Daar kan een ronde Zeeman niet om treuren.

italiaansche
Ezel-serenade
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Tekst van: Louis Noiret. Muziek van: E. di Lazzaro.
'k Ben alles kwijt, m'n rust m'n ijver
Ik loop te dwalen dag en nacht;
De dochter van een ezeldrijver
Heeft mij het hoofd op. hol gebracht:
Refrein:
Ik zing mijn serenade
Onder de balustrade,
Ik volg je en ik sta
Hier met m'n ezeltje dat balkt ia-ia-ia-ia!
Jij blijft maar altijd zwijgen,
Niets is uit jou te krijgen,
Jij zegt geen woord.
Geen boe of bah,
O luister naar ons lied Signorita
I-a i-a i-a !
Refrein:
Om kennis met haar te gaan maken
Heb 'k dagelijks haar stal bezocht;
Mijn geld begint nu op te raken,
'k Heb niets als ezeltjes gekocht
Refrein:
Een „ezel" noemen mij m'n vrinden,
Ik balk en loop in ezelspas
En nergens kan 'k m'n rust meer vinden.
Ik droom van distels en van gras
Refrein:
'k Zing als de zee, 't oneindig wijsje.
Tot zij me eens haar hartje biedt,
Want bij mijn aardig ezel-meisje
Zinkt Napels' schoonheid in het niet...«-
No. 5 A.

Jk denk aan ;cit Mcwt&nmia
Tekst Jac. van Tol. Muziek: Joop de Leur.
Muziek voor zang en piano 50 cent.
De avond valt. Hortensia,
Het zilv'ren maantje lacht.
Ver weg klinkt een harmonica.
En ik sta hier op wacht.
Ik troost mij met een stillen lach,
't Is morgen Holliday,
Want morgen is het Donderdag,
Dat eten we haché!
Refrein:
Ik denk aan jou, terwijl mijn oogen turen
Qver de hei, waar ik op schildwacht sta.
Ik denk aan jou. die lange lange urenl
Ik blijf je trouw, o mijn Hortensia!
Mijn stroozak is zoo smal en klein,
Vol bobbels van het stroo
Maar ik vraag aan den kapitein
Een bon voor 'n Iitjumeau!
Wanneer ik capucijners schrans,
Zoo vol melancholie,
Is 't of ik in die spekvetglans
Jouw bruine oogen zie
Als ik aan de kanonnen sta,
En vuur met zwaar geluid.
Is 't net of mijn Hortensia
Haar kleine neusje snuit.
Soms ratelt er een mitrailleur.
Dan troost mij inderdaad,
't Is net de stem van Tante Trui
Die met de buurvrouw praat
Ik heb een avontuur beleefd,
Ne"en, dat vergeet ik niet!
Ik zie iets in de lucht dat zweeft
Door ons neutraal gebied!
Ik richt mijn spuit, tot vuren klaar,
Toen is mijn drift bedaard.
Een Nederlandsche ooievaar
Met een oranje-staart!

Prikkeldraad ...
rioll. tekst Jac. v. Tol. Muziek v. Herms Niel.
Van soldaat
Tot sergeant,
Adjudant,
Luitenant,
Allemaal zijn smoorverliefd op blonde Mientje-
't Is een blom,
't Is een pracht!
En zij flirt
En zij lacht,
Maar niet eentje heeft het tot een kus gebracht.
Refrein:
Blonde Mientje heeft een hart met prikkeldraad!
Blijf maar thuis. . . . prikkeldraad!
En die vesting overwint niet één soldaat!
't Is en blijft. .. . prikkeldraad!
Alle jongens maken haar het hof om strijd.
Maar zij lacht, en voor de rest: neutraliteit!
Blonde Mientje heeft een hart met prikkeldraad!
De sergeant
Vroeg haar hand,
En de luit
Wou mee uit
En de kapitein stuurt haar vergeet-mij-nietjes!
De majoor.
Die is smoor,
Maar aldoor
Was het mis.
Is en blijft een stelling die onneembaar Is!
Refrein?

MA LEERT VLIEGEN,
PA MOET WIEGEN.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Tekst: van Tol. Muziek: Paul Misraki.
Voorheen zong ik op de planken
Een Moederlied, een wiegelied,
Nu zwijgen al deze klanken,
De Moeders van thans wiegen niet.
Refrein:
Ma bestuurt de ooievaar,
Ma' leert vliegen,
Pa maakt warme fleschjes klaar
Pa moet wiegen.
Ma stijgt op en landt weer vlot
Ma leert vliegen,
Pa kan niet uit, want z'n broek is kapot
Pa moet wiegen.
Ma leeft zich uit in natura
Zweeft in de wolken en de wind
Pa strooit een busje met schura
Als meel op het snuitje van 't kind.
Mama ontvlucht gauw haar kamer,
De stratosfeer die trekt haar zoo,
En vader jaagt met een hamer
In Baby z'n wieg op een viool
Het vliegen wordt een obsessie.
De baby, die naar voedsel streeft.
Bijt vader woest in z'n vessie
Omdat bij het fleschje niet geeft

The Teddy-Hop»
Tekst Rob Milton Muziek Oreta Schelz
Muziek voor Piano en Zang 50 cent.
De Lambeth-Walk heeft afgedaan
Er is een nieuwe dans ontstaan,
De heele wereld danst voortaan
De Teddy.
En alle mensschen groot en klein
Of 't Turken of Chineezen zijn
Een ieder zingt nu één refrein, De Teddy.
Refrein:
De Teddy, de Teddy
Dat is de hobby van de dag — Men danst de Teddy
Op Korfoe, Timboektoe, op Katendrecht in de Jordaan
Danst men de Teddy
In ieder land, op ieder feest steeds dezelfde mop
En gaan de beentjes van de vloer is 't voor de
Teddy-hop
Op Bali danst Ali in Hoogezand danst tante Ant
Alleen de Teddy.
Voor deze dans werd zoo gezegd
In Artis d'eerste steen gelegd
Daarom heet het ook zeer terecht: De Teddy
Daar deed een beer die jarig was,
Eens onverhoeds een nieuwe pas
De dans was klaar en eerste klas de Teddy.
Refrein:
De Teddy, de Teddy
De allernieuwste modedans is uitgevonden
Men zingt hem, men springt hem in Kopenhagen en
Op Urk, in Londen. (Parijs
De Parkparade en Chestnuttree, de Yam en Tigerag
Die zijn allang weer uitgeraasd, de Teddy maak je gek
En Nelis die scheel is, danst met zijn vrouw in de alcoof
Vol vlijt de Teddy.

Al «taai de wereld op zijn hoofd,
Al wordt ons vaak een kool gestoofd
Er is een ding, dat veel belooft: De Teddy.
Dat is de dans, die je onthoudt.
Al word j' als Sinterklaas zoo oud,
Hij maakt je warm, hij maakt je koud. De Teddy.
Refrein:
De Teddy, de Teddy
De hot and swing and crazydans, dat is de Teddy
In Bandoeng, in Shantung, Cairo, Broek in Waterland
Danst men de Teddy
De vredesconferenties, zijn lang nog niet van de baa»
Maar als ze daar de Teddy dansten, zou 't wel
vlotter gaan.
De waschvrouw in Warschau, de groenteman in
Hindoes ta»
Dansen de Teddy.
BAMBINO
Tekst: Herre de Vos. Muziek: Hans Carsta.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Nu ruischt er zelfs geen blad, ik wieg je, lieve schat
En moeder dooft het lichtje.
Kijkt naar jouw gezichtje en zingt zacht een wiegelied.
Ik vat je kleine hand:
Je droomt van sprookjesland en goede eng'len waken
Opdat jou geen onheil geschied'.
Refrein:
Bambino, Bambino, mijn lieveling slaap in
En heb maar geen vrees voor den nacht!
Bambino, Bambino, rust vredig van zin,
Want Moedertje houdt hier de wacht.
Je weet niets van 't leven, je hart is nog rein,
Maar wanneer je eens groot bent zal 't niet meer
zoo zijn,
De jeugd droomen vluchten, de werkelijkheid wacht;
Bambino, Bambino, droom zacht!
Eens zal je van mij gaan, alleen in 't leven staan:
Dan moet ik van je scheiden
Kan je niet meer leiden, dan ben je een groote mac'
Ik kijk dan naar je uit.
Beluister elk geluid en tel de lange ure»
Tot ik weer je haar streelen kaa.

