Hoorprotocol en Indicatieformat - Onvz
Hoorprotocol en Indicatieformat - Onvz
Hoorprotocol en Indicatieformat - Onvz
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Protocol t.b.v. verstrekk<strong>en</strong> van hoorhulpmiddel<strong>en</strong> in het kader van de<br />
Zorgverzekeringswet.<br />
Inleiding<br />
Dit protocol is vastgesteld door Zorgverzekeraars Nederland <strong>en</strong> is gebaseerd op:<br />
‐ de Basisrichtlijn Hulpmiddel<strong>en</strong>zorg (BRL)<br />
‐ de Veldnorm Hoortoestelverstrekking 2008, kortweg NOAH veldnorm.<br />
‐ het NOAH‐3 protocol (of in de toekomst nieuwe doorontwikkelde versie)<br />
‐ het (concept) protocol Hulpmiddel<strong>en</strong>zorg voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met hoorproblem<strong>en</strong><br />
‐ de Europese norm ‘Services offered by hearing aid professionals’ EN 15927;<br />
‐ het kwaliteitshandboek van de Stichting Audici<strong>en</strong>sregister, kortweg StAr‐handboek. (of in de<br />
toekomst nieuwe doorontwikkelde versie)<br />
Het protocol beschrijft de activiteit<strong>en</strong> van de audici<strong>en</strong> <strong>en</strong> geeft aan welke gegev<strong>en</strong>s minimaal moet<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> vastgelegd <strong>en</strong> hoe ze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />
Het protocol k<strong>en</strong>t acht stapp<strong>en</strong>:<br />
Stap 1 Probleem signaler<strong>en</strong> <strong>en</strong> triage<br />
In deze stap onderk<strong>en</strong>t/erk<strong>en</strong>t de cliënt dat hij e<strong>en</strong> hoorprobleem heeft ‐ de hulpvraag van de cliënt ‐<br />
<strong>en</strong> neemt hij – desgew<strong>en</strong>st ‐ contact op met e<strong>en</strong> zorgdeskundige. In overleg met de zorgdeskundige<br />
wordt het probleem nader omschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt het de cliënt helder wat de route is die hij kan<br />
volg<strong>en</strong>.<br />
Stap 2 Zorgvraag formuler<strong>en</strong><br />
In deze stap wordt het diagnostisch proces doorlop<strong>en</strong>. Het gaat erom de gezondheidstoestand <strong>en</strong> de<br />
prognose te bepal<strong>en</strong>. De gezondheidstoestand bestaat uit e<strong>en</strong> beschrijving van (problem<strong>en</strong> in) het<br />
functioner<strong>en</strong> van de cliënt <strong>en</strong> de daarop van invloed zijnde medische, externe <strong>en</strong> persoonlijke<br />
factor<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> is door e<strong>en</strong> arts de medische diagnose reeds gesteld; de problem<strong>en</strong><br />
in het functioner<strong>en</strong> <strong>en</strong> de externe <strong>en</strong> persoonlijke factor<strong>en</strong> die daarop van invloed zijn bepal<strong>en</strong> de<br />
functionaliteitsdiagnose.<br />
Als de cliënt niet is verwez<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> KNO‐arts of Audiologisch C<strong>en</strong>trum zal de audici<strong>en</strong> triage<br />
uitvoer<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de richtlijn<strong>en</strong> van de NOAH‐veldnorm.<br />
Hiertoe verricht de audici<strong>en</strong>:<br />
Audiometrische triage op basis van Toon‐ <strong>en</strong> Spraakaudiometrie<br />
Otoscopische triage op basis van otoscopie<br />
Psychosociale triage op basis van anamnese, e<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>lijst die is sam<strong>en</strong>gesteld uit <strong>en</strong>kele triage‐<br />
vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> de vrag<strong>en</strong> van de Amsterdam Inv<strong>en</strong>tory of Auditory Disability and Handicap (AIADH).<br />
o Deze vrag<strong>en</strong>lijst wordt door de cliënt zoveel mogelijk zelfstandig ingevuld. Hierbij<br />
verklaart cliënt formeel de vrag<strong>en</strong>lijst naar waarheid <strong>en</strong> zelfstandig in te vull<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> er<br />
hulp van derd<strong>en</strong> vereist is di<strong>en</strong>t dit te gebeur<strong>en</strong> zonder beïnvloeding van de audici<strong>en</strong>. Bij<br />
nieuwe hoortoestelgebruikers beschrijft de vrag<strong>en</strong>lijst de situatie zonder hoortoestell<strong>en</strong>;<br />
bij herhaal‐aanmeting<strong>en</strong> beschrijft de vrag<strong>en</strong>lijst de situatie met het oude hoortoestel cq.<br />
de oude hoortoestell<strong>en</strong>.
