Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
visgraat een doel, en wel ten nadele van hem. Hij ziet het geraamte als een<br />
index van zichzelf: Cleever zelf is er de oorzaak van dat het geraamte uit de<br />
grond is gekropen. Men kan dit gegeven afdoen als onderdeel van Cleevers<br />
paranoïde wereldbeeld. Anderzijds doet de lezer hetzelfde: de openingspas-<br />
sage heeft betekenis voor de ‘toekomst’ van het verhaal. De allegorie heeft<br />
een doel of functie voor het vervolg van het verhaal.<br />
De visgraat in de eerste alinea van het verhaal is paradigmatisch voor<br />
hoe Cleever de verhaalwerkelijkheid interpreteert. De interpretatie die Raat<br />
in zijn proefschrift De vervalste wereld van Willem Frederik Hermans (1985)<br />
uiteenzet, is maar ten dele in overeenstemming te brengen met mijn interpre-<br />
tatie van de eerste alinea van Paranoia die hierboven is beschreven. Raats<br />
beweringen omtrent het feit dat ook de andere personages in het verhaal<br />
dergelijke (mis)interpretaties hebben van de verhaalwereld. Deze conclusie,<br />
hoewel ten dele in overeenstemming met de Preambule is echter niet on-<br />
problematisch. De eerder genoemde ‘geheimzinnigheid’ lijkt Raat verleid te<br />
hebben tot een eenzijdige interpretatie, namelijk die van een systeem van<br />
misinterpretaties. Hij is daarbij blind geweest voor de woorden uit de Pre-<br />
ambule en de allegorie van de visgraat. Ik zal daarom nu de interpretatie van<br />
Raat nader onderzoeken.<br />
De kern van Raats interpretatie is tweeledig. Ten eerste: Cleever is niet<br />
de enige die de verhaalwerkelijkheid verkeerd interpreteert en kan betrapt<br />
worden op een correcte beoordeling van de situatie (Raat, 84). Ook Anna,<br />
Cleevers oom en anderen maken beslissingen of doen beweringen op basis<br />
van verkeerde aannames over de werkelijkheid. Een voorbeeld hiervan is de<br />
oom van Cleever. Hij acht het onmogelijk dat Gorraay een surrogatenfabriek<br />
begint in het pand waar Cleever zijn kamer huurt, omdat dat bij de wet<br />
verboden is. Toch begint Gorraay aan de bouw ervan (Raat, 85). Ook de<br />
oom heeft dus percepties over de werkelijkheid die niet kloppen. Ten tweede:<br />
het drama van Cleever wordt geanticipeerd in de taal van het verhaal (Raat<br />
88). Dit houdt in dat het gebruik van beeldspraak, die in de verhaalwereld<br />
zelf geen rol speelt, voor de lezer een vooruitwijzing inhoudt ten aanzien<br />
van wat er gebeuren gaat. Dat de personages in het verhaal (Oost-Indisch)<br />
33