong>de</strong>rn Regulatory Framework for Company Law <strong>in</strong><br />

Europe: A Consultative Document". Zie ook De Kluiver, H.J., "Disparities and Similarities <strong>in</strong> European and American<br />

Company Law: What about Liv<strong>in</strong>g Apart Together?", <strong>in</strong>: Wouters, J. en Schnei<strong>de</strong>r, H. (eds.), "Current Issues of Cross-<br />

Bor<strong>de</strong>r Establishment of Companies <strong>in</strong> The European Union" (Maklu, 1995), p. 300.<br />

45 Zie <strong>de</strong> zaak 120/78 Rewe Zentral AG v Bun<strong>de</strong>smonopolverwaltung für Branntwe<strong>in</strong> [‘Cassis <strong>de</strong> Dijon’] [1979] HvJ<br />

1979; <strong>Europese</strong> Commissie (1985) niet <strong>in</strong> referentielijst.<br />

46 Zie Majone, G., "Mutual Recognition In Fe<strong>de</strong>ral Type Systems", (1993) EUI discussiestuk SPS Nr. 1, p. 1-3:<br />

"<strong>de</strong> directe aanleid<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>ze nieuwe strategie was <strong>het</strong> verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> druk op <strong>de</strong><br />

Commissie bij <strong>de</strong> harmonisatie van nationale regels."<br />

47 Zie Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New Palgrave<br />

Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference Limited, 1998), p. 549:<br />

"<strong>de</strong>els geboren uit frustratie over <strong>het</strong> langzame tempo van <strong>de</strong> <strong>in</strong>tegratie van <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>len die <strong>de</strong>rgelijke<br />

hervorm<strong>in</strong>gen zou<strong>de</strong>n kunnen hebben voor <strong>de</strong> bestrijd<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> afnemen<strong>de</strong> economische fortu<strong>in</strong> van Europa<br />

(ook wel "Eurosclerosis" genoemd), zetten <strong>de</strong> tien le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Gemeenschap <strong>het</strong> Compromis van<br />

Luxemburg en <strong>het</strong> ge<strong>de</strong>centraliseer<strong>de</strong> fe<strong>de</strong>ralisme aan <strong>de</strong> kant en namen zij <strong>in</strong> 1986 <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Akte en een<br />

10


uitbreid<strong>in</strong>g 48 nam <strong>de</strong> EU een nieuw <strong>in</strong>tegratiemo<strong>de</strong>l op basis van gecentraliseerd fe<strong>de</strong>ralisme aan, 49 dat <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> Commissie een grotere agendabepalen<strong>de</strong> bevoegdheid gaf. Tussen 1986 en 1992 nam <strong>de</strong> EU <strong>de</strong><br />

twee richtlijnen van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> generatie aan, <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> openbaarmak<strong>in</strong>gsplicht van bijkantoren en <strong>de</strong><br />

opricht<strong>in</strong>g van eenpersoonsvennootschappen, die marg<strong>in</strong>aal waren voor <strong>de</strong> regel<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> nationale<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>. 50<br />

Ondanks <strong>de</strong> grotere flexibiliteit op grond van <strong>de</strong> "nieuwe aanpak", blijven <strong>de</strong> opgeleg<strong>de</strong> eisen tamelijk<br />

hoog. Marktreguler<strong>in</strong>g blijkt ontoereikend te zijn voor marktontwikkel<strong>in</strong>g. Bij afwezigheid van een soli<strong>de</strong><br />

basis voor legitimiteit blijft <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie een forum voor lidstaten die enthousiast hun eigen<br />

wetgev<strong>in</strong>gsproducten, en daarmee hun eigen regelgev<strong>in</strong>gsbeleid en juridische doctr<strong>in</strong>es, opleggen of<br />

ver<strong>de</strong>digen. 51 De aanpak van <strong>de</strong> EU blijft on<strong>de</strong>rworpen aan consensus en compromiswetgev<strong>in</strong>g. 52<br />

Fragmentatie en <strong>het</strong> ontbreken van een algemeen concept bij Brussel hebben hooguit een best-case<br />

scenario tot gevolg. Het harmonisatieproces kan niet alleen op efficiencygron<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n verklaard, maar<br />

moet wor<strong>de</strong>n gezien als reactie op <strong>de</strong> druk die wordt uitgeoefend door verschillen<strong>de</strong> belangengroepen die<br />

<strong>het</strong> bestaan<strong>de</strong> wettelijke ka<strong>de</strong>r willen beschermen en <strong>het</strong> maken van concurreren<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g willen<br />

blokkeren. 53<br />

3.4 Subsidiariteit en evenredigheid<br />

Een nieuwe fase <strong>in</strong> <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> fe<strong>de</strong>ralisme werd gekenmerkt door <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel, dat <strong>de</strong> lidstaten <strong>in</strong> 1992 <strong>in</strong> <strong>het</strong> Verdrag van Maastricht <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie<br />

omarm<strong>de</strong>n. 54 Voor gebie<strong>de</strong>n die niet on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> exclusieve bevoegdheid van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie vallen 55 ,<br />

lokaliseert <strong>het</strong> <strong>in</strong> artikel 5 van <strong>het</strong> verdrag neergeleg<strong>de</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel <strong>de</strong> bevoegdheid op EUniveau<br />

of op lidstaatniveau. In plaats van <strong>de</strong> bevoegdhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Unie en <strong>de</strong> lidstaten op te sommen,<br />

voorziet <strong>het</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel <strong>in</strong> een efficiencytoets om bevoegdhe<strong>de</strong>n vast te stellen en, nog<br />

belangrijker, om <strong>de</strong> uitvoeren<strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Commissie te beperken. 56 Onlangs heeft <strong>de</strong> Commissie<br />

nieuwe <strong>in</strong>stitutionele structuur, die <strong>het</strong> "gecentraliseer<strong>de</strong> fe<strong>de</strong>ralisme" bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, aan."<br />

Zie Streit, M.E. en Mussler, W., "Evolution of the economic constitution of the European Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.),<br />

The New Palgrave Dictionary of Economics and the Law, vol. 2 (Macmillan Reference Limited, 1998), p. 104-105.<br />

48<br />

In 1986 tra<strong>de</strong>n Spanje, Portugal en Griekenland toe tot <strong>de</strong> EU.<br />

49<br />

Zie Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New Palgrave<br />

Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference Limited, 1998), p. 549; Pollack, M.A., "The<br />

Eng<strong>in</strong>es of European Integration, Delegation, Agency, and Agenda Sett<strong>in</strong>g <strong>in</strong> the EU", (Oxford University Press,<br />

2003)<br />

50<br />

Elf<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad [1989] PB L395/36; Twaalf<strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad [1989] PB L395/40.<br />

51<br />

Zie Heritier, A., Knill, C., M<strong>in</strong>gers, S., "R<strong>in</strong>g<strong>in</strong>g the Changes <strong>in</strong> Europe: Regulatory Competition and Re<strong>de</strong>f<strong>in</strong>ition<br />

of the State: Brita<strong>in</strong>, France, Germany, Berl<strong>in</strong>", (<strong>de</strong> Gruyter, 1996), p. 149. Zie Caruso, D., "The Miss<strong>in</strong>g View of the<br />

Cathedral: The Private Law Paradigm of European Legal Integration", (1997) 3 European Law Journal 3 (die<br />

aanvoert dat <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> juridische actoren, <strong>in</strong>gegraven <strong>in</strong> juridisch formalisme, hardnekkig <strong>in</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>dig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

dogmatische coherentie van hun wetten en niet bereid tot besprek<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> politieke merites van hun gecomb<strong>in</strong>eer<strong>de</strong><br />

beleid, er<strong>in</strong> slagen om <strong>het</strong> proces van <strong>de</strong> <strong>in</strong>tegratie van <strong>het</strong> privaatrecht te vertragen en soms zelfs tot stilstand te<br />

brengen; Halbhuber, H., "National Doctr<strong>in</strong>al Structures and European Company Law", (2001) 38 Common Market<br />

Law Review 1385, p. 1409-1411 (die betoogt dat <strong>de</strong> nationale dogmatische structuren een belangrijke rol blijken te<br />

spelen bij <strong>de</strong> vorm<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Duitse begrip van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>materialen).<br />

52<br />

Zie Scharpf, F., "Govern<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Europe, Effective and Democratic?", (Oxford University Press, 1999).<br />

53<br />

Zie Carney, W.J., "The Political Economy of Competition for Corporate Charters", (1997) 26 Journal of Legal<br />

Studies 303, p. 317 en 329.<br />

54<br />

Naast een beperk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> Commissie via <strong>het</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel, heeft <strong>het</strong> Verdrag van Maastricht<br />

ook <strong>de</strong> me<strong>de</strong>besliss<strong>in</strong>gsprocedure geïntroduceerd. Als gevolg lijkt <strong>de</strong> besluitvorm<strong>in</strong>gsstructuur van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie<br />

sterk op <strong>de</strong> constitutionele vorm van <strong>de</strong>mocratisch fe<strong>de</strong>ralisme waarbij <strong>het</strong> centrale overheidsbeleid wordt afgesproken<br />

door een gewone meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> gekozen vertegenwoordigers van <strong>de</strong> reger<strong>in</strong>gen op lager niveau. Zie Inman en<br />

Rub<strong>in</strong>feld (1997: 50-53), niet op <strong>de</strong> referentielijst; Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European<br />

Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New Palgrave Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference<br />

Limited, 1998), p. 550.<br />

55<br />

Voor gebie<strong>de</strong>n die niet on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> exclusieve bevoegdheid van <strong>de</strong> Unie vallen, geldt <strong>de</strong> evenredigheidstoets. Artikel 5<br />

lid 3 van <strong>het</strong> Verdrag bepaalt: "<strong>het</strong> optre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Gemeenschap gaat niet ver<strong>de</strong>r dan wat nodig is om <strong>de</strong><br />

doelstell<strong>in</strong>gen van dit Verdrag te verwezenlijken".<br />

56<br />

Eerst moet wor<strong>de</strong>n bepaald of er op grond van <strong>het</strong> verdrag een bevoegdheid is om op te tre<strong>de</strong>n. Het<br />

subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel bepaalt vervolgens of en hoe <strong>de</strong> Gemeenschap kan optre<strong>de</strong>n. Aangetoond moet wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong><br />

doelstell<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> overwogen optre<strong>de</strong>n niet voldoen<strong>de</strong> door <strong>de</strong> lidstaten kunnen wor<strong>de</strong>n verwezenlijkt. Die<br />

bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g moet vervolgens <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re conclusie rechtvaardigen dat <strong>de</strong> doelstell<strong>in</strong>g gelet op <strong>de</strong> maatregel beter op<br />

11


echter gereageerd door een nieuwe aanpak voor governance en reguler<strong>in</strong>g op EU-niveau voor te stellen die<br />

<strong>het</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel weliswaar zou verstevigen, maar tegelijkertijd <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong><br />

Commissie als drijven<strong>de</strong> politieke kracht zou versterken. 57<br />

De <strong>Europese</strong> Commissie heeft, voortbouwend op <strong>de</strong> beg<strong>in</strong>selen van subsidiariteit en evenredigheid,<br />

een nieuw type richtlijn geïntroduceerd, die gebaseerd is op algemene beg<strong>in</strong>selen. Ondanks <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re<br />

flexibiliser<strong>in</strong>g van richtlijnen (waarbij men van <strong>het</strong> stellen van bepaal<strong>de</strong> m<strong>in</strong>imumeisen is overgestapt op<br />

een ka<strong>de</strong>rmo<strong>de</strong>l voor richtlijnen), bleef <strong>het</strong> uitvaardigen van richtlijnen veel lijken op spitsroe<strong>de</strong>n lopen. 58<br />

Zo illustreert <strong>de</strong> mislukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2001 van <strong>de</strong> Dertien<strong>de</strong> Richtlijn betreffen<strong>de</strong> overnames <strong>het</strong> diep gewortel<strong>de</strong><br />

conflict tussen sommige lidstaten over <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> tempo van <strong>de</strong> richtlijnen. 59<br />

Op nationaal niveau zijn er opvallend we<strong>in</strong>ig prikkels voor wetgevers om <strong>de</strong> opzet van regelgev<strong>in</strong>g te<br />

veran<strong>de</strong>ren of <strong>in</strong>efficiënte regels te hervormen vanwege <strong>in</strong>ertie van <strong>de</strong> wetgeven<strong>de</strong> macht en speciale<br />

belangengroepen. 60 Heel algemeen geldt dat <strong>de</strong> verschillen <strong>in</strong> <strong>de</strong> normatieve regel<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> cont<strong>in</strong>entale<br />

systemen enerzijds en <strong>de</strong> "common-law" systemen an<strong>de</strong>rzijds een ge<strong>de</strong>eltelijke verklar<strong>in</strong>g vormen voor <strong>het</strong><br />

diep gewortel<strong>de</strong> conflict tussen <strong>de</strong> lidstaten over <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> tempo van <strong>het</strong> harmonisatieprogramma.<br />

Deze <strong>in</strong>zichten bie<strong>de</strong>n belangrijke aanwijz<strong>in</strong>gen voor <strong>het</strong> antwoord op <strong>de</strong> vraag waarom slechts een relatief<br />

kle<strong>in</strong> aantal van <strong>de</strong> <strong>in</strong>itiatieven op EU-niveau zijn verwelkomd als doorbraken op<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>gebied.<br />

3.5 Samenvatten<strong>de</strong> opmerk<strong>in</strong>gen<br />

Het harmonisatieprogramma van <strong>de</strong> EG zoals <strong>het</strong> nu wordt ontvouwd, is een kostbaar en gecompliceerd<br />

proces dat geleid heeft tot een omslachtige lappen<strong>de</strong>ken van verplichte regels met betrekk<strong>in</strong>g tot f<strong>in</strong>anciële<br />

verslaggev<strong>in</strong>g, <strong>in</strong>standhoud<strong>in</strong>g van kapitaal, openbaarmak<strong>in</strong>gsvoorschriften, b<strong>in</strong>nenlandse fusies en<br />

splits<strong>in</strong>gen, <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g van vennootschappen en effectenregelgev<strong>in</strong>g. Het harmonisatieprogramma<br />

vertoont grote leemten. De grote meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> harmonisatiemaatregelen betreft <strong>de</strong> bescherm<strong>in</strong>g van<br />

crediteuren en, <strong>in</strong> m<strong>in</strong><strong>de</strong>re mate, <strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs van beursgenoteer<strong>de</strong> bedrijven. Aangezien <strong>het</strong> aantal<br />

en <strong>de</strong> verschei<strong>de</strong>nheid van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> rechtsvorm van een naamloze vennootschap gebruiken<br />

sterk verschilt per lidstaat, verschilt ook <strong>het</strong> effect van <strong>de</strong> richtlijnen dienovereenkomstig. 61 Deze leemten<br />

en verstor<strong>in</strong>gen zijn terug te voeren tot fundamentele men<strong>in</strong>gsverschillen op basis van historische en<br />

normatieve kenmerken tussen <strong>de</strong> lidstaten over belangrijke kwesties, 62 zoals <strong>de</strong> me<strong>de</strong>zeggenschap van<br />

communautair niveau kan wor<strong>de</strong>n bereikt. Tenslotte moet wor<strong>de</strong>n voldaan aan <strong>de</strong> evenredigheidstoets zoals<br />

neergelegd <strong>in</strong> lid 3 van artikel 5. Zie Micklitz, H.W. en Weatherill, S., "European Economic Law", (Ashgate<br />

Dartmouth, 1997), p. 16. Zie ook Bermann, G.A., "Tak<strong>in</strong>g Subsidiarity Seriously: Fe<strong>de</strong>ralism <strong>in</strong> the European<br />

Community and the United States", (1994) 94 Columbia Law Review 331, p. 334:<br />

"<strong>de</strong> klaarblijkelijke bedoel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> opstellers was om <strong>de</strong> bevolk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> lidstaten, en<br />

<strong>de</strong>elgemeenschappen b<strong>in</strong>nen die bevolk<strong>in</strong>g, gerust te stellen dat <strong>de</strong> ogenschijnlijk onstuitbare opmars van <strong>de</strong><br />

Gemeenschap naar een grotere juridische en politieke <strong>in</strong>tegratie hun legitieme recht op <strong>de</strong> <strong>de</strong>mocratiser<strong>in</strong>g<br />

van zelfbestuur en culturele diversiteit niet onnodig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voet zou lopen."<br />

57 Zie Cygan, A., "The White Paper on European Governance—Have Glasnost and Perestroika F<strong>in</strong>ally Arrived to the<br />

European Union?", (2002) 65 Mo<strong>de</strong>rn Law Review 229, p. 240:<br />

[<strong>de</strong> belangrijkste kritiek op <strong>de</strong> <strong>in</strong>houd van <strong>het</strong> Witboek is dat dit <strong>het</strong> <strong>in</strong>stitutionele eigenbelang van <strong>de</strong><br />

Commissie bevor<strong>de</strong>rt ten koste van <strong>de</strong> substantieve ongerustheid van veel EU-<strong>in</strong>woners".]<br />

58 Zie Deak<strong>in</strong>, S., "Regulatory Competition Versus Harmonization <strong>in</strong> European Company Law", <strong>in</strong> D.C. Esty en D.<br />

Gerad<strong>in</strong> (eds.), "Regulatory Competition and Economic Integration", (Clarendon Press, 2001), p. 192-195.<br />

59 Zie Forst<strong>in</strong>ger, C.M., 'Takeover Law <strong>in</strong> EU & USA, A Comparative Analysis", (Kluwer Law International, 2002), at<br />

34; McCahery, J.A., en Renneboog, L., "The Economics of the Proposed Takeover Directive’, Centre for European<br />

Policy Studies Research Report <strong>in</strong> F<strong>in</strong>ance and Bank<strong>in</strong>g, (2003) No. 32., p. 46-51.<br />

60 Machtige <strong>in</strong>si<strong>de</strong>rs die persoonlijke voor<strong>de</strong>len ontlenen aan controleren<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>lenpakketten en non-stakehol<strong>de</strong>r<br />

belangen hebben we<strong>in</strong>ig prikkels om <strong>de</strong> nationale corporate governance regimes ten gunste van <strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs te<br />

beïnvloe<strong>de</strong>n. Zie b.v. Roe, M., "Rents and Their Corporate Law Consequences", (2001) 53 Stanford Law Review<br />

1463.<br />

61 Zie Edwards (1999: 12-13:"<br />

"Het Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk en Duitsland hebben bijvoorbeeld relatief veel m<strong>in</strong><strong>de</strong>r naamloze dan besloten<br />

vennootschappen, terwijl <strong>in</strong> Frankrijk en Italië daarentegen veel kle<strong>in</strong>e on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> rechtsvorm van een<br />

naamloze vennootschap gebruiken. Eenzelf<strong>de</strong> punt doet zich voor wat betreft <strong>het</strong> gebruik van <strong>de</strong> vennootschapsvorm<br />

<strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen: omdat men <strong>in</strong> <strong>het</strong> Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk eenvoudig en snel een vennootschap kan oprichten, hebben<br />

veel kle<strong>in</strong>e on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> rechtsvorm van een vennootschap, terwijl zij op <strong>het</strong> cont<strong>in</strong>ent hun on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g eer<strong>de</strong>r<br />

als eenmanszaak of kle<strong>in</strong>e vennootschap on<strong>de</strong>r firma zou<strong>de</strong>n uitoefenen."<br />

62 Zie b.v. Villiers (1998: 171-175) (die een aantal mogelijke re<strong>de</strong>nen geeft voor <strong>de</strong> moeilijkhe<strong>de</strong>n bij <strong>het</strong><br />

12


werknemers, <strong>het</strong> subsidiariteitsbeg<strong>in</strong>sel met zijn presumptie ten gunste van ge<strong>de</strong>centraliseer<strong>de</strong> reguler<strong>in</strong>g,<br />

en <strong>de</strong> tegenz<strong>in</strong> van lidstaten tegen <strong>het</strong> implementeren van <strong>de</strong> geharmoniseer<strong>de</strong> regels. Op nationaal niveau<br />

zijn er opvallend we<strong>in</strong>ig prikkels voor wetgevers om <strong>de</strong> opzet van <strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>g te veran<strong>de</strong>ren of<br />