De uitkomst<strong>en</strong> van de triage leid<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s elders beschrev<strong>en</strong> richtlijn<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> uitslag pluis/niet‐<br />
pluis voor elk van de drie onderdel<strong>en</strong>. Op basis van de pluis/niet‐pluis uitkomst<strong>en</strong> van de triage<br />
wordt beslot<strong>en</strong> tot verwijzing van de cliënt naar e<strong>en</strong> KNO‐arts of Audiologisch C<strong>en</strong>trum, indi<strong>en</strong><br />
noodzakelijk. In dat geval wordt het protocol bij de audici<strong>en</strong> pas vervolgd na consultatie van de KNO‐<br />
arts of het Audiologisch C<strong>en</strong>trum.<br />
De uitkomst<strong>en</strong> van de triage word<strong>en</strong> vastgelegd, zie het indicatieprotocol<br />
Als de triage aangeeft dat de cliënt bij de audici<strong>en</strong> kan blijv<strong>en</strong> gaat de audici<strong>en</strong> verder met<br />
(aanvull<strong>en</strong>de) anamnese <strong>en</strong> (aanvull<strong>en</strong>d) onderzoek. Bij het formuler<strong>en</strong> van de zorgvraag gaat het<br />
erom, dat het voor de cliënt helder wordt wat zijn zorgvraag is, dat hij weet wat de medische /<br />
verwijsdiagnose is, wat de prognose is <strong>en</strong> bij welke cliënt<strong>en</strong>organisaties hij desgew<strong>en</strong>st terecht kan<br />
voor informatie <strong>en</strong> ondersteuning. Belangrijk is ook, dat tijd<strong>en</strong>s deze stap de cliënt <strong>en</strong> de<br />
zorgdeskundige zicht krijg<strong>en</strong> op de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van de cliënt in het algeme<strong>en</strong>.<br />
Het belang van het zelf kunn<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> activiteit hangt af van de situatie van de cliënt.<br />
Daarbij gaat het zowel om de gezinssituatie als om bijvoorbeeld de werksituatie (sommige<br />
activiteit<strong>en</strong> [bijv. het sprek<strong>en</strong> in het op<strong>en</strong>baar, of overlegg<strong>en</strong> met grote groep<strong>en</strong>] kunn<strong>en</strong> van cruciaal<br />
belang zijn in het kader van e<strong>en</strong> baan). In het kader van de gezinssituatie kan het relevant zijn om niet<br />
alle<strong>en</strong> de cliënt te bevrag<strong>en</strong> (welke activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> externe factor<strong>en</strong> zijn voor hem relevant) maar ook<br />
de (mantel)zorger c.q. andere gezinsled<strong>en</strong>.<br />
Het is van belang om tijd<strong>en</strong>s de anamnese inzicht te krijg<strong>en</strong> in de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> van de<br />
cliënt in het algeme<strong>en</strong>. Het gaat er daarbij om te wet<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> wat de cliënt wil, nu <strong>en</strong> in de<br />
(nabije) toekomst, <strong>en</strong> wat voor hem van belang is. Ook hierbij kan het relevant zijn om de<br />
mantel(zorger) / andere gezinsled<strong>en</strong> te bevrag<strong>en</strong>. De w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van<br />
specifieke hoorhulpmiddel<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> bij stap 3a aan bod.<br />
Bij het selecter<strong>en</strong> van hulpmiddel<strong>en</strong> is het relevant zicht te hebb<strong>en</strong> op de prognose. Dat geldt zowel<br />
voor de te verwacht<strong>en</strong> prognose van de ziekte / aando<strong>en</strong>ing als voor de te verwacht<strong>en</strong><br />
ontwikkeling<strong>en</strong> rond het functioner<strong>en</strong> van de betrokk<strong>en</strong>e.<br />
Stap 3 Zorgplan mak<strong>en</strong>: Oplossingsrichting <strong>en</strong> programma van eis<strong>en</strong><br />
Het gaat hier om het sam<strong>en</strong> met de cliënt c.q. het cliëntsysteem beoordel<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> hulpmiddel al<br />
dan niet voor de betreff<strong>en</strong>de cliënt de meest aangewez<strong>en</strong> behandeling is (dan wel dat de cliënt<br />
