300707 VNG Wijziging modelregeling ... - Besluitvorming

College voor Arbeidszaken
Kamer Gesubsidieerde Arbeid
Brief aan de leden
T.a.v. het college
i.a.a. uitvoeringsorganisaties Wsw
Informatiecentrum tel.
CvA (070) 373 8021
Onderwerp
Wijziging modelregeling
vakbondscontributie
Samenvatting
uw kenmerk
ons kenmerk
© VNG Extra exemplaren van deze brief zijn te bestellen via bovengenoemd telefoonnummer tegen vergoeding van € 0,45 per pagina.
Kopiëren t.b.v. intern gebruik door leden VNG is toegestaan
CvA/KGA/U200701287
Lbr: 07/92
bijlage(n)
3
Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel 070 373 83 93 Fax 070 363 56 82 www.vng.nl
Datum
30 juli 2007
In de huidige CAO voor de sociale werkvoorziening die loopt van 1 januari 2006 tot 1 november 2007 zijn
een tweetal afspraken gemaakt met betrekking tot de vakbondscontributie. Het gaat hier om:
• de afspraak dat de werkgever aan de werknemer die lid is AbvaKabo FNV of van CNV Publieke
Zaak een bijdrage geeft van 50% van de contributie en
• de afspraak dat de werkgevers meewerken aan de fiscalisering van de vakbondsbijdrage. Door
deze laatste afspraak ontstaat voor de werknemer een belastingvoordeel.
Bovenstaande afspraken zijn uitgewerkt in de zogenaamde modelregeling vakbondscontributie, die
november 2006 tot stand is gekomen. Deze modelregeling is door de VNG op 28 november 2006 aan de
leden bekendgemaakt via een bericht op VNG-net (http://www.vng.nl/eCache/DEF/61/899.html).
In de praktijk zijn problemen gerezen met betrekking tot de uitvoering van één onderdeel van die afspraak,
de fiscalisering van de vakbondscontributie. Veel belastinginspecteurs waren van oordeel dat de
modelregeling op dit punt niet voldeed aan de eisen, waardoor de door sociale partners afgesproken
fiscalisering van de vakbondscontributie in veel belastingregio’s niet uitvoerbaar was en werknemers aldus
geen belastingvoordeel genoten.
Om een oplossing te creëren voor de gerezen problemen is door de organisaties van werknemers en
werkgevers in de sociale werkvoorziening intensief overleg gevoerd met de belastingdienst. Dit overleg
heeft geresulteerd in een akkoord tussen sociale partners en belastingdienst over een nieuwe
modelregeling, de modelregeling vakbondscontributie 2007 en volgende jaren.
In deze brief wordt u over deze nieuwe modelregeling geïnformeerd.

College voor Arbeidszaken
Kamer Gesubsidieerde Arbeid
Aan de leden
Informatiecentrum tel.
CvA (070) 373 8021
onderwerp
wijziging modelregeling
vakbondscontributie
Geacht college,
uw kenmerk
ons kenmerk
CvA/KGA/U200701287
Lbr.07/92
bijlage(n)
3
Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel 070 373 83 93 Fax 070 363 56 82 www.vng.nl
Datum
27 juli 2007
1. Inleiding
In de huidige CAO voor de sociale werkvoorziening die loopt van 1 januari 2006 tot 1 november 2007 zijn
een tweetal afspraken gemaakt met betrekking tot de vakbondscontributie. Het gaat hier om:
• de afspraak dat de werkgever aan de werknemer die lid is AbvaKabo FNV of van CNV Publieke
Zaak een bijdrage geeft van 50% van de contributie en
• de afspraak dat de werkgevers meewerken aan de fiscalisering van de vakbondsbijdrage. Door
deze laatste afspraak ontstaat voor de werknemer een belastingvoordeel.
Bovenstaande afspraken zijn uitgewerkt in de zogenaamde modelregeling vakbondscontributie, die
november 2006 tot stand is gekomen. Deze modelregeling is door de VNG op 28 november 2006 aan de
leden bekendgemaakt via een bericht op VNG-net (http://www.vng.nl/eCache/DEF/61/899.html).
