07.08.2013 Views

,16758.&-½ 2%6¥8*, 1”92'

,16758.&-½ 2%6¥8*, 1”92'

,16758.&-½ 2%6¥8*, 1”92'

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

NL GEBRUIKSAANWIJZING<br />

PL ,16758.&-<strong>½</strong> <strong>2%6¥8*</strong>,<br />

CS <strong>1”92'</strong><br />

8214-2227-01<br />

JB 55


NL<br />

1 SYMBOLEN, ZIE FIG. 1<br />

Op de grondfrees vindt u de volgende symbolen. Deze herinneren<br />

u eraan dat u voorzichtig en oplettend met de grondfrees<br />

moet omgaan. Als een symbool ontbreekt, beschadigd<br />

raakt of onleesbaar wordt, moet u dit onmiddellijk vervangen.<br />

De symbolen hebben de volgende betekenis:<br />

1. Waarschuwing! Lees de gebruiksaanwijzing.<br />

2. Waarschuwing voor roterende bladen.<br />

3. Achteruitversnelling.<br />

4. Koppelingshandgreep. Handgreep naar buiten, linker fig.<br />

= ontkoppeld. Handgreep ingedrukt, rechter fig. = bedrijfsstand.<br />

5. Gasmechanisme, a=snel, b=langzaam en c=stop.<br />

6. Lees de gebruiksaanwijzing en koppel de bougiekabel los<br />

voordat u met de werkzaamheden begint. Draag veiligheidshandschoenen.<br />

2 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

2.1 ALGEMEEN<br />

• Lees dit instructieboek zorgvuldig door voordat u de<br />

grondfrees gebruikt.<br />

• Gebruik de grondfrees alleen voor grondbewerking.<br />

• Laat kinderen niet in aanraking met de grondfrees komen.<br />

• Kinderen of personen die de gebruiksaanwijzing niet<br />

hebben gelezen, mogen de grondfrees niet gebruiken.<br />

• De grondfrees is conform geldende normen vervaardigd<br />

en mag niet worden veranderd of omgebouwd.<br />

• Zorg ervoor dat alle symbolen op de grondfrees onbeschadigd<br />

zijn.<br />

• De gebruiker is verantwoordelijk voor letsel toegebracht<br />

aan derden.<br />

WAARSCHUWING met betrekking tot de benzine.<br />

Benzine is een zeer brandgevaarlijke stof:<br />

• Bewaar de benzine in daarvoor bestemde reservoirs.<br />

• Tank altijd buitenshuis en schakel de motor daarbij uit.<br />

• Rook niet tijdens het tanken.<br />

• Houd geen open vuur of andere warmtebronnen in de<br />

buurt van de benzine.<br />

• Start de motor niet als u benzine heeft gemorst. Verplaats<br />

de machine en laat de benzine verdampen voordat u de<br />

machine start.<br />

• Draai de tankdop er na het tanken goed op.<br />

• Zet de gasregelaar in de stand "Stop" en sluit de benzinekraan<br />

als u de machine heeft uitgeschakeld.<br />

NEDERLANDS<br />

• Schakel de motor uit voordat u de machine vervoert. Til<br />

de machine nooit alleen op. Til de machine met twee personen<br />

op, één bij het stuur en één bij de rotoras. Draag<br />

veiligheidshandschoenen en houd de machine bij het optillen<br />

rechtop.<br />

• Als de machine op een aanhangwagen of laadvloer wordt<br />

geladen, moet u de grondfrees met behulp van het wiel<br />

via een oprit omhoogrijden.<br />

2.2 VOORBEREIDING<br />

• Voordat u met de werkzaamheden begint, moet u vreemde<br />

voorwerpen zoals stenen, glas, kabels, metalen voorwerpen<br />

en andere losse voorwerpen verwijderen.<br />

• Speelgoed, slangen en andere voorwerpen kunnen beschadigd<br />

raken.<br />

• Controleer of de grondfrees in goede staat is voordat u<br />

deze gebruikt.<br />

• Controleer of alle schroeven en moeren zijn vastgedraaid.<br />

2.3 RIJDEN<br />

• Rijd altijd met lage snelheid bij werkzaamheden in een<br />

steenachtige grond.<br />

• Wijzig de toerentalinstelling van de motor niet. De motor<br />

mag geen overtoeren maken.<br />

• Het werkgebied moet tijdens de werkzaamheden goed<br />

verlicht zijn.<br />

• Gebruik de grondfrees niet als andere personen, met<br />

name kinderen, in de buurt zijn.<br />

• Gebruik de grondfrees niet zonder spatlap of beschermkap.<br />

• Gebruik de grondfrees niet als u ziek bent, medicijnen<br />

heeft ingenomen of onder invloed bent van substanties<br />

die het reactievermogen verminderen.<br />

• Gebruik de grondfrees niet op terreinen met hellingen<br />

groter dan 20°.<br />

• De gebruiker moet alle risico's op het te bewerken terrein<br />

evalueren en maatregelen nemen om ongevallen te<br />

voorkomen. Dit geldt vooral op hellende, gladde of losse<br />

terreinen.<br />

• Start de motor voorzichtig volgens de instructies in deze<br />

handleiding. Zorg dat lichaamsdelen niet in contact met<br />

de rotors komen.<br />

• Start de motor nooit in een afgesloten ruimte. De koolmonoxide<br />

in de uitlaatgassen van de motor is giftig en<br />

kan de dood tot gevolg hebben.<br />

• Draag nauwsluitende kleding en stevige schoenen die de<br />

voeten helemaal bedekken.<br />

• Bij het rijden op hellingen mag de tank slechts voor de<br />

helft gevuld zijn. Anders kan er benzine uit lekken.<br />

• Schakel de motor in de volgende gevallen uit:<br />

• Als u de machine onbewaakt achterlaat.<br />

• Voordat u gaat tanken.