bijvoorbeeld beter geopereerd kan word<strong>en</strong> [bijv. cochleair implantaat] of andere zorg kan ontvang<strong>en</strong><br />
[medicatie]).<br />
Met de cliënt wordt op basis van de functioneringsproblem<strong>en</strong>, de prognose, het gew<strong>en</strong>ste<br />
activiteit<strong>en</strong>patroon <strong>en</strong> di<strong>en</strong>s gebruiksomstandighed<strong>en</strong> (gunstige <strong>en</strong> ongunstige omstandighed<strong>en</strong> voor<br />
het gebruik van hulpmiddel<strong>en</strong>) gezocht naar e<strong>en</strong> oplossingsrichting door de inzet van<br />
hoorhulpmiddel<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoortoestel (e<strong>en</strong> deel van de) oplossingsrichting blijkt te zijn wordt e<strong>en</strong> Human Related<br />
Int<strong>en</strong>ded Use (HRIU) profiel opgesteld volg<strong>en</strong>s de norm<strong>en</strong> van het ZN Keuzeprotocol.<br />
Dit protocol gaat uit van de volg<strong>en</strong>de gevalideerde uitkomstmat<strong>en</strong>:<br />
Het toonaudiogram (inclusief be<strong>en</strong>geleidingsmeting<strong>en</strong>)
Het spraakaudiogram, gemet<strong>en</strong> met hoofdtelefoon voor elk van beide or<strong>en</strong><br />
De resultat<strong>en</strong> van de Amsterdam Inv<strong>en</strong>tory of Auditory Disability and Handicap 1<br />
** De uitkomst<strong>en</strong> van toon‐ <strong>en</strong> spraakaudiogram <strong>en</strong> AIADH word<strong>en</strong> vastgelegd, zie het<br />
indicatieprotocol **<br />
Het HRIU‐profiel geeft e<strong>en</strong> indicatie van de problem<strong>en</strong> in zes dim<strong>en</strong>sies:<br />
1. Hor<strong>en</strong> / detectie / “audibility”<br />
2. Verstaan in stilte<br />
3. Verstaan in ruis<br />
4. Lokaliser<strong>en</strong> / c<strong>en</strong>trale verwerking<br />
5. Focus / Aandacht / Cognitie / Discriminatie<br />
6. Ruistolerantie / vermoeidheid<br />
Voor de eerste drie factor<strong>en</strong> van het profiel word<strong>en</strong> twee schatting<strong>en</strong> van de complexiteit verkreg<strong>en</strong>,<br />
e<strong>en</strong>maal vanuit de objectieve test<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal vanuit de vrag<strong>en</strong>lijst (AIADH) voor de situatie<br />
zonder hoortoestel(l<strong>en</strong>). De laatste schatting is dus alle<strong>en</strong> beschikbaar voor eerste gebruikers.<br />
Voor de laatste drie factor<strong>en</strong> van het profiel is alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schatting op basis van de AIADH (met<br />
aanvull<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong>) beschikbaar.<br />
De uitkomst<strong>en</strong> van het HRIU‐profiel word<strong>en</strong> vastgelegd, zie het indicatieprotocol<br />
De audici<strong>en</strong> maakt op basis van de anamnestische gegev<strong>en</strong>s, de onderzoeksresultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> het HRIU<br />
profiel e<strong>en</strong> inschatting van de haalbare eindsituatie in elk van de zes HRIU dim<strong>en</strong>sies. Het verschil<br />
tuss<strong>en</strong> de situatie voorafgaand aan aanpassing <strong>en</strong> de ingeschatte situatie na aanpassing wordt de<br />
comp<strong>en</strong>satiebehoefte van de betrokk<strong>en</strong> cliënt g<strong>en</strong>oemd. Op basis van de comp<strong>en</strong>satiebehoefte<br />
wordt e<strong>en</strong> aantal punt<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>d dat correspondeert met de complexiteit van het hoortoestel dat<br />
als adequaat wordt beschouwd.<br />
Op deze manier wordt in eerste b<strong>en</strong>adering invulling gegev<strong>en</strong> aan het programma van eis<strong>en</strong> (PvE). In<br />
de nabije toekomst zal dit systeem nader word<strong>en</strong> verfijnd met e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adering volg<strong>en</strong>s de COSI‐<br />