Zeg meisjeliel wat doe je morgen
(Gnadige Frau, \vo war'n Sie gestern?)
Muziek: Friedrich Schröder. Tekst: Abbing
Wie is dat toch, wie is dat toch.
Mij dunkt ik ken dat heertje,
Ik meen die, met die auto daar,
'k Was uit met hem een keertje.
Wacht! Dat is die leuke boy
Die mij steeds achtervolgt.
En fluistert: „Jij bent mooi!"
Toch fop ik jou, toch fop ik jou!
Mijn leuke fijne Dandy,
Al heb je ook je smoesje klaar,
Als was je een Lou Bandy!
Eerst eens plagen, dat is vast,
Dat krijg ik voor elkaar,
Dus ventje, opgepast!
Refrein:
Pardon mijnheer! Is dat chauffeeren,
U kunt alleen maar claxonneeren
Ga voor Uw rijbewijs eerst leeren
Dat is toch uw plicht!
U troont daar in een chique wagen
't Is zonde dat zij U moet dragen,
' Zoo'n wagen is voor mij geschapen.
Dat ziet men op 't eerste gezicht!
'k Wil U een rijles geven, luister
Maar vlug, want straks is 't duister
En stop dan even Uw gefluister
Al vindt U mij ook nog zoo mooi!
Is straks de les dan afgeloopen,
Moogt U voor mij een trouwring koope»,
Al hadt U dat niet durven hopen,
'k Vind jou ook een schat van een boy!
Pas op Juffrouw; Pas op Juffrouw!
U is wel wat voorbarig.
Met trouwbelofte in deez' tijd,
Zij men beslist zeer karig.
Want berouw komt steeds te Iaat,

Dat is U toch bekend,
Kijk rond U hoe het gaat!
Ik weet het wel, ik weet het we;
Getrouwd zijn lijkt geborgen,
Maar menig knappe jonge man,
Stelt dat liefst uit tot morgen.
Biedt toch weerstand aan die drang,
Want heb je ,,JA" gezegd,
Krijg je vaak levenslang!
Refrein:
Zeg meisjelief, wat doe je morgen,
Als 't kan laat mij dan voor je zorgen
Bij mij bent U ook goed geborgen
Ik meen het oprecht!
'k Wil lief en leed steeds met U deelen
'k Zal nimmer met Uw hartje spelen
U zult zich bij mij nooit vervelen.
Geloof mij, dat komt best terecht!
Wij vormen saam een aardig paartje
Als 't kan reeds met een jaartje,
Dan zenden wij een keurig kaartje
Waarop staat dat wij zijn getrouwd!
Wij huren saam een leuke woning.
Jij bent de koningin, ik koning,
Dat is ten slotte de belooning.
Mijn schat met je hartje van goud!

Als m'n slapie slaapt
SOLDATENLIED.
Tekst Daan Hooykaas Muziek Willy Schootemyer
Muziek voor Zang en Piano 50 cent.
Ik ben weer in 't soldatenpak
bij vroegere kornuiten
Maar kan precies als indertijd
Weer naar m'n nachtrust fluiten
Ik heb m'n zelfde slapie weer
Het is een fijne vent
Maar als ie slaapt is hij de schrik
Van 't regiment.
Refrein:
Als m'n slapie slaapt dan snurkt hij als een os,
Wat er ook gebeurt, hij slaapt er maar op los,
Ligt ie op z'n krib, snurkt ie in een wip
Trilt ie van z'n teenen tot z'n onderlip
Als m'n slapie slaapt dan snurkt ie als een os.
Wat er ook gebeurt, hij slaapt er maar op los,
Zooals die snuiter slaapt daar sta je van verstomd,
Wil je niet opstaan blijf je maar liggen
Maar je moet weten wat er van komt.
Wij hebben veel geprakizeerd,
Om hem dit af te leeren
Maar onverschillig wat wij doen
Niets kan m'n slapie deeren,
Zijn krib wordt dikwijls scherp gezet
Dan ploft ie op den grond,
Maar dad'lijk slaapt ie rustig in,
Met open mond.
't Is net het schoone slaapstertje
Niets kan zijn rust verstoren.
Je kan hem op een afstand van
Een kilometer hooren
Wij smijten kuchies naar z'n hoofd
Maar hij ligt op één oor
Al staat de wereld op z'n kop
Hij snurkt maar door.

Stap in mijn bootje.
Holl. tekst: Ferry.
Eindelijk is de dag aangebroken.
En ik vraag je nu thans: wordt mijn vrouw!
Ik kan heusch niet zonder jou leven.
Ik zeg het eerlijk, ik hou zoo van jou-
Stap in mijn bootje, en ga met mij mee,
Zoo samen varen op de baren
Van de levenszee.
Die heerlijke gaven, 'k blijf nimmer alleen.
Stap in mijn bootje, en ga met me mee.
Ai, ai, ai, ai, ai, ai, ai, ai.
Laat ons samen een nestje gaan bouwea.
Eigen haard, is op aard' nummer één.
Ja, 't spreekwoord zegt: trouwen is houwe*.
Maar ook alleen is maar alleen.

Daar kan een ronde Zeeman
niet om treuren.
Tekst Jacques van Tol. Muziek Michael Jary.
Muziek voor zang en piano 50 cent.
Een stokvisch in den zonneschijn
Wordt droog en geurt naar traan.
Een zeeman wil geen stokvisch zijn,
De schaduw lokt hem aan.
Hij is een bloem, besproei hem trouw,
Want anders dan verwelkt ie gauw!
En wat hem ook voor leed geschiedt.
Blij zingt hij zijn lied
Refrein:
Daar kan een ronde zeeman niet om treurenl
Schip ahoi! Schip ahoi! Annemie!
Hij zegtr wat moet gebeuren, moet gebeuren!
Schip ahoi! Schip ahoi! Annemie!
Al staat de wereld op z'n kop,
Zoek de ruimte en het zilte sop!
Daar kan een ronde zeeman niet om treuren'
Schip ahoi! Schip ahoi! Annemie!
Een zwaluw vliegt zoo rank van lijn,
Langs heel de schoone aard.
Een zeeman wil een zwaluw zijn.
Maar met een stoppelbaard!
Hij bouw' zijn nestje in Shanghai,
Maar morgen neemt de wind een draai,
Dan trekt hij naar Egypte toe.
En zingt blij te moe
Refrein:
En elke haai van Noord tot Zuid
Spreekt hij met „Janse" aan.
Aan elke kaai daar staat een bruid
En laat om hem een traan.
Maar hij moet weg, hij heeft geen rust.
En kust weer aan een andre kust.
En zingt, als hij naar zeemans plicht
Het anker weer licht

Trouweloos Havl.
(Core 'ngrato)
Tekst: Herre de Vos. Muziek: S. Cardillo.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Catharien, Catharien,
Waarom blijf jij me nog van liefde spreken?
Zelfs nu, terwijl mijn harte dreigt te breken, Catharienl
Je drijft zoo koel den spot met al mijn smeken
Catharien, scherts niet met mij.
Catharien, Catharien,
Je zegt zoo velerlei,
Zijn die woorden enkel spelerij?
Je denkt niet aan mijn lijden en mijn zorgen!
Jij geeft niet om mijn smart bij nacht en morgeal
Meisje trouweloos wezen,
Ach, mijn hart zal nooit genezen
Uit is de droom — al mijn geluk voorbij.
Catharien, Catharien,
Wij zullen nooit voor 't huw'lijksaltaar treden.
Ik weet, hier helpen tranen noch gebeden Catharien?
Mijn moeder zei me weenend nog op heden
Hoeveel leed je mij al deed
Catharien, Catharien,
Zeg kind, geloof je mij?
Van mijn levenslust beroof je mij!
Moeder zei vaak: „Wat kan je er bij winna»
Zet dat lichtzinnig meisje toch uit je zinnen"
Meisje, trouweloos wezen,
Ach, mijn hart zal nooit genezen
Uit is de droom — al mijn geluk voorb#