• Zorg altijd voor een goed steunpunt voor de voeten, speciaal<br />

op hellingen.<br />

• Controleer of niemand zich voor of naast de machine<br />

bevindt als u de bladen start. Houd het stuur stevig vast.<br />

De machine komt omhoog als u de rotors start. Wees<br />

vooral voorzichtig bij het achteruitrijden.<br />

• Houd tijdens de werkzaamheden altijd een veilige afstand<br />

tot de rotors aan. Door het stuur op de beoogde<br />

manier vast te houden, voldoet u aan deze veilige afstand.<br />

• Bij werkzaamheden op hellingen moet iedereen op een<br />

afstand van 20 m van de machine blijven. De gebruiker<br />

moet het stuur voortdurend met beide handen stevig<br />

vasthouden.<br />

• Let bij werkzaamheden in een steenachtige of harde<br />

grond nog beter op. De machine is dan namelijk onstabieler.<br />

• Raak de motor tijdens of na het rijden nooit aan. Kans op<br />

brandwonden!<br />

2.4 NA HET RIJDEN<br />

• Laat de motor afkoelen voordat u de machine opslaat.<br />

Kans op brand!<br />

• Verwijder vuil en vreemde materialen voordat u de machine<br />

opslaat. Houd het gebied rondom de benzinetank<br />

en de geluidsdemper schoon van bladeren, olie, benzine<br />

of andere vreemde materialen. Kans op brand!<br />

• Als u de benzinetank wilt legen, doe dat dan buitenshuis<br />

en als de motor koud is. Kans op brand!<br />

• Bewaar de machine op een droge plaats. Sla de machine<br />

niet met brandstof in de tank op in ruimtes waar vuur,<br />

vonken of sterke warmtebronnen voorkomen.<br />

2.5 ONDERHOUD<br />

• Voer regelmatig onderhoud uit. Zorg ervoor dat alle<br />

schroeven en moeren altijd vastgedraaid zijn.<br />

• Gebruik altijd goede, originele reserveonderdelen. U mag<br />

reserveonderdelen niet repareren. Bij gebreken moet u ze<br />

vervangen. Inferieure reserveonderdelen kunnen letsel<br />

veroorzaken. Als de geluidsdemper beschadigd raakt,<br />

moet u deze vervangen.<br />

• In de volgende gevallen moet u eerst de motor<br />

uitschakelen en vervolgens de bougiekabel loskoppelen:<br />

Als de rotors moeten worden afgesteld.<br />

Als de machine moet worden gereinigd of gerepareerd.<br />

Bij de controle na een botsing met vaste, harde<br />

voorwerpen. Voer de noodzakelijke reparaties uit<br />

voordat u met de werkzaamheden doorgaat.<br />

Als de machine abnormaal begint te trillen. Voer de<br />

noodzakelijke reparaties uit voordat u met de<br />

werkzaamheden doorgaat.<br />

• Draag veiligheidshandschoenen bij werkzaamheden aan<br />

de rotors.<br />

NEDERLANDS NL<br />

3 LEVERING<br />

De grondfrees wordt in een doos geleverd. Het stuur en de<br />