<strong>in</strong>efficiënte regels te hervormen vanwege <strong>de</strong> <strong>in</strong>ertie van <strong>de</strong> wetgeven<strong>de</strong> macht en speciale belangengroepen.<br />

Heel algemeen geldt dat <strong>de</strong> verschillen <strong>in</strong> <strong>de</strong> normatieve regel<strong>in</strong>gen tussen <strong>de</strong> cont<strong>in</strong>entale systemen<br />

enerzijds en <strong>de</strong> common-law systemen an<strong>de</strong>rzijds een ge<strong>de</strong>eltelijke verklar<strong>in</strong>g vormen voor <strong>het</strong> diep<br />

gewortel<strong>de</strong> conflict tussen <strong>de</strong> lidstaten over <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> tempo van <strong>het</strong> harmonisatieprogramma. Deze<br />

<strong>in</strong>zichten bie<strong>de</strong>n belangrijke aanwijz<strong>in</strong>gen voor <strong>het</strong> antwoord op <strong>de</strong> vraag waarom slechts een relatief kle<strong>in</strong><br />

aantal van <strong>de</strong> <strong>in</strong>itiatieven op EU-niveau zijn verwelkomd als belangrijke doorbraken op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>.<br />

Naar mijn oor<strong>de</strong>el hebben <strong>de</strong> gevolgen van <strong>de</strong> harmonisatie <strong>het</strong> ontstaan van mobiliteitsvergroten<strong>de</strong><br />

wetgev<strong>in</strong>g, die een grotere mate van marktharmonisatie had kunnen bevor<strong>de</strong>ren, beperkt. Geharmoniseer<strong>de</strong><br />

regels kunnen vaak lei<strong>de</strong>n tot complexiteit, die <strong>de</strong> vraag naar responsieve wetgev<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> grenzen van <strong>de</strong><br />

lidstaten overschrijdt, tempert: <strong>de</strong> vraag is zo divers dat geen enkel one-size-fits-all wetgev<strong>in</strong>gspakket<br />

hieraan kan voldoen. De harmonisatie van <strong>de</strong> EU zelf remt <strong>de</strong> reikwijdte van <strong>de</strong> diversiteit tussen <strong>de</strong><br />

lidstaten af en verm<strong>in</strong><strong>de</strong>rt zo <strong>de</strong> "salience" van vrije keuze. De EU-richtlijnen op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> hebben <strong>het</strong> materiële <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> lidstaten een verplicht en versteend<br />

karakter gegeven In<strong>de</strong>rdaad heeft <strong>het</strong> harmonisatieprogramma <strong>de</strong> <strong>in</strong>novatie <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> over<br />

<strong>het</strong> algemeen <strong>in</strong> <strong>de</strong> kiem gesmoord. Hoewel <strong>het</strong> harmonisatieproces voornamelijk geldt voor naamloze<br />

vennootschappen, hebben zowel <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> wetgever als <strong>de</strong> nationale wetgevers <strong>de</strong> reikwijdte van <strong>de</strong><br />

richtlijnen bij <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van beleidshervorm<strong>in</strong>gen uitgebreid tot an<strong>de</strong>re rechtsvormen met beperkte<br />

aansprakelijkheid. De oplegg<strong>in</strong>g van verplichte regels - zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mogelijkheid van "opt<strong>in</strong>g-out"—<br />

vergroot feitelijk <strong>het</strong> voorkomen van suboptimale standaardiser<strong>in</strong>g en creëert juridische en <strong>in</strong>stitutionele<br />

belemmer<strong>in</strong>gen voor vrije keus. Deze “petrification externality” beperkt <strong>de</strong> kans op veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

kernelementen van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> Europa. Zelfs wanneer een lidstaat wil overgaan tot<br />

<strong>de</strong>reguler<strong>in</strong>g <strong>in</strong> reactie op <strong>de</strong> b<strong>in</strong>nenlandse vraag, zou elk <strong>in</strong>itiatief ernstig kunnen wor<strong>de</strong>n belemmerd door<br />

<strong>de</strong> mogelijkheid van on<strong>de</strong>rmijn<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> richtlijnen.<br />

Het feit dat <strong>de</strong>rgelijke problemen bestaan is niet echt nieuw. Hoe kan <strong>de</strong> EU toch vooruitgang<br />

boeken? De sleutel ligt <strong>in</strong> <strong>het</strong> bereiken van een beter evenwicht tussen flexibiliteit en wettelijke reguler<strong>in</strong>g<br />

dat <strong>het</strong> maatschappelijke welzijn vergroot en ontvankelijk is voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>vester<strong>in</strong>gomgev<strong>in</strong>g. Hiervoor<br />

moeten <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rnomen om <strong>de</strong> kosten en baten van <strong>de</strong> wet- en regelgev<strong>in</strong>g aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> te<br />

stellen en een goe<strong>de</strong> aansluit<strong>in</strong>g op <strong>de</strong> lokale nationale systemen van <strong>vennootschapsrecht</strong> te waarborgen.<br />

4. Naar beter <strong>vennootschapsrecht</strong> en Corporate Governance?<br />

Het is zeker dat <strong>de</strong> door <strong>de</strong> EU genomen stappen ter bevor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rniser<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> corporate<br />

governance co<strong>de</strong>s op nationaal niveau <strong>het</strong> concurrentievermogen van bedrijven en <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong> hun<br />

management aantoonbaar heeft vergroot. Het nuttige van corporate governance co<strong>de</strong>s is bedrijven en<br />

an<strong>de</strong>re "stakehol<strong>de</strong>rs" een serie flexibele beg<strong>in</strong>selen te bie<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> "best practice" vormen en daarmee<br />

bijdragen tot verm<strong>in</strong><strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van opportunisme en verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> performance van bedrijven. Deze co<strong>de</strong>s<br />

hebben een groot aantal voor<strong>de</strong>len. De "bar associations" en an<strong>de</strong>re particuliere belangengroepen kunnen<br />

uit eigen mid<strong>de</strong>len putten wanneer zij aan <strong>de</strong> opstell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s <strong>de</strong>elnemen. Hoewel er hoge kosten<br />

verbon<strong>de</strong>n zijn aan <strong>de</strong>elname aan een project tot verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> corporate governance, hechten mensen<br />

er over <strong>het</strong> algemeen veel waar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong>el uit te maken van hervorm<strong>in</strong>gscommissies, me<strong>de</strong> vanwege <strong>de</strong><br />

reputatievoor<strong>de</strong>len..<br />

Vergeleken met een formele wet zijn corporate governance co<strong>de</strong>s een soort wettelijk product. Deze<br />

co<strong>de</strong>s wor<strong>de</strong>n voor een groot <strong>de</strong>el opgesteld door onpartijdige wettenmakers en <strong>de</strong>skundigen, voor wie <strong>het</strong><br />

voornamelijk gaat om reputatievoor<strong>de</strong>len en <strong>het</strong> actualiseren van hun juridische kennis. Er is een grotere<br />

kans dat <strong>de</strong> opstell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> co<strong>de</strong>, die plaatsv<strong>in</strong>dt op basis van technische <strong>in</strong>put van <strong>de</strong>skundigen <strong>in</strong> plaats<br />

van belangengroepen, een coherente serie regels oplevert die eventueel opportunistisch gedrag van<br />

meer<strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs op lange termijn kan verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren. De uitvaardig<strong>in</strong>g van formele wetgev<strong>in</strong>g<br />

daarentegen, die afhankelijk is van <strong>het</strong> bereiken van <strong>in</strong>hou<strong>de</strong>lijke compromissen door politiek georiënteer<strong>de</strong><br />

beleidsmakers, is meer geënt op een politiek besluitvorm<strong>in</strong>gsmo<strong>de</strong>l. De geproduceer<strong>de</strong> rechtsregels hebben<br />

hierdoor <strong>de</strong> neig<strong>in</strong>g om <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r <strong>in</strong>vloed van belangengroeper<strong>in</strong>gen totstandgekomen compromissen<br />

globaal te weerspiegelen. Een feit is dat <strong>de</strong> opstellers van corporate governance co<strong>de</strong>s vaak gemotiveerd<br />

harmonisatieprogramma, zoals culturele en structurele verschillen).<br />

13


wor<strong>de</strong>n door reputatieoverweg<strong>in</strong>gen en dat zij m<strong>in</strong><strong>de</strong>r geneigd zijn om waar<strong>de</strong>verlagen<strong>de</strong> regels te maken.<br />

Ver<strong>de</strong>r vergemakkelijken corporate governance co<strong>de</strong>s <strong>de</strong> optimale productie van best practice beg<strong>in</strong>selen<br />

die enerzijds voorzien <strong>in</strong> <strong>de</strong> behoeften van verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen en an<strong>de</strong>rzijds normen <strong>in</strong>troduceren<br />

die <strong>de</strong> steeds veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> behoeften van <strong>de</strong> omgev<strong>in</strong>g waar<strong>in</strong> bedrijven opereren weerspiegelen. Over <strong>het</strong><br />

algemeen zullen <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s <strong>de</strong> effecten van "lock-<strong>in</strong>" verou<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g beperken omdat <strong>de</strong> corporate governance-<br />

groepen en commissies <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s voortdurend blijven herzien <strong>in</strong> <strong>het</strong> licht van <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong><br />

marktomstandighe<strong>de</strong>n.<br />

Aangezien <strong>het</strong> succes van corporate governance co<strong>de</strong>s echter afhankelijk is van <strong>de</strong> ongewijzig<strong>de</strong><br />

aanname ervan door bedrijven, hebben hervorm<strong>in</strong>gscommissies we<strong>in</strong>ig behoefte radicale veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen<br />

door te voeren die waarschijnlijk toch niet wor<strong>de</strong>n overgenomen door bedrijven. Commissiele<strong>de</strong>n zullen<br />

dus vaak <strong>de</strong> strategie volgen om uit <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gspraktijken <strong>de</strong> gemeenschappelijke<br />

noemer te distilleren en controversiële on<strong>de</strong>rwerpen laten liggen. Nu corporate governance commissies<br />

druk uitoefenen op bedrijven om <strong>de</strong> beg<strong>in</strong>selen over te nemen, hebben belangengroepen sterke drijfveren<br />

om te lobbyen bij <strong>de</strong> hervorm<strong>in</strong>gscommissies. Belangengroepen lopen <strong>het</strong> risico dat ze opgeza<strong>de</strong>ld wor<strong>de</strong>n<br />

met een voor hen ongunstige corporate governance co<strong>de</strong>. De "stick<strong>in</strong>ess" van <strong>de</strong> afgekondig<strong>de</strong> corporate<br />

governance beg<strong>in</strong>selen versterkt hun drijfveren. Wanneer belangengroepen dus succesvol zijn <strong>in</strong> hun<br />

beïnvloed<strong>in</strong>gsactiviteiten, kunnen hun <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gen verstrekken<strong>de</strong> gevolgen hebben.<br />

Dit geldt met name voor corporate governance co<strong>de</strong>s, actualiser<strong>in</strong>gen en verbeter<strong>in</strong>gen die een hoge<br />

mate van flexibiliteit bie<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> regel "comply or expla<strong>in</strong>" te volgen. Gesteld wordt dat bedrijven over<br />

<strong>het</strong> algemeen liever clichématige en gestandaardiseer<strong>de</strong> bepal<strong>in</strong>gen van een co<strong>de</strong> overnemen en naleven<br />

dan dat zij uitleggen - ook al zou dat beter zijn - waarom zij van <strong>de</strong> co<strong>de</strong> afwijken. In feite kan betoogd<br />

wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> "comply or expla<strong>in</strong>" bena<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> grote mate bijdraagt tot <strong>het</strong> "lock-<strong>in</strong>" effect van <strong>de</strong> regels<br />

en <strong>de</strong> normen van <strong>de</strong> corporate governance. Deze <strong>in</strong>flexibiliteit resulteert vaak <strong>in</strong> <strong>in</strong>efficiëntie omdat <strong>de</strong><br />

bepal<strong>in</strong>gen en mechanismen van <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s niet reageren op veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rliggen<strong>de</strong> sociale en<br />

economische omstandighe<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong>ze visie kunnen pog<strong>in</strong>gen tot <strong>het</strong> vaststellen van ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> co<strong>de</strong>s<br />

met "best practices" een kostbaar en "sticky" mechanisme met zich meebrengen. Een corporate governance<br />

co<strong>de</strong> transformeert tot niets meer dan blauwdrukken voor box-tickers.<br />

Naast <strong>de</strong> corporate governance co<strong>de</strong>s is er hard gewerkt aan <strong>de</strong> herzien<strong>in</strong>g en uitwerk<strong>in</strong>g van een<br />

serie beleidsplannen voor juridische hervorm<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU. In <strong>het</strong> Actieplan wordt na <strong>de</strong> aanbevel<strong>in</strong>gen van<br />

<strong>de</strong> High Level Group een serie maatregelen voorgesteld die <strong>de</strong> harmonisatie van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong><br />

van <strong>de</strong> EU een nieuwe, ambitieuze impuls moet geven. Wat betreft <strong>de</strong> agenda heeft <strong>de</strong> EU <strong>het</strong> volgen<strong>de</strong><br />

voorgesteld: 1) <strong>het</strong> vaststellen van gemeenschappelijke regels en mechanismen ter vereenvoudig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

vrijheid van vestig<strong>in</strong>g en grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> reorganisaties; 2) <strong>het</strong> kweken van <strong>het</strong> vertrouwen van<br />

beleggers <strong>in</strong> <strong>de</strong> effectenmarkten door meer dynamische markten te faciliteren om aldus <strong>de</strong> <strong>in</strong>tegratie van <strong>de</strong><br />

kapitaalmarkten te verwezenlijken; 3) <strong>het</strong> bevor<strong>de</strong>ren van <strong>het</strong> gebruik van mo<strong>de</strong>rne <strong>in</strong>formatie- en<br />

communicatiemogelijkhe<strong>de</strong>n bij on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gszaken om zo <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne technologieën te<br />

optimaliseren; 4) <strong>het</strong> bevor<strong>de</strong>ren van een op beg<strong>in</strong>selen gebaseer<strong>de</strong> aanpak bij <strong>het</strong> streven naar<br />

rechtszekerheid <strong>in</strong> <strong>in</strong>tracommunautaire activiteiten <strong>in</strong> <strong>het</strong> licht van <strong>de</strong> uitbreid<strong>in</strong>g; en 5) <strong>het</strong> herstellen van<br />

<strong>het</strong> vertrouwen van beleggers en <strong>het</strong> discipl<strong>in</strong>eren van managers na <strong>de</strong> "corporate fall-outs" door <strong>het</strong><br />

opleggen van een grotere transparantie en meer aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs<strong>in</strong>vloed <strong>in</strong> <strong>het</strong> corporate governance proces.<br />

Dit om een herhal<strong>in</strong>g van bepaal<strong>de</strong> recente gebeurtenissen te voorkomen.<br />

Meer <strong>in</strong> <strong>het</strong> bijzon<strong>de</strong>r hebben <strong>de</strong> EU beleidsmakers betoogd dat <strong>het</strong> hervorm<strong>in</strong>gsproces moet wor<strong>de</strong>n<br />

geleid door twee belangrijke beleidsdoelstell<strong>in</strong>gen: 1) <strong>het</strong> versterken van <strong>de</strong> rechten van aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs en<br />

<strong>het</strong> verbeteren van <strong>de</strong> bescherm<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n; en 2) <strong>het</strong> bevor<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> efficiëntie en <strong>het</strong><br />

concurrentievermogen van bedrijven. De EG-beleidsmakers betogen met name:<br />

“goed <strong>vennootschapsrecht</strong> en goe<strong>de</strong> praktijken op <strong>het</strong> gebied van corporate governance <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> gehele EU zullen <strong>de</strong> reële economie ten goe<strong>de</strong> komen:<br />

Een doeltreffen<strong>de</strong> aanpak zal <strong>de</strong> totale efficiëntie en <strong>het</strong> concurrentievermogen van bedrijven <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> EU verbeteren.<br />

Een doeltreffen<strong>de</strong> aanpak zal ertoe bijdragen dat <strong>de</strong> rechten van aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong><br />

bescherm<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n versterkt. Met name zal een <strong>de</strong>rgelijke aanpak helpen om <strong>het</strong><br />

vertrouwen van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> beleggers te herstellen na <strong>de</strong> golf van recente corporate governanceschandalen.”<br />

14


Volgens <strong>de</strong> Me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g moet een <strong>de</strong>rgelijke <strong>in</strong>terventie <strong>de</strong> beg<strong>in</strong>selen van subsidiariteit en evenredigheid<br />

en <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> verschillen <strong>in</strong> aanpak tussen <strong>de</strong> lidstaten volledig respecteren. Bovendien dient een<br />

<strong>de</strong>rgelijke <strong>in</strong>terventie flexibel toegepast te kunnen wor<strong>de</strong>n, maar op soli<strong>de</strong> beg<strong>in</strong>selen berusten.<br />

Bij <strong>het</strong> nastreven van <strong>de</strong> beleidsdoelstell<strong>in</strong>gen maakt <strong>de</strong> Me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>rscheid tussen maatregelen<br />

op korte en op lange termijn. Voor een aantal hervorm<strong>in</strong>gen wordt voorgesteld om eerst ver<strong>de</strong>re studies te<br />

verrichten. De prioriteiten voor <strong>het</strong> corporate governance beleid op <strong>de</strong> korte termijn liggen op <strong>het</strong> gebied<br />

van betere <strong>in</strong>formatieverstrekk<strong>in</strong>g, een geïntegreerd wettelijk ka<strong>de</strong>r voor aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rscommunicatie en -<br />

besluitvorm<strong>in</strong>g, versterk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> rol van onafhankelijke,<br />

"non-executive" bestuur<strong>de</strong>rs, <strong>het</strong> bevor<strong>de</strong>ren van een vast concept voor bestuur<strong>de</strong>rsbelon<strong>in</strong>gen, <strong>het</strong><br />

bevestigen van een collectieve verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor bestuur<strong>de</strong>rs op EU-niveau en <strong>het</strong> <strong>in</strong>stellen van<br />

een Europees Corporate Governance Forum.<br />

Tot <strong>de</strong> <strong>in</strong>itiatieven op <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>llange termijn behoren een betere verstrekk<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>formatie door<br />

<strong>in</strong>stitutionele beleggers over <strong>het</strong> belegg<strong>in</strong>gs- en stembeleid, <strong>de</strong> keuze voor alle beursgenoteer<strong>de</strong> bedrijven<br />

tussen een monistische en een dualistische bestuursstructuur, vergrot<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid van<br />

bestuursle<strong>de</strong>n (speciaal recht van on<strong>de</strong>rzoek, regels <strong>in</strong>zake onrechtmatig optre<strong>de</strong>n ("wrongful trad<strong>in</strong>g"),<br />

verbod op <strong>het</strong> uitoefenen van <strong>de</strong> bestuur<strong>de</strong>rsfunctie) en een studie van een aanpak gericht op <strong>de</strong><br />

verwezenlijk<strong>in</strong>g van volledige aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs<strong>de</strong>mocratie (één aan<strong>de</strong>el/één stem), <strong>in</strong> elk geval voor<br />

beursgenoteer<strong>de</strong> bedrijven.<br />

Voor <strong>de</strong> meeste maatregelen stelt <strong>de</strong> EG volledig b<strong>in</strong><strong>de</strong>n<strong>de</strong> reguler<strong>in</strong>g door mid<strong>de</strong>l van richtlijnen<br />

voor. Het valt re<strong>de</strong>lijkerwijs te verwachten dat <strong>het</strong> nieuwe regelgev<strong>in</strong>gka<strong>de</strong>r flexibel zal wor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n<br />

om te kunnen <strong>in</strong>spelen op <strong>de</strong> grote verschei<strong>de</strong>nheid aan bedrijven en systemen van <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> EU. De nadruk op <strong>het</strong> toegenomen gebruik van aanbevel<strong>in</strong>gen door <strong>de</strong> High Level Group kan een<br />

coherent fundament voor hervorm<strong>in</strong>g bie<strong>de</strong>n. Tegelijkertijd kan <strong>het</strong> vertrouwen <strong>in</strong><br />

zelfreguler<strong>in</strong>gsmaatregelen <strong>het</strong> hervorm<strong>in</strong>gsproces bespoedigen, terwijl reken<strong>in</strong>g wordt gehou<strong>de</strong>n met<br />

dynamische veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen op <strong>de</strong> markt. Vanuit dit perspectief zou <strong>de</strong> EU een bepaald niveau van<br />

coörd<strong>in</strong>atie tussen <strong>de</strong> lidstaten moeten waarborgen en <strong>het</strong> bie<strong>de</strong>n van bepaal<strong>de</strong> m<strong>in</strong>imumnormen mogelijk<br />

moeten maken. Hoe dan ook, een uitsluiten<strong>de</strong> concentratie op richtlijnen en an<strong>de</strong>re "har<strong>de</strong>"<br />

rechtsmaatregelen <strong>in</strong> plaats van op flexibiliteit en besluitvorm<strong>in</strong>g op nationaal niveau gaat aantoonbaar<br />

voorbij aan <strong>de</strong> belangrijkste beleidskwesties voor bedrijven <strong>in</strong> <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> jaren.<br />