Hold erdebolde r
(WE HEBBEN EEN KOE OP ZOLDER).
. ekst: Jac. van Tol. Muziek: Pim de la Fuente.
Je weet in dezen tijd niet wat er kan gebeuren morgen,
En daarom moet je hamsteren en voor de toekomst
(zorgen
Dus gingen wij in Purmerend eens naar de veemarkt
(toe
En kochten voor een prikkie, tweedehands, een eigen
(koe.
Refrein:
Holderdebolder!
Wij hebben een koe op zolder!
Een groote vier cylinder-koe,
Die roept: A-boe! A-boe!
Holderdebolder!
Wij hebben een koe op zolder!
Een bonte koe, een hamster-koe
A boe! A-boe! A-boe!
Die koe is rein en zindelijk, geen onvertogen spatje,
Hij wordt geregeld uitgelaten op het duivenplatje.
Hij slaapt 's nachts op een trijpen Louis Quinze canapé
De kattenbak op 't nachtkastplankje voor de sanité!
Refrein:
Hij wordt op tij gestofzuigd en gezeemd, da's voor
(de motten
En dan gaat-ie in 't zonnetje doedeinen en ravotten,
We voeren hem spinaziesla'tjes met de kolenschop,
En al de ouwe hoeden van m'n zuster vreet-ie op.
Refrein:
Wanneer er melk moet wezen, klimmen we langs
(zeven trappen
Naar onze koe-fétaria en gaan een pintje tappen.
We hekben melk in overvloed, maar weten niet,
(helaas
"an welke knop je trekken moet, voor boter en voor
(kaas!
9 e f t e I «•

Boomps - a - Daisy
Muiiek van Annette Mills.
Nederlandsche tekst van Ferry.
Uit de goede-oude
Crinoline-tijd,
Heeft men nog onthouden
'n Dansje vol jolijt.
Onder de wals — voor 'n pretje,
Dan gaf men elkaar zoo'n klein zetje.
Refrein:
Hand - Knie - en „Boern-se-Daisy"
Ziet U hoe leuk of dat staat!
Hand - Knie - en „Boem-se-Daisy"
Wals maar zoo goed als het gaat.
Hand - Knie - en „Hup sa Keesie —"
'k Geef alle dansen cadeau;
Voor de Hand - Knie en „Boem-se-Daisy"
Nu netjes buigen — bravo! O, zoo.
Heeren draaiden netjes
Om de Dames heen;
Met die kleine „zetjes"
Flirtten zij alleen.
Grootma die vond in die jaren:
Ben man moet zóó'n afstand bewaren. ..
Niets wat nu meer sneu is
Geldt het zuiv're pret,
Als de man wat bleu is
Geelt de vrouw een zet!
Want juist een vrouw — luister even,
Heeft de „Boomps-a-Daisy" geschreven!
Roep niet om je „Grootje"
Heusch wij kunnen wel
Tegen zoo n klein stootje
Data maar kinderspel.
Vindt U niet« •Barnes en heeren
Dat wij ons nu fijn amusteren?- -

Ganzenmarsch
Skoda Lasky (Ganzenmarsen).
SPEEL MAAR EEN POLKA.
Muziek: Vejvoda. Nederlandsche tekst: Jack Bess.
(Muziek: 50 cent).
i Is een Polka. ... Ja, waarempel
Nog een dans van d' oude stempel
Maar ik ruil de dans van heden
Voor een Polka.... uit 't verleden.
Toen zong ieder. . . . 'Lieve Zwartkop
Hoor eens even naar mijn hartklop
Dat was een sensatie. ... in de oude tijd
Op een vrolijk. . . . aardig wijsje
Vroeg je gauw een aardig meisje
En dan ging je. . . . samen stappen
En je maakte vele grappen
Zo een Polka.... In die tijden
Was een bron van vreugd' voor beiden
Niemand hield van klagen.... Wel van vrolijkheid.
Maar die tijd. .. . o spijt. . . . die zijn wij kwijt
Toen was wijd. ... en zijd. . . . gezelligheid
Toen lachte iedereen nog blij
En was nog iets. . . . belastingvrij.
Maar komaan.... geen traan.... dat zal niet gaan
Blijf niet staan. . . . Pak aan. ... en reg spontaan
Al is de oude tijd voorbij
Een Polka stemt nog altijd blij.
Trio:
Speel maar een Polka
Dan komt de stemming er in
Speel maar een Polka
Dan heeft een ieder zijn zin
Speel maar een Polka
Niemand mag stil blijven staan
Vragen plagen alle dagen
Trek je daar maar niets van aan.

KLEIKE [MESS i£IHS©o
(Little Sir Echo).
Nederlandsche tekst van Herre de Vos.
Muziek: Laura R. Smith 6 J. S. Fearis,
Somtijds — hoor ik
Duidlijk je stem, zacht en teeder. ...
Somtijds — zoo ver,
Is 't, of je in schemer verdwijn!
Refrein:
Kleine Miss Echo, hoe gaat het met jou?
Hallo — Hallo! (echo)
Kleine Miss Echo, waar zit je nou?
Hallo — Hallo! (echo)
Hallo — Hallo! (echo)
Kom hier en speel wat met mij (met mij)
Je moet lief zijn en klein,
Want je stem klinkt zoo fijn!
Maar helaas, steeds zoo ver ben jij! (ben jij).
Somtijds — droom ik
Dat ik je stem kan bereiken....
Somtijds — weet ik
Dat alles maar waan is en schijn!
Refrein:
Kleine Miss Echo, kom naderbij!
Hallo — Hallo!
Kleine Miss Echo, toe, maak me blij!
Hallo — Hallo! (bis)
Nu klinkt je stem licht en klaar, (en klaar)
Echo, lieflijk en klein,
Je zal dra bij me zijn —
En dan blijf je bij mij, nietwaar? (nietwaar);.

No. 5 B
Tekst en muziek van Louis Noiret,
Toen ik in de kazerne kwam toen zei de fourier:
„Doe jij je burgerpakkie uit en kom maar es hierl"
Hij gaf me toen van allerhand,
De heele zaak compleet.
Maar toen ik 's morgens wakker werd
Toen slaakte ik een kreet:
Refrein:
Oh! Sergeant! Ze hebben m'n sokken gestolenl
Oh! Sergeant! Ze hebben m'n schoenen gepikt!
Mijn puttees zijn verdwenen.
Nu zien ze m'n bloote beenen,
Ze hebben het in de sectie op mij gemikt!
M'n onderbroek met bandjes die was ik al dadelijk kwijt.
Verdwenen is m'n etensblik, in zulk een korten tijd.
M'n broodzak en m'n veldflesch
Die zijn foetsie, alle twee,
En 't is vancaag een oefening
Met „brood en koffie mee".
Er zit niet anders op vandaag als er geblazen wordt,
Dat 'k in m'n burgerpakkie ga op het compie's rapport;
Sergeant, toe help me uit den brand,
Dan sta ik niet voor gek,
Och maak me dan maar kamerwacht,
Dan hou ik me „gedekt ".
Ik heb me niet gewasschen, want m'n waschblik is
gepikt,
Tot zelfs de veters uit m'n schoen zijn op den kop
getikt
En als dat hier niet anders wordt,
Als dat hier zoo maar mag.
Dan spijt het me voor 't regiment,
Maar neem ik mijn ontslag.