zijschotels zijn gedemonteerd. Alle kabels zijn gemonteerd<br />

en afgesteld.<br />

WAARSCHUWING! Bij levering zit er geen olie<br />

in de motor.<br />

4 BESCHRIJVING, ZIE FIG. 2<br />

De grondfrees wordt door een viertaktmotor aangedreven en<br />

bestaat uit de volgende onderdelen:<br />

1. Koppelingsregelaar, bladen activeren<br />

2. Versnellingsregelaar, vooruit/achteruit<br />

3. Afstelling van het stuur<br />

4. Luchtfilter<br />

5. Handmatige start<br />

6. Spatlap<br />

7. Remspoor<br />

8. Gegevensplaatje<br />

9. Zijwieltje<br />

10. Gasregelaar11. Brandstoftank<br />

12. Bijvullen van olie<br />

13. Aftappen van olie<br />

14. Steunwiel<br />

15. Rotors, 4 stuks, de buitenste rotors kunnen worden gedemonteerd.<br />

De werkbreedte wordt dan 340 mm.<br />

16. Kap<br />

17. Bescherming voor geluidsdemper<br />

18. Uitlaat<br />

19. Handgreep Het gegevensplaatje (8) bevat de onderstaande<br />

informatie. Zie fig. 3. A Nominaal vermogen B<br />

Gewicht in kg C Serienummer D Productiejaar E Type F<br />

Fabrikant G CE-merk H Max. motortoerental<br />

5 MONTAGE<br />

5.1 STUUR, ZIE FIG. 4<br />

Monteer het stuur (1) volgens de figuur met de schroef (2),<br />

de volgringen (3), de moer (4), de schroef (5), de volgringen<br />

(6) en de moer (7). Kies het juiste gat voor de schroef (5) om<br />

het stuur (1) in een comfortabele houding te zetten.<br />

5.2 SPATLAP, ZIE FIG. 2<br />

Monteer de spatlappen (6) aan beide zijden met de<br />

bijgeleverde schroeven en moeren.


NL<br />

5.3 STEUNWIEL, ZIE FIG. 5<br />

Monteer het steunwiel volgens de figuur. Haal de moer (5)<br />

niet te hard aan. Dan kan de wielarm niet omhoog worden<br />

geklapt.<br />

5.4 OLIE BIJVULLEN, ZIE FIG. 2<br />

Verwijder de plug (12) en vul 0,7 l olie SAE 10W40 bij.<br />

Draai de plug vervolgens vast.<br />

5.5 ROTORS EN ZIJWIELTJES, ZIE FIG. 6<br />

Schuif de eerste rotor (1) op de aandrijfas (2) en borg met de<br />

borgpin (3). Steek vervolgens de tweede rotor (4) in de eerste<br />

en borg met de borgpin (3). Max. 3 rotors kunnen op deze<br />

manier aan beide zijden worden gemonteerd. Monteer tenslotte<br />

het zijwieltje op dezelfde manier.<br />

WAARSCHUWING! Controleer of de borgpinnen<br />

vergrendeld zijn, d.w.z. of de veren rondom de as<br />

zijn vergrendeld.<br />

6 RIJDEN<br />

Zie ook hoofdstuk 2.3.<br />

WAARSCHUWING! Controleer het oliepeil van<br />

de motor. Zie hoofdstuk 8.4.<br />

6.1 BRANDSTOF BIJVULLEN, ZIE FIG. 7<br />

Zie de veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 2.1. Vul 2,8 l<br />