4.1 Uitdag<strong>in</strong>gen bij <strong>de</strong> harmonisatie van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> EU<br />

In <strong>de</strong> afgelopen jaren is <strong>de</strong> speculatie over competitie op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong><br />

aangewakkerd door enerzijds <strong>de</strong> blokker<strong>in</strong>g van wetgev<strong>in</strong>g uit <strong>het</strong> harmonisatieprogramma voor <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> en an<strong>de</strong>rzijds nieuwe besluiten van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g van<br />

buitenlandse on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen door <strong>de</strong> lidstaten. Een aantal<br />

rechtswetenschappers en economen <strong>in</strong>terpreteert <strong>de</strong> besliss<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> HvJ als verwerp<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leer<br />

van <strong>de</strong> werkelijke zetel en suggereert dat <strong>de</strong> daaruit voortvloeien<strong>de</strong> vergrot<strong>in</strong>g van mobiliteit van bedrijven<br />

<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van een EU-markt voor <strong>in</strong>corporaties van bedrijven mogelijk maakt. Wij zijn <strong>het</strong> hier<br />

slechts ge<strong>de</strong>eltelijk mee eens. De recente uitspraken van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong> Centros, Übersee<strong>in</strong>g en Inspire Art<br />

scheppen <strong>in</strong><strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> mogelijkheid dat lidstaten die er baat bij hebben kunnen concurreren <strong>in</strong> <strong>het</strong> aanbod<br />

van flexibele rechtsvormen voor besloten vennootschappen. De besluiten kunnen dus <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van<br />

"competitive lawmak<strong>in</strong>g" <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU <strong>in</strong> <strong>de</strong> nabije toekomst stimuleren. Maar zij scheppen geen basis voor <strong>het</strong><br />

creëren van een op Amerikaanse leest geschoei<strong>de</strong> competitie voor rechtsvormen. Hierna zullen wij<br />

bekijken welke gevolgen <strong>de</strong>ze zaken hebben voor <strong>de</strong> jurisdictionele competitie.<br />

4.1.1. Centros en zijn volgel<strong>in</strong>gen. In <strong>de</strong> Daily Mail-zaak overwoog <strong>het</strong> HvJ dat <strong>het</strong> recht op verplaats<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> werkelijke zetel van een on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g naar een an<strong>de</strong>re lidstaat dan die waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g was<br />

opgericht niet wordt beschermd door artikel 43 (ex 52) van <strong>het</strong> Verdrag. Het Hof beperkte <strong>het</strong> recht van<br />

primaire vestig<strong>in</strong>g van bedrijven, waarbij hen <strong>de</strong> mogelijkheid werd ontzegd om <strong>het</strong> door hen geprefereer<strong>de</strong><br />

regime van <strong>vennootschapsrecht</strong> te kiezen. De grond hiervoor was dat er geen overeenstemm<strong>in</strong>g was bereikt<br />

over <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen <strong>in</strong> <strong>de</strong> z<strong>in</strong> van artikel 293 (ex 220).<br />

In <strong>het</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> arrest van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong> <strong>de</strong> zaak Centros werd <strong>de</strong> Daily Mail-zaak niet<br />

uitdrukkelijk weersproken, zelfs niet toen <strong>het</strong> HvJ van <strong>de</strong> gelegenheid gebruik maakte zichzelf op te<br />

werpen als actieve <strong>de</strong>elnemer <strong>in</strong> <strong>het</strong> beleid voor <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> en <strong>de</strong> mobiliteit van bedrijven<br />

bepleitte. Centros richtte zich uitsluitend op <strong>de</strong> “secundaire vestig<strong>in</strong>g” van een filiaal door een Engelse<br />

"private company" <strong>in</strong> Denemarken. "Secundaire vestig<strong>in</strong>g" verwijst naar <strong>het</strong> oprichten van agentschappen,<br />

15


filialen of dochteron<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen. Aangezien Denemarken <strong>de</strong> <strong>in</strong>corporatieleer aanhangt, bestond er wat<br />

betreft <strong>de</strong> primaire vestig<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> bedrijf - <strong>de</strong> juridische status als vennootschap - voor <strong>de</strong> Deense rechter<br />

geen twijfel. Het Hof verbreed<strong>de</strong> <strong>het</strong> begrip “filiaal”, waardoor <strong>het</strong> verschil tussen een primaire en een<br />

secundaire vestig<strong>in</strong>g tot een m<strong>in</strong>imum werd beperkt en besloot dat <strong>de</strong> Deense weiger<strong>in</strong>g tot registratie van<br />

een on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g, die alleen als besloten vennootschap <strong>in</strong> <strong>het</strong> Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk was opgericht ter<br />

ontwijk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> toepass<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> Deense m<strong>in</strong>imumkapitaalvereisten, <strong>in</strong> strijd met <strong>het</strong> Verdrag was. De<br />

m<strong>in</strong>imumnormen van <strong>de</strong> ene lidstaat wer<strong>de</strong>n aldus gelijkgesteld aan die van een an<strong>de</strong>re lidstaat.<br />

Centros <strong>in</strong>troduceert daarmee <strong>het</strong> beg<strong>in</strong>sel van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>.<br />

Wat betreft toekomstige gevallen waar<strong>in</strong> een lidstaat hogere m<strong>in</strong>imumeisen stelt, dienen <strong>de</strong>ze maatregelen<br />

volgens <strong>het</strong> HvJ proportioneel en niet-discrim<strong>in</strong>atoir te zijn. Centros opent aldus alle mogelijkhe<strong>de</strong>n voor<br />

<strong>het</strong> beg<strong>in</strong>sel van on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g. De ervar<strong>in</strong>g b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie leert dat vanwege <strong>het</strong><br />

ontbreken van we<strong>de</strong>rzijds vertrouwen tussen <strong>de</strong> lidstaten <strong>het</strong> beg<strong>in</strong>sel van on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g alleen<br />

werkt als overeenstemm<strong>in</strong>g bestaat over wat <strong>de</strong> m<strong>in</strong>imumnormen zijn om <strong>de</strong> belangen van "stakehol<strong>de</strong>rs"<br />

te beschermen. Het valt nog te bezien welke daarvan proportioneel en niet-discrim<strong>in</strong>atoir blijken te zijn.<br />

In Centros werd <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel niet uitdrukkelijk <strong>in</strong> strijd met <strong>het</strong> communautaire<br />

recht verklaard. Toch heeft <strong>het</strong> belangrijke implicaties voor <strong>de</strong> migratie van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen. De Engelse<br />

vennootschap <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze zaak was opgericht door Denen die <strong>de</strong> werkelijke zetel van <strong>de</strong> vennootschap na <strong>de</strong><br />

opricht<strong>in</strong>g naar Denemarken verplaatsten en die op geen enkel moment <strong>de</strong> <strong>in</strong>tentie had<strong>de</strong>n om <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk activiteiten te verrichten. Uit <strong>de</strong>ze zaak blijkt dat bedrijven hun zetels kunnen<br />

verplaatsen naar lan<strong>de</strong>n waar <strong>in</strong>terne processen en wettelijke regels zijn die kostenverlagend werken,<br />

ongeacht waar <strong>de</strong> bedrijfsmid<strong>de</strong>len, werknemers en beleggers zich bev<strong>in</strong><strong>de</strong>n.<br />

In Überseer<strong>in</strong>g en Inspire Art g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> HvJ ver<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> <strong>in</strong> Centros <strong>in</strong>geslagen weg. Überseer<strong>in</strong>g<br />

breidt Centros uit door <strong>de</strong> visie te formuleren dat bedrijven op grond van artikelen 43 en 48 van <strong>het</strong><br />

Verdrag recht hebben op vrijheid van vestig<strong>in</strong>g en on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g. Het HvJ verwierp <strong>de</strong> Duitse<br />

uitspraak op grond waarvan een Ne<strong>de</strong>rlandse vennootschap <strong>de</strong> status van rechtspersoon, en daarmee <strong>het</strong><br />

recht om voor <strong>de</strong> Duitse rechter een procedure aanhangig te maken, werd ontzegd. Het HvJ stel<strong>de</strong> zich op<br />

<strong>het</strong> standpunt dat nu <strong>de</strong> lidstaten <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen over <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen<br />

op grond van artikel 293 had<strong>de</strong>n uitgesteld, <strong>de</strong> weiger<strong>in</strong>g aan <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vennootschap om een<br />

juridische procedure te starten <strong>in</strong> strijd was met artikelen 43 en 48 van <strong>het</strong> Verdrag. Net als <strong>in</strong> Centros werd<br />

<strong>de</strong> weiger<strong>in</strong>g tot erkenn<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> vennootschappelijke status van een on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g beschouwd als<br />

buitenproportionele sanctie voor <strong>de</strong> enkele verplaats<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> werkelijke zetel.<br />

Überseer<strong>in</strong>g eist dus <strong>de</strong> erkenn<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> rechtspersoonlijkheid en <strong>de</strong> status van een on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

een rechtszaak van <strong>de</strong> EU op. Na <strong>de</strong> uitspraak <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze zaak <strong>de</strong>ed zich <strong>de</strong> nog onbeantwoor<strong>de</strong> vraag voor <strong>in</strong><br />

welke mate <strong>het</strong> nationale recht kan wor<strong>de</strong>n toegepast op zogenaam<strong>de</strong> pseudo-buitenlandse<br />

vennootschappen op an<strong>de</strong>re gebie<strong>de</strong>n. De vraag werd beantwoord <strong>in</strong> <strong>de</strong> Inspire Art-zaak, waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> regel<br />

van erkenn<strong>in</strong>g en status werd uitgebreid naar <strong>de</strong> toepass<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> gehele systeem van <strong>vennootschapsrecht</strong><br />

van een lidstaat.<br />

In Inspire Art g<strong>in</strong>g <strong>het</strong> om een naar Engels recht opgerichte besloten vennootschap die statutair<br />

gevestigd was te Folkestone. Haar enige aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>r en bestuur<strong>de</strong>r had zijn woonplaats echter <strong>in</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rland. Er werd geen on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g uitgeoefend <strong>in</strong> <strong>het</strong> VK De enige re<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> vennootschap naar<br />

Engels recht op te richten was <strong>de</strong> strenge regels van <strong>het</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse <strong>vennootschapsrecht</strong> te omzeilen en te<br />

profiteren van <strong>de</strong> liberale regels van <strong>het</strong> Engelse <strong>vennootschapsrecht</strong>. In <strong>het</strong> Han<strong>de</strong>lsregister van <strong>de</strong> Kamer<br />

van Koophan<strong>de</strong>l <strong>in</strong> Amsterdam werd een filiaal van <strong>de</strong> vennootschap <strong>in</strong>geschreven. Inspire Art weiger<strong>de</strong><br />

zich echter te laten registreren als “formeel buitenlandse vennootschap” en vol<strong>de</strong>ed daarmee niet aan een<br />

van <strong>de</strong> verplicht<strong>in</strong>gen die <strong>het</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse <strong>vennootschapsrecht</strong> aan buitenlandse vennootschappen oplegt.<br />

De zaak voor <strong>het</strong> HvJ betrof twee vragen: (1) beletten artikelen 43 en 48 Ne<strong>de</strong>rland om aanvullen<strong>de</strong> eisen,<br />

zoals die welke te v<strong>in</strong><strong>de</strong>n zijn <strong>in</strong> artikelen 2-5 van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Wet op <strong>de</strong> formeel buitenlandse<br />

vennootschappen (hierna "WFBV"), te stellen?, en (2) <strong>in</strong>dien vastgesteld wordt dat die bepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> strijd<br />

met <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> recht zijn: moet artikel 46 dan zodanig wor<strong>de</strong>n uitgelegd dat artikelen 43 en 48 Ne<strong>de</strong>rland<br />

niet beletten om haar wettelijke regels toe te passen op grond van <strong>de</strong> bescherm<strong>in</strong>g van crediteuren? Het HvJ<br />

oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> dat <strong>het</strong> openbaarmak<strong>in</strong>gsvoorschrift van artikel 1 van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse WFBV <strong>in</strong> strijd was met <strong>de</strong><br />

Elf<strong>de</strong> Richtlijn en dat <strong>het</strong> stellen van aanvullen<strong>de</strong> vereisten, zoals regels voor <strong>het</strong> m<strong>in</strong>imumkapitaal en <strong>de</strong><br />

toevoeg<strong>in</strong>g van een achtervoegsel aan <strong>de</strong> naam van een vennootschap ter aanduid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> status van<br />

formeel buitenlandse vennootschap, <strong>in</strong> strijd was met <strong>de</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> Verdrag neergeleg<strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g.<br />

De uitspraak impliceert dat <strong>de</strong> WFBV niet <strong>in</strong> zijn huidige vorm kan blijven bestaan en an<strong>de</strong>re lidstaten<br />

moeten volgen. Ook zij moeten wetten die <strong>in</strong> strijd met <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g zijn aanpassen.<br />

16


4.1.2. Gevolgen van <strong>de</strong> jurispru<strong>de</strong>ntie van <strong>het</strong> HvJ voor <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel.<br />

Het <strong>in</strong>troduceren van jurisdictionele competitie was dui<strong>de</strong>lijk niet <strong>de</strong> bedoel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie van <strong>het</strong><br />

HvJ <strong>in</strong> Centros. Toch gaf <strong>het</strong> arrest <strong>de</strong> aanzet tot nieuwe discussies over "regulatory arbitrage" <strong>in</strong> Europa,<br />

omdat <strong>het</strong> twee belangrijke randvoorwaar<strong>de</strong>n voor competitie vaststel<strong>de</strong>, namelijk verplichte on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge<br />

erkenn<strong>in</strong>g en een nieuwe beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> m<strong>in</strong>imumeisen. 63 Hoewel er <strong>in</strong> Centros strikt genomen geen<br />

sprake was van een "werkelijke zetel context", kan men <strong>de</strong> uitspraak van <strong>het</strong> Hof zodanig uitleggen dat dit<br />

impliceert dat <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> ene lidstaat niet <strong>in</strong> een an<strong>de</strong>re lidstaat <strong>in</strong> twijfel kan wor<strong>de</strong>n getrokken<br />

enkel en alleen omdat <strong>de</strong> centrale leid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g zich niet <strong>in</strong> <strong>de</strong> lidstaat van opricht<strong>in</strong>g<br />

bev<strong>in</strong>dt. Überseer<strong>in</strong>g bouwt voort op <strong>de</strong> re<strong>de</strong>ner<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Centros, terwijl Inspire Art <strong>de</strong> re<strong>de</strong>ner<strong>in</strong>g uitbreidt<br />

tot <strong>het</strong> materiële recht. Aldus maakt Inspire Art <strong>de</strong> weg vrij voor vennootschappen om hun werkelijke zetel<br />

te verplaatsen zon<strong>de</strong>r hun hoofdkantoor te verplaatsen.<br />

Maar voor welke vennootschappen? Zelfs nu <strong>de</strong>ze recente uitspraken van <strong>het</strong> HvJ <strong>de</strong> reikwijdte van<br />

<strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel en haar belemmer<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g aanzienlijk hebben<br />

beknot, wordt <strong>de</strong>ze leer niet expliciet verworpen. Bovendien hebben <strong>de</strong> uitspraken niet noodzakelijkerwijs<br />

gevolgen voor een b<strong>in</strong>nenlandse vennootschap die <strong>de</strong> staat van opricht<strong>in</strong>g wil verlaten. Een regel van<br />

on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge erkenn<strong>in</strong>g van vennootschappen garan<strong>de</strong>ert op zichzelf geen recht van vrije emigratie en is<br />

<strong>de</strong>rhalve onvoldoen<strong>de</strong> om <strong>het</strong> ontstaan van een open markt voor <strong>in</strong>corporaties van bedrijven <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU te<br />

steunen. Belangrijke obstakels zoals <strong>het</strong> ontbreken van een procedure voor zetelverplaats<strong>in</strong>g en<br />

emigratiebelast<strong>in</strong>gen blijven <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g belemmeren en grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> mobiliteit<br />

beperken. Het HvJ is hiermee nog niet rechtstreeks geconfronteerd, maar zal hier uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk niet aan<br />

ontkomen. Wij verwachten echter dat <strong>het</strong> Hof we<strong>in</strong>ig zal on<strong>de</strong>rnemen om <strong>de</strong> vrijheid van han<strong>de</strong>len van <strong>de</strong><br />

lidstaten op <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n te beperken: <strong>het</strong> Überseer<strong>in</strong>g-arrest bevestig<strong>de</strong> <strong>het</strong> recht van lidstaten om<br />

emigratiebelast<strong>in</strong>gen te heffen bij bedrijven die hun zetel verplaatsten. Al bij al zou heel goed een nieuw<br />

tijdperk van "competitive lawmak<strong>in</strong>g" <strong>in</strong>geluid kunnen wor<strong>de</strong>n , maar <strong>de</strong> vennootschappen die <strong>het</strong> betreft<br />

zou<strong>de</strong>n wel eens beperkt kunnen blijven tot besloten vennootschappen en nieuw opgerichte<br />

vennootschappen.<br />

4.2 Obstakels voor rechtsvormconcurrentie <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU<br />

Naast <strong>in</strong>stitutionele belemmer<strong>in</strong>gen op EU-niveau wordt competitie tussen <strong>de</strong> lidstaten nog door an<strong>de</strong>re<br />

factoren beperkt. Zelfs nu <strong>de</strong> door <strong>het</strong> HvJ gelei<strong>de</strong> <strong>de</strong>reguler<strong>in</strong>g <strong>de</strong> concurrentiedruk laat toenemen omdat j<br />

<strong>de</strong> lidstaten verplicht tot <strong>het</strong> ongedaan maken van nationale maatregelen die <strong>de</strong> markttoegang en vrije keuze<br />

belemmeren, blijft <strong>in</strong>ertie <strong>de</strong> <strong>in</strong>novatie <strong>in</strong> <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> kiem<br />

smoren. Wanneer rechtshervorm<strong>in</strong>gsprojecten doorgang v<strong>in</strong><strong>de</strong>n, zijn zij over <strong>het</strong> algemeen <strong>het</strong> gevolg van<br />

<strong>de</strong> reactie van <strong>de</strong> wetgever op druk van belangengroepen. Bovendien moeten er eerst nog grote<br />

mobiliteitsh<strong>in</strong><strong>de</strong>rnissen wor<strong>de</strong>n genomen voordat <strong>de</strong> lidstaten tot <strong>het</strong> maken van <strong>in</strong>novatief<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> over zullen gaan. De lidstaten kunnen op goedkope wijze effectieve emigratiebarrières<br />

opwerpen die <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g beperken. Er is we<strong>in</strong>ig externe druk uitgeoefend om <strong>de</strong>ze praktijk te<br />

ontmoedigen. Zo lang <strong>de</strong> lidstaten hun vrijheid van han<strong>de</strong>len op dit gebied behou<strong>de</strong>n, wor<strong>de</strong>n zij niet<br />

geconfronteerd met evenwichtsverstoren<strong>de</strong> bedreig<strong>in</strong>gen die hen dw<strong>in</strong>gen tot heroverweg<strong>in</strong>g van hun<br />

strategie om <strong>de</strong> vrije keus te beperken.<br />

4.2.1. Emigratiebelast<strong>in</strong>gen. De kosten van opricht<strong>in</strong>g maken <strong>Europese</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen immobiel. Een<br />

reorganisatie naar buitenlands <strong>vennootschapsrecht</strong> geeft vaak aanleid<strong>in</strong>g tot <strong>de</strong> heff<strong>in</strong>g van belast<strong>in</strong>g over<br />