In de praktijk zijn problemen gerezen met betrekking tot de uitvoering van één onderdeel van die afspraak,
de fiscalisering van de vakbondscontributie. Veel belastinginspecteurs waren van oordeel dat de
modelregeling op dit punt niet voldeed aan de eisen, waardoor de door sociale partners afgesproken
fiscalisering van de vakbondscontributie in veel belastingregio’s niet uitvoerbaar was en werknemers aldus
geen belastingvoordeel genoten.
Om een oplossing te creëren voor de gerezen problemen is door de organisaties van werknemers en
werkgevers in de sociale werkvoorziening intensief overleg gevoerd met de belastingdienst. Dit overleg
heeft geresulteerd in een akkoord tussen sociale partners en belastingdienst over een nieuwe
modelregeling, modelregeling vakbondscontributie 2007 en volgende jaren, kortweg modelregeling
vakbondscontributie 2007.
Werkgevers die deze nieuwe modelregeling toepassen hanteren en toepassen mogen er op vertrouwen dat
de inspecteur accepteert dat er sprake is van een wijziging van de overeengekomen beloning en dat aldus
de werknemer navenant minder belasting betaalt.
Wanneer werkgevers in 2006 de vorige regeling hebben uitgevoerd, kunnen ook voor het jaar 2006
eventuele problemen met terugwerkende kracht worden opgelost. In de woorden van de belastingdienst:
Ook werkgevers die in 2006 de oorspronkelijke regeling hebben gehanteerd en toegepast mogen er op

vertrouwen dat de inspecteur haar realiteitswaarde (noot: van de wijziging van de overeengekomen
beloning) als zodanig accepteert. Omdat de wijze van uitvoering in 2006 (zeer) verschillend kan zijn
vormgegeven, betekent het met terugwerkende kracht accepteren van de realiteitswaarde uiteraard niet
dat ongeacht de wijze van uitvoering de beoogde fiscale gevolgen zullen worden geaccepteerd. Echter,
door ook voor 2006 realiteitswaarde aan te nemen zullen naar verwachting veel discussies beslecht of
voorkomen kunnen worden.
In het hiernavolgende wordt u geïnformeerd over de nieuwe modelregeling en de wijzigingen ten opzichte
van de oude regeling.
2. Korte schets van de problematiek, oplossing en consequenties
2.1. Problematiek
In de CAO is afgesproken dat de werkgever, op verzoek van de werknemer, 50% van de
werkgeversbijdrage vergoedt aan de werknemer. Deze vergoeding is belastingvrij.
Daarnaast is voor de resterende 50% afgesproken dat deze, eveneens op verzoek van de werknemer,
wordt gefiscaliseerd. Eenvoudig gezegd betekent dit dat de overeengekomen beloning van de werknemer
wordt verlaagd met een bedrag gelijk aan 50% van de vakbondscontributie en de werkgever tegelijkertijd
aan die werknemer, belastingvrij, een vergoeding verstrekt van 50% van de vakbondscontributie. Door de
verlaging van de beloning ontstaat een belastingvoordeel, omdat de werknemer minder loonbelasting hoeft
te betalen. Deze laatste afspraak, de fiscalisering, of beter gezegd deze uitruil, leverde problemen op.
Een aantal belastinginspecteurs was van oordeel dat onder de oude modelregeling de verlaging van de
overeengekomen beloning te weinig realiteitswaarde had. Zowel uit de CAO-tekst als uit de door de
werknemer in te leveren verklaring blijkt volgens deze inspecteurs onvoldoende dat er sprake is van een
wijziging in de samenstelling van de overeengekomen beloning (in andere woorden: een uitruil van loon
tegen vakbondsbijdrage), en de gevolgen die de overeengekomen verlaging van het loon kunnen hebben op
sociale zekerheidsuitkeringen, inkomensgerelateerde subsidies en pensioenopbouw.
Daarnaast heeft de belastingdienst voor wat betreft het pensioen in een schriftelijke reactie (zie bijlage 3)
nog eens expliciet laten weten dat, om de realiteitswaarde voldoende tot uitdrukking brengen, aan de
werknemer duidelijk moet worden gemaakt dat aan de wijziging van de beloning ook gevolgen kunnen zijn
verbonden voor onder meer de pensioenopbouw. Dit vloeit voort uit het feit dat de wet maxima stelt aan de
te hanteren opbouwpercentages.