Zigeunerweisen
(Hand in Hand)
Tekst: Herre de Vos. Muziek: Igor Borganoff.
Muziek voor piano 50 cent. .
Luister goed want de Zigeuner speelt 't Liefdeslied
Dat hart en zinnen streelt!
Leg gerust als teedre liefdepand,
Zacht en stil Uw hart in zijne hand.
Refrein:
Kom, zeg ja en maak het mij niet zwaar,
Want je kent mijn liefde, rein en klaar!
Mij en jou bindt de trouw, Dus geloof me:
Wacht geluk ons slechts in 't verre land,
Heb geen vrees, want wij gaan hand in hand.
Samen, hand in hand.
Hand in hand gaan wij door 't leven heen,
Hand in hand in doel en streven één!
Wacht geluk ons slechts in 't verre land:
Heb geen vrees, want wij gaan hand in haai

Wie heeft er suiker in de
erwtensoep gedaan.
Tekst: Jack van Tol. Muziek: Lou Bandy.
Er was in 't militaire kamp
Een groote consternatie!
Niet meer of minder dan een ramp.
Bedreigde onze natie;
De erwtensoep was zwaar mislukt
En iedereen vroeg bedrukt:
Refrein:
Wie! Wie! Wie!
Wie! Wie! Wie!
Wie heeft er suiker in de erwtensoep gedaan,
Wie heeft dat gedaan?
Wie heeft dat gedaan?
De heele compagnie die heeft het eten laten staan!
Wie heeft er suiker in de erwtensoep gedaan?
De Korporaal zei: Eerst proef ik!
'k Geloof dat jullie dazen!
Hij kreeg de hik en liet van schrik
Gauw voor den dokter blazen.
Tot de sergeant kwam van de week
Die vroeg als krijt zoo bleek:
Refrein (als voren):
En de sergeant-majoor was kwaad,
Hij liep rood aan van woede,
Zijn snor stond stijf als prikkeldraad
Het sein: Weest op Uw hoede!
Hij knarste eerst een tandenknars
En bulderde toen barsch:
Refrein (als voren):

De luitenant geaffecteerd
Zei. wie maakt hier nu mopjes?
Ik heb de soep geïnspecteerd
Ze smaakt naar Haegsche Hopjes!
Geeft acht. . rechts richten. . kom nu lui!
Wie tapte deze ui?
Refrein (als voren):
De kapitein, die plots gewekt
Door deze soep-affaire,
Een nieuwe krachtterm had ontdekt
Gaf daarvan de première!
Knots-knald'rement!, zoo riep hij luid
Wie haalt hier zooiets uit.
Refrein (als voren):
Tenslotte kwam de kolonel
Correct en afgemeten
Zei: „Strafmarcheeren, 't heeie stel!
Ik ga in 't „Zwaantje" eten!"
En sjokkende de heide door
Zong de compie in koor:
Refrein (als voren 1

Oh wat is de rats toch
lekker
Tekst en muziek: Jack Betr-
Als een Nederlandsen soldaat
Bij een keukenwagen staat,
Komt een opgewekte glimlach om »j» m»a«.
Kok, wat eten wij vandaag?
Is zijn allereerste vraag.
Lekker eten, zal je weten, is gezond.
En als de kok de etensketel vult
Dan zingt de heele troep vol ongeduld:
Refrein:
O, wat is de rats weer lekker,
O, wat is de snert weer fijn.
Om van eten iets te weten
Moet je bij het leger zijn. (Bis couplet;.
Ieder eet zooveel hij kan,
Ook al komt daar buikpijn van
Als het smaakt, dan trek je je daar niets vaa aan
Meier hijgt: ik kan niet meer,
Dan valt Jansen puffend neer.
En de Brigges hikt: ik kan haast niet meer staan
De dikke ordonnans slaapt blij van zin,
Maar dan verschijnt de wacht.... en die zet ia:
Het verwende „Moederskind"
Dat eerst rats ontzettend vindt,
Bedelt later om de restjes bij zijn maat,
En dan geeft-ie eerlijk toe
Eet ik met verlof bij moe,
Ga ik van die flauwe kost haast van de graat.
En vraagt zijn ma: „Hoe is het dienst-dinec'"
Dan zegt-ie: „O, Mama dat is OX"

Fourier.., Fourier ..
M'n pakkie isgekrompen
Tekst en muziek: Jack Bess
De Infant'rist Jan Bik
Is tweemaal dubbeldik.
Zijn uniform past hem al lang niet meer
Maar toch trok hij het aan
Om naar zijn troep te gaan.
't Was geen gezicht, maar Jan zei: 'k Presenteer'
Een ieder die hem zag schoot in de lach,
Maar Jan zocht den Fourier en zei op slag:
Refrein:
Fourier, Fourier,
M'n pakkie is gekrompen.
Fourier, Fourier,
Mijn mouwen zitten hiér.
Die broek, die is me toch veel te klei»
Ik lijk precies op een harlekijn.
Fourier, Fourier,
Kijk nou 's even hier.
Het was verbazend druk,
Jan raakte van zijn stuk.
Men drong hem telkens naar den achtergrond
En aan de beurt, o schrik,
Vernam de dikke Bik,
Dat hij als laatste op het lijstje stond.
Jan was een goed soldaat, dus werd niet kwaad,
Maar wel riep hij vol smart van vroeg tot laat:
Toch kreeg Jan inderdaad
Een uniform naar maat.
Nu loopt-ie als een pronkstuk in de troep
Toch dreigt er weer gevaar
In minder dan een jaar
Is 't pak hem weer te klein, door d' erwtensoep
Wij hcoren op een keer nog wel eens weer
Hoe Jan zijn wanhoopsklacht uit van welee*

Wat is er met
die kuch,
Tekst: Bart Ekkers. Muziek: Joap de Leur.
Muziek voor piano en zang 30 cent.
Marschlied.
Het heele kamp stond overeind,
Wat was er dan gebeurd?
De jongens hadden als één man,
Hun kuchie afgekeurd.
Ze schoolden samen op het veld,
En maakten groot kabaal,
Wat is er met die kuch vandaag,
Dat is me een schandaal!
Refrein:
Wat is er met die kuch gebeurd?
Die is zoo hard als steen.
Wat is er met die kuch gebeurd?
Je komt er niet door heen.
Dat is niet om te eten.
De bakker krijgt 'm t'rug
'k Zou wel eens willen weten?
Wat is er met die kuch.
Ze smeten met die kuch in 't rond,
't Is zonde dat ik 't zeg.
Eén trof een schildwacht op zijn mond
En sloeg vier tanden weg.
Een korporaal werd door zoo n kuch
Op staande voet gevloerd
En met een hersenschudding
Naar het hospitaal vervoerd. •
De bakker van het regiment.
Werd voor den raad gedaagd
En door een strengen Generaal
Eens duchtig ondervraagd.
De bakker sprak: ,,Ach Generaal,
Ik heb me zwaar vergist,
Ik heb een vat met gips gebruikt,
In plaats een vat met gist '

De Jongens aan de grenzen,
de jongens aan de kust
Tekst: Ferry. Muziek: Louis Noiret.
Marsch.
Muziek voor piano en zang 30 cent.
Geladen is de atmosfeer
Er dreigen onweerswolken
Het is het „ouwe liedje" weer
Geschillen tusschen volken
En zie ons kleine Nederland
De bakermat der vree.
Dat bleef zijn fiere spreuk gestand
En zei: Je Maintiendrai.
Refrein:
De jongens aan de grenzen
De jongens aan de kust
Doen prachtig hun soldatenplicht
En waken welbewust.
De jongens aan de grenzen.
De jongens aan de kust
Behouden voor ons vaderland
De Vrede en de Rust.
Neutraliteit onz' grootste schat
Blijft oörlogsramp verbannen
In forten en in kazemat
Daar waken onze mannen
Bij vette rats en versche kuch
Houdt elk z'n goed humeur.
Het leed vergeet je o zoo vlug
Wat koop je voor gezeur.
Al is er wel eens ongerief
Toch brengt het ook zijn baten
De meisjes lachen extra lief
Nu tegen de soldaten.
De Nederlandsche Vrouwe is fiex
Op Leger en op Vloot.
\Vji!t Ilinke kerels zooals hier
Mul.cn ons landje erroot.