<strong>de</strong> stille reserves. Dit beperkt natuurlijk <strong>de</strong> vraag van bedrijven naar een "opt-<strong>in</strong>" voor een an<strong>de</strong>re nationaal<br />

systeem van <strong>vennootschapsrecht</strong> op effectieve wijze. Als <strong>de</strong> belast<strong>in</strong>glast hoger is dan <strong>de</strong> verwachte<br />

kostenbespar<strong>in</strong>gen die <strong>het</strong> alternatieve rechtssysteem biedt, heeft migratie geen z<strong>in</strong>. Het is echter <strong>in</strong>teressant<br />

dat <strong>het</strong> HvJ <strong>de</strong> kwestie van <strong>de</strong> toelaatbaarheid van emigratiebelast<strong>in</strong>gen onlangs ge<strong>de</strong>eltelijk heeft<br />

heroverwogen <strong>in</strong> <strong>het</strong> ka<strong>de</strong>r van veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van woonplaats door een natuurlijk persoon die zelfstandig<br />

overnemer was. In Lasteyrie du Saillant 64 verbood <strong>het</strong> HvJ <strong>de</strong> heff<strong>in</strong>g van een discrim<strong>in</strong>atoire belast<strong>in</strong>g<br />

voor een emigreren<strong>de</strong> belast<strong>in</strong>gplichtige. De heer Lasteyrie du Saillant verliet Frankrijk <strong>in</strong> 1998 om <strong>in</strong><br />

63 Aldus bezien is Centros een ver<strong>de</strong>re variatie op <strong>het</strong> thema <strong>in</strong> Cassis <strong>de</strong> Dijon (Zaak 120/78 Rewe Zentral AG v<br />

Bun<strong>de</strong>smonopolverwaltung für Branntwe<strong>in</strong> ["Cassis <strong>de</strong> Dijon"] [1979] EHJ 1979). Centros gaat ver<strong>de</strong>r dan Cassis <strong>de</strong><br />

Dijon door een toets van markttoegang toe te passen volgens welke alle goe<strong>de</strong>ren en personen reële toegang tot <strong>de</strong><br />

markten van an<strong>de</strong>re lidstaten moeten hebben, zon<strong>de</strong>r enige vorm van discrim<strong>in</strong>atie.<br />

64 Hughes <strong>de</strong> Lasteyrie du Saillant v. M<strong>in</strong>isterie <strong>de</strong> l'Economie, <strong>de</strong>s F<strong>in</strong>ances et <strong>de</strong> l'Industrie, zaak C-9/02, [2004] HVJ<br />

00000, arrest van 11 maart 2004.<br />

17


België te gaan wonen, waarbij hij zowel zijn beroepspraktijk als zijn fiscale woonplaats verplaatste.<br />

Destijds bezat hij effecten die <strong>de</strong> 25% on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsw<strong>in</strong>st waarvoor men <strong>in</strong> Frankrijk belast<strong>in</strong>gplichtig was<br />

voor <strong>de</strong> vennootschapsbelast<strong>in</strong>g overtroffen - effecten waarvan <strong>de</strong> marktwaar<strong>de</strong> hoger was dan <strong>de</strong><br />

koopprijs. De Co<strong>de</strong> General <strong>de</strong> Impots (CGI) kent een bepal<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> heff<strong>in</strong>g van <strong>in</strong>komstenbelast<strong>in</strong>g over<br />

<strong>de</strong>rgelijke verschillen <strong>in</strong> waar<strong>de</strong> voorschrijft wanneer een <strong>in</strong>woner van Frankrijk <strong>het</strong> land verlaat. De eiser<br />

bestreed <strong>de</strong> geldigheid van <strong>de</strong>ze bepal<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> zaak werd verwezen naar <strong>het</strong> HvJ, dat besliste dat <strong>de</strong><br />

wetgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> kwestie <strong>de</strong> uitoefen<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> recht van vrije vestig<strong>in</strong>g belemmer<strong>de</strong>. Het Hof re<strong>de</strong>neer<strong>de</strong> dat<br />

<strong>de</strong> regel discrim<strong>in</strong>eer<strong>de</strong> omdat belast<strong>in</strong>gplichtigen die hun woonplaats naar <strong>het</strong> buitenland verplaatsen<br />

belast<strong>in</strong>g moeten betalen over ongerealiseer<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>stijg<strong>in</strong>gen, terwijl belast<strong>in</strong>gplichtigen die <strong>in</strong> Frankrijk<br />

blijven pas belast<strong>in</strong>g over een waar<strong>de</strong>stijg<strong>in</strong>g hoeven te betalen wanneer die werkelijk gerealiseerd is..<br />

Lasteyrie du Saillant bepaalt <strong>de</strong>rhalve dat emigratiebelast<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> uitoefen<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> recht van vrije<br />

vestig<strong>in</strong>g van een natuurlijk persoon niet kunnen belemmeren en dat stelsels voor emigratiebelast<strong>in</strong>gen aan<br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong> Centros vastgestel<strong>de</strong> criteria moeten voldoen.<br />

De zaak is dui<strong>de</strong>lijk van belang omdat zij <strong>de</strong> vrijheid van lidstaten om emigratiebelast<strong>in</strong>gen te heffen<br />

beperkt op grond van <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g, ook al is dit slechts <strong>in</strong> relatie tot een natuurlijk persoon. Het<br />

HvJ maakte <strong>in</strong> Lasteyrie du Saillant echter een on<strong>de</strong>rscheid tussen natuurlijke personen en rechtspersonen<br />

en liet daarmee zijn uitspraak <strong>in</strong> Daily Mail onaangetast. Het is moeilijk te beoor<strong>de</strong>len of <strong>het</strong> HvJ zijn<br />

rechtspraak over <strong>de</strong> vrijheid van vestig<strong>in</strong>g zal uitbrei<strong>de</strong>n naar wetgev<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> emigratie van bedrijven<br />

door mid<strong>de</strong>l van bijvoorbeeld zetelverplaats<strong>in</strong>gen en fusies belemmert. Omdat emigratiebelast<strong>in</strong>gen <strong>het</strong><br />

centrale obstakel zijn dat <strong>de</strong> reikwijdte voor <strong>in</strong>corporaties van bedrijven beperkt, verwachten we<strong>in</strong>igen dat<br />

<strong>het</strong> HvJ, gezien zijn traditie om materiële, op lidstaatniveau aangegane, verplicht<strong>in</strong>gen te respecteren een<br />

uitspraak zal doen die <strong>de</strong> regelgev<strong>in</strong>gsstructuur van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU verstoort.<br />

4.2.2. An<strong>de</strong>re fricties. Europa's normatieve structuur is complex. Cruciaal is dat <strong>het</strong> me<strong>de</strong>besliss<strong>in</strong>gsrecht<br />

van werknemers <strong>in</strong> Duitsland en systemen van werknemerszeggenschap <strong>in</strong> an<strong>de</strong>re staten een belemmer<strong>in</strong>g<br />

vormen voor een regelgev<strong>in</strong>gssysteem dat op voorkeuren van bestuur<strong>de</strong>rs en aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs is gericht.<br />

Het is daarom niet verassend dat nationale wetgevers en gevestig<strong>de</strong> belangengroepen tevre<strong>de</strong>n zijn met <strong>de</strong><br />

huidige <strong>in</strong>stitutionele regel<strong>in</strong>gen die hervorm<strong>in</strong>gen, gericht op <strong>de</strong> vergrot<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> welzijn van<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen uit bestuur<strong>de</strong>rs- of aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rsperspectief, beperken.<br />

Meer algemeen geldt dat <strong>de</strong> complexiteit <strong>de</strong> vraag naar responsieve wetgev<strong>in</strong>g over <strong>de</strong> grenzen van<br />

<strong>de</strong> lidstaten heen tempert: <strong>de</strong> vraag is zo divers, dat geen enkel "one-size-fits-all" pakket van wetgev<strong>in</strong>g<br />

hier<strong>in</strong> kan voorzien. Het feit dat men geen geschie<strong>de</strong>nis, cultuur, taal en economisch systeem gemeen heeft<br />

met <strong>de</strong> staat waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g wordt opgericht, zal naar verwacht<strong>in</strong>g <strong>de</strong> <strong>in</strong>teresse van bedrijven voor<br />

<strong>de</strong> keuze van een buitenlandse rechtsvorm verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren. Verschillen <strong>in</strong> rechtsregimes beperken <strong>de</strong> mate<br />

waar<strong>in</strong> advocaten hun praktijk buiten <strong>de</strong> thuisjurisdictie kunnen uitoefenen. Wanneer bedrijven tevre<strong>de</strong>n<br />

zijn met hun advocaat, zal hun voorkeur voor <strong>het</strong> thuisland hierdoor wor<strong>de</strong>n versterkt.<br />

Ver<strong>de</strong>r openen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> patronen van <strong>vennootschapsrecht</strong>elijke regelgev<strong>in</strong>g en kapitaalvereisten<br />

geen verkoopmogelijkhe<strong>de</strong>n voor jurisdicties die <strong>in</strong>komsten willen genereren. De nationale governance<br />

systemen bie<strong>de</strong>n aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs we<strong>in</strong>ig mogelijkhe<strong>de</strong>n om te proce<strong>de</strong>ren en sommige systemen beperken<br />

<strong>het</strong> stemrecht van aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs. De partijen die <strong>de</strong> zeggenschap over een bedrijf hebben en die van <strong>de</strong>ze<br />

bescherm<strong>in</strong>gssystemen profiteren, zullen niet snel een jurisdictie opzoeken met een liberale wetgev<strong>in</strong>g met<br />

wetsbepal<strong>in</strong>gen van regelend recht. Nu zij <strong>in</strong> <strong>de</strong> huidige situatie beschermd zijn tegen procedures, zullen zij<br />

niet snel voor<strong>de</strong>len zien <strong>in</strong> een gespecialiseer<strong>de</strong> "corporate court".<br />

Tenslotte belemmert <strong>de</strong> EU-harmonisatie zelf <strong>de</strong> ruimte voor diversiteit tussen <strong>de</strong> lidstaten , waarmee<br />

zij <strong>de</strong> "salience" van vrije keuze verm<strong>in</strong><strong>de</strong>rt. De EU-richtlijnen <strong>in</strong>zake <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> hebben <strong>het</strong><br />

materiële <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> lidstaten een dw<strong>in</strong>gendrechtelijk en versteend karakter gegeven en <strong>het</strong><br />

geïsoleerd tegen evolutionaire druk <strong>in</strong> eigen land, veel m<strong>in</strong><strong>de</strong>r dan tegen concurrentie vanuit <strong>het</strong> buitenland.<br />

Het harmonisatieprogramma heeft <strong>in</strong> feite <strong>de</strong> vernieuw<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> kiem gesmoord. Hoewel <strong>het</strong> harmonisatieproces voornamelijk geldt voor beursgenoteer<strong>de</strong><br />

vennootschappen, hebben zowel <strong>de</strong> nationale wetgevers als <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> wetgever bij <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van<br />

beleidshervorm<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> reikwijdte van <strong>de</strong> richtlijnen uitgebreid naar an<strong>de</strong>re rechtsvormen met beperkte<br />

aansprakelijkheid. De oplegg<strong>in</strong>g van verplichte regels - zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mogelijkheid van een "opt-out" -<br />

vergroot effectief <strong>het</strong> voorkomen van standaardiser<strong>in</strong>g en schept juridische en <strong>in</strong>stitutionele belemmer<strong>in</strong>gen<br />

voor <strong>de</strong> vrije keuze. Deze "petrification externality" beperkt <strong>de</strong> kans op veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> kern van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> <strong>in</strong> Europa tot een m<strong>in</strong>imum. Zelfs wanneer een lidstaat <strong>in</strong> reactie op <strong>de</strong> b<strong>in</strong>nenlandse<br />

vraag tot <strong>de</strong>reguler<strong>in</strong>g wil overgaan, kan elk <strong>in</strong>itiatief ernstig wor<strong>de</strong>n geh<strong>in</strong><strong>de</strong>rd door <strong>de</strong> mogelijkheid dat<br />

<strong>de</strong> richtlijnen hierdoor wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rmijnd.<br />

18


5. "Arbitrage" <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> en jurisdictionele competitie<br />

5.1. Inleid<strong>in</strong>g<br />

In dit <strong>de</strong>el wordt on<strong>de</strong>rzocht hoe groot <strong>de</strong> kans is dat zich evenwichtsverstoren<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU<br />

voordoen. Eerst zal <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap wor<strong>de</strong>n besproken, waarbij <strong>de</strong> vraag wordt<br />

gesteld of <strong>het</strong> SE-Statuut een barst <strong>in</strong> <strong>het</strong> coöperatieve patroon van <strong>het</strong> communautaire <strong>vennootschapsrecht</strong><br />

teweeg brengt of een mid<strong>de</strong>l tot voorkom<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> "Delaware-effect" vormt. Vervolgens v<strong>in</strong>dt een<br />

evaluatie plaats van <strong>de</strong> beschei<strong>de</strong>n veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> praktijk, die ertoe hebben geleid dat kle<strong>in</strong>e en<br />

mid<strong>de</strong>lgrote on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen en hold<strong>in</strong>gmaatschappijen zijn begonnen met <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van hun<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n naar <strong>het</strong> verplaatsen van hun zetel naar lage-kostenjurisdicties. De veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g zou <strong>het</strong><br />

coöperatieve "equilibrium" kunnen <strong>de</strong>stabiliseren. Het weerspiegelt zeker <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van strategie<br />

b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> EU bij <strong>het</strong> creëren van wetgev<strong>in</strong>g op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>.<br />

5.2. De <strong>Europese</strong> vennootschap: <strong>de</strong> strategie op <strong>de</strong> proef gesteld?<br />

Onlangs hebben <strong>de</strong> lidstaten na meer dan <strong>de</strong>rtig jaar van on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g en gekibbel e<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk<br />

overeenstemm<strong>in</strong>g bereikt over een echt <strong>Europese</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsvorm: <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap (Societas<br />

Europea of SE). Het SE-Statuut, dat <strong>in</strong> oktober 2004 van kracht werd, stelt, <strong>in</strong> twee of meer lidstaten<br />

opereren<strong>de</strong>, on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> staat om een <strong>Europese</strong> vennootschap op te richten. 65 Volgens <strong>de</strong>ze visie zou<br />

een "menu" van <strong>Europese</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsvormen een wettelijk ka<strong>de</strong>r kunnen scheppen dat bijdraagt tot <strong>de</strong><br />

opricht<strong>in</strong>g en ontwikkel<strong>in</strong>g van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen op Europees niveau. Het creëren van een economische<br />

omgev<strong>in</strong>g waar<strong>in</strong> bedrijven zich voluit op <strong>de</strong> <strong>in</strong>terne markt kunnen ontwikkelen en, nog belangijker, <strong>het</strong><br />

vergemakkelijken van <strong>de</strong> samenwerk<strong>in</strong>g tussen bedrijven die <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> regio's van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie<br />

zijn gevestigd.<br />

Aanvankelijk streef<strong>de</strong> <strong>de</strong> EU een uitputten<strong>de</strong> en uitgebrei<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>gsmaatregel na voor <strong>de</strong> creatie<br />

van een <strong>Europese</strong> vennootschap op basis van <strong>de</strong> Duitse Aktiengesellschaft. De opzet was om uniforme<br />

wetgev<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>terne organisatie te verwezenlijken zon<strong>de</strong>r verwijz<strong>in</strong>g naar <strong>het</strong> nationale<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> lidstaten. Hoewel <strong>de</strong>ze bena<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g mogelijk was, werd alles <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren '80<br />

bevroren, toen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Gemeenschap <strong>het</strong> concept verv<strong>in</strong>g door ka<strong>de</strong>rwetgev<strong>in</strong>g waar<strong>in</strong> uitgebreid naar<br />

<strong>de</strong> nationale wetgev<strong>in</strong>g werd verwezen. Het duur<strong>de</strong> tot <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> jaren '90, voordat een groep<br />

<strong>de</strong>skundigen on<strong>de</strong>r leid<strong>in</strong>g van voormalig Commissievoorzitter Etienne Davignon een rapport uitbracht<br />

waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> hoofdlijnen wer<strong>de</strong>n gesc<strong>het</strong>st van een compromisoploss<strong>in</strong>g betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> kwestie van<br />

werknemerszeggenschap. 66 In <strong>de</strong>cember 2000 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> politieke problemen over <strong>het</strong><br />

me<strong>de</strong>besliss<strong>in</strong>gsrecht van werknemers en <strong>de</strong> bestuursstructuur opgelost toen <strong>de</strong> Raad <strong>de</strong><br />

wetgev<strong>in</strong>gsmaatregelen over <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap aannam.<br />

Het Statuut voorziet <strong>in</strong> een aantal manieren hoe rechtspersonen een <strong>Europese</strong> vennootschap kunnen<br />

oprichten. 67 Naast opricht<strong>in</strong>gsvereisten schrijft <strong>het</strong> Statuut voor dat <strong>de</strong> <strong>in</strong>terne organisatie van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong><br />

vennootschap wordt geregeld door <strong>het</strong> nationale recht van <strong>het</strong> land waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> vennootschap is opgericht.<br />

Het komt er op neer dat <strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g toestaat dat on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen kiezen voor <strong>het</strong>zij een systeem met<br />

alleen een bestuursorgaan (monistisch systeem), <strong>het</strong>zij een systeem met een toezichthou<strong>de</strong>nd en een<br />

bestuursorgaan (dualistisch systeem). 68 Tenslotte bevat <strong>de</strong> Richtlijn <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> werknemers een<br />

aantal bepal<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> mate van betrokkenheid van <strong>de</strong> werknemers <strong>in</strong> een vennootschap <strong>in</strong> <strong>de</strong>tail<br />

vastleggen. 69 Bij <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g van een <strong>Europese</strong> vennootschap dient een speciale<br />

65 Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> Raad 2157/2001/EG [2001] PB L 294/1.<br />

66 Zie Keller, B., "The European Company Statute: Employee Involvement-and Beyond", (2002), voordracht<br />

gepresenteerd op <strong>het</strong> IIRA/CIRA 4 th Regional Congress of the Americas, Universiteit van Toronto, 25-29 juni 2002.<br />

67 Opricht<strong>in</strong>g van een <strong>Europese</strong> vennootschap is globaal genomen mogelijk door (1) fusie van twee of meer bestaan<strong>de</strong><br />

vennootschappen die uit tenm<strong>in</strong>ste twee lidstaten afkomstig zijn; (2) <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g van een hold<strong>in</strong>gmaatschappij<br />

waarvoor <strong>het</strong> <strong>in</strong>itiatief wordt genomen door naamloze of besloten vennootschappen; (3) <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g van een<br />

gezamenlijk gehou<strong>de</strong>n dochtermaatschappij; en (4) <strong>de</strong> omzett<strong>in</strong>g van een bestaan<strong>de</strong> naamloze vennootschap. Zie<br />

artikel 2 en Titel II van <strong>de</strong> Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g.<br />

68 Artikel 38(b) van <strong>de</strong> Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g.<br />

69 Bepal<strong>in</strong>gen betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> rol van werknemers van een <strong>Europese</strong> vennootschap, zie <strong>de</strong> Richtlijn van <strong>de</strong> Raad<br />

2001/86/EG [2001] PB L294/22.<br />

19


on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsprocedure te wor<strong>de</strong>n gevolgd met betrekk<strong>in</strong>g tot <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> werknemers <strong>in</strong> <strong>de</strong> SE. 70 De<br />

Richtlijn maakt een on<strong>de</strong>rscheid tussen <strong>in</strong>formatie en/of raadpleg<strong>in</strong>g enerzijds en me<strong>de</strong>zeggenschap<br />

an<strong>de</strong>rzijds. De werknemersvertegenwoordigers moeten wor<strong>de</strong>n geïnformeerd over wezenlijke besliss<strong>in</strong>gen<br />

en <strong>de</strong> mogelijkheid krijgen om <strong>in</strong>vloed op <strong>het</strong> besluitvorm<strong>in</strong>gsproces uit te oefenen. In veel gevallen<br />

kunnen <strong>de</strong> werknemersvertegenwoordigers hun goedkeur<strong>in</strong>g uitspreken over <strong>de</strong> samenstell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> raad<br />

van commissarissen (bij een dualistisch systeem) of <strong>het</strong> bestuur (bij een monistisch systeem).<br />