2.2. Oplossing
De gerezen problemen zijn de CAO-partijen aanleiding geweest om een nieuwe modelregeling
vakbondscontributie uit te werken, die voldoet aan de eisen van de belastingdienst. In dat kader hebben de
CAO-partijen de volgende acties moeten ondernemen.
1. Partijen zijn overeengekomen om de tekst van de CAO en de toelichting op de tekst van de CAO te
wijzigen in die zin dat niet langer wordt gesproken van ‘verrekening met het bruto loon’, maar van het
‘wijzigen van de samenstelling van de overeengekomen beloning’ (zie bijlage 1). Conform de nieuwe
modelregeling die sociale partners zijn overeengekomen en die in paragraaf 3 is beschreven, vindt deze
wijziging van de beloning vindt plaats door uitruil van een gedeelte van de eindejaarsuitkering met 50%
van de vakbondscontributie.
2. Partijen hebben een formulier ‘wijziging samenstelling overeengekomen beloning’ ontwikkelt, dat door
werkgever en werknemer ondertekend moet worden (zie bijlage 2). Met het formulier ”wijziging
samenstelling overeengekomen beloning” wordt de werknemer conform de eisen van de belastingdienst
geattendeerd op het feit dat aan de wijziging van de overeengekomen beloning gevolgen verbonden
kunnen zijn voor onder meer de pensioenopbouw, het recht op sociale zekerheidsuitkeringen en
inkomensgerelateerde subsidies. Dit formulier moet alleen ingevuld worden indien de werknemer
gebruik wil maken van de uitruil van de vakbondscontributie, indien hij alleen gebruik maakt van de
werkgeversbijdrage, hoeft hij dit formulier niet in te vullen.
Onderwerp wijziging modelregeling vakbondscontributie Datum 30 juli 2007 02/05

2.3. Consequenties
Door ondertekening van het formulier ‘wijziging samenstelling overeengekomen beloning’ verklaart de
werknemer zich bewust te zijn van deze mogelijke gevolgen en gaat hij akkoord met de uitruil van een deel
van zijn eindejaarsuitkering tegen een vakbondsbijdrage. Op deze wijze komt hij tezamen met de werkgever,
die de verklaring mede moet ondertekenen, een aanpassing van de arbeidsovereenkomst overeen in
bovengenoemde zin.
Voor wat betreft de inkomensgerelateerde subsidies valt er geen algemeen beeld te schetsen van de
gevolgen, omdat dit per regeling verschilt.
Voor wat betreft de sociale zekerheidsuitkeringen leidt de verlaging van de eindejaarsuitkering tot een licht
lagere berekeningsgrondslag. Deze lagere berekeningsgrondslag leidt er enerzijds toe dat het te betalen
bedrag aan premies iets lager wordt, waardoor een netto voordeel ontstaat, maar leidt anderzijds ook bij
een mogelijk nog toe te kennen uitkering, tot een iets lagere uitkering.
Voor wat betreft de gevolgen voor de opbouw van pensioen geldt het volgende. Gelet op artikel 3.1 van het
pensioenreglement in combinatie met de definitie van eindejaarsuitkering vastgelegd in art. 25 lid 3b van de
CAO Sw, gelet op het feit dat de pensioenregeling van de sociale werkvoorziening voldoende ruimte biedt,
waardoor binnen de marges van de wet wordt gebleven en gelet op het feit dat ook aan alle andere
voorwaarden is voldaan, zijn de CAO partijen en het pensioenfonds PWRI van oordeel dat de uitruil via de
eindejaarsuitkering in de praktijk geen effect heeft op het pensioengevend loon.
De bovenstaande wijzigingen van de tekst van de CAO en het formulier ‘wijziging samenstelling
overeengekomen beloning’ gelden voor de vakbondscontributie 2007 en verdere jaren en zijn doorgevoerd in
samenspraak met de belastingdienst. Deze nieuwe modelregeling wordt daarom geaccepteerd door iedere
belastinginspecteur. Voor 2006 geldt hetgeen is verwoord in de brief van de belastingdienst (bijlage 3) en
zoals dat cursief is opgenomen in de inleiding.