loodvrije benzine bij en draai de tankdop vast.<br />

NB! Let erop dat normale loodvrije benzine een vers product<br />

is. Koop niet meer benzine dan u in 30 dagen verbruikt. U<br />

kunt ook acrylaatbenzine gebruiken. Deze benzine is beter<br />

voor het milieu.<br />

6.2 START<br />

Zie de veiligheidsvoorschriften in hoofdstuk 2.3. Het starten<br />

van een koude motor gaat als volgt:<br />

1. Open de brandstofkraan. Zie fig. 8.<br />

2. Zet de chokeregelaar in de chokestand. Zie fig. 11b.<br />

3. Zet de gasregelaar op stationair. Zie fig. 10.<br />

4. Knijp de starthandgreep in, eerst licht totdat de haken<br />

vastgrijpen en vervolgens krachtig totdat de motor start.<br />

Zie (5) in fig. 2. NB! Laat het startkoord niet los als de<br />

motor is gestart, maar laat uw hand langzaam mee teruggaan!<br />

5. Zet de gasregelaar in de tussenstand.<br />

6. Zet de choke in de stand "Run". Zie fig. 9. Start een<br />

warme motor op dezelfde manier als hierboven, maar sla<br />

de punten 2 en 6 over.<br />

NEDERLANDS<br />

6.3 VOORUIT RIJDEN, ZIE FIG. 2.<br />

Als u de linker handgreep, de versnellingsregelaar (2), heeft<br />

ingedrukt, heeft u de versnelling vooruit gekozen. De grondfrees<br />

gaat vooruit als u de koppelingshandgreep (1) inknijpt.<br />

Rijd op de volgende manier vooruit:<br />

1. Zet de gasregelaar (10) in de gewenste stand.<br />

2. Knijp de koppelingshandgreep (1) in. De grondfrees<br />

houdt op met vooruit bewegen als u de koppelingshandgreep<br />

(1) loslaat.<br />

6.4 ACHTERUIT RIJDEN, ZIE FIG. 2<br />

WAARSCHUWING! U mag de versnellingshandgreep (2)<br />

alleen inknijpen als u de koppelingshandgreep (1) niet heeft<br />

ingeknepen.<br />

Rijd op de volgende manier achteruit:<br />

1. Zet de gasregelaar (10) in de gewenste stand.<br />

2. Knijp de versnellingshandgreep (2) in.<br />

3. Knijp de koppelingshandgreep (1) in. De grondfrees stopt<br />

met achteruit bewegen als u de beide handgrepen loslaat.<br />

6.5 STOPPEN, ZIE FIG. 11<br />

Stop de grondfrees op de volgende manier: 1 Zet de gasregelaar<br />

in de stopstand. Zie fig. 11a. 2 Zet de chokeregelaar in<br />

de chokestand. Zie fig. 11b. 3 Sluit de benzinekraan. Zie fig.<br />

11c.<br />

6.6 RIJTIPS<br />

De rotors drijven de machine vooruit. U regelt de snelheid<br />

van de rotors met de gasregelaar.<br />

WAARSCHUWING! Houd uw handen en voeten<br />

niet in de buurt van de rotors.<br />

Pas voor de gewenste werkbreedte het aantal rotors aan beide<br />

zijden aan. Zie hoofdstuk 5.5.<br />

Als de machine met behulp van het remspoor wordt afgeremd,<br />

graven de rotors zich in de grond. De werkdiepte wordt<br />

bepaald door hoeveel remsporen tijdens het rijden in de<br />

grond worden gedrukt. De juiste werkdiepte is van belang<br />

voor hoe licht de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd.<br />

De optimale werkdiepte is afhankelijk van de grondsituatie.<br />

Ga rijden en test het uit.<br />

Rijd de machine nooit in natte grond. Er ontstaan dan kluiten<br />

die moeilijk kapot te krijgen zijn. Bij harde en droge grond<br />

moet u nog een keer rijden, loodrecht op de eerste keer.<br />

WAARSCHUWING! U mag een nieuwe machine<br />

nooit overbelasten. Rijd de eerste 5 uur voorzichtig.<br />

7 OPSLAG<br />

Bewaar de grondfrees op een droge plaats.<br />

Zie ook hoofdstuk 2.4.<br />

Nadat u de benzine heeft afgetapt, start u de motor en laat<br />

deze lopen totdat alle benzine op is.