Ondanks <strong>de</strong> relatieve afwezigheid van dw<strong>in</strong>gendrechtelijke regels die on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen een aantal<br />

voor<strong>de</strong>len en kostenbespar<strong>in</strong>gen moet bie<strong>de</strong>n, zijn er toch nog enkele juridische problemen die<br />

waarschijnlijk een belangrijke rol gaan spelen bij <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g of <strong>het</strong> waarschijnlijk is dat <strong>de</strong>ze<br />

rechtsvorm door bedrijven zal wor<strong>de</strong>n gebruikt. Ten eerste staan veel <strong>Europese</strong> juristen scepsis tegenover<br />

<strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> nieuwe wetgev<strong>in</strong>gsmaatregelen tot grote veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong>praktijk<br />

gaan lei<strong>de</strong>n. 71 Zo sluit <strong>het</strong> Statuut een groot aantal gebie<strong>de</strong>n die voor <strong>in</strong> twee staten opereren<strong>de</strong> bedrijven<br />

relevant zijn uit - gebie<strong>de</strong>n die dus alle beheerst blijven wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> nationale wetgev<strong>in</strong>g. 72 Toch<br />

betogen sommigen dat <strong>het</strong> relatief eenvoudig is <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap als migratiemetho<strong>de</strong> te<br />

gebruiken, met name wanneer zij wordt opgericht door mid<strong>de</strong>l van fusie. 73 Echter <strong>het</strong> feit dat er meer<strong>de</strong>re<br />

regels van toepass<strong>in</strong>g zijn op <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap, namelijk <strong>het</strong> SE-Statuut zelf, <strong>de</strong> wetten waarbij <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> vennootschap op nationaal niveau wordt geïmplementeerd, <strong>de</strong> nationale wetgev<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

lidstaten en <strong>de</strong> statuten van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap, zullen waarschijnlijk tot onzekerheid lei<strong>de</strong>n en<br />

daarmee <strong>de</strong> aantrekkelijkheid van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap eer<strong>de</strong>r verkle<strong>in</strong>en dan vergroten. Ten twee<strong>de</strong><br />

zal <strong>het</strong> feit dat <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> statuut <strong>het</strong> probleem van <strong>de</strong> belast<strong>in</strong>gheff<strong>in</strong>g niet regelt <strong>het</strong> aantal als <strong>Europese</strong><br />

vennootschap opgerichte bedrijven dui<strong>de</strong>lijk verlagen. 74 Het argument vóór <strong>de</strong> aantrekkelijkheid van <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> vennootschap is dat een <strong>Europese</strong> vennootschap haar statutaire zetel naar een an<strong>de</strong>re lidstaat kan<br />

verplaatsen. Hoewel er re<strong>de</strong>nen zijn te verwachten dat sterke druk vanuit <strong>de</strong> markt ertoe zal lei<strong>de</strong>n dat<br />

sommige vennootschappen hun zetel gaan verplaatsen naar een jurisdictie met een meer "gastvrij" regime<br />

van <strong>vennootschapsrecht</strong>, verwachten wij dat <strong>de</strong> afwezigheid van een speciaal belast<strong>in</strong>gregime, met name<br />

voor wat betreft grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> verplaats<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> werkelijke zetel, voor een meer<strong>de</strong>rheid van<br />

bedrijven een te belangrijke belemmer<strong>in</strong>g voor <strong>het</strong> gebruik van <strong>de</strong> SE zal vormen. 75 Ten <strong>de</strong>r<strong>de</strong> zullen<br />

sommige bedrijven misschien ook afgeschrikt wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> complexiteit van <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>gsprocedure<br />

voor een <strong>Europese</strong> vennootschap. Vooral <strong>de</strong> noodzaak om <strong>in</strong> on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g te tre<strong>de</strong>n met<br />

werknemersvertegenwoordigers zal waarschijnlijk een knelpunt zijn. 76 Veel on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen voelen zich<br />

ongemakkelijk bij <strong>het</strong> i<strong>de</strong>e dat werknemers een rol spelen bij een zetelverplaats<strong>in</strong>g. Dus zelfs wanneer een<br />

groep bedrijven voldoen<strong>de</strong> motieven heeft voor omzett<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> rechtsvorm van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap,<br />

betwijfelen wij of <strong>de</strong> kostenbespar<strong>in</strong>gen voldoen<strong>de</strong> zijn om <strong>de</strong>ze rechtsvorm te gaan gebruiken.<br />

Zeker, lidstaten kunnen maatregelen treffen om <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap aantrekkelijker te maken<br />

door dui<strong>de</strong>lijke en effectieve wetsbepal<strong>in</strong>gen aan te nemen waar<strong>in</strong> specifiek EG-maatregelen betreffen<strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> vennootschappen wor<strong>de</strong>n geïmplementeerd en daardoor aan jurisdictionele competitie doen.<br />

Hoewel <strong>de</strong> eerste <strong>Europese</strong> vennootschappen al zijn opgericht, zijn er geen signalen dat <strong>de</strong> lidstaten al zijn<br />

70 Deel II van <strong>de</strong> Richtlijn.<br />

71 Zie Spr<strong>in</strong>gael, B., "Taxation Issues and the S<strong>in</strong>gle European Company: a Prelim<strong>in</strong>ary Look at Societas Europaea",<br />

(2002) 14 EuroWatch 1 (die betoogt dat <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap geen uniforme vennootschapsvorm is, zoals<br />

oorspronkelijk <strong>de</strong> bedoel<strong>in</strong>g was, maar <strong>in</strong> plaats daarvan een "nationale <strong>Europese</strong> vennootschap"); Hampton, C.<br />

(2002), "European Company Law Reforms Make Uneven Progress", 14 EuroWatch 1, p. 1 (die betoogt dat <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> vennootschap zon<strong>de</strong>r een EU-breed belast<strong>in</strong>gregime, vrijheid van verkeer tussen lan<strong>de</strong>n en één enkele<br />

"corporate form", we<strong>in</strong>ig biedt dat niet reeds gerealiseerd kon wor<strong>de</strong>n).<br />

72 De Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g geeft regels voor <strong>de</strong> opricht<strong>in</strong>g (Titel II), <strong>de</strong> structuur van <strong>de</strong> SE, (Titel III), <strong>de</strong> jaarreken<strong>in</strong>g en<br />

geconsoli<strong>de</strong>er<strong>de</strong> jaarreken<strong>in</strong>g (Titel IV) en ontb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g, liquidatie, <strong>in</strong>solventie en stak<strong>in</strong>g van betal<strong>in</strong>gen (Titel V).<br />

73 Titel II, artikel 2 van <strong>de</strong> Veror<strong>de</strong>n<strong>in</strong>g. Zie ook Enriques, L., "Silence is Gol<strong>de</strong>n: The European Company Statute as a<br />

Catalyst for Company Law Arbitrage", (2004) 4 Journal of Corporate Law Studies 77; De Kluiver, H.J., Dumoul<strong>in</strong>,<br />

S.H.M.A., Witteveen, P.A.M. en Bell<strong>in</strong>gwout, J.W., "De <strong>Europese</strong> Vennootschap (SE)", Preadvies van <strong>de</strong> Vereenig<strong>in</strong>g<br />

"Han<strong>de</strong>lsrecht", (Kluwer, 2004), p. 62-63.<br />

74 Bolkeste<strong>in</strong>, F., "The New European Company: Opportunity <strong>in</strong> Diversity" <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European<br />

Company, Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003), p. 43-44. Vermel<strong>de</strong>nswaard is dat <strong>het</strong><br />

Statuut, <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot eer<strong>de</strong>re concepten, geen fiscale bepal<strong>in</strong>gen op EU-niveau kent.<br />

75 Zie Thommes, C., "EC Law Aspects of the Transfer of Seat of an SE", (2004) 44 European Taxation 22, p. 23-25.<br />

76 Zie Davies, P., "Employee Involvement <strong>in</strong> the European Company", <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European Company,<br />

Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003), p. 67 en p. 81-82; Hopt, K.J., "Board Structures—<br />

The Significance of the Rules on the Board of the European Company", <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European Company,<br />

Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003), p. 53-54.<br />

20


overgegaan tot <strong>het</strong> creëren van concurreren<strong>de</strong> wetgev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> dit verband.. 77<br />

Ver<strong>de</strong>r zijn wij sceptisch over <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk een aantrekkelijk<br />

vehikel zal wor<strong>de</strong>n voor "shoppen" op <strong>vennootschapsrecht</strong>gebied b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie. 78 Door <strong>de</strong><br />

talrijke corporate governance hervorm<strong>in</strong>gen (die <strong>in</strong> 2001 begonnen na <strong>de</strong> Enron-, Ahold- en Parmalatschandalen)<br />

die hoog op <strong>de</strong> beleidsagenda staan, zijn <strong>de</strong> voor <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> wetten <strong>in</strong><br />

rustiger vaarwater geraakt. 79 Dat wil niet zeggen dat <strong>de</strong> beleidsmakers <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap moeten<br />

negeren. In tegen<strong>de</strong>el, betoogd kan wor<strong>de</strong>n dat lidstaten aantoonbaar op hun hoe<strong>de</strong> moeten zijn voor an<strong>de</strong>re<br />

jurisdicties die met een serie regels kunnen komen die meer geschikt zijn voor beursgenoteer<strong>de</strong><br />

vennootschappen. Deze kwestie wordt meer urgent nu <strong>in</strong> <strong>het</strong> nieuwe tijdperk van "corporate<br />

accountability" regelgeven<strong>de</strong> en beleidsbepalen<strong>de</strong> <strong>in</strong>stanties corporate governance wetgev<strong>in</strong>g en co<strong>de</strong>s<br />

hebben aangenomen of gewijzigd, die vaak verplichte doelstell<strong>in</strong>gen en richtlijnen geven voor een goed<br />

bestuur van beursgenoteer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen. 80 Hoewel <strong>het</strong> compromis van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap een<br />

rigi<strong>de</strong> en onaantrekkelijk systeem is kan <strong>de</strong> mogelijkheid van forum-shopp<strong>in</strong>g 81 door mid<strong>de</strong>l van<br />

grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies op <strong>de</strong> lange termijn tot mo<strong>de</strong>rniser<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> lei<strong>de</strong>n en<br />

daarmee <strong>de</strong> h<strong>in</strong><strong>de</strong>rlijke en belemmeren<strong>de</strong> nationale wetten uithollen. 82 Onlangs hebben sommige<br />

beleidsmakers echter voorgesteld dat <strong>de</strong> koppel<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> SE-Statuut aan een <strong>Europese</strong> corporate<br />

governance co<strong>de</strong> een efficiëntere manier kan zijn om <strong>de</strong> convergentie van "best practice" normen b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong><br />

EU te weeg te brengen. 83 Indien nationale wetgevers op <strong>de</strong>ze strategie overschakelen, heeft dit naar onze<br />

verwacht<strong>in</strong>g twee belangrijke voor<strong>de</strong>len: (1) door <strong>de</strong> koppel<strong>in</strong>g zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s van <strong>de</strong> lidstaten<br />

onaangetast blijven en zou dus divergentie wor<strong>de</strong>n gerespecteerd; 84 en (2) <strong>de</strong> kans op jurisdictionele<br />

competitie door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> vennootschap zou aanzienlijk afnemen. Wanneer lidstaten <strong>de</strong><br />

aanpak van koppel<strong>in</strong>g aan <strong>het</strong> SE-Statuut lief<strong>de</strong>vol zou<strong>de</strong>n omarmen, zou dit <strong>het</strong> non-competitieve<br />

"equilibrium" <strong>in</strong> <strong>het</strong> communautaire <strong>vennootschapsrecht</strong> ver<strong>de</strong>r versterken. Dit is dan een resultaat dat<br />

ongetwijfeld door veel wetgevers wordt gesteund..<br />

5.3 Competitie tussen jurisdicties (besloten vennootschappen )<br />

De komst van concurrentiedruk vanuit offshore-jurisdicties heeft sommige nationale beleidsmakers<br />

geprikkeld om nieuwe wetgev<strong>in</strong>gsmaatregelen te nemen. De recente aanname van <strong>de</strong> LLP-wet <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk, dat <strong>in</strong> 1996 <strong>de</strong> wet <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> "limited liability partnerships" creëer<strong>de</strong> om <strong>de</strong> uittocht<br />

van maatschappen van beoefenaren van vrije beroepen naar Jersey te stoppen, is een voorbeeld van<br />

"competitive lawmak<strong>in</strong>g" <strong>in</strong> Europa. Een twee<strong>de</strong> factor is <strong>het</strong> effect van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> rechtspraak die<br />

77 Betoogd kan wor<strong>de</strong>n dat Franse bedrijven kostenbespar<strong>in</strong>gen kunnen behalen als gevolg van <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

SE-Statuut, aangezien bedrijven eenvoudig kunnen kiezen voor <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>" <strong>in</strong> <strong>de</strong> flexibele vennootschapsvorm<br />

"Société par Actions Simplifiée" (SAS). F<strong>in</strong>ancieele Dagblad (door S.M. Bartman) (2004a), "Fransen w<strong>in</strong>nen slag om<br />

SE", 21 oktober 2004.<br />

78 Zie Garrido, J., "Company Law and Capital Markets", <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European Company, Develop<strong>in</strong>g a<br />

Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003).<br />

79 <strong>Europese</strong> Commissie, "Me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> Commissie aan <strong>de</strong> Raad en <strong>het</strong> Europees Parlement <strong>in</strong>zake <strong>het</strong><br />

voorkomen en bestrij<strong>de</strong>n van f<strong>in</strong>anciële wanpraktijken van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen", Brussel, 27.09.2004, COM(2004)611<br />

<strong>de</strong>f<strong>in</strong>itief; McCahery, J.A. en Vermeulen, E.P.M., "Corporate Governance Crises and Related Party Transactions: A<br />

Post-Parmalat Agenda", (2005) <strong>in</strong> Hopt, K.J. Wymeersch, E, Kanda, H., en Baum, H. (eds.) Corporate Governance <strong>in</strong><br />

Context. Corporations, States and Markets <strong>in</strong> Europe, Japan, and the US, (Oxford University Press, 2005).<br />

.<br />

80 Zie Hertig, G. en McCahery, J.A., <strong>in</strong> Ferrar<strong>in</strong>i, G., Hopt, K.J., W<strong>in</strong>ter, J., en Wymeersch, E. (eds.) "Reform<strong>in</strong>g<br />

Company and Takeover Law <strong>in</strong> Europe", (Oxford University Press, 2004).<br />

81 Zie Kübler, F., "A Shift<strong>in</strong>g Paradigm of European Company Law?", (2004) Discussiestuk.<br />

82 Hieruit volgt misschien dat <strong>de</strong> recente uitspraken van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong> Centros, Überseer<strong>in</strong>g en Inspire Art— en hun<br />

gevolgen voor <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel - samen met <strong>de</strong> druk die uitgaat van <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van <strong>de</strong> <strong>Europese</strong><br />

vennootschap, <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie er misschien toe zullen bewegen om een nieuwe, marktgeörienteer<strong>de</strong> aanpak te gaan<br />

volgen bij "lawmak<strong>in</strong>g" op <strong>het</strong> gebied van <strong>vennootschapsrecht</strong>. Zie McCahery, J.A. en Vermeulen, E.P.M., "The<br />

Evolution of Closely Held Bus<strong>in</strong>ess Forms <strong>in</strong> Europe", (2001) 26 Journal of Corporation Law 857; McCahery, J.A. en<br />

Vermeulen, E.P.M., "The Chang<strong>in</strong>g Landscape of European Company Law", (2004) TILEC Discussiestuk. 023. Nu <strong>de</strong><br />

EU haar <strong>de</strong>uren heeft geopend voor nieuwe lidstaten, moeten nationale wetgevers op hun hoe<strong>de</strong> zijn voor zeer<br />

gemotiveer<strong>de</strong> Centraal- en Oost-<strong>Europese</strong> wetgevers, die mogelijk <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van mo<strong>de</strong>rn en aantrekkelijk<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> overwegen.<br />

83 Zie <strong>de</strong> "High Level Group of Company Law Experts" (2004: 67).<br />

84 Zie <strong>de</strong> F<strong>in</strong>ancial Times (door Brian Groom en Ian Bickerton) (2004b), "Architect of Corporate Reform Warns<br />

Aga<strong>in</strong>st Convergence", <strong>de</strong>cember 2004.<br />

21


jurisdictionele competitie b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie lijkt te stimuleren. In belangrijke z<strong>in</strong> moet <strong>de</strong><br />

competitie voor on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsvormen nog tot volle ontwikkel<strong>in</strong>g komen vanwege <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> "siège<br />

réel" die <strong>de</strong> meeste lidstaten aanhangen.<br />

De comb<strong>in</strong>atie van nieuwe uitspraken door <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> Hof van Justitie en <strong>de</strong> blokker<strong>in</strong>g van<br />

wetgev<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> harmonisatieprogramma voor <strong>het</strong> communautaire <strong>vennootschapsrecht</strong> heeft veel<br />

belangstell<strong>in</strong>g gewekt voor competitie tussen jurisdicties. Hoewel <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel <strong>de</strong><br />

mobiliteit van reeds bestaan<strong>de</strong> bedrijven blijft beperken, hebben <strong>de</strong> recente uitspraken van <strong>het</strong> HvJ <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

zaken Centros, Übersee<strong>in</strong>g en Inspire Art <strong>de</strong> mobiliteit voor starten<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen verbeterd.. 85<br />

Lidstaten zoals <strong>het</strong> Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk kunnen er baat bij hebben om te concurreren <strong>in</strong> <strong>het</strong> aanbie<strong>de</strong>n van<br />

flexibele rechtsvormen voor besloten vennootschappen. 86 Een <strong>de</strong>el van dit soort competitie is reeds <strong>in</strong> gang,<br />

nu een aantal cont<strong>in</strong>entaal-<strong>Europese</strong> bedrijven <strong>de</strong> Britse limited company heeft gekozen vanwege <strong>de</strong><br />

vrijstell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> m<strong>in</strong>imumkapitaalvereisten. Ter illustratie hiervan toont Figuur 1 <strong>het</strong> aantal "Duitse"<br />

vennootschappen dat <strong>in</strong> <strong>het</strong> VK is opgericht. De Britse "limited company", gesteund door een ervaren<br />

"bar", biedt een flexibel alternatief. 87 Bovendien hebben vennootschappen die hun aan<strong>de</strong>len op een<br />

openbare markt willen laten verhan<strong>de</strong>len als alternatief <strong>de</strong> Lon<strong>de</strong>nse Stock Exchange.<br />

Figuur 1: "Duitse" bedrijven die <strong>in</strong> <strong>het</strong> VK zijn opgericht<br />

Bron: John Armour, "Who should make corporate law? EC legislation versus regulatory competition"<br />

Number<br />

600<br />

500<br />

400<br />

300<br />

200<br />

100<br />

0<br />

pre 1999 1999 2000 2001 2002 2003 2004<br />

Year<br />

5.4 Zetelverplaats<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> fusierichtlijn<br />

Tot voor kort maakten <strong>de</strong> hoge kosten van grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies - groten<strong>de</strong>els als gevolg van regels<br />

voor crediteurenbescherm<strong>in</strong>g en fiscale obstakels - <strong>het</strong> moeilijk voor een bestaand bedrijf om zijn zetel te<br />

verplaatsen. 88 De recente aanname van <strong>de</strong> Richtlijn betreffen<strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies zou echter<br />

uitkomst moeten bie<strong>de</strong>n,doordat zij niet van bedrijven verlangt dat zij gebon<strong>de</strong>n zijn aan een bepaald<br />

systeem van crediteurenbescherm<strong>in</strong>g. 89 De richtlijn <strong>in</strong>zake <strong>de</strong> belast<strong>in</strong>gheff<strong>in</strong>g bij fusies regelt <strong>het</strong><br />

probleem van discrim<strong>in</strong>atie bij fiscale behan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies. 90 Vóór <strong>de</strong> aanname<br />

van <strong>de</strong> richtlijn werd bij grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies belast<strong>in</strong>g geheven over <strong>de</strong> niet-gerealiseer<strong>de</strong> w<strong>in</strong>sten<br />

en fiscale reserves van <strong>het</strong> overdragen<strong>de</strong> bedrijf en waren er geen regels voor eventuele verliezen. De<br />