procedure, zodat aan verschill<strong>en</strong>de dim<strong>en</strong>sies van het hor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d gewicht kan word<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming met de individuele w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> het patroon van activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
participatie van de cliënt: de gebruikseis<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebruiksomstandighed<strong>en</strong>.<br />
De cliënt wordt geïnformeerd over voor‐ <strong>en</strong> nadel<strong>en</strong> van de hoorhulpmiddel<strong>en</strong>. Contra‐indicaties <strong>en</strong><br />
consequ<strong>en</strong>ties voor keuze van hoorhulpmiddel(<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> vastgesteld <strong>en</strong> er wordt instemming van<br />
cliënt gevraagd voor het zorgplan.<br />
Stap 4 Selecter<strong>en</strong><br />
Binn<strong>en</strong> de kaders zoals hierbov<strong>en</strong> geformuleerd zal in de regel keuze zijn uit verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />
(typ<strong>en</strong> <strong>en</strong> modell<strong>en</strong>) hoortoestell<strong>en</strong>. Vanuit de vakk<strong>en</strong>nis van de audici<strong>en</strong> <strong>en</strong> de w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van de cliënt<br />
wordt de keuze verder geïndividualiseerd.<br />
Met behulp van het PvE wordt in overleg met de cliënt e<strong>en</strong> keuze gemaakt voor e<strong>en</strong> geprefabriceerd<br />
hulpmiddel of voor e<strong>en</strong> hulpmiddel op maat (met name oorstukje[s]). Bij de keuze voor<br />
geprefabriceerde hulpmiddel<strong>en</strong> wordt uit het bestaande marktaanbod het meest pass<strong>en</strong>de<br />
1 Bij cliënt<strong>en</strong> waarbij triage onderzoek is uitgevoerd zijn deze antwoord<strong>en</strong> al beschikbaar, zie stap 2
hulpmiddel gekoz<strong>en</strong>. Er wordt als het ware e<strong>en</strong> match gemaakt tuss<strong>en</strong> de functie eis<strong>en</strong> aan <strong>en</strong> de<br />
eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van het beschikbare aanbod aan hoorhulpmiddel<strong>en</strong> 2 , waarbij wordt gezocht naar e<strong>en</strong><br />
adequaat hulpmiddel.<br />
Indi<strong>en</strong> private label toestell<strong>en</strong> gebruikt word<strong>en</strong> (toestell<strong>en</strong> die niet door alle audici<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong><br />
aangepast word<strong>en</strong>), di<strong>en</strong>t de leverancier deze software aan alle Audici<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Audiologische C<strong>en</strong>tra in<br />
Nederland beschikbaar te stell<strong>en</strong> om het mogelijk te mak<strong>en</strong> dat de hooroplossing elders in de<br />
zorgket<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> bijgeregeld <strong>en</strong> afgestemd op de behoefte.<br />
Ook weet de cliënt aan het einde van deze stap wat dit betek<strong>en</strong>t voor de financiering of welke<br />
alternatiev<strong>en</strong> er zijn. Aan het einde van deze stap gaat de cliënt akkoord dat de audici<strong>en</strong> het<br />
hoorhulpmiddel bestelt c.q. het oorstukje / de oorstukjes laat mak<strong>en</strong>. Cliënt wordt geïnformeerd<br />
over zijn recht om tijd<strong>en</strong>s twee ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de proefperiod<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de toestell<strong>en</strong> uit te<br />
prober<strong>en</strong>. Als de cliënt niet akkoord is, dan zal word<strong>en</strong> teruggegaan naar e<strong>en</strong> eerdere stap.<br />
Stap 5 Instell<strong>en</strong> <strong>en</strong> instruer<strong>en</strong><br />
In deze stap wordt het hoorhulpmiddel waar nodig door de audici<strong>en</strong> ingesteld (e<strong>en</strong> hoortoestel<br />
wordt geleverd met e<strong>en</strong> basisinstelling) / gepast <strong>en</strong> zo nodig bijgewerkt (in het kader van e<strong>en</strong><br />
oorstukje) / in‐ of afgesteld (bijv. bij koppeling<strong>en</strong>).<br />
