De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Hoe Engeland zijn vrienden behandelt<br />
<strong>De</strong> gebeurtenissen <strong>van</strong> onzen tijd volgen elkander snel<br />
op. Een ding echter moet in de herinnering <strong>van</strong> de volken<br />
wakker gehouden worden. Dat is de behandeling die Engeland,<br />
ook in lateren tijd, zijn bondgenooten en onderhoorige<br />
volken deelachtig doet worden.<br />
Vooreerst de voorgeschiedenis. Februari 1941 liet de<br />
Amerikaan Wood in een zitting <strong>van</strong> de senaatscommissie<br />
zich ontvallen, dat Churchill hem in 1936 verklaard had:<br />
„Duitschland wordt ons te machtig. Wij moeten<br />
Duitschland vernietigen."<br />
Chamberlains doel in München.<br />
In 1938 werd tusschen Hitler en den toenmaligei<br />
Engelschen minister-president Chamberlain een overeenkomst<br />
betreffende <strong>het</strong> herstel <strong>van</strong> den vrede in <strong>het</strong><br />
Zuidoostelijk grensgebied getroffen. Hierbij werd de volgende<br />
verklaring geteekend;<br />
„Wij beschouwen deze overeenkomst als symbolisch voor<br />
den wensch <strong>van</strong> onze beide landen om nooit weer met<br />
elkander oorlog te voeren."<br />
<strong>De</strong>n 19en October 1940 verried de „Times" om welke<br />
reden Chamberlain de verklaring <strong>van</strong> München onderteekend<br />
had:<br />
„Als de geschiedenis <strong>van</strong> München eens geschreven zal<br />
worden, mag niet worden vergeten dat Chamberlains politiek<br />
ons en Frankrijk een jaar tijd gaf om ons op den<br />
oorlog voor- te bereiden."<br />
<strong>De</strong> handteekening, die Chamberlain onder de verklaring<br />
<strong>van</strong> München zette is daardoor voor altijd <strong>het</strong><br />
zinnebeeld <strong>van</strong> de Engelsche trouweloosheid geworden.<br />
Engeland wilde den oorlog, maar andere volken moesten<br />
hiervoor bloeden.<br />
Engelands verraad jegens Polen.<br />
Om de vastberadenheid <strong>van</strong> de Poolsche regeering tot<br />
<strong>het</strong> voeren <strong>van</strong> den oorlog te sterken, werd haar een onbegrensde<br />
garantiebelofte gegeven. <strong>De</strong>ze belofte <strong>van</strong> hulp<br />
was voor Polen de aanleiding om zich over <strong>het</strong> royale<br />
vredesaanbod <strong>van</strong> Hitler heen te zetten en Duitsche grensplaatsen<br />
in Opper-Silezië met granaten te beschieten. Nu<br />
was Hitler gedwongen om de weermacht te doen optreden.<br />
Binnen 18 dagen was de Poolsche weermacht vernietigd.<br />
Polens goudschat hadden de naar Roemenië<br />
gevluchte machthebbers meegenomen. Daar<br />
werd hij op een Engelsch schip geladen, dat<br />
hem naar Londen ontvoerde.<br />
Polen had vergeefs op Engelsche hulp gehoopt. In de<br />
zitting <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche Lagerhuis verklaarde de voormalige<br />
minister-president Lloyd George: „Wij hebben<br />
niet één enkele vliegmachine naar Polen gestuurd." Zoo<br />
* werd Polen tot den oorlog opgehitst en daarna smadelijk<br />
in den steek gelaten.<br />
Engelands verraad jegens Noorwegen.<br />
Toen Polen neergeworpen was zochten en vonden de<br />
Engelsche machthebbers een nieuw slachtoffer. <strong>De</strong> Noorsche<br />
regeering werd met succes bewerkt. Engelsche troepen<br />
zouden in Noorwegen landen. Maar de Duitsche vloot<br />
was er een uur eerder. Zij kon wel is waar de landing <strong>van</strong><br />
Engelsche troepen niet verhinderen. Het Noorsche leger<br />
koos de zijde der Engelschen. Zoo kwam <strong>het</strong> in April 1940<br />
tot een strijd tusschen de Duitsche troepen aan den eenen<br />
en Noorsche en Engelsche troepen aan den anderen kant.<br />
Zeer spoedig trokken de Engelsche zich weer terug. <strong>De</strong><br />
naam Andalsnes zal steeds aan de laffe vlucht der Engelschen<br />
herinneren.<br />