85 Zie Lowry, J., "Elim<strong>in</strong>at<strong>in</strong>g Obstacles to Freedom of Establishment: The Competitive Edge of UK Company Law",<br />

(2004) Cambridge Law Journal 331.<br />

86 Zaak C-212/97 Centros Ltd v Erhvervs- og Selskabsstryelsen [1999] HVJ I-1459; Zaak C-208/00 Überseer<strong>in</strong>g BV v<br />

Nordic Construction Co Baumanagement GmbH; Zaak C-167/01 Kamer van Koophan<strong>de</strong>l en Fabrieken voor<br />

Amsterdam v Inspire Art Ltd.<br />

87 Zie Becht, M., Mayer, C., en Wagner, H., "Corporate Mobility Comes to Europe: The Evi<strong>de</strong>nce", discussiestuk,<br />

september 2005.<br />

88 Zie Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "Company and Tax Law Competition <strong>in</strong> the EU: A Comparative Political<br />

Economy", discussiestuk, oktober 2005.<br />

89 Zie Enriques, L. en Gelter, M., "The Relationship Between Creditors and Corporate Debtors: Regulatory<br />

Competition and Cooperation With<strong>in</strong> the EU", European Bus<strong>in</strong>ess Organization Law Review (verschijnt <strong>in</strong> 2006).<br />

90 Richtlijn betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> gemeenschappelijke fiscale regel<strong>in</strong>g voor fusies, splits<strong>in</strong>gen, <strong>in</strong>breng van activa en<br />

aan<strong>de</strong>lenruil met betrekk<strong>in</strong>g tot on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen uit verschillen<strong>de</strong> Lidstaten, Richtlijn van <strong>de</strong> Raad 90/434/EEG.<br />

Annual<br />

Total<br />

22


heff<strong>in</strong>g van belast<strong>in</strong>g over ongerealiseer<strong>de</strong> w<strong>in</strong>sten ontmoedig<strong>de</strong> grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> fusies <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

lidstaten.<br />

De Richtlijn bestrijkt een reeks van transacties, waaron<strong>de</strong>r: (1) juridische fusies, waarbij <strong>het</strong> kan gaan<br />

om (a) twee of meer bestaan<strong>de</strong> vennootschappen die fuseren tot één vennootschap waarbij <strong>de</strong><br />

oorspronkelijke vennootschap ophoudt te bestaan; (b) een fusie van <strong>de</strong> ene vennootschap met een an<strong>de</strong>re<br />

vennootschap die <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g voortzet; of (c) een fusie waarbij een volledige dochtermaatschappij<br />

opgaat <strong>in</strong> <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>rmaatschappij; (2) <strong>de</strong> directe verkrijg<strong>in</strong>g van een vennootschap door verwerven van <strong>de</strong><br />

"vot<strong>in</strong>g control" over een overdragen<strong>de</strong> vennootschap door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> verkrijg<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> aan<strong>de</strong>len van<br />

<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong> vennootschap; en (3) <strong>de</strong> <strong>in</strong>breng van activa van een of meer<br />

filialen of een on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g tegen <strong>de</strong> verkrijg<strong>in</strong>g van aan<strong>de</strong>len gevolgd door <strong>de</strong> ontb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

overdragen<strong>de</strong> vennootschap. Er gel<strong>de</strong>n twee belangrijke voorwaar<strong>de</strong>n wat betreft <strong>de</strong> activa <strong>in</strong> <strong>de</strong> staat van<br />

<strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong> vennootschap. Ten eerste moet <strong>de</strong> verwerven<strong>de</strong> vennootschap <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> belast<strong>in</strong>ggrondslag<br />

en afschrijv<strong>in</strong>gsmetho<strong>de</strong> blijven gebruiken en ten twee<strong>de</strong> moeten <strong>de</strong> activa “daadwerkelijk verbon<strong>de</strong>n<br />

blijven met een vaste <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g" van <strong>de</strong> ontvangen<strong>de</strong> vennootschap <strong>in</strong> <strong>de</strong> staat van <strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong><br />

vennootschap. Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> activa van <strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>g moeten bij <strong>de</strong> fusie <strong>in</strong><br />

stand blijven. De voorwaar<strong>de</strong>n volgen uit <strong>het</strong> feit dat <strong>de</strong> staat waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong> vennootschap zitt<strong>in</strong>g<br />

heeft, <strong>in</strong> <strong>de</strong> toekomst belast<strong>in</strong>g moet kunnen <strong>in</strong>nen over eerst uitgestel<strong>de</strong> vermogensw<strong>in</strong>sten wanneer <strong>de</strong><br />

ontvangen<strong>de</strong> vennootschap <strong>de</strong> activa vervreemdt.<br />

Gewezen wordt op <strong>het</strong> feit dat <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong> een mobiliteitsbeperk<strong>in</strong>g <strong>in</strong>houdt - uitstel van<br />

vermogensw<strong>in</strong>st is slechts mogelijk wanneer <strong>de</strong> staat van <strong>de</strong> overdragen<strong>de</strong> vennootschap zijn fiscale<br />

jurisdictie over <strong>de</strong> activa behoudt <strong>in</strong> <strong>de</strong> vorm van een vaste <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g. De Richtlijn heeft daarmee een<br />

negatieve implicatie wat betreft <strong>de</strong> kwestie van <strong>de</strong> emigratiebelast<strong>in</strong>g. Aangezien <strong>de</strong> Richtlijn niet<br />

uitdrukkelijk voorziet <strong>in</strong> <strong>het</strong> recht van vrije migratie van vennootschappen, impliceert dit dat lidstaten voor<br />

niet door <strong>de</strong> Richtlijn bestreken transacties emigratiebelast<strong>in</strong>gen moeten heffen.<br />

5.5 Samenvattend commentaar<br />

Zoals we hebben gezien heeft <strong>de</strong> recente rechtspraak van <strong>het</strong> HvJ zowel <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> werkelijke zetel uit<br />

<strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> als <strong>de</strong> fiscale regels die onafhankelijk daarvan zetelverplaats<strong>in</strong>gen belemmeren <strong>in</strong><br />

twijfel getrokken. Een volledige uitbann<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> doctr<strong>in</strong>e van <strong>de</strong> werkelijke zetel en een uitbreid<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong> situskeuze voor grote, bestaan<strong>de</strong> vennootschappen wordt nu mogelijk. Tegelijkertijd lijkt <strong>de</strong> rechtspraak<br />

van <strong>het</strong> HvJ nu kritieke fiscale obstakels tegen <strong>de</strong> migratie van bedrijven weg te nemen. De situskeuze<br />

opent samen met belast<strong>in</strong>gvrije mobiliteit <strong>de</strong> <strong>de</strong>uren voor jurisdictionele competitie op <strong>het</strong> gebied van<br />

zowel <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> als <strong>de</strong> heff<strong>in</strong>g van vennootschapsbelast<strong>in</strong>g.<br />

Er rijzen twee vragen. De eerste betreft hoe waarschijnlijk <strong>het</strong> is dat <strong>het</strong> HvJ doorbraakarresten zal<br />

wijzen. De twee<strong>de</strong> betreft <strong>de</strong> omvang van concurrentiegestuur<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g die na doorbraakarresten kan<br />

wor<strong>de</strong>n verwacht. Wat betreft <strong>de</strong> eerste vraag geldt dat ongetwijfeld ver<strong>de</strong>re verstor<strong>in</strong>g te verwachten valt.<br />

Er bestaat echter enige twijfel over <strong>de</strong> vraag of <strong>het</strong> HvJ ver<strong>de</strong>re beperk<strong>in</strong>gen zal aanbrengen <strong>in</strong> <strong>het</strong><br />

woonplaatsbeg<strong>in</strong>sel die zullen lei<strong>de</strong>n tot een bre<strong>de</strong> herstructurer<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> nationale belast<strong>in</strong>gstelsels<br />

volgens "source-based" lijnen. Wat betreft <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> vraag geldt dat <strong>het</strong> creëren van <strong>vennootschapsrecht</strong><br />

een stabiel "equilibrium" patroon volgt dat bestand is gebleken tegen schokken van buiten af. Naar<br />

verwacht<strong>in</strong>g zal dit aanhou<strong>de</strong>n. Ook al is er <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU veel vraag naar <strong>de</strong> mogelijkheid om an<strong>de</strong>re<br />

rechtsystemen te kiezen, is dit te we<strong>in</strong>ig stimulans voor een leverancier van concurrerend<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong>, zoals Delaware <strong>in</strong> <strong>de</strong> VS.. Door alle belemmer<strong>in</strong>gen kunnen lidstaten op <strong>de</strong> uitdag<strong>in</strong>g<br />

die mobiliteit stelt reageren door mid<strong>de</strong>l van hervorm<strong>in</strong>gen van hun nationale recht om <strong>de</strong> belangen van<br />

hun eigen b<strong>in</strong>nenlandse bedrijven te waarborgen..<br />

6 Nieuwe richt<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> EU-harmonisatie<br />

6.1 Keuze uit e<strong>in</strong>dig menu van EU-opties<br />

In <strong>de</strong> afgelopen jaren zijn "legal options", dat wil zeggen regelend recht met verschillen<strong>de</strong><br />

keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n, geaccepteerd geraakt <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Unie. "Legal options" verwijzen naar <strong>de</strong> bij wet<br />

gecreëer<strong>de</strong> keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n ex ante en ex post. Het zal geen verbaz<strong>in</strong>g wekken dat wetgevers geneigd<br />

zijn eer<strong>de</strong>r keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n te <strong>in</strong>troduceren nu zij bij <strong>de</strong> oploss<strong>in</strong>g van conflicten moeilijkhe<strong>de</strong>n<br />

on<strong>de</strong>rv<strong>in</strong><strong>de</strong>n bij <strong>het</strong> boeken van vooruitgang.<br />

23


Deze aanpak maakte een verschil toen <strong>de</strong> <strong>Europese</strong> Commissie <strong>het</strong> conflict tussen <strong>de</strong> lidstaten over<br />

<strong>de</strong> overnamerichtlijn oploste door wetsbepal<strong>in</strong>gen te creëren die jurisdicties <strong>de</strong> mogelijkheid bie<strong>de</strong>n om <strong>de</strong><br />

bepal<strong>in</strong>gen wat betreft <strong>de</strong> neutraliteit van <strong>het</strong> bestuur en doorbrek<strong>in</strong>g te implementeren. Hoewel <strong>het</strong><br />

twijfelachtig is of <strong>de</strong> nieuwe wetgev<strong>in</strong>g een <strong>in</strong>grijpen<strong>de</strong> bijdrage levert of efficiëntie-effecten zal hebben,<br />

kan men <strong>het</strong> besluit om partijen keuzevrijheid te bie<strong>de</strong>n, als er geen an<strong>de</strong>re oploss<strong>in</strong>gen voorhan<strong>de</strong>n zijn,<br />

als een geloofwaardige aanpak van wetshervorm<strong>in</strong>g beschouwen. 91 .<br />

Sommige wetenschappers suggereren dat <strong>het</strong> wijdverbrei<strong>de</strong> gebruik van verplichte regels door <strong>de</strong><br />

Commissie voor veel on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen duur heeft uitgepakt, <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van een veelomvattend regime<br />

van <strong>vennootschapsrecht</strong> aanzienlijk heeft vertraagd (resulterend <strong>in</strong> leemten <strong>in</strong> <strong>de</strong>kk<strong>in</strong>g) en uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk heeft<br />

geleid tot <strong>de</strong> implementatie van wetgev<strong>in</strong>g die niet op <strong>de</strong> behoeften van een groot aantal on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen is<br />

afgestemd. Ook is <strong>het</strong> dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> problemen die <strong>in</strong> verband wor<strong>de</strong>n gebracht met <strong>het</strong> gebruik van<br />

richtlijnen door <strong>de</strong> Commissie, <strong>de</strong> drijfveer zijn geweest voor <strong>het</strong> Actieplan voor <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rniser<strong>in</strong>g van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> en <strong>de</strong> verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> corporate governance. In dat Actieplan heeft <strong>de</strong> Commissie<br />

onverb<strong>in</strong><strong>de</strong>n<strong>de</strong> aanbevel<strong>in</strong>gen voorgesteld die <strong>in</strong> sommige gevallen zijn uitgelegd als aanbevel<strong>in</strong>gen met<br />

een verplicht karakter en daardoor zorg<strong>de</strong> voor een verplichten<strong>de</strong> aanpak bij <strong>de</strong> kerngebie<strong>de</strong>n van <strong>het</strong><br />

communautaire <strong>vennootschapsrecht</strong>.<br />

Ondanks <strong>de</strong> overschakel<strong>in</strong>g op "zachte" juridische maatregelen is <strong>het</strong> twijfelachtig of <strong>de</strong><br />

Commissie een op keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n gebaseerd of pro-keuze stelsel van <strong>vennootschapsrecht</strong> zal creëren.<br />

Gesteld wordt dat <strong>het</strong> Actieplan van <strong>de</strong> EG <strong>de</strong> basis is voor een <strong>in</strong>novatief en dynamisch palet van<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> dat on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen vertrouwenswaardige keuzes op regelgev<strong>in</strong>gsgebied geeft, maar dat<br />

<strong>het</strong> optre<strong>de</strong>n van jurisdictionele competitie beperkt en ontmoedigt. Bovendien betwijfelen velen <strong>het</strong><br />

vermogen van <strong>de</strong> Commissie om een efficiënte regelgev<strong>in</strong>gskeuze te bevor<strong>de</strong>ren door <strong>de</strong> druk van diverse<br />

belangengroepen, <strong>de</strong> diffuse controle over <strong>het</strong> agendabepal<strong>in</strong>gsproces en <strong>de</strong> beperkte capaciteit om <strong>in</strong> te<br />

spelen op en tegemoet te komen aan een omvangrijke serie eisen van <strong>de</strong> lidstaten.<br />

In plaats van verplichte regel<strong>in</strong>gen te creëren die <strong>de</strong> lidstaten slechts een beperkte<br />

implementatievrijheid bie<strong>de</strong>n, zou <strong>de</strong> EU als alternatief <strong>de</strong> lidstaten (of zelfs bedrijven) <strong>de</strong> vrijheid kunnen<br />

geven om rechtsregels te kiezen uit een e<strong>in</strong>dig aantal mogelijkhe<strong>de</strong>n. Dit alternatief is bij <strong>de</strong> richtlijnen<br />

<strong>in</strong>zake f<strong>in</strong>anciële verslaglegg<strong>in</strong>g gehanteerd om lidstaten <strong>de</strong> keuze geven tussen meer of m<strong>in</strong><strong>de</strong>r<br />

conservatieve normen alsme<strong>de</strong> om <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>n- en kle<strong>in</strong>bedrijf (MKB) te vrijwaren van te kostbare eisen.<br />

Er kan dus wor<strong>de</strong>n gesteld dat <strong>de</strong> <strong>in</strong>troductie van keuze belangrijke voor<strong>de</strong>len biedt op <strong>het</strong> gebied van<br />

regelgev<strong>in</strong>g. Bedrijven kunnen hierdoor bijvoorbeeld gemakkelijker verschillen tussen <strong>de</strong> regels van <strong>de</strong><br />

lidstaten i<strong>de</strong>ntificeren.<br />

Het is belangrijk om erop te wijzen dat keuzevrijheid niet per <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itie altijd efficiëntie <strong>in</strong>houdt .De<br />

bruikbaarheid van kostenbesparen<strong>de</strong> opties mag niet zon<strong>de</strong>r meer wor<strong>de</strong>n veron<strong>de</strong>rsteld, aangezien<br />

keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n meestal eer<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n gebruikt als oploss<strong>in</strong>g voor politieke blokka<strong>de</strong>s en an<strong>de</strong>re<br />

regelgev<strong>in</strong>gskwesties dan voor efficiency. Het gebruik van keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> Commissie kan<br />

niet <strong>in</strong> <strong>het</strong> algemeen significant wor<strong>de</strong>n geacht, maar <strong>het</strong> steunt wel <strong>de</strong> men<strong>in</strong>g dat <strong>het</strong> verkeerd is om een<br />

vast menu van hogerhand op te leggen. Enerzijds wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> standaardisatievoor<strong>de</strong>len sterk verkle<strong>in</strong>d,<br />

omdat er geen serie EU-bepal<strong>in</strong>gen bestaan waarop bedrijven en beleggers kunnen terugvallen. An<strong>de</strong>rzijds<br />

zullen <strong>de</strong> kosten van <strong>de</strong> harmonisatie waarschijnlijk stijgen. Ten eerste zal <strong>het</strong> creëren van een e<strong>in</strong>dig menu<br />

van EU-opties <strong>de</strong> bereidheid tot <strong>het</strong> sluiten van compromissen door <strong>de</strong> lidstaten waarschijnlijk<br />

verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren, aangezien zij goe<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen hebben om te hopen dat een har<strong>de</strong> lijn een waarborg is voor <strong>het</strong><br />

dicht bena<strong>de</strong>ren van <strong>het</strong> eigen stelsel. Het resultaat is dan waarschijnlijk een <strong>in</strong>efficiënte oploss<strong>in</strong>g met<br />

meer<strong>de</strong>re keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n, zoals <strong>de</strong> ervar<strong>in</strong>g met <strong>de</strong> richtlijnen <strong>in</strong>zake f<strong>in</strong>anciële verslaglegg<strong>in</strong>g leert.<br />

Ten twee<strong>de</strong> zal <strong>het</strong> bestaan van meer<strong>de</strong>re keuzemogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>het</strong> "petrification" effect waarschijnlijk<br />

vergroten, aangezien amen<strong>de</strong>menten moeten wor<strong>de</strong>n gecoörd<strong>in</strong>eerd en daardoor moeilijker aan te nemen<br />

zijn dan wanneer er slechts één verplichte regel is. Gesteld wordt dat een aanpak met een e<strong>in</strong>dig menu van<br />

EU-opties voor <strong>de</strong> huidige omgev<strong>in</strong>g niet geschikt is en niet moet wor<strong>de</strong>n overwogen.<br />

91 Zie Hertig, G. en McCahery, J.A., "A Legal Options Approach to EC Company Lawt", (2006) Berkely<br />

Papers <strong>in</strong> Law and Economics (University of California) discussiestuk nr. 180.<br />

24


6.1.1 "Opt-out" uit EU-bepal<strong>in</strong>gen<br />

Het zou op basis van <strong>het</strong> bovenstaan<strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijk moeten zijn dat een "opt-out" regime een veelbeloven<strong>de</strong><br />

regelgeven<strong>de</strong> aanpak is die bedrijven veel voor<strong>de</strong>len biedt. Onze analyse bewijst dat een "<strong>de</strong>faults<br />

approach", d.w.z. een regime van regelend recht, geschikt is gelet op <strong>de</strong> grote verschillen tussen <strong>de</strong><br />

corporate governance systemen van <strong>de</strong> lidstaten. In <strong>de</strong>rgelijke situaties zou één verplichte serie EUbepal<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong> alle lidstaten een verschillend effect hebben, met als resultaat hogere kosten en an<strong>de</strong>re<br />

ongewenste gevolgen. Er zijn <strong>de</strong>rhalve voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong> voor<strong>de</strong>len wanneer <strong>de</strong> EU bepal<strong>in</strong>gen een<br />

"opt-out" mogelijkheid bie<strong>de</strong>n, dat wil zeggen bepal<strong>in</strong>gen geïnspireerd door <strong>de</strong> beste" bepal<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

lidstaten bestaan. De kosten zou<strong>de</strong>n beperkt blijven, tenm<strong>in</strong>ste wanneer men <strong>de</strong> "opt-out" uit <strong>de</strong> EUbepal<strong>in</strong>gen<br />

toestaat aan <strong>de</strong> lidstaten. De kans dat <strong>de</strong> lidstaten zich zullen verzetten tegen <strong>de</strong> vaststell<strong>in</strong>g van<br />

een efficiënte oploss<strong>in</strong>g is kle<strong>in</strong>er dan wanneer men een volledig verplichte aanpak volgt. Bovendien zou<br />