Daarbij hoort het gev<strong>en</strong> van instructie over het gebruik van het hoorhulpmiddel (aan de cliënt, maar<br />
zo nodig ook aan andere person<strong>en</strong> uit het cliëntsysteem of aan de thuiszorg c.q. verzorg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in het<br />
tehuis waar de cliënt verblijft).<br />
Aan het einde van deze stap weet de cliënt (c.q. de andere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van het cliëntsysteem) hoe hij het<br />
hulpmiddel moet gaan gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> weet hij waar hij met problem<strong>en</strong> terecht kan. Ook zijn er<br />
afsprak<strong>en</strong> gemaakt over de duur van de proefperiode <strong>en</strong> wanneer de cliënt wordt terugverwacht<br />
voor tuss<strong>en</strong>tijdse controles.<br />
De controles word<strong>en</strong> uitgevoerd door de audici<strong>en</strong>, maar er kunn<strong>en</strong> ook één of meer<br />
controlemom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingebouwd door de klinisch‐fysicus audioloog / (KNO‐)arts. De klinisch‐<br />
fysicus audioloog / KNO‐arts bepaalt ook of er aanvull<strong>en</strong>de begeleiding di<strong>en</strong>t plaats te vind<strong>en</strong>, zoals<br />
logopedische begeleiding, begeleiding door het maatschappelijk werk <strong>en</strong> psychosociale begeleiding.<br />
Stap 6 Proefgebruik<br />
In deze stap gebruikt de cliënt het hulpmiddel in het dagelijks lev<strong>en</strong>. Als er acute problem<strong>en</strong> zijn in<br />
gebruik of vrag<strong>en</strong> over de voorzi<strong>en</strong>ing, kan contact word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met de audici<strong>en</strong>, die de<br />
cliënt zo nodig doorverwijst naar e<strong>en</strong> klinisch‐fysicus audioloog, huisarts of KNO‐arts, of rechtstreeks<br />
contact op neemt met e<strong>en</strong> klinisch‐fysicus audioloog, huisarts of KNO‐arts. Daarnaast houdt de cliënt<br />
zich aan de afsprak<strong>en</strong> die zijn gemaakt voor tuss<strong>en</strong>tijdse controles. Tijd<strong>en</strong>s de controles door de<br />
audici<strong>en</strong> wordt het hulpmiddel zo nodig bijgesteld / ingesteld (fine tuning).<br />
Cliënt heeft het recht om tijd<strong>en</strong>s twee ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de proefperiod<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de toestell<strong>en</strong> uit te<br />
prober<strong>en</strong>. Deze keuzeoptie zal altijd door de audici<strong>en</strong> aan de cliënt word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>.<br />
Voor ieder hoortoestel dat op proef is gegev<strong>en</strong> wordt (per oor) vastgelegd:<br />
‐ het NVAB‐nummer<br />
‐ de duur van de proefperiode vastgelegd<br />
‐ (bij e<strong>en</strong> mislukte proef) de red<strong>en</strong> van mislukking<br />
zie het indicatieprotocol<br />
2 Hiervoor komt e<strong>en</strong> database beschikbaar die ieder kwartaal wordt geactualiseerd
Stap 7 Evaluer<strong>en</strong><br />
In deze stap vindt de evaluatie plaats. Evaluatie kan zowel plaatsvind<strong>en</strong> ter afsluiting van de<br />
proefperiode (die daarmee formeel wordt afgeslot<strong>en</strong>) als tijd<strong>en</strong>s het nazorgtraject (zie stap 8).<br />
Bij de evaluatie wordt bepaald of het gebruikte hulpmiddel (al dan niet in combinatie met andere<br />
hulpmiddel<strong>en</strong>) voldoet aan het plan van eis<strong>en</strong> <strong>en</strong> de doelstelling<strong>en</strong>, zoals in het zorgplan zijn<br />
vastgesteld. Voor de evaluatie zijn verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> meetinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> nodig:<br />
meetinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om de tevred<strong>en</strong>heid van de cliënt <strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong> met de audici<strong>en</strong> vast te<br />
stell<strong>en</strong>.<br />
meetinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om het functioner<strong>en</strong> van cliënt<strong>en</strong> te met<strong>en</strong>. Hiervoor wordt de AIADH<br />
gebruikt. De resultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald voor de situatie met hoortoestel(l<strong>en</strong>) <strong>en</strong> deze resultat<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> vergelek<strong>en</strong> met de uitkomst<strong>en</strong> voor aanpassing 3 .<br />
meetinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarmee kan word<strong>en</strong> bepaald of het hulpmiddel doet wat het moet do<strong>en</strong>.<br />
Hierbij gaat het minimaal om vrije‐veld audiometrie met spraak. Indi<strong>en</strong> w<strong>en</strong>selijk kan ook e<strong>en</strong><br />
spraakverstaan in ruis meting uitgevoerd word<strong>en</strong>, maar dit is niet verplicht.<br />
De evaluatie van de proefperiode vindt plaats door de audici<strong>en</strong> <strong>en</strong> – in di<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> voorschrijver bij<br />
de aanpassing betrokk<strong>en</strong> is ‐ door e<strong>en</strong> klinisch‐fysicus audioloog of KNO‐arts, voor zover daar<br />
afsprak<strong>en</strong> over zijn gemaakt.<br />
Als de evaluatie negatief uitpakt kan beslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ander hulpmiddel uit te prober<strong>en</strong>; in dit<br />
geval wordt teruggegaan naar stap 4 of naar stap 2 als de indruk bestaat dat m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> goed beeld<br />
heeft van de gezondheidstoestand of het functioner<strong>en</strong> van de cliënt. Nadat in dit geval twee<br />
proefperiod<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>de hoortoestell<strong>en</strong> zijn doorlop<strong>en</strong> wordt – mede op basis van de<br />
ervaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorkeur van de cliënt – e<strong>en</strong> keus bepaald.<br />
Voor het hoortoestel dat voor levering in aanmerking komt wordt (per oor) vastgelegd:<br />
‐ het NVAB‐nummer<br />
‐ de duur van de proefperiode<br />
‐ de resultat<strong>en</strong> van de evaluatiemeting<strong>en</strong><br />
zie het indicatieprotocol<br />
Het is mogelijk dat m<strong>en</strong> bij sommige cliënt<strong>en</strong> ook met verschill<strong>en</strong>de oplossing<strong>en</strong> in de geïndiceerde<br />
klasse onvoldo<strong>en</strong>de resultaat behaalt. In dat geval kan m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanvraag do<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> bijzondere<br />
hulpvraag. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> kan de expertise van e<strong>en</strong> Audiologisch C<strong>en</strong>trum word<strong>en</strong> ingeroep<strong>en</strong><br />
voor e<strong>en</strong> “second opinion”. Indi<strong>en</strong> de termijn van de proefperiode langer is dan 3 maand<strong>en</strong> is<br />
verwijzing geïndiceerd op basis van de NOAH veldnorm.<br />
Stap 8 Lever<strong>en</strong> hoorhulpmiddel <strong>en</strong> mak<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> over nazorg<br />
In deze stap wordt het hoorhulpmiddel officieel door de audici<strong>en</strong> aan de cliënt geleverd <strong>en</strong> vindt de<br />
financiële afwikkeling plaats. Daarnaast krijgt de cliënt van de audici<strong>en</strong> instructie over het onderhoud<br />
door de cliënt, word<strong>en</strong> de garantiebepaling<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> gemaakt over de nazorg<br />
<strong>en</strong> het onderhoud van het hulpmiddel door de leverancier, <strong>en</strong> wordt besprok<strong>en</strong> wat te do<strong>en</strong> bij<br />
ev<strong>en</strong>tuele problem<strong>en</strong>.<br />
3 De vergelijking is voor eerste gebruikers anders dan voor herhaalaanpassing<strong>en</strong>. Bij eerste gebruikers wordt het<br />
effect van het hoortoestel gemet<strong>en</strong>. Bij herhaalaanpassing<strong>en</strong> wordt gecontroleerd of dat het nieuwe hoortoestel<br />
niet slechter functioneert dan het oude hoortoestel.