8 ONDERHOUD<br />

WAARSCHUWING! Laat reparaties door de<br />

wederverkoper uitvoeren. Anders vervalt de garantie.<br />

WAARSCHUWING! Koppel de bougieaansluiting<br />

los voordat reparaties of onderhoud worden uitgevoerd.<br />

8.1 PERIODIEK ONDERHOUD<br />

8.1.1 Voor elke rit<br />

• Controleer het oliepeil in de motor. Vul indien nodig bij.<br />

• Controleer op olielekkage.<br />

• Controleer of alle schroeven zijn vastgedraaid.<br />

8.1.2 Na elke rit<br />

• Maak de grondfrees schoon.<br />

• Controleer op olielekkage.<br />

8.1.3 Na 20 bedrijfsuren<br />

• Controleer, reinig of vervang het luchtfilter.<br />

• Controleer of alle schroeven en moeren zijn vastgedraaid.<br />

8.1.4 Elk jaar Ververs de olie in de motor.<br />

8.2 BENZINE AFTAPPEN<br />

Zie hoofdstuk 2.4.<br />

8.3 LUCHTFILTER, ZIE FIG. 12<br />

Reinig/vervang het luchtfilter regelmatig. Voor het demonteren<br />

van het luchtfilter moet u de schroef (A) verwijderen.<br />

WAARSCHUWING! Gebruik bij het reinigen<br />

geen brandgevaarlijke vloeistoffen.<br />

Reinig het luchtfilter met een zachte borstel.<br />

8.4 VERVERSEN, OLIE CONTROLEREN, ZIE FIG. 2<br />

Ververs de motorolie één keer per jaar. Ververs de olie op de<br />

volgende manier:<br />

1. Laat de motor warmlopen. WAARSCHUWING! De motorolie<br />

is warm. Kans op brandwonden!<br />

2. Breng de machine schuin naar voren en demonteer de<br />

plug (13).<br />

Tap de olie af in een geschikt vat. Monteer de plug als de<br />

olie is afgetapt.<br />

3. Zet de machine horizontaal.<br />

4. Verwijder de plug (12) en vul 0,7 l olie SAE 10W40 bij.<br />

Draai de plug vervolgens vast.<br />

5. Als de machine horizontaal staat, moet het oliepeil op<br />

hetzelfde niveau als de onderkant van het gat voor de<br />

plug (12) liggen.<br />

NEDERLANDS NL<br />

8.5 SCHOONMAKEN<br />

Zie hoofdstuk 2.4. Borstel eerst al het losse vuil weg. Behandel<br />

de grondfrees vervolgens met een vochtige doek. Spoel<br />

het onderstel met water af.<br />

8.6 DRIJFRIEM VERVANGEN, ZIE FIG. 13<br />

1. Demonteer de kap (16) in fig. 2.<br />

2. Breng het spanwiel (2) omhoog en wring de riem eraf.<br />

3. Wring de riem van de beide riemschijven af. Demonteer<br />

de beugel (A) boven de kleine riemschijf niet.<br />

4. Monteer de nieuwe riem in de omgekeerde volgorde.<br />

5. Stel de koppelingskabel af. Zie hieronder.<br />

6. Monteer de kap.<br />

8.7 KOPPELINGSKABEL AFSTELLEN<br />

1. Demonteer de kap (16) in fig. 2.<br />

2. Stel de koppelingskabel af met behulp van de strekhuls<br />

(A) in fig. 14.<br />

3. De koppelingskabel is correct afgesteld als de veer (B) in<br />

fig. 15 zich ca. 1 cm strekt als u de handgreep indrukt.<br />

4. Borg de strekhuls en monteer de kap na het afstellen.<br />

8.8 VERSNELLINGSKABEL AFSTELLEN<br />

1. Stel de versnellingskabel af met behulp van de strekhuls<br />

(C) in fig. 16.<br />

2. De versnellingskabel is correct afgesteld als de speling in<br />

het buitenste deel van de handgreep ca. 5 mm is. Zie fig.<br />

17.<br />

NB! Strek de versnellingskabel niet teveel. De levensduur<br />

kan hierdoor afnemen.<br />