<strong>de</strong> hierboven genoem<strong>de</strong> "stick<strong>in</strong>ess" van "<strong>de</strong>fault rules" waarschijnlijk een beperkte rol spelen, aangezien<br />

<strong>de</strong> kans dat zij staten treft kle<strong>in</strong>er is dan <strong>de</strong> kans dat zij <strong>in</strong>dividuele bedrijven treft. Tenslotte is <strong>de</strong> kans op<br />

een "opt-out" voor zuiver protectionistische doele<strong>in</strong><strong>de</strong>n kle<strong>in</strong>, aangezien bedrijven die opereren <strong>in</strong> een<br />

lidstaat die zich door mid<strong>de</strong>l van een "opt-out" aan <strong>de</strong> EU-bepal<strong>in</strong>gen heeft ontrokken met succes hun recht<br />

op verplaats<strong>in</strong>g van hun zetel naar een lidstaat die zich niet aan <strong>het</strong> EU-regime heeft ontrokken kunnen<br />

halen. Maar zelfs wanneer <strong>de</strong> bedrijven <strong>in</strong>dividueel voor een "opt-out" zou<strong>de</strong>n moeten kiezen, kunnen <strong>de</strong><br />

kosten van <strong>de</strong> "opt-out" acceptabel blijven (Bebchuck en Hamdani 2002).Natuurlijk, lidstaten zullen zich<br />

misschien verzetten tegen <strong>de</strong>ze ver<strong>de</strong>re <strong>in</strong>perk<strong>in</strong>g van hun regelgev<strong>in</strong>gsbevoegdhe<strong>de</strong>n. Maar een <strong>de</strong>rgelijk<br />

verzet zal waarschijnlijk m<strong>in</strong>imaal blijven als <strong>het</strong> gaat om <strong>het</strong> aanbie<strong>de</strong>n van "opt-out" rechten aan nieuwe<br />

opgerichte bedrijven (aangezien <strong>het</strong> behoud van <strong>de</strong> status quo op regelgev<strong>in</strong>gsgebied zou kunnen betekenen<br />

dat zij <strong>in</strong> meer markgerichte lidstaten wor<strong>de</strong>n opgericht) en aan bedrijven die <strong>in</strong> <strong>de</strong> nieuwe lidstaten wor<strong>de</strong>n<br />

opgericht (aangezien <strong>de</strong> directe toepass<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> EU-recht gunstige signaaleffecten kan hebben).<br />

Op basis van <strong>het</strong> bovenstaan<strong>de</strong> zou <strong>de</strong> EU op verschillen<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n bepal<strong>in</strong>gen met "opt-out"<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n kunnen vaststellen. Ten eerste zou zij emigratieregels kunnen vaststellen die voor alle<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen gel<strong>de</strong>n, maar die lidstaten <strong>de</strong> mogelijkheid van een "opt-out" bie<strong>de</strong>n; niet alleen wat betreft<br />

verplichte overnamebied<strong>in</strong>gen, maar ook wat betreft uitstot<strong>in</strong>gs- en uitkooprechten. Ten twee<strong>de</strong> kunnen<br />

nieuwe on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen direct on<strong>de</strong>rworpen wor<strong>de</strong>n aan <strong>het</strong>”een aan<strong>de</strong>el/één stem-beg<strong>in</strong>sel" maar, zou<strong>de</strong>n<br />

geen "staggered" bestuur, stemlimiter<strong>in</strong>g en pirami<strong>de</strong>structuureisen mogen bezitten Ze zou<strong>de</strong>n kunnen<br />

kiezen voor een "opt-out" ten gunste van <strong>het</strong> regime van <strong>de</strong> lidstaat waar<strong>in</strong> zij zijn opgericht - welke laatste<br />

beperk<strong>in</strong>g gericht is op <strong>het</strong> waarborgen van enige mate van uniformiteit en transparantie. Over <strong>de</strong> "opt-out"<br />

zou kunnen wor<strong>de</strong>n beslist met een gekwalificeer<strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs, behou<strong>de</strong>ns<br />

gerechtelijke bekrachtig<strong>in</strong>g ter voorkom<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukk<strong>in</strong>g van m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs. Ten<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong> zou erkend moeten wor<strong>de</strong>n dat aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs van zowel nieuwe on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen als <strong>in</strong> <strong>de</strong> nieuwe<br />

lidstaten gevestig<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>het</strong> recht hebben om een procedure <strong>in</strong> gang te zetten wegens<br />

overtred<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> regels voor stemmen door aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs en overschrijd<strong>in</strong>gen van "fiduciary"<br />

bevoegdhe<strong>de</strong>n, tenzij een meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs besluit voor een "opt-out" ten<br />

gunste van <strong>het</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> lidstaat van opricht<strong>in</strong>g gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> stelsel. (An<strong>de</strong>rzijds zou<strong>de</strong>n reeds gevestig<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> huidige lidstaten erkend kunnen wor<strong>de</strong>n wanneer zij voor een "opt-<strong>in</strong>" ten gunste van<br />

een <strong>de</strong>rgelijk regime kiezen).<br />

6.1.2 "Opt-<strong>in</strong>" ten gunste van EU-recht<br />

Er zijn talrijke factoren waarom wetgevers soms geneigd zijn om bepal<strong>in</strong>gen vast te stellen waardoor<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen, die ontevre<strong>de</strong>n zijn over <strong>het</strong> stelsel van vennootschaps- en overnamerecht van hun eigen<br />

lidstaat, kunnen kiezen ("opt-<strong>in</strong>"). De aanpak kan wor<strong>de</strong>n gerechtvaardigd uit efficiencyoverweg<strong>in</strong>gen of<br />

wor<strong>de</strong>n afgedwongen door politiek opportunisme. Ongeacht <strong>de</strong> motivatie geldt dat on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen baat<br />

kunnen hebben bij een "opt-<strong>in</strong>" regime, aangezien dit hen een eenvoudig, vast menu van geharmoniseer<strong>de</strong><br />

regels biedt die <strong>de</strong> transactiekosten verlagen en een hogere mate van rechtszekerheid bie<strong>de</strong>n. Bedrijven<br />

kunnen ook baat hebben bij een "opt-<strong>in</strong>" die op geloofwaardige wijze blijk geeft van een committer<strong>in</strong>g om<br />

aan "state-of-the-art" regelgev<strong>in</strong>g te voldoen. Eén belangrijke overweg<strong>in</strong>g is dat "opt-<strong>in</strong>" bepal<strong>in</strong>gen<br />

gunstig kunnen zijn voor on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen die te maken hebben met juridische moeilijkhe<strong>de</strong>n, zoals<br />

voorschriften met betrekk<strong>in</strong>g tot werknemerszeggenschap. De <strong>in</strong>terventie door <strong>de</strong> EU kan bijvoorbeeld<br />

"regulatory arbitrage" vergemakkelijken door bedrijven een selectieve "opt-out" uit <strong>het</strong> regime van<br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> van hun lidstaten te bie<strong>de</strong>n - <strong>in</strong> plaats van een volledige "opt-out" die bij<br />

25


zetelverplaats<strong>in</strong>g te weeg zou wor<strong>de</strong>n gebracht.<br />

De aanpak kan echter ook een uit<strong>in</strong>g vormen van an<strong>de</strong>re dan efficiencyoverweg<strong>in</strong>gen. "Opt-<strong>in</strong>"<br />

bepal<strong>in</strong>gen kunnen ook wor<strong>de</strong>n aangenomen enkel en alleen ter masker<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> onvermogen van <strong>de</strong><br />

<strong>Europese</strong> Commissie om effectief op te tre<strong>de</strong>n tegen opportunistisch gedrag. Wanneer <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>" ten<br />

gunste van <strong>de</strong> EU-bepal<strong>in</strong>gen over transacties met gelieer<strong>de</strong> partijen afhankelijk wordt gesteld van<br />

stemm<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs, doet dit we<strong>in</strong>ig om opportunisme van <strong>de</strong> controleren<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>r<br />

tegen te gaan Dit lijk echter toch altijd beter dan afzien van optre<strong>de</strong>n Lidstaten kunnen natuurlijk ook <strong>de</strong><br />

voorkeur geven aan <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>" aanpak om <strong>de</strong> aanname van efficiëntere "opt-out" bepal<strong>in</strong>gen door <strong>de</strong> EU te<br />

voorkomen, bijvoorbeeld wanneer <strong>het</strong> gaat om divi<strong>de</strong>ndrechten voor m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs. Op<br />

vergelijkbare wijze kunnen lidstaten "opt-<strong>in</strong>" bepal<strong>in</strong>gen ook steunen omdat zij <strong>de</strong> juridische diversiteit<br />

moeten vergroten en ofwel <strong>het</strong> vaststellen van <strong>de</strong> kosten van <strong>het</strong> b<strong>in</strong>nenlandse regime voor <strong>in</strong>vesteer<strong>de</strong>rs<br />

bemoeilijken, ofwel <strong>de</strong> "stick<strong>in</strong>ess" van hun eigen <strong>vennootschapsrecht</strong> vergroten.<br />

Op <strong>de</strong>ze manier kan <strong>het</strong> aannemen van "opt-<strong>in</strong>" bepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> bepaal<strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n duur<strong>de</strong>r zijn<br />

dan men <strong>in</strong>tuïtief verwachtte. In <strong>de</strong>rgelijke gevallen is voorzichtigheid gebo<strong>de</strong>n wanneer men bestaan<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen toestaat om voor een "opt-<strong>in</strong>" te kiezen. Naar onze men<strong>in</strong>g moeten <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>len van een<br />

"opt-<strong>in</strong>" aanpak <strong>de</strong> kosten ervan over <strong>het</strong> algemeen overtreffen op die gebie<strong>de</strong>n waar <strong>de</strong> lidstaten kostbare<br />

dw<strong>in</strong>gendrechtelijke bepal<strong>in</strong>gen hebben vastgesteld die niet kunnen wor<strong>de</strong>n ontmanteld door een<br />

dw<strong>in</strong>gendrechtelijke of "opt-out" EU-<strong>in</strong>terventie. Bovendien zou <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>" aanpak geschikt moeten zijn<br />

op gebie<strong>de</strong>n waar <strong>het</strong> recht van <strong>de</strong> lidstaten te divers is, maar waar standaardiser<strong>in</strong>g of signaler<strong>in</strong>g van wat<br />

<strong>de</strong> "best practice" is, belangrijk is voor <strong>in</strong>vesteer<strong>de</strong>rs of "stakehol<strong>de</strong>rs". De "opt-<strong>in</strong>" aanpak lijkt <strong>de</strong>rhalve<br />

met name geschikt als oploss<strong>in</strong>g voor dw<strong>in</strong>gendrechtelijke bepal<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> lidstaten <strong>in</strong>zake<br />

werknemerszeggenschap, meervoudige stem- en divi<strong>de</strong>ndrechten en verschillen<strong>de</strong> overnamekwesties<br />

(neutraliteit van <strong>het</strong> bestuur, drempels voor verplichte bied<strong>in</strong>gen en uitkoopprijzen).<br />

Mogelijk moeten <strong>de</strong> dw<strong>in</strong>gendrechtelijke EU-vereisten <strong>in</strong> sommige gevallen een aanvull<strong>in</strong>g vormen<br />

op <strong>de</strong>ze "opt-<strong>in</strong>" regel<strong>in</strong>gen, niet alleen om te beletten dat <strong>de</strong> lidstaten zich tegen <strong>de</strong> vaststell<strong>in</strong>g ervan<br />

verzetten, maar ook om opportunisme van bestuur<strong>de</strong>rs en aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs tot een m<strong>in</strong>imum te beperken. De<br />

"opt-<strong>in</strong>" ten gunste van <strong>de</strong> EU-bepal<strong>in</strong>gen wat betreft <strong>de</strong> zeggenschap van werknemers zou daarom<br />

afhankelijk kunnen wor<strong>de</strong>n gesteld van goedkeur<strong>in</strong>g door een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> - bijvoorbeeld bekrachtig<strong>in</strong>g door <strong>de</strong><br />

rechter. Op vergelijkbare wijze zou een "opt-<strong>in</strong>" voor <strong>de</strong> EU-bepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong>zake meervoudige stem- en<br />

divi<strong>de</strong>ndrechten of drempels voor verplichte bied<strong>in</strong>gen en uitkoopprijzen van <strong>de</strong> EU afhankelijk kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n gesteld van toestemm<strong>in</strong>g van een bepaal<strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid of m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheid van aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs.<br />

Voorzover dit standaardiser<strong>in</strong>g en signaler<strong>in</strong>g betreft, zou<strong>de</strong>n nieuwe on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen of <strong>in</strong> <strong>de</strong> nieuwe<br />

lidstaten opgerichte on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen moeten profiteren van<br />

"opt-<strong>in</strong>" bepal<strong>in</strong>gen die eenvoudige en transparante procedures vaststellen voor <strong>de</strong> verstrekk<strong>in</strong>g van<br />

<strong>in</strong>formatie over en <strong>de</strong> goedkeur<strong>in</strong>g van transacties met gelieer<strong>de</strong> partijen (of <strong>het</strong> nu gaat om "self-<strong>de</strong>al<strong>in</strong>g",<br />

compensatie-overeenkomsten of benutt<strong>in</strong>g van on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsmogelijkhe<strong>de</strong>n).<br />

Tenslotte zou <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>" aanpak als mid<strong>de</strong>l tot wetshandhav<strong>in</strong>g kunnen fungeren. Op grond van<br />

<strong>de</strong>ze aanpak zou<strong>de</strong>n bestaan<strong>de</strong> bedrijven <strong>in</strong> "ou<strong>de</strong>" lidstaten wor<strong>de</strong>n gestimuleerd om voor <strong>de</strong>ze regel<strong>in</strong>g te<br />

kiezen. Zeker, <strong>de</strong> bestuur<strong>de</strong>rs of controleren<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs zou<strong>de</strong>n zich tegen een <strong>de</strong>rgelijke besliss<strong>in</strong>g<br />

kunnen verzetten, uit vrees voor een verm<strong>in</strong><strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van hun persoonlijke voor<strong>de</strong>len als gevolg van<br />

procedures <strong>in</strong>gesteld door m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs. Het is echter misschien niet eens nodig om <strong>de</strong><br />

meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheidsaan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> bevoegdheid tot uitoefen<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> "opt-<strong>in</strong>"<br />

mogelijkheid te geven om haar effectief te doen zijn. Zoals uit <strong>de</strong> recente gebeurtenissen blijkt, kunnen ook<br />

bestuur<strong>de</strong>rs of controleren<strong>de</strong> aan<strong>de</strong>elhou<strong>de</strong>rs een "opt-<strong>in</strong>" steunen, voorzover zij een civielrechtelijk<br />

alternatief voor strafrechtelijke on<strong>de</strong>rzoeken en sancties vormt.<br />

7. Conclusie<br />

In dit artikel zijn <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> van <strong>de</strong> EG plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n geanalyseerd. Er<br />

is op gewezen dat "regulatory arbitrage" slechts <strong>in</strong> beperkte mate mogelijk was voor <strong>de</strong> lidstaten op <strong>het</strong><br />

moment dat zij tot <strong>de</strong> EU toetra<strong>de</strong>n. Tot voor kort zijn <strong>de</strong> lidstaten op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> een langetermijnstrategie van "non-competitie" blijven volgen. Er is bewijs dat <strong>de</strong><br />

nieuwe uitspraken van <strong>het</strong> HvJ veel <strong>in</strong>vloed hebben gehad op <strong>het</strong> coöperatieve "equilibrium", waardoor <strong>de</strong><br />

lidstaten hun wetgev<strong>in</strong>gsstrategieën hebben aangepast, nieuwe bedrijven <strong>de</strong> mogelijkheid hebben gekregen<br />

om aan "regulatory arbitrage" te doen en reeds gevestig<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> mogelijkheid tot verplaats<strong>in</strong>g<br />

van hun zetel hebben gekregen.<br />

Op basis van een besprek<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> na <strong>de</strong> Centros-uitspraak, hebben<br />

26


wij betoogd dat <strong>het</strong> beeld van <strong>het</strong> <strong>vennootschapsrecht</strong> blijft verlopen volgens een stabiel patroon van een<br />

coöperatief "equilibrium", dat <strong>in</strong> <strong>het</strong> verle<strong>de</strong>n bestand is gebleken tegen schokken van buitenaf. Zelfs nu <strong>de</strong><br />

concurrentiedruk toeneemt, hebben lidstaten te we<strong>in</strong>ig prikkels die hen stimuleren te concurreren om <strong>de</strong><br />

opricht<strong>in</strong>g van bedrijven., Wij verwachten dat meer bedrijven grensoverschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> activiteiten zullen<br />

ontplooien, <strong>het</strong>geen <strong>de</strong> druk op wetgevers om kostenefficiënte maatregelen te treffen zal opvoeren.<br />

Voorspeld wordt dat <strong>de</strong>rgelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen, hoewel zij door concurrentie gestuurd wor<strong>de</strong>n, uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk<br />

toch zullen dienen om <strong>het</strong> huidige "equilibrium" te behou<strong>de</strong>n. Er kan echter niet wor<strong>de</strong>n uitgesloten dat <strong>de</strong><br />

omvang van <strong>de</strong> concurrentiedruk zodanig toeneemt dat <strong>de</strong> voorkeuren veran<strong>de</strong>ren, waardoor er een<br />

evenwichtsverstoren<strong>de</strong> gebeurtenis optreedt die <strong>de</strong> belangrijkste juridische beg<strong>in</strong>selen en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong><br />

stabiliteit steunen op <strong>de</strong> proef stelt. Wij kunnen echter met re<strong>de</strong>lijke zekerheid voorspellen dat <strong>de</strong> lidstaten<br />

on<strong>de</strong>rnem<strong>in</strong>gsvrien<strong>de</strong>lijke maatregelen zullen blijven voorstellen om <strong>het</strong> systeem van <strong>het</strong> <strong>Europese</strong><br />

<strong>vennootschapsrecht</strong> niet actief te ontwrichten.<br />

27


Referenties<br />

Alchian, A., “Uncerta<strong>in</strong>ty, Evolution, and Economic Theory”, (1950) 58 Journal of Political Economy 211.<br />

Ales<strong>in</strong>a, A. en Spolaore, E. “The Size of Nations” (MIT Press, 2003).<br />

Armour, J. "Who Should Make Corporate Law? EC Legislation versus Regulatory Competition", 2005<br />

Current Legal Problems 58 (Oxford University Press, 2006).<br />

Armour, J. en McCahery, J.A., "After Enron" (Hart Publish<strong>in</strong>g, verschijnt <strong>in</strong> 2006).<br />

Becht, M., Mayer, C., en Wagner, H., "Corporate Mobility Comes to Europe: The Evi<strong>de</strong>nce", discussiestuk,<br />

september 2005.<br />

Bebchuk, L.A., "Fe<strong>de</strong>ralism and the Corporation: The Desirable Limits on State Competition <strong>in</strong> Corporate<br />

Law", (1992) 105 Harvard Law Review, p. 1435.<br />

Bebchuk, L., Cohen, A., Ferrell, A., "Does the Evi<strong>de</strong>nce Favor State Competition <strong>in</strong> Corporate Law?",<br />

(2002) 90 California Law Review, p. 1775.<br />

Bebchuk, L.A. en Ferrell, A, "Fe<strong>de</strong>ralism and Corporate Law: The Race to Protect Managers from<br />

Takeovers", (1999) 99 Columbia Law Review, p. 1168.<br />

Bebchuk, L.A. en Hamdani, A., "Optimal Defaults for Corporate Law Evolution", (2002) 96 Northwestern<br />

University Law Review, p. 489.<br />

Bebchuk, L en Roe, “A Theory of Path Depen<strong>de</strong>ncy <strong>in</strong> Corporate Ownership and Governance”, (1999) 96<br />

Stanford Law Review 127.<br />

Bednar, J., Ferejohn, J., en Grant, G., “The Politics of European Fe<strong>de</strong>ralism”, (1996) 16 International<br />

Review of Law and Economics, p. 279.<br />

Bermann, G.A., "Tak<strong>in</strong>g Subsidiarity Seriously: Fe<strong>de</strong>ralism <strong>in</strong> the European Community and the United<br />