Overa! zijn db solda-en
Tekst en muziek: C. H. Klein,
's Morgens zes uur naar het waschhok,
Ja, alles gaat hier op bevel
Vlug je wolletje opmaken,
Want om zeven uur is 't appèl
De etenhalers vóór, brult dan 't heele koar,
Want anders brult de sergeant-majoer.
Refrein:
Rommel de bom,
Op de zee en aan den wal,
Overal zijn de soldaten.
Ze zijn paraat en ook Janmaat
Houdt ieder schip in de gaten.
En wagen ze soms een oogje aan de meisjes,
In tijd van nood, dan zijn het heusch geen lijsje*.
Van soldaat tot generaal,
Wij zijn trotsch op allemaal.
In den dienst maak je vrinden,
Daar vind je jongens uit één stuk.
Kameraadschap kan je "r vinden,
En op een gijntje zijn ze tuk.
En zak je door je krib, dan mopper je verhijs
Ze lachen om je gezwollen lip.
Krelis is een stugge jongen.
Daar gunder uit het boerenland.
Hij weet wel 't verschil in piepers,
Maar de luit noemt hij sergeant.
Maar al is het ook 'n sul. het is een beste knui
Al heeft hij van den dienst geen flauw beaaL

Bel imi
Langzame foxtrot.
Tekst Herre de Vos. Muziek Theo Mackebea.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
1.
Een aardig liedje gaat van mond tot mond.
Men hoort het graag en dat heeft wis zijn gr»oc.
Want het bezingt de lieveling der vrouwen.
Waarvan er veel hem alles toevertrouwen.
God Amor-zelf maakte muziek erop,
Hij droeg het alle mooie vrouwen op. ... -
En die betooverende wijs
Zingt men in heel Parijs:
Refrein:
Je hebt heel veel geluk, BEL AMI
Bij de vrouwen geluk, BEL AMI!
Je bent dom — maar charmant —
Niet heel knap — maar zeer galant!
Niet de held
Waarop men is gesteld!
Ja verliefd ben je vast iederen dag!
Maar je trouw is. . . een kus en een lach!
Voor de vrouw die jov mint. ben je 'n droom vol fantas -
BEL AMI! BEL AMI! BEL AMI!
Ik ken een leuken, netten, jongen man,
Die heel niets is en niets bijzonders kan,
Maar wien de dames desondanks vereeren,
Omdat hij is, zooals zij het begeeren,
Hij maakt de andre mannen vaak nerveus:
Wat men vertelt van hem, dat is fameus!
Er is geen vrouw, die hem weerstaat
Zij komen — vroeg of laat!
2.

WAAROM WOU JIJ VAN MIJ ÜOCH
VAN EfliJN LIEFDE WETEN
Tekst Ferry.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Een mensch is feit'lijk toch een eigenaardig wezen.
Dat op het toeval van het noodlot dikwijls stuit.
Je denkt soms dat je in een oogenpaar kunt lezen,
Maar op het einde kom je juist bedrogen uit.
Dat dit zoo wezen moest dat hindert mij het meeste,
'k Ben in 't geheim altijd verliefd op jou geweest.
Refrein:
Waarom wou jij van mij noch van mijn liefde weten?
Waarom liep jij mij als een vreemde steeds voorbij?
Dat ik je lief heb kon je dat zoo maar vergeten?
Ik hou alleen nog maar van één en dat ben jij.
'k Heb van de schoonste toekomstplannen lopen dromen
Met die illusies is het nu voorgoed gedaan,
Want steeds als ik je in de verte aan zag komen.
Dan voelde ik mijn hart opeens onstuimig slaan,
Was het mijn kwasie ernst of was het soms mijn lack
Maar altijd deed je net als of je mij niet zag.
Voorgoed nu scheiden onze wegen van elkander.
Mijn liefste droomen zijn voor altijd nu voorbij.
Ik kwam je gisteravond tegen met een ander.
Je geeft die ander dus je liefde en niet mij,
Wijl ik je in gedachten toch mijn liefde scheafc,
Zing ik in stille weemoed als ik aan jou denk

Wat ben ik toch verkouden
HATSJIE....
Tekst en muziek: Jack Bese.
Al houden wij veel van ons landje
Toch brommen wij: Wat een klimaat!
Wanneer na een zonne-restantje
Je plotseling insneeuwt op straat
Zó loop je van koude te rillen
En zó schijnt de zon in je toet
Weer steeds na die Hollandse grillen
Hoor je. . . . als je iemand ontmoet:
Refrein:
Wat ben ik toch verkouden
Hatsjie.... Hatsjie.... Hatsjie
Ik kan het haast niet houden
Hatsjie.... Hatsjie.... Hatsjie
Mijn neus. ... 't is grijs. ... is koud als ijs
Dat is geen fantasie
Wat ben ik toch verkouden
Hatsjie.... Hatsjie.... Hatsjie
We slikken dan drankjes en pillen
We smeren met olie en vet
We huiveren, rillen en trillen
Met twee warme kruiken in bed
En als je dan rust hebt gevonden,
Dan brengt men je nog een glas kwast
Met zes dikke dekens omwonden
Zucht je: Dat is Holland in last.
Refrein:
Wanneer je iets drinkt, ga je raden:
Wat is het nu: Koffie of thee?
En als men dan zegt: Chocolade. . . .
Dan zeg je — met neusklank — O, nee.
Maar dan komt een eind' aan die plagen
Je eetlust — eerst zoek — komt terecht
Dan is de verkoudheid verslagen
En is het je buurman, die zegt.
Refrein:

Kobus Kuch
'ekst van Ferry. Muziek van Louis Noire!
Ik ben Kobus Kuch,
'k Voel me vroolijk vrij en fit.
Kom van Burgerbrug,
Doch beschouw me niet als een sul:
Hoe je 't ook beziet,
Mensch vergis je niet,
Want ik ben een beste knul.
En ik dien de staat
Als een goed soldaat
Aan de grens of kust,
Zeg maar waar je me lust.
'k Waak voor groot en klein.
En trek nooit de lijn,
Ieder kan dus rustig zijn!
Refrein:
Ik ben Kobus Kuch uit Burgerbrug,
Ik ben wat je noemt een lid
Waar de geest van De Wit
En de Ruyter nog in zit.
Ik ben eiken vijand steeds te vlug,
Niemand heeft van mij terug.
Wie staat altijd op de bres in Burgerbrug?
Kobus Kuch!
'k Zing m'n leven lang
Van: we zijn niet bang!
Als het moet dan vlam ik van moed!
k Heb een tijd gevrijd
Met een keukenmeid.
Dus ik voel me goed doorvoed,
's Zondags kip of duif,
's Maandags varkenskluif.
Dinsdags zoo'n homp worst.
En geen dag leed ik dorst!
Heel de compagnie
Keek vol jalousie
Eiken dag naar mijn Marie:

Als er ccn soms zegt:'
Een soldaat heett 't slecht,
Beste man, die weet er niks van.
Want ik lach voor twee
Steeds op de chambrée,
'k Ben zoo zorg loos als 't maar kan!
't Is van uur tot uur
Een gezondheidskuur,
En je wordt als vent
Moeders pappot ontwend.
En wat is er nou
Schooner dan een vrouw
Aan ons fiere Rood-Wit-Blauw.
Ja t in Rio de Janeiro
Ja, in Rio-Rio-Rio-Rio-Rio de Janeiro
Daar krijgt het lio-lio-lio leven mooie kansen
Daar zie je vio-vio-vio vrouwen-ogen glanzen
En daar kun je zalig dansen
De schone Braziliaanse vrouwen willen slechts matrozen
Om mee te mio-mio-mio-mio minnekozen
En bij het schio-scheiden krijgen de matrozen rozen.
Zulke rozen vindt men slechts in Rio-Rio de Janeire.
Refrein:
Hoy — Hoy — Ahoy
Meer kan het leven niet geven
Daarom wil ik daar leven
Hoy — Hoy — Ahoy
In Rio, zegt de stuurman, heeft men fijne, fijne wijnen
Die al je zio-zio-zio zorgen doen verdwijnen
Die wio-wio wijnen schijnen vreugde te omlijnen
Zulke wijnen drinkt men slechts in Rio de Janeiro
In Rio wio weten ze wel wio van plezieren
Daar gio gaat de zio zeeman dan ook passagieren
Zijn passagieren is een rio roes van feesten vieren
Zulke feesten viert men slechts in Rio Rio de Janeiro
Refrein:

MOEDERTJE
Tekst: L. Baay. Muziek: Albert de Booy.
Muziek voor piano' en zang 30 cent.
Moedertje waar is de tijd,
Toen ik je hield aan je rokken?
'k Speelde toen paardje met jou,
'k Trok je finaal van de sokken,
Gierden we dan van de pret
Als ik je zoo fijn had gevloerd.
Moeder dat lieflijk spel
't Maakt me zoo vaak nog ontroerd.
Refrein:
Moedertje lief in mijn droomen.
Sta je zoo vaak aan mijn zij
Moedertje lief in mijn droomen,
Voel ik je steeds nog nabij.
Moedertje weet je nog wel,
Toen ik zoo stillekens kreunde
Tij met m'n hoofd in je arm,
Zicht op m'n bedsponde leunde,
'k Was toen de dood haast nabij,
Ik voelde een traan op mijn wang.
'k Hoorde je snikkende stem,
Moedertje was je toen bang?
Moedertje weet je nog wel,
Of wil 't liever niet weten.
Dat ik je vaak heb bedroefd,
Jou en je liefde vergeten.
'V Luisterde niet naar je raad,
Die jij me zoo vriendelijk gaf
Nu voel ik zelve dat leed.
Moedertje is dat de straf?
Moedertje zorgen zoo goed.
Had ik ze kunnen waardeeren.
Zoo eigenzinnig en dom,
Wist ik niet moeder te eeren.
Ik ben nu evenals jij.
Omringd door een zorg gevend kroost
Liefde en zorgen van jou,
Zijn me tot leering en troost.

Zing een vroolijk liedje
als je opstaat.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Als het haantje van je buurman opgetogen kraait.
Dan begint een nieuwe dag.
En naarmate Vader Tijd do klokkenwijzers draait
Moet een ieder aan de slag.
Wanneer de dag begint, zorg voor een goed humeui
Dan komt de dokter nooit meer aan je deur.
Refrein;
Zing een vroolijk liedje als je opstaat.
En wordt wakker met een lack,
Zing een vroolijk liedje als je opstaat.
Want dan heb je 'n goede dag.
En loopt je ouwe trouwe wekker af.
Zeg dan niet: „O, wat heb ik nog een maf!"
Zing een vroolijk liedje als je opstaat,
Want dan heb je 'n goede dag!
Zing de allernieuwste schlager bij de waterkraan,
In de douchecel of in 't bad.
Zing desnoods het standaardnummer: „Laat de klok
(maar slaan!
Maar je zingt, het geeft niet wat.
Bewaar zoolang je kunt altijd je vroolijkheid.
Je bent je stemming gauw genoeg weer kwijt.
Als je eventjes je oogen naar een spiegel richt.
Op het beeld dat je niet moet zien,
faag de zware zorgenrimpels dan van je gezicht
Met een opgewekt refrein:
Want al die narigheid (van je gezicht geschraapt)
Bewaar je maar voor 's nachts, wanneer je slaapt.

ik heb een kamertje in
zakformaat
No. 5 C
Tekst en muziek Henri Theunisse.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Mijn verlangens zijn niet groot
En dat is maar goed,
Daar ik op mijn eigen kracht
Door het leven moet.
'k Vind mijn vreugde in mijn werk
En bij ergernis,
Denk ik aan mijn aardig honk
\Yaar 't zoo gezellig is.
Refrein:
Ik heb een kamertje in zakformaat
Waarin een divanbed den muur beslaat,
Een licht behangetje dat maakt het frisch
't Is net alsof 't er alle dagen Zondag is
'k Heb een mooie radio
Daar ben 'k aan verknocht,
Voor een daalder in de week
Heb ik die gekocht.
Nooit voel ik mij eenzaam, want
Als ik even zoek
Krijg ik Maurice Chevalier,
Bij mij op bezoek.
Hoor ik 's morgens zeven uur
d' Oude wekker gaan.
Spring ik uit mijn divanbed.
Wasch m' onder de kraan.
Doe wat kamergymnastiek
Wat kan beter zijn?
Dat verhoogt de energie
En de slanke lijn.
'k Ben een fotomaniak
Bij mij aan de wand,
Hangen foto's, honderden,
Komend uit elk land.
Ik heb geen behoefte meer
Om op reis te gaan,
Thuis daar kijkt mij eiken dfig,
Heel de wereld aan.

Nur nicht aus Liebe
weinen . . .
ISfcksfe 6. J. v. Zuilen. Muziek: Theo Mackeben.
Muziek voor piano en zang 50 cent-
De liefde beheerscht vaak het leven,
Om 't even wat zij het ook biedt.
Wij werden door 't noodlot gedreven,
E» 't is altijd maar weer: 't Oude Lied
H»e menigeen moet er ontberen.
Dat, wat hij zoo vurig begeert.
Dan is het hem of de duivel,
Spotte«'de inspireert:
Refrein:
Waarom zou je gaan treuren.
Wat kan je feit'lijk nog gebeuren.
Er is zooveel nog hier op deez' aard,
Je liefde meerder en beter waard.
Ik wil je heusch wel in naam behooren,
Je hebt nu éénmaal mij trouw gezworen.
Het is satanisch, dit wreede leugenspel,
Va» jou en mij, 't is een hel.
Wij hebben elkander gevonden,
En dagekjksch vraag ik, waarom?
Wij werden in 't huw'lijk verbonden,
Ach, wat waren wij beiden toen dom.
Wij hoorden toch niet bij elkander
Ons hart bleef gevoelloos en koud.
Was het misschien door een ander
Van wie ik steeUs nog houd?

Morgen gaat het beter.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Niet een mensch hier op aard,
Die voor leed werd gespaard,
In de harde leerschool van het leven
Maar, zoo slim kan 't niet zijn
En zoo fel is geen pijn
Of genezing is er voor gegeven
Hier een hart dat breekt,
Daar de laster die steekt
En je denkt: moet mij dat juist passeeren?
Staar je daarop niet blind.
Steek je kop in de wind
Zoek de kracht, d'energie om het lot te keeren,
Refrein:
Morgen gaat het beter, beter, beter
Morgen kijk je iedereen weer glunder lachend aan
Morgen gaat het beter, beter, beter
Morgen zullen zorgen van vandaag niet meer bestaan
Morgen zijn de spoken van het heden
Weg gevaagd, behoren tot 't verleden
Morgen gaat het beter, beter, beter
Morgen zal weer alles van een leien dakje gaan
Moeilijk in deze tijd vol van wrok, haat en nijd
Ieder kijkt vol wangunst naar den ander
Naar het brood dat hij eet. naar de daad die hij deed
Ach. we weten alles van elkander
Maar slechts dat wat je ziet, en de rest weet je niet
Want naar binnen staan geen vensters open
Wat je draagt diep in 't hart heeft een plaats heel apart
En dat is 'n tooverspreuk wij blijven hopen.
Gaat het niet zooals het moet, krijg je geen vasten voet
Ga niet in een hoekje zitten treuren
Niemand die op je wedt, ooit een cent op je zet.
Als je piekert om wat kan gebeuren
Gaat 't vandaag je nog slecht, morgen komt 't terecht
je moet in je zelf het meest vertrouwen
Graaf niet in je verdriet, ach dat helpt je toch niet
Steen voor steen moet je aan J'eigen toekomst bouwen.