<strong>De</strong>n 15en Mei schreef <strong>het</strong> Stockholmsche blad „Svenska<br />
Dagbladet" over den op een vlucht gelijkenden aftocht<br />
<strong>van</strong> de Engelschen uit <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> den strijd bij<br />
Namsos o.a.:<br />
„<strong>De</strong> plotselinge inscheping <strong>van</strong> de Engelsche troepen<br />
te Namsos was voor den Noorschen opperbevelhebber<br />
Overste Götz als een bliksemslag uit den helderen hemel<br />
gekomen. Kort tevoren had namelijk een bespreking plaats<br />
gehad over een gemeenschappelijken aanval in de buurt<br />
<strong>van</strong> Stejer. Enkele uren later — <strong>het</strong> was 's nachts om 23<br />
uur — ontving Overste Götz <strong>van</strong> den Engelschen generaal<br />
Carton de Wiart den volgenden brief:<br />
„Geachte Overste Götz! Ik deel U hierdoor mede, dat wij<br />
dit gebied moeten ontruimen. Wij laten een groote<br />
hoeveelheid materieel achter en hopen dat dit voor Uw<br />
dapper leger <strong>van</strong> groot nut zal zijn."<br />
Op <strong>het</strong> tijdstip waarop Overste Götz dezen brief ontving<br />
hadden zich de Engelsche troepen reeds heimelijk in<br />
de haven <strong>van</strong> Namsos ingescheept. Het laatste Britsche<br />
slagschip schoot nog een groot aantal achter gebleven<br />
automobielen kapot. <strong>De</strong> Noren kregen dus een puinhoop<br />
op te ruimen.<br />
Dat was hun „groote nut". Maar de Noorsche couranten<br />
schreven: „<strong>De</strong> waarheid is, datwij schandelijk<br />
in den steek gelaten zijn."<br />
<strong>De</strong> Noorsche goudschat echter was door de<br />
Engelschen naar Londen in „veiligheid" ge=<br />
bracht.<br />
In <strong>het</strong> Engelsche Lagerhuis verklaarde daarop Lord<br />
Halifax met cynische openhartigheid: „Wij hebben besloten<br />
om elders operaties te beginnen ten einde<br />
onze verliezen te beperken."<br />
Het verraad jegens Nederland en België.<br />
Nederland en België hadden hun neutraliteit opgegevên<br />
en hun grenzen tegen Duitschland tot een vesting gemaakt,<br />
tegen Engeland en Frankrijk daarentegen waren geen veiligheidsmaatregelen<br />
getroffen. <strong>De</strong> Duitsche regeering had tijdig<br />
kennis gekregen <strong>van</strong> den voorgenomen opmarsen naar <strong>het</strong><br />
Roergebied en verijdelde dit plan door op 10 Mei snel toe te<br />
slaan. Binnen vijf dagen was de vesting Holland overweldigd.<br />
Bij den opmarsch <strong>van</strong> <strong>het</strong> Duitsche leger werden in<br />
Calais documenten der Fransche politie gevonden. In een<br />
daar<strong>van</strong> wordt gezegd:<br />
„In geval <strong>van</strong> <strong>het</strong> overschrijden <strong>van</strong> de Nederlandsche<br />
grens door de Duitsche troepen zullen de Koninklijke<br />
Familie en de Nederlandsche regeering naar Engeland<br />
vluchten, waar reeds alle voorbereidselen voor de ont<strong>van</strong>gst<br />
<strong>van</strong> deze persoonlijkheden getroffen zijn. 25 Nederlandsche<br />
vliegmachines zullen steeds voor de vlucht <strong>van</strong><br />
de doorluchtige persoonlijkheden en de Nederlandsche<br />
regeering gereed staan."<br />
<strong>De</strong> „<strong>De</strong>utsche Zeitung in den Niederlanden" stelde<br />
tegenover dit document een verklaring <strong>van</strong> Princes Juliana<br />
<strong>van</strong> 8en Mei 1940, die 0. a. luidt: „Het Huis Oranje is nog<br />
voor geen enkel gevaar gevlucht,"<br />
<strong>De</strong> vlucht was echter reeds op zijn laatst in April voorbereid.<br />
Ze geschiedde ook feitelijk onmiddelijk na <strong>het</strong><br />
binnenrukken <strong>van</strong> de Duitsche troepen. Maar terwijl de<br />
Nederlandsche soldaten vochten en stierven had Engeland<br />
andere zorgen. In een bericht <strong>van</strong> <strong>het</strong> Engelsche blad<br />
Nr i.)j4 NP