3. Borg de strekhuls na het afstellen.<br />

8.9 STORINGZOEKEN<br />

8.9.1 Storing: Moeilijk starten.<br />

Oorzaak: De brandstof is te oud.<br />

Maatregel: Draineer de tank en vul deze met nieuwe benzine.<br />

Oorzaak: Defecte bougie.<br />

Maatregel: Vervang de bougie.<br />

8.9.2 Storing: De motor loopt onregelmatig<br />

Oorzaak: Vuil in de brandstof.<br />

Maatregel: Reinig de benzinetank en de carburateur.<br />

Oorzaak: Defecte bougie.<br />

Maatregel: Vervang de bougie.<br />

8.9.3 Storing: De motor is zwak, loopt niet op volgas.<br />

Oorzaak: Verstopt luchtfilter.<br />

Maatregel: Reinig of vervang het luchtfilter.


NL<br />

8.9.4 Storing: Slipt bij aandrijving vooruit<br />

Oorzaak: De riem is te slap.<br />

Maatregel: Stel de riem af.<br />

8.9.5 Storing: Slipt bij aandrijving achteruit.<br />

Oorzaak: De versnellingsregelaar is verkeerd afgesteld.<br />

Maatregel: Stel de versnellingsregelaar af.<br />

8.9.6 Storing: Stopt tijdens bedrijf.<br />

Oorzaak: De brandstof is op.<br />

Maatregel: Vul benzine bij.<br />

9 TECHNISCHE GEGEVENS<br />

Gewicht: 46 kg<br />

Motortype: 4-takt, Briggs & Stratton<br />

Bougie: Champion QC12YC of daarmee<br />

overeenkomend.<br />

Vermogen: 4 kW (5,5 hp)<br />

Toerental, motor: 3400 rpm<br />

Geluidsdrukniveau: 77 dB(A)<br />

Trillingsniveau: 2,9 m/s 2<br />

Transmissie: Riemoverbrenging met versnellingsbak<br />

Brandstoftank,<br />

inhoud: 2,8 liter<br />

Brandstof: 95 octaan, loodvrije benzine<br />

Stuurstang: In hoogte verstelbaar.<br />

Bladdiameter: 320 mm<br />

Werkbreedte: 590 mm (840 mm bij 6 rotors en<br />

340 mm bij 2 rotors)<br />

Rotatie van de<br />

bladen vooruit: 135 rpm<br />

Rotatie van de<br />

bladen achteruit: 58 rpm<br />

NEDERLANDS<br />

10 CE-CERTIFICAAT<br />

Ets PUBERT SA Z.I. de Pierre-Brune, 85110 CHANTON-<br />

NAY, Frankrijk garandeert dat de grondfrees JB 55 voldoet<br />

aan de belangrijkste gezondheids- en veiligheidseisen in de<br />

richtlijnen 89/392 CEE en 98/37/CE. Om te garanderen dat<br />

de veiligheids- en gezondheidseisen, voorgeschreven in de<br />

EEC-Richtlijn, correct worden toegepast, zijn de volgende<br />

normen en/of technische specificaties geraadpleegd: EN<br />

292-1, EN 292-2, EN 25349 (1993) en NFU 02-025.<br />

Chantonnay, 01-01-1999.<br />

M. Jean-Pierre PUBERT<br />

Voorzitter en directeur


Fig. 1<br />

Fig. 2<br />

Fig. 3.<br />

1 2 3 4<br />

1 2<br />

3<br />

4<br />

5<br />

6<br />

7 8<br />

10<br />

9 15<br />

11<br />

12<br />

13<br />

14<br />

12<br />

13<br />

Fig. 4.<br />

5a<br />

5b<br />

5c<br />

11 2 6<br />

15<br />

6<br />

1<br />

3<br />

16<br />

6<br />

7<br />

9<br />

10<br />

2<br />

19


Fig. 5.<br />

Fig. 6.<br />

Fig. 7.<br />

Fig. 11a.<br />

3<br />

4<br />

1 2<br />

Fig. 8.<br />

Fig. 9.<br />

Fig. 10.<br />

RUN CHOKE<br />

RUN CHOKE<br />

Fig. 11b. Fig. 11c.


Fig. 12.<br />

A<br />

Fig. 13.<br />

A<br />

A<br />

Fig. 15.<br />

Fig. 16.<br />

Fig. 14. Fig. 17.<br />

1<br />

C<br />

+1 cm<br />

5 mm

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!