Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
164 PAUL KRUGER'S DERDE PRESIDENTSCHAP.<br />
tal claims of en bood zijn licentie-g<strong>el</strong>den aan, die echter<br />
geweigerd werden. Toen de kwestie nu door Brown voor<br />
het Hooge Gerechtshof werd gebracht, verklaarde de Hoofdrechter,<br />
in strijd met zijn vroegere uitspraken en het tot<br />
hiertoe aangenomen begins<strong>el</strong>, dat de Volksraad niet het<br />
recht had zulk een besluit te nemen, waardoor de begins<strong>el</strong>en<br />
van de Grondwet werden geschonden.<br />
Deze uitspraak van den Hoofdrechter zou het gehe<strong>el</strong>e<br />
Staatsgebouw omvergeworpen hebben ; want v<strong>el</strong>e wett<strong>el</strong>ijke<br />
bepalingen inzake de goudv<strong>el</strong>den, het stemrecht, enz. waren<br />
bij Volksraadsbesluit gereg<strong>el</strong>d. De Regeering en de Volksraad<br />
konden zich dus onmog<strong>el</strong>ijk bij de beslissing van den<br />
Hoofdrechter neerleggen. Dit zou tot een onbeschrijf<strong>el</strong>ijke<br />
verwarring hebben aanleiding gegeven ; want in een goudland,<br />
waar de omstandigheden zich zoo sn<strong>el</strong> wijzigen, waar<br />
zoove<strong>el</strong> speculanten en intriganten zijn, moesten dikwijls bij<br />
Volksraadsbesluit zekere b<strong>el</strong>angen beschermd en gevaren<br />
voor den Staat afgewend worden. (Tegen een zoodanig<br />
besluit kon naar de — klaarblijk<strong>el</strong>ijk juistere — opvatting van<br />
den President w<strong>el</strong> door het „souvereine yolk" geprotesteerd<br />
worden, maar nooit zou het Gerechtshof of de enk<strong>el</strong>e Rechter<br />
de Volksraadsbesluiten ten opzichte hunner wettigheid mogen<br />
toetsen. Dat bewees Kruger ook in het jaar 1898 in zijne<br />
groote rede bij de aanvaarding van het vierde presidentschap<br />
(zie aanhangs<strong>el</strong>) aan de hand der wetgeving, wier geschiedenis<br />
en geest niemand beter kende dan hij. Ook reeds in<br />
het jaar 1897 st<strong>el</strong>de hij zich meermalen op dit principie<strong>el</strong>e<br />
standpunt, o.a. ook bij g<strong>el</strong>egenheid eener redevoering te<br />
Bloemfontein (I o Maart 1897), waar hij zeide : „Wanneer<br />
de Staatsambtenaren den wil van het yolk niet uitvoeren,<br />
dan heeft het yolk het recht hen tot erkenning van zijn wil te<br />
dwingen." Deze ideaal-democratische opvatting was de leidster<br />
van Krugers politiek. Steunend op deze opvatting, stapte hij<br />
heen over het godsdienstige bezwaar of een „opstand"<br />
tegen de annexatie gerechtvaardigd was, en ter wille van<br />
deze macht, die den individue<strong>el</strong>en Burger toekwam, had hij<br />
groote bezwaren tegen een onbegrensde vermeerdering van