Kom Bathmen - Gemeente Deventer

Kom Bathmen - Gemeente Deventer Kom Bathmen - Gemeente Deventer

ruimtelijkeplannen.deventer.nl
from ruimtelijkeplannen.deventer.nl More from this publisher
15.08.2013 Views

estemmingsplan Kom Bathmen Daarnaast is voor de toekomstige situatie het rapport 'Toekomstverkenning vervoer gevaarlijke stoffen over de weg 2007' opgesteld. Ook hieruit blijkt dat bij toepassing van het scenario met de hoogste groei van het wegverkeer, er ter hoogte van Bathmen geen sprake is van een 10-6 plaatsgebonden risicocontour of van een overschrijding van de oriënterende waarde van het groepsrisico. Bereikbaarheid Bathmen beschikt over een brandweerpost die de eerste uitruk verzorgt. De post Deventer verzorgt de tweede uitruk. Bij zware calamiteiten waarbij de windrichting een rol speelt, zijn er vanuit Deventer zijn er voldoende mogelijkheden om bovenwinds aan te rijden. Dit is mogelijk via de snelweg A1 of de Deventerweg. Bestrijdbaarheid Binnen het plangebied is voldoende voorzien in bluswatervoorzieningen. Zelfredzaamheid Binnen het plangebied zijn de sirenes voor het waarschuwen bij calamiteiten goed hoorbaar. Het plangebied is goed ontsloten wat betreft vluchtmogelijkheden bij calamiteiten. Er kan altijd van de risicobronnen af gevlucht worden. Ook kunnen bij verschillende windrichtingen alternatieve routes gekozen worden. Richting zuiden zijn er twee mogelijkheden om de snelweg A1 te passeren. De Gorsselseweg en de Marsdijk. Richting noorden kan het spoor gepasseerd worden via de Koekendijk en de Apenhuizerweg. In westelijke richting kan via de Deventerweg gevlucht worden en in oostelijke richting via de Looweg. 5.3.5.2 Nieuwe ontwikkelingen Nieuwe regelgeving voor hogedrukaardgasbuisleidingen Naar verwachting wordt binnenkort nieuwe regelgeving van kracht voor aardgasbuisleidingen. Het concept van deze regelgeving, genaamd “Besluit externe veiligheid aardgasbuisleidingen” is reeds gepubliceerd. Het ministerie van VROM heeft verzocht om bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen vooruit te lopen op deze regelgeving, en het groepsrisico ten gevolge van de aardgasbuisleiding te berekenen. Het gebied waarbinnen het groepsrisico dient te worden berekend strekt zich uit tot 540 meter van de leiding met nummer A-522. Binnen dit gebied doen zich echter geen nieuwe ruimte ontwikkelingen voor. Centrumgebied Ten noorden van het plangebied bevindt zich het spoor Deventer – Almelo waarover vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor plaatsvindt. Binnen de zone van 200 meter vanaf het spoor ligt de ontwikkellocatie. Het hoogte van het plaatsgebonden risico en het groepsrisico is voor deze locatie berekend in het rapport “Masterplan centrum Bathmen” van februari 2009 (DHV rapportnummer C1397-01-001). Daaruit blijkt dat de 10-6 plaatsgebonden risicocontour (PR) zich op maximaal 1 meter van het spoor bevindt. Binnen die zone bevindt zich geen kwetsbare bebouwing. Aan de normstelling voor het plaatsgebonden risico wordt voldaan. Het groepsrisico blijft bij volledige realisering van het masterplan ruim onder de oriënterende waarde. De ontwikkeling voldoet daarmee ruimschoots aan het ambitieniveau dat is vastgelegd in de gemeentelijke nota “Omgevingsvisie externe veiligheid” van juli 2007. 50

5.3.6 Ecologie 5.3.6.1 Algemeen bestemmingsplan Kom Bathmen Vanuit het oogpunt van natuurwetgeving is een aantal wettelijke regelingen relevant in het kader van dit bestemmingsplan. Het gebied is niet gelegen binnen de begrenzing van een Speciale Beschermingszone in het kader van de Vogel- en /of Habitatrichtlijn. Ook is het plangebied niet gelegen binnen de Ecologische Hoofdstructuur of een beschermd natuurmonument (Natuurbeschermingswet). Van toepassing is wel de sinds 1 april 2002 van kracht zijnde Flora- en faunawet. Deze wet voorziet in de bescherming van planten en dieren in heel Nederland. Onbekend is welke beschermde dier- en plantensoorten momenteel voorkomen in het plangebied. Gezien het overwegend bebouwde karakter van het plangebied zullen de natuurwaarden beperkt zijn. Uitzondering hierop vormen mogelijk de aanwezigheid van vleermuizen en de dier- en plantensoorten die voorkomen in groene deelgebieden. 5.3.6.2 Nieuwe ontwikkelingen Ruimtelijke ontwikkelingen in het plangebied dienen te allen tijde getoetst te worden aan de Flora- en faunawet. Voorafgaand aan grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen dient dan ook een inventarisatie van beschermde dier- en plantensoorten plaats te vinden, om duidelijkheid te verkrijgen in de aanwezigheid van de beschermde soorten. Voor alle (bouw)plannen geldt daarnaast dat de algemene zorgplicht in acht genomen moeten worden. Hiervoor zal zoveel mogelijk geprobeerd moeten worden om te voorkomen dat er nadelige gevolgen zijn van het handelen voor de in het wild levende dieren en planten (bijvoorbeeld het niet verontrusten of verstoren in kwetsbare perioden zoals de winterslaap, voortplantingstijd en de periode van afhankelijkheid van de jongen. Het verwijderen van de aanwezige bomen en struiken dient buiten het broedseizoen voor vogels (15 maart t/m 15 juli) te gebeuren. Centrumgebied Op 13 maart 2009 heeft Ecogroen een natuurtoets uitgevoerd voor het centrumgebied. De onderzochte locaties bestaan in totaal uit zes gebouwen. Het gaat om een schoolgebouw, een bibliotheek, een kantoor, een voormalig gemeentehuis en twee woningen. Deze gebouwen zullen geheel of deels gesloopt worden. Het voormalig gemeentehuis blijft staan maar wordt uitgebouwd. Het woonhuis Meesterspad 5 blijft mogelijk gehandhaafd, de werkplaats aan de achterzijde wordt wel gesloopt. Groenstructuren zijn aanwezig in de vorm van erfbeplanting. Permanent oppervlaktewater komt niet voor met uitzondering van een klein tuinvijvertje. De te slopen gebouwen, bestrating en beplanting in het plangebied zullen worden gesloopt/verwijderd, waarna een hotel en een aantal woningen zullen worden gerealiseerd. Uit de natuurtoets komt het volgende naar voren: Er zijn geen reptielen of beschermde flora, vissen en ongewervelden aangetoond of te verwachten; Vaste verblijfplaatsen van vleermuizen zijn mogelijk aanwezig in de diverse gebouwen in het plangebied. Alleen van Meesterspad 5 kan de aanwezigheid van vaste verblijfplaatsen van vleermuizen worden uitgesloten. De voorgenomen plannen hebben vooralsnog geen nadelige gevolgen op vlieg- en/ of jachtroutes en foeragerende vleermuizen; 51