3. De nieuwe modelregeling vakbondscontributie 2007 en volgende jaren
3.1. Uitgangspunten nieuwe regeling
In de CAO en de toelichting op het desbetreffende artikel 26b is de wijze van uitvoering niet vastgelegd.
CAO-partijen zijn aanvullend daarom de nieuwe ‘modelregeling vakbondscontributie 2007 en volgende jaren’
overeengekomen.
De volgende uitgangspunten zijn bij deze modelregeling gehanteerd.
• Er is gekozen voor uitvoering van één keer per jaar
• Er is gekozen voor de eindejaarsuitkering in de maand december als enige ruilmogelijkheid.
• De werknemer neemt zelf het initiatief richting zijn werkgever en zorgt dat er voldoende bewijs
wordt geleverd om over te gaan tot uitvoering.
• De werknemer moet zich realiseren wat mogelijke consequenties zijn van fiscalisering en uitruil van
eindejaarsuitkering en vakbondsbijdrage en daarvoor tekenen.
• De werknemer mag ook alleen kiezen voor de werkgeversbijdrage.
• De werkgever moet ervan uit kunnen gaan dat de werknemer de contributie over dat jaar heeft
betaald en/of nog moet betalen op grond van de voorwaarden van de vakbond gezien hun
opzegtermijn. Dit moet blijken uit het bewijs waarmee de werknemer bij de werkgever komt, zodat
geen herrekening nodig is.
• Wanneer een werknemer in de loop van een jaar het dienstverband met de werkgever beëindigt, is
uitvoering van deze CAO regeling niet zonder meer mogelijk. Dit kan dus alleen maar wanneer de
werknemer in de betreffende maand een (gedeeltelijke) eindejaarsuitkering van de werkgever
ontvangt en tijdig een schriftelijk bewijs aan de werkgever overhandigt waarin de vakbond verklaart
wat de werknemer in dat jaar tot datum uitdiensttreding aan vakbondscontributie heeft betaald. In
Onderwerp wijziging modelregeling vakbondscontributie Datum 30 juli 2007 03/05

dat geval kan de werkgeversbijdrage naar rato worden toegekend en kan op verzoek uitruil
plaatsvinden met de eindejaarsuitkering.
• Deze modelregeling is afgestemd met de belastingdienst. (zie bijlage 3, brief belastingdienst)
3.2. Uitruil via eindejaarsuitkering
De sociale partners hebben er voor gekozen om de uitruil te laten plaatsvinden via de eindejaarsuitkering.
Deze keuze heeft een tweetal positieve effecten. Door de keuze om de uitruil alleen via de
eindejaarsuitkering te laten plaatsvinden kunnen in principe alle vakbondsleden meedoen met de uitruil, dus
ook de medewerkers die een inkomen hebben op het niveau van de Wet Minimumloon (WML), tenzij er
sprake is van loonbeslag of andere beperkende omstandigheden. Daarnaast verandert de hoogte van het
vakantiegeld niet. Artikel 24 lid 1 laatste volzin van de CAO SW bepaalt dat bij de bepaling van de hoogte
van de vakantietoeslag de eindejaarsuitkering niet wordt meegerekend.
3.3. Uitvoering
3.3.1. Rol vakbond
De vakbond stuurt medio oktober van ieder jaar aan hun leden die werkzaam zijn in de sociale
werkvoorziening een brief en folder die de werknemer informeert over de mogelijkheid, de keuzes en
consequenties.
Bij deze brief zit een brief waarin de vakbond verklaart dat de betreffende werknemer lid is van de
betreffende bond en welk bedrag aan contributie in dat betreffende jaar is voldaan. Gezien de opzegtermijn
van 3 maanden (AbvaKabo FNV) en 2 maanden (CNV Publieke Zaak) mag de werkgever op grond van de
brief van de vakbond, ondertekend door de werknemer ervan uitgaan dat de contributie zoals weergegeven
is voldaan of zal worden voldaan. De werkgever zal derhalve niet over hoeven gaan tot herrekening bij
eventuele afwijkende situaties.
