De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
De breuk van het voorvredesverdrag van Versailles.
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Daarentegen groeit <strong>het</strong> aantal Duitsche onderzeeërs<br />
in een steeds toenemend tempo, want deze booten<br />
kunnen seriesgewijze gebouwd en in minder dan twaalf<br />
maanden na de kiellegging reeds in dienst gesteld worden.<br />
In samenhang hiermede kan men de woorden <strong>van</strong><br />
Adolf Hitler citeeren: „Maar onderzeebooten worden<br />
nog en nog gebouwd."<br />
Kenmerkend zijn ook de cijfers die in Duitschland<br />
gepubliceerd zijn over de in den grond geboorde<br />
vijandelijke handelstonnage. In <strong>het</strong> tweede halfjaar <strong>van</strong><br />
1940 zouden de Duitsche onderzeeërs 3,2 millioen en de<br />
luchtmacht 0,7 millioen brt. tot zinken gebracht hebben.<br />
Daarrbij zijn de verliezen door Duitsche mijnen, die<br />
voortdurend in de Engelsche havens uitgelegd worden,<br />
slechts voor een klein deel meegerekend, daar de<br />
meeste door mijnen veroorzaakte scheepsrampen onbekend<br />
blijven. Buitendien zouden 264 Engelsche of in<br />
Engelschen dienst varende handelsschepen met meer<br />
dan 2 millioen brt. beschadigd geworden zijn<br />
Zelfs wanneer deze cijfers niet absoluut juist zijn,<br />
geven zij toch een schrikwekkende schildering <strong>van</strong> de<br />
uitwerking <strong>van</strong> den zee- en luchtoorlog op de gevoeligste<br />
plek <strong>van</strong> de Engelsche volkshuishouding, ml. op<br />
de verzorging met levensmiddelen en grondstoffen.<br />
Volgens de berekeningen <strong>van</strong> neutrale vaklieden moet<br />
Engeland sedert hef begin <strong>van</strong> den oorlog tot einde<br />
1940 minstens de helft <strong>van</strong> de eigen en <strong>van</strong> de vreemde<br />
voor Engeland varende tonnage verloren hebben. Geen<br />
wonder dus dat de Engelsche regeering thans de Vereenigde<br />
Staten nog dringender om scheepsruimte dan<br />
om wapens verzoekt. Maar oude handelsschepen zijn<br />
te langzaam en in de exploitatie te oneconomisch.<br />
Buitendien houden zij in <strong>het</strong> konvooi de snellere schepen<br />
op en stellen deze zoodoende nog meer aan de gevaren<br />
<strong>van</strong> de Duitsche onderzeeërs bloot. Het bouwen<br />
<strong>van</strong> nieuwe schepen duurt daarentegen te lang: voor<br />
1942 kunnen niet eens de eenvoudigste typen geleverd<br />
worden.<br />
Hoe lang Engeland nog aan de Duitsche blokkade<br />
weerstand kan bieden hangt volkomen af <strong>van</strong> de manier<br />
waarop Duitschland den zeeoorlog voert. Politieke invloeden<br />
spelen daarbij geen beslissende rol.<br />
Als men de positie <strong>van</strong> de beide tegenstanders bij<br />
<strong>het</strong> begin <strong>van</strong> den oorlog vergelijkt met de tegenwoordige<br />
positie, dan kan men zeggen, dat<br />
Duits ch land zeer veel sterker en Enge<br />
land zeer veel zwakker<br />
geworden is, en dat over den afloop <strong>van</strong> den oorlog<br />
op zee, in de lucht of ook op <strong>het</strong> land beslist kan worden.<br />
Als men de vergelijking nog verder wil doorvoeren,<br />
kan men ook de verliezen <strong>van</strong> de beide tegenstanders<br />
aan oorlogsschepen in rekening stellen. <strong>De</strong> Engelsche<br />
admiraliteit heeft bekend gemaakt, dat Engeland ongeveer<br />
460 000 tons verloren heeft, terwijl de Duitsche verliezen<br />
75 000 tons bedragen. Daarbij was de strategie<br />
en de taktiek <strong>van</strong> de Duitsche vloot, ondersteund door<br />
den aanvalsgeest en de offervaardigheid <strong>van</strong> de<br />
Duitsche Luchtmacht, in hoogste mate offensief.<br />
<strong>De</strong> Duitsche vliegers verzorgen de Hochseeflofte met<br />
berichten over de positie en de sterkte der vijandelijke<br />
zeestrijdkrachten en zorgen ook voor de berichten aan<br />
de onderzeeërs, waar deze ook op de verre oceanen<br />
mogen kruisen. Er kan er geen twijfel over bestaan, of<br />
de Engelsche vloot en de marineluchtmacht hebben <strong>het</strong><br />
uiterste geprobeerd, om den vijand schade toe te<br />
voegen. Het succes was echter onbeduidend en de verliezen<br />
stonden niet in evenredigheid met die <strong>van</strong> den<br />
tegenstander. <strong>De</strong> voortdurend wisselende leiding in<br />
de Britsche Admiraliteit heeft er zonder twijfel toe bijgedragen,<br />
om <strong>het</strong> vertrouwen in de vloot zelf te ondermijnen.<br />
Tegenwoordig is de taak <strong>van</strong> de Engelsche vloot<br />
dermate om<strong>van</strong>grijk, dat ze alleen doör een overeenkomstig<br />
opgevoerde paraafheid op de steunpunten, in<br />
de havens en wat de verdere hulpmiddelen betreft, bedwongen<br />
kan worden. Daar deze zich niet meer in de<br />
vereischte conditie bevinden, de wapeningsindustrie<br />
groote schade geleden heeft, en de strategische positie<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> eilandenrijk steeds moeilijker geworden is, kan<br />
<strong>het</strong> resultaat <strong>van</strong> een objectief onderzoek, niettegenstaande<br />
de materieele meerderheid <strong>van</strong> de Engelsche<br />
vloot, niet anders duiden dan op de verrassende waarschijnlijkheid<br />
<strong>van</strong> een spoedige Duitsche overwinning.<br />
Verantwoordelijke Uitgever: President Heinrich Kessemeier, Hamburg 13, Hochallee 127<br />
Falken-Verlag, Hamburg