5.3.6 Ecologie<br />

5.3.6.1 Algemeen<br />

bestemmingsplan <strong>Kom</strong> <strong>Bathmen</strong><br />

Vanuit het oogpunt van natuurwetgeving is een aantal wettelijke regelingen relevant in het<br />

kader van dit bestemmingsplan. Het gebied is niet gelegen binnen de begrenzing van een<br />

Speciale Beschermingszone in het kader van de Vogel- en /of Habitatrichtlijn. Ook is het<br />

plangebied niet gelegen binnen de Ecologische Hoofdstructuur of een beschermd<br />

natuurmonument (Natuurbeschermingswet).<br />

Van toepassing is wel de sinds 1 april 2002 van kracht zijnde Flora- en faunawet. Deze wet<br />

voorziet in de bescherming van planten en dieren in heel Nederland. Onbekend is welke<br />

beschermde dier- en plantensoorten momenteel voorkomen in het plangebied. Gezien het<br />

overwegend bebouwde karakter van het plangebied zullen de natuurwaarden beperkt zijn.<br />

Uitzondering hierop vormen mogelijk de aanwezigheid van vleermuizen en de dier- en<br />

plantensoorten die voorkomen in groene deelgebieden.<br />

5.3.6.2 Nieuwe ontwikkelingen<br />

Ruimtelijke ontwikkelingen in het plangebied dienen te allen tijde getoetst te worden aan de<br />

Flora- en faunawet. Voorafgaand aan grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen dient dan ook<br />

een inventarisatie van beschermde dier- en plantensoorten plaats te vinden, om duidelijkheid<br />

te verkrijgen in de aanwezigheid van de beschermde soorten.<br />

Voor alle (bouw)plannen geldt daarnaast dat de algemene zorgplicht in acht genomen moeten<br />

worden. Hiervoor zal zoveel mogelijk geprobeerd moeten worden om te voorkomen dat er<br />

nadelige gevolgen zijn van het handelen voor de in het wild levende dieren en planten<br />

(bijvoorbeeld het niet verontrusten of verstoren in kwetsbare perioden zoals de winterslaap,<br />

voortplantingstijd en de periode van afhankelijkheid van de jongen. Het verwijderen van de<br />

aanwezige bomen en struiken dient buiten het broedseizoen voor vogels (15 maart t/m 15 juli)<br />

te gebeuren.<br />

Centrumgebied<br />

Op 13 maart 2009 heeft Ecogroen een natuurtoets uitgevoerd voor het centrumgebied. De<br />

onderzochte locaties bestaan in totaal uit zes gebouwen. Het gaat om een schoolgebouw, een<br />

bibliotheek, een kantoor, een voormalig gemeentehuis en twee woningen. Deze gebouwen<br />

zullen geheel of deels gesloopt worden. Het voormalig gemeentehuis blijft staan maar wordt<br />

uitgebouwd. Het woonhuis Meesterspad 5 blijft mogelijk gehandhaafd, de werkplaats aan de<br />

achterzijde wordt wel gesloopt.<br />

Groenstructuren zijn aanwezig in de vorm van erfbeplanting. Permanent oppervlaktewater<br />

komt niet voor met uitzondering van een klein tuinvijvertje. De te slopen gebouwen, bestrating<br />

en beplanting in het plangebied zullen worden gesloopt/verwijderd, waarna een hotel en een<br />

aantal woningen zullen worden gerealiseerd.<br />

Uit de natuurtoets komt het volgende naar voren:<br />

Er zijn geen reptielen of beschermde flora, vissen en ongewervelden aangetoond of te<br />

verwachten;<br />

Vaste verblijfplaatsen van vleermuizen zijn mogelijk aanwezig in de diverse gebouwen in<br />

het plangebied. Alleen van Meesterspad 5 kan de aanwezigheid van vaste<br />

verblijfplaatsen van vleermuizen worden uitgesloten. De voorgenomen plannen hebben<br />

vooralsnog geen nadelige gevolgen op vlieg- en/ of jachtroutes en foeragerende<br />

vleermuizen;<br />

51

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!