In deze brief dient de werknemer tevens aan te geven welke keuzes hij wenst te maken, een keuze voor
alleen een werkgeversbijdrage in de contributie of tevens ook een keuze voor gebruikmaking van de fiscale
mogelijkheid van uitruil.
Ten behoeve van deze laatste optie wordt door de vakbond tevens het formulier ‘wijziging samenstelling
overeengekomen beloning’ (zie bijlage 2) toegevoegd, waarin de werknemer verzoekt om uitruil en waarmee
werknemer en werkgever bij ondertekening een aanpassing van de arbeidsovereenkomst overeenkomen.
Dit laatste formulier hoeft alleen te worden ingevuld te worden indien de werknemer naast de
vakbondsbijdrage ook gebruik wenst te maken van de fiscale mogelijkheid van uitruil.
3.3.2. Rol werknemer
De werknemer dient de brief van de vakbond met daarop zijn keuze(s) ingevuld en ondertekend vóór 15
november in te leveren bij zijn werkgever.
Indien hij gebruik maakt van de fiscale mogelijkheid van uitruil, dient hij tegelijkertijd ook het ingevulde en
ondertekende formulier ‘wijziging samenstelling overeengekomen beloning’ bij zijn werkgever in te leveren.
Op grond van brief en formulier gaat werkgever over tot de behandeling van het verzoek.
3.3.3. Rol werkgever
Na ontvangst van brief en, indien van toepassing, formulier van de werknemer gaat de werkgever, na het
formulier mede ondertekend te hebben, tot uitvoering over. Dat gaat door verwerking in de
salarisadministratie. De brief en formulier wordt door de werkgever bewaard in de administratie.
Hieronder staat een manier waarop dit wordt verwerkt op de salarisstrook.
Voorbeeld verwerking met eindejaarsuitkering
Stel: vakbondscontributie is € 150,00 op jaarbasis
Onderwerp wijziging modelregeling vakbondscontributie Datum 30 juli 2007 04/05

Eindejaarsuitkering 650,--
Verlaging eindejaarsuitk. ivm “uitruil” vakbondscontributie 75,-- -/-
Premie WW 3,85% x 575,--. 22,14 -/-
ZW-bijdrage WN 6,5% x 552,86 35,94 -/-
ZW-vergoeding WG 6,5% x 552,86 35,94
Loonheffing 42 % x 588,80 247,30 -/-
--------------
Netto variabel 305,56
Vergoeding vakbondscontributie door WG 75,--
Vergoeding vakbondscontributie in kader “uitruil” 75,--
--------------
Netto onbelast 150,--
Totaal uit te betalen 455,56
4. Samenvatting procedure modelregeling
• De vakbond stuurt medio oktober van het betreffende jaar het vakbondslid een brief waaruit blijkt
dat de werknemer lid is van de betreffende vakbond in het betreffende jaar en welk
contributiebedrag hij betaald heeft. Op deze brief kan de werknemer aangeven welke keuze(s) hij
wil maken; of hij alleen een vakbondsbijdrage wil ontvangen of dat hij ook gebruik wil maken van de
fiscale mogelijkheid van uitruil.
• Voor de fiscale mogelijkheid tot uitruil, is een wijziging van de samenstelling van de
overeengekomen beloning nodig, wat geregeld dient te worden door een wijziging in de
arbeidsovereenkomst. De werknemer ontvangt daarom van de vakbond eveneens een formulier
‘wijziging samenstelling overeengekomen beloning’, waarmee dit wordt gerealiseerd.
• De werknemer levert de brief van de vakbond dat hij lid is geweest en wat hij aan contributie heeft
betaald en met daarop zijn keuze(s) en, indien van toepassing, het formulier ‘wijziging samenstelling
overeengekomen beloning’ ingevuld en ondertekend vóór 15 november in bij de werkgever.
• De werkgever ondertekent in voorkomend geval het formulier ‘wijziging samenstelling
overeengekomen beloning’, archiveert de stukken en geeft uitvoering aan de regeling.
College voor Arbeidszaken van de VNG
Kamer Gesubsidieerde Arbeid
b.a.
drs. mr. C.M. Sjerps,
secretaris
Onderwerp wijziging modelregeling vakbondscontributie Datum 30 juli 2007 05/05