De soort <strong>en</strong> de hoeveelheid gebod<strong>en</strong> nazorg zijn sterk afhankelijk van de achterligg<strong>en</strong>de medische<br />
problematiek <strong>en</strong> van de behoefte van de cliënt c.q. het cliëntsysteem. Voor e<strong>en</strong> systematische<br />
evaluatie maakt de audici<strong>en</strong> in ieder geval e<strong>en</strong> afspraak voor nazorg in de periode van 3‐6 maand<strong>en</strong><br />
na aanschaf. Om het optimale resultaat uit het hoortoestel te kunn<strong>en</strong> hal<strong>en</strong> wordt gekek<strong>en</strong> of de<br />
afstelling van het toestel nog adequaat is (aansluit<strong>en</strong>d bij de ‘leercurve’ van de cliënt) <strong>en</strong> of er<br />
behoefte is aan aanvull<strong>en</strong>de hoorhulpmiddel<strong>en</strong>. Ook wordt beoordeeld hoe veel het hoortoestel<br />
wordt gebruikt <strong>en</strong> of cliënt tevred<strong>en</strong> is.<br />
Soms betek<strong>en</strong>t dit dat stap 7 weer wordt doorlop<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> evaluatie met drie doel<strong>en</strong>:<br />
- Is er red<strong>en</strong> om de afstelling van het toestel aan te pass<strong>en</strong><br />
- Is er red<strong>en</strong> om het gebruik van aanvull<strong>en</strong>de hulpmiddel<strong>en</strong> in overweging te nem<strong>en</strong><br />
- Zijn er andere oplossingsmogelijkhed<strong>en</strong> (zoals spraakafzi<strong>en</strong>) die de cliënt misschi<strong>en</strong> in overweging<br />
moet gaan nem<strong>en</strong>?<br />
Bij het nazorgbezoek word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s vastgelegd:<br />
‐ het gebruik (zo mogelijk op basis van datalogging)<br />
‐ de tevred<strong>en</strong>heid op langere termijn<br />
‐ ev<strong>en</strong>tueel uitgevoerde acties om de tevred<strong>en</strong>heid te verhog<strong>en</strong><br />
zie het indicatieprotocol<br />
Voorbehoud<strong>en</strong> handeling<strong>en</strong><br />
De hierna g<strong>en</strong>oemde handeling<strong>en</strong> zijn (zonder mogelijkheid om deze te deleger<strong>en</strong> of over te lat<strong>en</strong><br />
aan e<strong>en</strong> ander) voorbehoud<strong>en</strong> aan de StAr geregistreerde audici<strong>en</strong>:<br />
‐ het beoordel<strong>en</strong> van audiometrie <strong>en</strong> otoscopie bij de intake (hierbij di<strong>en</strong>t opgemerkt dat de<br />
audiometrische <strong>en</strong> otoscopische meting<strong>en</strong> als zodanig, gedaan mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> niet‐<br />
audici<strong>en</strong> onder voorwaarde dat deze persoon hiervoor aantoonbaar voldo<strong>en</strong>de opgeleid is) ,<br />
het vaststell<strong>en</strong> van het risico op onbehandelde pathologie, het zo nodig doorverwijz<strong>en</strong> van<br />
de cliënt naar kno‐arts of audioloog <strong>en</strong> het besprek<strong>en</strong> van de zorgvraag met de cliënt;<br />
‐ het vaststell<strong>en</strong> van de eis<strong>en</strong> die aan e<strong>en</strong> hulpmiddel moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gesteld <strong>en</strong> het<br />
besprek<strong>en</strong> ervan met de cliënt;<br />
‐ de selectie van e<strong>en</strong> aan te met<strong>en</strong> hoortoestel <strong>en</strong> het verkrijg<strong>en</strong> van de instemming van de<br />
cliënt hiervoor;<br />
‐ het aanmet<strong>en</strong> van het toestel <strong>en</strong> het verricht<strong>en</strong> van de eerste toestelinstelling<strong>en</strong>;<br />
‐ het bewak<strong>en</strong> van mogelijk noodzakelijke aanvull<strong>en</strong>de meting<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de proefperiode <strong>en</strong><br />
(van) het uitvoer<strong>en</strong> van noodzakelijke bijstelling<strong>en</strong>;<br />
‐ de evaluatie van het resultaat van de aanpassing.<br />
Elk van de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde voorbehoud<strong>en</strong> handeling<strong>en</strong> wordt door de behandel<strong>en</strong>de<br />
geregistreerde audici<strong>en</strong> uitgevoerd in aanwezigheid van <strong>en</strong> in directe sam<strong>en</strong>spraak met de cliënt.
