200 Bedieningshandleiding ULTRA-CUT™ - Victor Technologies ...

Ultra-cUt 200
Code Bericht
CCM-statuscode
Oplossing / commentaar
4-1 Laag niveau koelvloeistof fout Controleer niveau koelvloeistof, vul bij naar behoeven.
4-2
Lage doorstroming koelvloeistof na
inschakeling spoeling.
Zonder snijden: < 0.7 gal/min, 15 sec lang;
met snijden: doorstroming tussen 0.35 en
0.7 gal/min, 3 sec. lang of onmiddellijk
indien < 0.35 gal/min;
Lek bij aanzuiging brengt lucht in de koelvloeistof, verdachte afdichting filter
achterpaneel; filter verstopt; pomp defect .
4-3 Koelvloeistof oververhit (>70°C, 158°F)
Koelventilator defect; vinnen koelradiator dichtgestopt met vuil;
omgevingstemperatuur > 40°C
Koelsysteem niet gereed Tijdens de Bij een nieuwe installatie moet u de startcyclus van de pomp herhalen, een
4-4
inschakeling bij spoelen/voeden, bereikte
de doorstroming niet de 0.35 gal/min
paar keer kan nodig zijn om de slangen te vullen; beschadigde
toortskoelslang; lek bij aanzuiging brengt lucht in de koelvloeistof, verdachte
gedurende tenminste 5 seconden afdichting filter achterpaneel; filter verstopt; pomp defect .
4-5 Laag koelvloeistofniveau - Waarschuwing
5-1 CANBUS faalt bij herkenning defect.
5-2
5-3
CANBUS uit vanwege teveel
gegevensfouten;
CANBUS gegevensfout waarschuwing.
Fouten nemen toe, zal snel uitvallen.
5-4 CCM-bericht niet verzonden
Tijdens het snijden werd een te laag koelvloeistofniveau gemeten; het snijden
wordt niet onderbroken. Voeg koelvloeistof toe, naar behoeven.
Indien GCM 1000, Basic ID signaal ontbreekt; andere gasbesturingen,
glasvezel losgekoppeld of gebroken, fout zendontvanger (waar glasvezel in
wordt gestoken) , vervang printplaat of CCM-gasbesturing.
Vuil op glasvezeleinden of in connectoren, doorblazen met schone droge
lucht; glasvezel niet in connector geblokkeerd; knikken in glasvezel; defecten
aan glasvezel.
Vuil op glasvezeleinden of in connectoren, doorblazen met schone droge
lucht; glasvezel niet in connector geblokkeerd; knikken in glasvezel; defecten
aan glasvezel.
Vuil op glasvezeleinden of in connectoren, doorblazen met schone droge
lucht; glasvezel niet in connector geblokkeerd; knikken in glasvezel; defecten
aan glasvezel; CANBUS hardware fout (CCM- of printplaat gasbesturing).
6-1 Analoge CCM spanningsfout Vervang CCM
6-2 CCM ADC of DAC fout Vervang CCM
6-3
Koelvloeistofstroming te hoog fout,
stroming > 2.7 gal/min
Koelvloeistofslang toorts kapot of ontbreekt; CCM fout, vervang CCM
6-4 CCM-gegevensgeheugenfout Vervang CCM
6-5 CCM-programmageheugenfout Vervang CCM
6-6 +5 V Logische voeding laag Vervang CCM
6-7 CCM-processor oververhitting Vervang CCM
GEBRUIK VAN DE PLASMASNIJDER 4-16 Handleiding 0-5133NL