Zeemanslied (Afscheid)
• st Lou de Groot Muziek: Joop de Leur.
Tango.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Zij stonden aan de waterkant
Hij drukte zacht haar bleeke hand
Van verre loeide de sirene
Geheel door droefheid overmand
Dacht zij hoe 't wijde watervlak
Het allermooiste in haar brak
Bewond'rend keek zij op tot hem
En sprmk vol droefenis met tranen in haar slem
Refrein:
Och waarem gaan wij voor goed van elkander
Jij weet niet hoe ik in stilte lijd
Want >n mijn leven komt nooit meer een ander
3n ik blijf hier in mijn eenzaamheid
Een zeemanshart roept alleen om de wijde Oceaan
En van beloften aan wal daar denkt een zeeman niet
Och waarom gaan wij voor goed van elkander
Blijf ik alleen in het leven staan
Ik maak jou. jongen geen verwijt
Maar zal je toch van tijd tot tijd
Aan deze oogenblikken denken
Hoe of mijn hart van weemoed schreit
Ik weet we zijn te ver geqaan
Maai och zoo is nu ons bestaan
Het kort geluk gaat snel voorbij.
En de ontgoo'ling heeft met ons geen medelij
En snikkend aan de waterkant
Met droeve oogen, rood omrand.
Zaq zij haar levensdroom verdwijnen
Voor goed nanr 't verre, vreemde land.
Zoo brak het noodlot met een ruk
Haar mooie sprookje van geluk
En starend in het grfls verschiet
[meer aan
Zong zij heel zacht tot hem hsar droerig ahcheidslie't!

Penny Serenade.
Music bij Melle Weersma. Tekst: Jatk Bess.
'k Stond onlangs
Onder 't venster van eene senorite
'k Zag haar aan
En ik speelde toen een PENNY SERENADE.
Si, si. Si, 't Is te horen voor een penay
Si, si, Si, 't Is n PENNY SERENADE.
'k Zag het vuur
In haar oogen en ik raakte toen bewogen
In mijn hart
Diep ontroerd, weerklonk de Penny Sereaa4e.
Si, si, si, Hoor mijn liedje voor een penny
Si, si, Si, 't Is n PENNY SERENADE,
Ze was wonderlijk mooi als n fee
Door het maanlicht beschenen
Toen ik vroeg „Lieveschat kom beneè
Was ze eensklaps verdwenen.
Maar ik weet
D.it zij vaak aan mij en mijn lied zal denken.
In haar hart
Hoort zij telkens weer mijn PENNY SERENADE.
Si, si, si. En dat lied kost maar een penny
Si, si, Si, 't Is een PENNY SERENADE.
Hoor mijn PENNY SERENADE
Hoor mijn PENNY SERENADE

The Chestnnt Tree.
Hollandsche tekst van Ryfer Valsua.
Muziek voor piano en zang 50 ce»t.
Ik ben met Josefine
Steeds een tevreden paar
Dat zullen wij ook blijven.
Al worden we honderd jaar.
Refrei»:
Want: telkens als ik Josefine zii
Dansen wij de Chestnuttree
Iedre' keer een schokje in je knie,
Dat hoort bij de Chestnuttree,
Ook al gaan de zaken nog zoo slecht,
'k Heb me dapper toegelegd
Op den dans die ik het liefste zie
En dat is de Chestnuttree.
Op alle feesten hoorde mirletou en muts.
Nu roepen allen, flink stampend, luide: Chee*-*wte
Dans je ook maar eens de Chestnuttree
Hou je steeds die melodie
In je kop en ook nog in je knie
Altijd maar die Chestnuttree.
Heb je verdriet of zorgen.
Doe dan als Josefine:
Dan zal je ondanks alles
Overal de zonzij zien.

'k Wacht op jou.
(J'attendrai).
Tekst: Jac. van Tol.
Gezongen door: Willy Derby.
Muziek voor piano ea zaag 50 cent.
Liefste, heel even
Zegt jou mijn brief.
Ook ia de verte
Heb ik je lief.
Kwelt me het heimwee,
'k Weet dat het moet,
Straks is het weerzien zoo Mot
Roosjes verdorren
Scheepjes vergaan,
Maar onze liefde
Die blijft bestaan.
En blij te moe
Roep ik je toe.
Refreia:
'k Wacht op jou,
En zie, als ik droom, in het •rfiiraiKltffet
}e gezicht.
'k Wacht op jou,
Ea ik fluister in stille herinnering:
„Lieveling!"
Als de stormwind loeit.
Als voor 't eerst
Weer een bloem
Aan mijn venster bloeit,
'k Wacht op jou,
En ik blijf je steeds trouw.
Schat, op 't kastje
Vlak naast mijn bed
Tusschen de bloemen
Staat jouw portret.
Voor ik ga slapen
Zeg ik heel zacht:
Liefste, tot morgen, goeoach*-
Jn mijn verbeelding
Hoor ik de trap
Sprekend jouw stap.
Soms even kraken.

t Duart ook zoo lang.
Maar wees niet bang: .
Eens zal je komen,
'k Weet niet wanneer,
Is dan nog alles
Net als weleer?
Kwam er geen ander
Ginds op je weg?
'kVoel me zoo angstig vaak, zeg!
Mocht dat gebeuren,
Schrijf het mij niet,
Wachten brengt droomen,
Weten: verdriet.
Mij deert geen leed,
Zoo lang ik weet:
Joseph - Joseph
Muziek bij Chan Chaplin.
Tekst: Jack Bess.
Oh Joseph, hoor mij aan
Als dat zo door moet gaan
Dan ga ik voor mijn liefde in de rouw
Begrijp, mijn groot verdriet
Waarom trouw je me niet?
Mijn trouwring is versleten vóór ik trouw.
Refrein:
Oh Joseph, Joseph, wanneer gaan trouwen
Wij zijn al meer dan twintig jaar verloofd
Als ik jouw uitstel nuchter ga beschouwen
Geloof ik, dat jij mij 'n kooltje stooft
Oh Joseph, Joseph, wil niet langer wachten
Mijn haar vergrijst. Mijn tanden vallen uit
Mijn moeder heeft gesnauwd
Dat je mij beslist niet trouwt
Joseph, Joseph maak van mij een bruid.
Wanneer ik met je trouw
Wil ik geen flatgebouw
Ik kan het met een zolderkamer doen
Maar Joseph, wat ik smeek
Trouw mij nog déze week
Of wacht je op mijn ouderdomspensn-s;

Hiep. hiep hoera
voor het garnizoen
Muziek voor piano en zang 50 cent.
^aantje, hit voor halve dagen,
Heeft thans reuze veel te doen.
Niet met werken, o nee, dat 's bijzaak,
Maar met t nieuwe garnizoen;
Want ze heeft linea recta
Zeven vrijers al gehad.
Van een rooie tot een zwarte,
En van Heel tot Hallef Watt!
Refrein:
Heel de stad die staat op stelten,
Is volkomen uit d'r doen.
Heel de stad zingt opgetogen:
„Hiep. hiep, hoera, voor 't gainizoenl
Ook de H. B. S.-er Tommie
Zweert bij 't mieters garnizoen,
Hij gebruikt geregeld termen
Zooals „slapie" en „rantsoen";
Krijgt een militaire houding
Als een echte grenadier,
En weet nu voor eens en altijd
Wat hij worden wil: „Offcier".
Tante Lotje, ouwe vrijster.
Volgt nu een verjongingskuur.
Ziet ze uniformen naad'ren
Kijkt ze plotseling niet meer zuur;
Al haar hoop is nu gevestigd
Op een oude kolonel.
Hij is kaal en ook pokdalig,
Maar de man is vrijgezel.
Ook met bakvisch Rosalietje
Kwam het weldra in de bus.
Want een piep jong luitenantje
Kreeg haar eerste schut'ren kus.
En ze bloost bij 't zien *-an khaki,
Heusch ze kan er niets aandoen,
't Is de schuld van 't ijitenantje,
Indirect van 't garnizoen.