<strong>Indicatieformat</strong> t.b.v. verstrekk<strong>en</strong> van hoorhulpmiddel<strong>en</strong> in het kader van de<br />
Zorgverzekeringswet.<br />
Algeme<strong>en</strong><br />
Geslacht<br />
Leeftijd<br />
Zorgverzekeraar<br />
Audici<strong>en</strong><br />
KNO‐arts (indi<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> bij de aanpassing)<br />
Audiologisch C<strong>en</strong>trum (indi<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> bij de aanpassing)<br />
Stap 2. De uitkomst<strong>en</strong> van de triage word<strong>en</strong> vastgelegd<br />
‐ Soort audiologische triage: triage audiometrie of SAG test<br />
‐ Uitslag audiologische triage: pluis / niet pluis<br />
‐ Uitslag otologische triage: pluis / niet pluis<br />
‐ Uitslag psycho-sociale triage : pluis / niet pluis<br />
‐ Resultat<strong>en</strong> AIADH (pre) (directe invoer door cliënt)<br />
Stap 3. De uitkomst<strong>en</strong> van het HRIU‐profiel word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />
‐ Toonaudiogram R: luchtgeleidingsdrempels bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐ Toonaudiogram R : be<strong>en</strong>geleidingsdrempels 4 bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐ Toonaudiogram L: luchtgeleidingsdrempels bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐ Toonaudiogram L : be<strong>en</strong>geleidingsdrempels 5 bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐ Spraakaudiogram R: spraakverstaan bij 60 dB SPL (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ Spraakaudiogram R: maximale discriminatiescore (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ Spraakaudiogram R: spraakniveau waarbij e<strong>en</strong> score van 50% wordt behaald<br />
‐ Spraakaudiogram L: spraakverstaan bij 60 dB SPL (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ Spraakaudiogram L: maximale discriminatiescore (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ Spraakaudiogram L: spraakniveau waarbij e<strong>en</strong> score van 50% wordt behaald<br />
‐ optie: spraak in ruis R: SRT bij 60 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)<br />
‐ optie: spraak in ruis R: SRT bij 80 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)<br />
‐ optie: spraak in ruis L: SRT bij 60 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)<br />
‐ optie: spraak in ruis L: SRT bij 80 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)<br />
‐ resultat<strong>en</strong> AIADH (pre) (directe invoer cliënt, indi<strong>en</strong> nog niet beschikbaar uit 2)<br />
4 Bij gebruik van de SAG test kan word<strong>en</strong> volstaan met de SAG-som bij 1000 <strong>en</strong> 1500 Hz
Stap 6. Voor ieder hoortoestel dat op proef is gegev<strong>en</strong> wordt (per oor) vastgelegd:<br />
‐ het NVAB‐nummer<br />
‐ de duur van de proefperiode vastgelegd<br />
‐ (bij e<strong>en</strong> mislukte proef) de red<strong>en</strong> van mislukking<br />
‐ NVAB nummer van het toestel R<br />
‐ NVAB nummer van het toestel L<br />
‐ Duur van de proefperiode<br />
‐ Succesvol ja/nee/twijfel<br />
‐ Indi<strong>en</strong> ja: vrije tekst voor toelichting<br />
Stap 7. Voor het hoortoestel dat voor levering in aanmerking komt wordt (per oor) vastgelegd:<br />
‐ het NVAB‐nummer<br />
‐ het aangemet<strong>en</strong> oor<br />
‐ de resultat<strong>en</strong> van de evaluatiemeting<strong>en</strong><br />
‐ NVAB nummer van het toestel R<br />
‐ NVAB nummer van het toestel L<br />
‐ Duur van de totale proefperiode aantal wek<strong>en</strong> van intake tot levering<br />
‐ Succesvol ja/nee/twijfel<br />
‐ Indi<strong>en</strong> ja: vrije tekst voor toelichting<br />
‐ “Aided”Toonaudiogram R 5 : vrije‐veld drempels bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐ “Aided”Toonaudiogram L 6 : vrije‐veld drempels bij 250, 500, 1000, 2000, 4000 Hz<br />
‐<br />
‐ “Aided” Spraakverstaan R+L: spraakverstaan bij 60 dB SPL (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ “Aided” Spraakverstaan R+L: spraakverstaan bij 70 dB SPL (monosyllab<strong>en</strong>)<br />
‐ optie: spraak in ruis R + L: SRT bij 60 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)‐ optie: spraak in ruis R + L:<br />
SRT bij 70 dBA ruis (zinn<strong>en</strong>)<br />
‐ resultat<strong>en</strong> AIADH (post) (directe invoer cliënt)<br />
Stap 8. Bij het nazorgbezoek word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong>s vastgelegd:<br />
‐ het gebruik (zo mogelijk op basis van datalogging)<br />
‐ de tevred<strong>en</strong>heid op langere termijn<br />
‐ ev<strong>en</strong>tueel uitgevoerde acties om de tevred<strong>en</strong>heid te verhog<strong>en</strong><br />
‐ gebruik toestel R schatting in ur<strong>en</strong> per dag<br />
‐ gebruik toestel R schatting in ur<strong>en</strong> per dag<br />
‐ tevred<strong>en</strong>heid<br />
‐ nazorg acties vrije tekst voor toelichting<br />
5 Met linker hoortoestel uitgeschakeld. Er komt ook e<strong>en</strong> optie voor insertion gain waard<strong>en</strong> bij deze frequ<strong>en</strong>ties<br />
6 Met rechter hoortoestel uitgeschakeld. Er komt ook e<strong>en</strong> optie voor insertion gain waard<strong>en</strong> bij deze frequ<strong>en</strong>ties.