Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Narratief verband - CWI
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
20 HOOFDSTUK 1. DE PERNICIEUZE PLOT<br />
Plot, then, might be best thought of as an ‘overcoding’ of the<br />
proairetic by the hermeneutic, the latter structuring the discrete<br />
elements of the former into larger interpretive wholes, working<br />
out their play of meaning and significance. (18)<br />
Plot is volgens Brooks aan de ene kant een activiteit van de lezer en aan de<br />
andere kant een gebod van de tekst aan de lezer. Dit gebod ontstaat door het<br />
onderscheid tussen fabula en story. Dit kan volgens mij als volgt begrepen<br />
worden: de story is een bewerking van het materiaal van de fabula en deze<br />
bewerking is niet voor niets, tenminste dat is de suggestie die er van uitgaat.<br />
De lezer zoekt naar <strong>verband</strong>en omdat de manier waarop de fabula gepre-<br />
senteerd wordt niet zonder reden is, maar een bepaalde bedoeling heeft. De<br />
personificatie van de tekst is hier al evident: intentionaliteit veronderstelt een<br />
subject. Brooks stelt, dat door de herordening van de fabula in de story, de<br />
elementen uit de handeling van het verhaal (de proairetische elementen) een<br />
hermeneutische lading krijgen. De proairetische en hermeneutische code zijn<br />
ontleend aan Barthes. De proairetische code slaat op wat er concreet in een<br />
verhaal gebeurt. De hermeneutische code is de code van vraag en antwoord,<br />
waarheid, verklaring, enzovoort. De lezer stelt zichzelf vragen als ‘waar-<br />
om gebeurt dit’ en ‘waarom is deze gebeurtenis juist op deze plaats in het<br />
verhaal beschreven’, et cetera. Doordat gebeurtenissen een hermeneutische<br />
lading krijgen, zoekt de lezer naar antwoorden op ‘waarom’-vragen (oftewel<br />
redenen). Een mogelijk antwoord op een dergelijke vraag kan gelegen zijn in<br />
het veronderstellen van causaliteit en het vinden van een oorzaak. Het con-<br />
cept reden moet hier duidelijk onderscheiden worden van oorzaak. Redenen<br />
hebben, in tegenstelling tot oorzaken, betrekking op motieven, intenties en<br />
betekenissen. Het idee dat iets een reden heeft, veronderstelt dat het door<br />
iemand zo bedoeld is. Toegepast op de tekst personifieert de lezer impliciet<br />
de tekst als hij/zij zich afvraagt wat de hermeneutische betekenis van een<br />
bepaalde gebeurtenis kan zijn.<br />
We zijn nu een stap verder dan gewone causaliteit. Causaliteit is een ver-<br />
meende relatie tussen gebeurtenissen. Brooks gaat in zijn beschrijving van<br />
plot verder: gebeurtenissen hebben niet alleen een oorzaak op fabulaniveau,<br />
maar de lezer voorziet ze ook van redenen en intenties. Plot is niet helemaal