ifc ÏOO n troep van flinke kerels
L>::gs marcheert over de straat.
Voelt Pa zich in hart en nieren,
Wat je noemt, weer echt soldaat;
En Mama ziet welgevallig
Naar zoo n vlotte uniform,
En ze denkt: Wat stond zoo'n pakje
Mijn man vroeger toch enorm.
Vannacht als de bloemen
droomen
Tekst: J. van Laar Sr. Muziek: Eng. Charmon
Tango lied.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Mijn liefste mijn hart is opgetogen
Als sterren zoo schitt'rend zijn je oogen
Ik kan toch zonder jou niet leve»
Aan geen ander kan ik liefde geven.
Refrein:
Vannacht als de bloemen droomen
Zullen wij samen bij 't licht der m«oa
Vannacht zal ik tot je komen
Als de sterren flonk'rend aan den hemel sta»»
Dan zingt daar voor ons de nachtegaal
Een lief des -me-lo-die, O liefste mijn
Vannacht, als de bloemen droomen
Zal 't leven mij een sprookje zijn.

Als je maar nooit wat zegt
Tekst: John Kloos. Muziek: Albert de Booy.
Muziek voor piano en zang 30 cent.
Er is een heel mooi spreekwoord hier,
Dat is al eeuwen oud.
Dat zegt dat spreken zilver is
Maar zwijgen dat is goud.
Dus zeg gauw niet wat je weet
En weet steeds wat je zegt.
Dan brandt je niet zoo gauw je tonf,
Gezegd dat is gezegd.
Refrein:
Als je maar nooit wat zegt
Kan je niets gebeuren.
Als je maar nooit wat zegt
Komt alles weer terecht.
Je moet niet zwammen en niet zwetsen,
Je moet niet konkelen en kletsen
Als je maar nooit wat zegt,
Dan komt alles op z'n pootjes terecht.
Van praten komt maar praten dan.
Zoo tippel je er in.
Heusch hou je van de domme
Maar zeg zinnen zonder zin.
Want flap je er maar alles uit
Dan praat je je maar vast.
Een woordje is dan soms je strop
Dan krijg je poppekast.
Denk eerst goed na voordat je spreekt,
Zoo vaak heb je het mis.
Want weet dat veel waarvan
Je praat toch meestal anders is.
Want hooren, zien en zwijgen
Dat voorkomt vaak heel veel leed.
Kijk eerst de kat eens uit de boom
Tot je je weetje weet.

Op de bergen
(Wals)
Tekst: Lou de Groot. Muziek: Albert de Boetj.
Muziek voor piano en zang 50 cent.
Ik kom uit de bergen van 't mooie Tirool
Daar leef ik me uit in een leven vol jool,
Ik pluk op de bergtop mijn bos Edelweis»
Zooals jullie beneden je sla en radijs.
Refrein:
Op de bergen wil ik zijn met m'n jodelrefrein
Hoeladié, Hoeladié, Hoeladio, Juchhé.
Daar wiegt Seppel op zijn knie Blonde Annemarie
Hoeladié, Hoeladié, Hoeladio.
Daar klinkt in de verte den herder zijn lustig lied.
Maar onze geliefden, ze hooren hem niet.
Op de bergen wil ik zijn met m'n jodelrefrein
Hoeladié, Hoeladié, Hoeladio, Juchhé.
Ik tuur uit de hooge op d' aardbodem neet
En woon op de vliering van de stratosfeer.
Je voelt je verheven, je bent er wat mans,
En je draait er de vroolijke Schuhplatlertaaz.
Zacht loeien de koeien beneden in 't dal
Bij t ruischen en bruisen van de waterval,
'k Verfrisch er mijn body in 't paarlende as
Daar ben ik de Tiroolsche Strsanaa ja 't feaë

De Parapluie-Koopman
(Umbrella-man).
Holl. tekst: JACQUER VAN TOL wals
Muziek voor piano en zang 40 cent.
k Heb grooten
En kleinen
Met echte
Baleinen
Refrein:
Tjonge, jonge, jonge!
Tjonge, jonge, jonge!
Wat weer een weer!
Mooie regenschermen!
Mooie regenschermen
Juffrouw, meneer!
Koop een parrasol!
Beschut je bol
De zon wordt heet
Of een parapluie!
We krijgen sju!
Voordat je 't weet!
Spetter - spatter - spetter
Spetter - spatter - spetter
Hoor je dat nou?
Spetter - spatter - spetter!
Spetter - spatter - spetter'
't Saust al, juffrouw!
Kijk eens wat de Bilt zegt!
O, wat wordt het slecht!
Tjonge, jonge, jonge, jonge wat een weer!
't Regent pijpenstelen, ied'ren keer!
Mooie regenschermen,
Ze zijn er weer!
Look met één oog
Even omhoog,
't Blijft weer niet droog
Koop nu een parapluie vederlicht
Zon- en waterdicht
Straks komt er sop,
'k Voel al een drop.
op, zet 'm op!
Heb je een parapluie als het gie
Krijg je zóó een Griet:

Spetter • 3patter - spetter
Spetter - spatter - spetter
Hoor je dat nou?
Spetter - spatter - spetter!
Spetter - spatter - spetter!
't Saust al, juffrouw!
Kijk eens wat de Bilt zegt!
O, wat wordt het slecht!
Tjonge, jonge, jonge, jonge wat een weeri
't Regent pijpenstelen, ied'ren keer!
Mooie regenschermen,
Ze zijn er weer!
Korenbloemen Blanw.
Muziek: G. Jussenhoven. Tekst: Scholte.
Meisjelief luister eens even
Wat ik je nu zeggen moet
Jij bent het schoonst' in mijn leven
't Doet toch mijn hart zo goed.
Je figuurtje zo slank en zo prachtig
Reusachtig je lijn.
Maar van alles bij jou
't Meeste ik hou
Dat zing ik in dit refrein:
Refrein:
Koerenbloemenblauw'
Zijn je ogen. die mij aan jou binden
Koerenbloemenblauw is de hemel waar wij ons bevinden
Daarom m'n liefste, zweer ik je trouw
't Komt door die kijkers van jou.
KORENBLQEMENöLAUW.
Ik wil je mijn liefde schenken
Met jouw steeds gelukkig zijn
Bij alles wil 'k aan je denken
Regen, 't zij zonneschijn
En gebeurt het somwijl, dat er nare gevaren ons dreigt
Dan kijk ik in je toet 't wordt dan weer goïd
Als mijn blik de jouwe krijgt.
Refrein:

Oui Madame
,

Menig Hollar.dsch burgerman
Maakt een grootsch vacantiepiac
En hii reist dan chique met Moe
Heel naar Mont-Martre toe.
Als hij landgenooten ziet.
Zegt hij: vrouw, verspreek je niet,
Laat ze denken, dat staat fijn,
Dat wij twee Franschen zijn.
Diep in je oogen
In deinen augen — Tango.
Tekst: G. J. v. Zuylen. Muziek: Eug. Charmon.
Jij bent toch mijn één en al, mijn levens ideaal.
Jij bent voor mij het grootste bezit op aard!
Je parelende lach klinkt als een klok van fijn metaal
Voor jou te leven is de moeite waard!
Refrein:
Diep in je oogen heb ik gelezen,
De groote liefde, die je hart vervult.
Je donk're oogen, zijn als een spiegel,
Die mij je groot geheim, als een schat onthult!
Daar staat te lezen: ,,Ik hou alleen van jou!"
Daar staat dat jij belooft: ,.Ik blijf je eeuwig trouw"
Diep in je oogen, heb ik gelezen.
De groote liefde, die je hart vervult!

H. OORTHUIS
LIEDERENHANDEL
KORT2 KEIZERSTRAAT 12
AMSTERDAM (CENTRUM)
TELEFOON 43221