States", (1994) 94 Columbia Law Review, p. 331.<br />

Bolkeste<strong>in</strong>, F., "The New European Company: Opportunity <strong>in</strong> Diversity" <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The<br />

European Company, Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003) p. 41-45.<br />

Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "Regulatory Competition, Regulatory Capture, and Corporate Self-<br />

Regulation", (1995) 73 North Carol<strong>in</strong>a Law Review, p. 1861.<br />

Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "The New Economics of Jurisdictional Competition: Devolutionary<br />

Fe<strong>de</strong>ralism <strong>in</strong> a Second-Best World", (1997) 86 Georgetown Law Journal, p. 201.<br />

Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "Tax Coord<strong>in</strong>ation and Tax Competition <strong>in</strong> the European Union:<br />

Evaluat<strong>in</strong>g the Co<strong>de</strong> of Conduct on Bus<strong>in</strong>ess Taxation", (2001) 38 Common Market Law Review, 677.<br />

Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "The Equilibrium Content of Corporate Fe<strong>de</strong>ralism", (2004) ECGI<br />

discussiestuk nr. 23.<br />

Bratton, W.W. en McCahery, J.A., "Company and Tax Law Competition <strong>in</strong> the EU: A Comparative<br />

Political Economy", (2005) discussiestuk, oktober.<br />

Bratton, W.W., McCahery, J.A., Picciotto, S. en Scott, C., "Introduction: Regulatory Competition and<br />

Institutional Evolution", <strong>in</strong> Bratton, W.W., McCahery, J.A., Picciotto, S., and Scott, C. (eds.),<br />

28


"International Regulatory Competition and Coord<strong>in</strong>ation: Perspectives on Economic Regulation <strong>in</strong> Europe<br />

and the United States, " (Oxford University Press, 1997).<br />

Buxbaum, R.M. en Hopt, K.J., "Legal Harmonisation and the Bus<strong>in</strong>ess Enterprise, Corporate and Capital<br />

Market Law Harmonisation Policy <strong>in</strong> Europe and the United States" (Volume 4), (Walter <strong>de</strong> Gruyter,<br />

1988).<br />

Carney, W.J., "The Political Economy of Competition for Corporate Charters", (1997) 26 Journal of Legal<br />

Studies, p. 303.<br />

Caruso, D., "The Miss<strong>in</strong>g View of the Cathedral: The Private Law Paradigm of European Legal<br />

Integration", (1997) 3 European Law Journal, p. 3.<br />

Charny, D., "Competition among Jurisdictions <strong>in</strong> Formulat<strong>in</strong>g Corporate Law Rules: An American<br />

Perspective on the ""Race to the Bottom"" <strong>in</strong> the European Communities", (1991) 32 Harvard International<br />

Law Journal, p. 423.<br />

Cheff<strong>in</strong>s, B.R., "Company Law: Theory, Structure, and Operation" (Clarendon Press, 1997).<br />

Coffee, J.C. Jr., "The Future as History: The Prospects for Global Convergence <strong>in</strong> Corporate Governance<br />

and Its Implications", (1999) 93 Northwestern University Law Review, p. 641.<br />

Conci, P., "The Tax Treatment of the Creation of a SE", (2004) 44 European Taxation, p. 15.<br />

Cygan, A., "The White Paper on European Governance – Have Glasnost and Perestroika F<strong>in</strong>ally Arrived<br />

to the European Union?", (2002) 65 Mo<strong>de</strong>rn Law Review, p. 229.<br />

Dammann, J., "Freedom of Choice <strong>in</strong> European Company Law", (2004) 29 Yale Journal of International<br />

Law 477.<br />

Davies, P., "Employee Involvement <strong>in</strong> the European Company", <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European<br />

Company, Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003), p. 67-82.<br />

De Kluiver, H.J., "Disparities and Similarities <strong>in</strong> European and American Company Law: What about<br />

Liv<strong>in</strong>g Apart Together?", <strong>in</strong>: Wouters, J. en Schnei<strong>de</strong>r, H. (eds.), "Current Issues of Cross-Bor<strong>de</strong>r<br />

Establishment of Companies <strong>in</strong> The European Union" (Maklu, 1995).<br />

De Kluiver, H.J., Dumoul<strong>in</strong>, S.H.M.A., Witteveen, P.A.M. en Bell<strong>in</strong>gwout, J.W., "De <strong>Europese</strong><br />

Vennootschap (SE)", Preadvies van <strong>de</strong> Vereenig<strong>in</strong>g "Han<strong>de</strong>lsrecht", (Kluwer, 2004).<br />

Deak<strong>in</strong>, S., "Regulatory Competition Versus Harmonisation <strong>in</strong> European Company Law", <strong>in</strong> D.C. Esty and<br />

D. Gerad<strong>in</strong> (eds.), "Regulatory Competition and Economic Integration", (Oxford University Press, 2001),<br />

p. 190-217.<br />

Easterbrook, F., “Fe<strong>de</strong>ralism and European Bus<strong>in</strong>ess Law”, (1994), 14 International Review of Law and<br />

Economics, p. 125.<br />

Edwards, V., "EC Company Law", (Oxford University Press, 1999).<br />

Enriques, L., "Silence is Gol<strong>de</strong>n: The European Company Statute as a Catalyst for Company Law<br />

Arbitrage", (2004), 4 Journal of Corporate Law Studies, p. 77.<br />

Enriques, L. en Gelter, M., "The Relationship Between Creditors and Corporate Debtors: Regulatory<br />

Competition and Cooperation With<strong>in</strong> the EU", (2006) European Bus<strong>in</strong>ess Organization Law Review (nog<br />

te verschijnen).<br />

Enriques, L. en Macey, J.R., "Creditors versus Capital Formation: The Case aga<strong>in</strong>st the European Legal<br />

29


Capital Rules", (2001) 86 Cornell Law Review, p. 1165.<br />

Esty, D. en Gerad<strong>in</strong>, D. (eds.), "Regulatory Competition and Economic Integration, Comparative<br />

Perspectives" (Oxford University Press, 2001).<br />

<strong>Europese</strong> Commissie, "Me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> Commissie aan <strong>de</strong> Raad en <strong>het</strong> Europees Parlement <strong>in</strong>zake <strong>het</strong><br />

voorkomen en bestrij<strong>de</strong>n van f<strong>in</strong>anciële wanpraktijken", Brussel, 27.09.2004, COM(2004)611 <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itief.<br />

F<strong>in</strong>ancial Times, door Sun<strong>de</strong>ep Tucker, "Delaware Move Over Investor Powers", 15 <strong>de</strong>cember 2004.<br />

F<strong>in</strong>ancial Times (door Brian Groom en Ian Bickerton) (2004b), "Architect of Corporate Reform Warns<br />

Aga<strong>in</strong>st Convergence", <strong>de</strong>cember 2004.<br />

F<strong>in</strong>ancieele Dagblad (door S.M. Bartman) (2004a), "Fransen w<strong>in</strong>nen slag om SE", 21 oktober 2004.<br />

F<strong>in</strong>ancieele Dagblad (2004b), "Duitse werkgevers willen me<strong>de</strong>zeggenschap hervormen", 11 november<br />

2004.<br />

Fisch, J.E., "The Peculiar Role of the Delaware Courts <strong>in</strong> the Competition of Corporate Charters", (2000)<br />

68 University of C<strong>in</strong>c<strong>in</strong>nati Law Review, p. 1061.<br />

Forst<strong>in</strong>ger, C.M., "Takeover Law <strong>in</strong> EU & USA, A Comparative Analysis", (Kluwer Law International,<br />

2002).<br />

Garrido, J., "Company Law and Capital Markets", <strong>in</strong> J. Rickford (ed), "The European Company,<br />

Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia, 2003) p. 47-65.<br />

Grundmann, S., "Europäisches Han<strong>de</strong>lsrecht – vom Han<strong>de</strong>lsrecht <strong>de</strong>s laissez faire im Ko<strong>de</strong>x <strong>de</strong>s 19.<br />

Jahrhun<strong>de</strong>rts zum Han<strong>de</strong>lsrecht <strong>de</strong>r sozialen Verantwortung", (1999) 28 Zeitschrift für Unternehmens- und<br />

Gesellschaftsrecht, p. 635-678.<br />

Halbhuber, H., "National Doctr<strong>in</strong>al Structures and European Company Law", (2001) 38 Common Market<br />

Law Review, p. 1385.<br />

Hampton, C., "European Company Law Reforms Make Uneven Progress", (2002) 14 EuroWatch, p. 1 en<br />

10.<br />

Hay, J.R., Shleifer, A. en Vishny, R.., “Towards a Theory of Legal Reform”, (1996) 40 European<br />

Economic Review 559.<br />

Heritier, A, Knill, C., M<strong>in</strong>gers, S., "R<strong>in</strong>g<strong>in</strong>g the Changes <strong>in</strong> Europe: Regulatory Competition and<br />

Re<strong>de</strong>f<strong>in</strong>ition of the State: Brita<strong>in</strong>, France, Germany, Berl<strong>in</strong>" (<strong>de</strong> Gruyter, 1996).<br />

Hertig, G. en McCahery, J.A., "An Agenda for Reform: Company and Takeover Law <strong>in</strong> Europe", <strong>in</strong><br />

Ferrar<strong>in</strong>i, G., Hopt, K.J., W<strong>in</strong>ter, J. en Wymeersch, E. (eds.), "Reform<strong>in</strong>g Company and Takeover Law <strong>in</strong><br />

Europe" (Oxford University Press, 2004) p. 21-49.<br />

Hertig, G. en McCahery, J.A., "A Legal Options Approach to EC Company Lawt", (2006) Berkely Papers<br />

<strong>in</strong> Law and Economics (University of California) discussiestuk nr. 180.<br />

High Level Group of Company Law Experts (2002), "A Mo<strong>de</strong>rn Regulatory Framework for Company Law<br />

<strong>in</strong> Europe: A Consultative Document".<br />

High Level Group of Company Law Experts (2004), "European Corporate Governance <strong>in</strong> Company Law<br />

Co<strong>de</strong>s", Report Prepared for the European Corporate Governance of 18 October, The Hague.<br />

Holz<strong>in</strong>ger, K. "Tax Competition and Tax Co-operation <strong>in</strong> the EU: The Case of Sav<strong>in</strong>gs Taxation", (2003)<br />

30


EUI discussiestuk, RSC no. 07, European Forum Series.<br />

Hopt, K.J., "Board Structures—The Significance of the Rules on the Board of the European Company", <strong>in</strong><br />

J. Rickford (ed), "The European Company, Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia,<br />

2003), p. 47-65."<br />

Inman, P.R. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., “Reth<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g Fe<strong>de</strong>ralism”, (1997) 11 Journal of Economic Perspectives, p.<br />

43.<br />

Inman, R.P. en Rub<strong>in</strong>feld, D.L., "Subsidiarity and the European Union", <strong>in</strong> P. Newman (ed.), The New<br />

Palgrave Dictionary of Economics and the Law, vol. 3 (Macmillan Reference Limited, 1998), p. 545-551.<br />

Kahan, M. en Kamar, E., "Price Discrim<strong>in</strong>ation <strong>in</strong> the Market for Corporate Law", (2001) 86 Cornell Law<br />

Review, p. 1205-1256.<br />

Kahan, M. en Klausner, M., "Path Depen<strong>de</strong>nce <strong>in</strong> Corporate Contract<strong>in</strong>g: Increas<strong>in</strong>g returns, Herd<br />

Behaviour and Cognitive Biases", (1996) 74 Wash<strong>in</strong>gton University Law Quaterly, p. 347-366.<br />

Kamar, E., "Beyond Competition for Incorporations", Georgetown Law Journal (nog te verschijnen).<br />

Keen, M.J. en Kotsogiannis, C., "Tax Competition <strong>in</strong> Fe<strong>de</strong>rations and Welfare Consequences of<br />

Decentralization", (2004), 56 Journal of Urban Economics 397.<br />

Keller, B., "The European Company Statute: Employee Involvement-and Beyond", (2002), voordracht<br />

gepresenteerd op <strong>de</strong> IIRA/CIRA 4 th Regional Congress of the Americas, University of Toronto, 25-29 juni<br />

2002. (2002), voordracht gepresenteerd op <strong>het</strong> IIRA/CIRA 4 th Regional Congress of the Americas,<br />

University of Toronto.<br />

Kletzer, K. en von Hagen, J.,“Monetary Union and Fiscal Fe<strong>de</strong>ralism“, (2000) Centre for European Policy<br />

Studies, discussiestuk.<br />

Kübler, F., "A Shift<strong>in</strong>g Paradigm of European Company Law?", (2004) discussiestuk.<br />

Leleux, P., "Corporation Law <strong>in</strong> the United States and <strong>in</strong> the E.E.C., Some Comments on the Present<br />

Situation and the Future Prospects", (1968) 6 Common Market Law Review, p. 133-176.<br />

Lombardo, S. en Pasotti, P., "The Societas Europaea: A Network Economic Approach", (2004) 1 European<br />

Company and F<strong>in</strong>ancial Law Review, p. 169-205.<br />

La Porta, R., Lopez-<strong>de</strong>-Silanes, F., Shleifer, A., en Vishny, R., “Law and F<strong>in</strong>ance”, (1998) 106 Journal of<br />

Political Economy 1113.<br />

Lowry, J., "Elim<strong>in</strong>at<strong>in</strong>g Obstacles to Freedom of Establishment: The Competitive Edge of UK Company<br />

Law", (2004) Cambridge Law Journal 331<br />

Lutter, M., "Europäisches Unternehmensrecht, Grundlagen, Stand und Entwicklung nebst Texten und<br />

Materialien zur Rechtsangleichung", (Walter <strong>de</strong> Gruyter, 1996).<br />

Macey, J.R. en Miller, G.P., "Toward an Interest-Group Theory of Delaware Corporate Law", (1987) 65<br />

Texas Law Review, p. 469-523.<br />

Majone, G., "Mutual Recognition In Fe<strong>de</strong>ral Type Systems", (1993) EUI Discussiestuk SPS No. 1.<br />

Mattei, U., “Efficiency <strong>in</strong> Legal Transplants: An Essay <strong>in</strong> Comparative Law and Economics”, (1994) 14<br />

International Law and Economics 3<br />

McCahery, J. en Picciotto, S., “Creative Lawyer<strong>in</strong>g and the Dynamics of Bus<strong>in</strong>ess Regulation”, <strong>in</strong> Dezalay,<br />

31


Y. en Sugarman, D. (eds) Professional Competition and Professional Power: Lawyers, Accountants and<br />

the Social Construction of Markets (London: Routledge, 1995).<br />

McCahery, J.A. en Renneboog, L., "The Economics of the Proposed Takeover Directive", Centre for<br />

European Policy Studies Research Report <strong>in</strong> F<strong>in</strong>ance and Bank<strong>in</strong>g, (2003) nr. 32.<br />

McCahery, J.A. en Vermeulen, E.P.M., "The Evolution of Closely Held Bus<strong>in</strong>ess Forms <strong>in</strong> Europe", (2001)<br />

26 Journal of Corporation Law, p. 857-879.<br />

McCahery, J.A. en Vermeulen, E.P.M., "The Chang<strong>in</strong>g Landscape of European Company Law", (2004)<br />

TILEC discussiestuk no. 023.<br />

McCahery, J.A. en Vermeulen, E.P.M., "Corporate Governance Crises and Related Party Transactions: A<br />

Post-Parmalat Agenda", (2005) <strong>in</strong> Hopt, K.J. Wymeersch, E, Kanda, H., en Baum, H. (eds.) Corporate<br />

Governance <strong>in</strong> Context. Corporations, States and Markets <strong>in</strong> Europe, Japan, and the US, (Oxford<br />

University Press).<br />

Micklitz, H.W. en Weatherill, S., "European Economic Law", (Ashgate Dartmouth, 1997).<br />

Moussis, N., "Small and Medium Enterprises <strong>in</strong> the Internal Market", (1992) 17 European Law Review, p.<br />

483-498.<br />

Pagano, M. en Volp<strong>in</strong>, P., "The Political Economy of F<strong>in</strong>ance", (2001), 17 Oxford Review of Economic<br />

Policy 503.<br />

Pistor, K.,, Ke<strong>in</strong>an, Y., Kle<strong>in</strong>heisterhamp, J., en West, M., „“Innovation <strong>in</strong> Corporate Law”, (2003) 31<br />

Journal of Comparative Economics 676.<br />

Pollack, M.A., "The Eng<strong>in</strong>es of European Integration, Delegation, Agency, and Agenda Sett<strong>in</strong>g <strong>in</strong> the EU",<br />

(Oxford University Press, 2003).<br />

Posner, R.A., “Essays Commemorat<strong>in</strong>g the Hundreath Anniversary of the Harvard Law Review: The<br />

Decl<strong>in</strong>e of Law as an Autonomous Discipl<strong>in</strong>e: 1962-1987”, (1987) 100 Harvard Law Review 762).<br />

Rammeloo, S.F.G., "Corporations <strong>in</strong> Private International Law, A European Perspective", (Oxford<br />

University Press, 2001).<br />

Rickford, J., "The European Company, Develop<strong>in</strong>g a Community Law of Corporations", (Intersentia,<br />

2003).<br />

Roe, M., "Rents and Their Corporate Law Consequences", (2001) 53 Stanford Law Review, p. 1463-1494.<br />

Romano, R, “The Need for Competition <strong>in</strong> International Securities Regulation”, (2001) 2 Theoretical<br />

Inquiries <strong>in</strong> Law 387-562.<br />

Romano, R., "The Genius of American Corporate Law", (The American Enterprise Institute Press, 1993).<br />

Scharpf, F., "Govern<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Europe, Effective and Democratic", (Oxford University Press, 1999).<br />

Schon, W., "Play<strong>in</strong>g Different Games? Regulatory Competition <strong>in</strong> Tax and Company Law Compared",<br />

(2005), 42 Common Market Law Review 331.<br />

Siebert, U., "The Company Law Reform Project of the German M<strong>in</strong>istry of Justice", (2005) 69 Rabels<br />

Zeitschrift 712.<br />

Spr<strong>in</strong>gael, B., "Taxation Issues and the S<strong>in</strong>gle European Company: a Prelim<strong>in</strong>ary Look at Societas<br />

Europaea", (2002) 14 EuroWatch, p. 1-2 en 15-18.<br />

32


Streit, M.E. en Mussler, W., "Evolution of the economic constitution of the European Union", <strong>in</strong> P.<br />

Newman (ed.), The New Palgrave Dictionary of Economics and the Law, vol. 2 (Macmillan Reference<br />

Limited, 1998), p. 98-110.<br />

Sun, J-M en Pelkmans, J., "Regulatory Competition <strong>in</strong> the S<strong>in</strong>gle Market", (1994) Centre for European<br />

Policy Studies (CEPS) werkdocument no. 84.<br />

Thommes, C., "EC Law Aspects of the Transfer of Seat of an SE", (2004) 44 European Taxation, p. 22-27.<br />

Tiebout, C., "A Pure Theory of Local Expenditures", (1956) 64 Journal of Political Economy 416-24.<br />

Villiers, Ch., "European Company Law—Towards Democracy?", (Ashgate Darthmout, 1998).<br />

Wall Street Journal Europe (door Matthew Karnitschnig (2004), "German Law on Board Seats Targeted",<br />

26 oktober 2004.<br />

Watson, A., “Comparative Law and Legal Change”, (1978) 37 Cambridge Law Journal 313.<br />

Watson, A., The Evolution of Law (Oxford: Basil Blackwell, 1985).<br />

We<strong>in</strong>gast, B., “The Economic Role of Political Institutions: Market Preserv<strong>in</strong>g Fe<strong>de</strong>ralism and Economic<br />

Development”, (1995) 11 Journal of Law, Economics and Organization, p. 1.<br />

Woolcock, S., "Competition among Rules <strong>in</strong> the S<strong>in</strong>gle European Market", <strong>in</strong> W.W. Bratton, J.A.<br />

McCahery, S. Picciotto, en C. Scott (eds.), "International Regulatory Competition and Coord<strong>in</strong>ation,<br />

Perspectives on Economic Regulation <strong>in</strong> Europe and the United States", (Clarendon Press, 1996), p. 289-<br />

321.<br />

Wouters, J., "European Company Law: Quo Vadis?", (2000) 37 Common Market Law Review, p. 257-307.<br />

33

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!