07.08.2013 Views

BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN WATERLAAT 5

BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN WATERLAAT 5

BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN WATERLAAT 5

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

In het ‘Besluit externe veiligheid inrichtingen’ is de verantwoordingsplicht opgenomen.<br />

Deze verantwoordingsplicht houdt in dat iedere verandering van<br />

het groepsrisico die optreedt ten gevolge van een ruimtelijk besluit moet worden<br />

onderbouwd én verantwoord door het bevoegd gezag.<br />

Conclusies<br />

Voor het gebied Het Stoom is vanuit geen van de vier aangegeven bedrijven<br />

een knelpunt te verwachten. Het onderzoek van Oranjewoud is ook toepasbaar<br />

op het plangebied Waterlaat 5. Daarnaast zijn in de omgeving van en<br />

op het bestaande bedrijventerrein Waterlaat geen bedrijven gevestigd die<br />

onder het BEVI vallen. Er kan dus geconstateerd worden dat externe veiligheid<br />

geen knelpunt vormt voor het bestemmingsplan ‘Waterlaat 5’.<br />

Brandveiligheid<br />

Het aspect brandveiligheid stelt voorwaarden aan de afstand tussen gebouwen<br />

op een bedrijventerrein. Wat betreft brandgevaar voor de omgeving kan<br />

gezegd worden dat hiermee bij de indeling in hindercategorieën en de daarbij<br />

horende minimale afstanden tot andere functies (‘Bedrijven en milieuzonering’)<br />

onder meer rekening is gehouden.<br />

In geval van calamiteiten is het van groot belang dat de bereikbaarheid en de<br />

ontsluiting op het bedrijventerrein goed zijn. Hiervoor wordt gezorgd door op<br />

het niveau van de individuele bebouwing de randvoorwaarde op te nemen dat<br />

gebouwen op 5 meter uit de perceelsgrens liggen, zodat tussen gebouwen op<br />

verschillende percelen een strook van 10 meter overblijft die de brandweer in<br />

noodgevallen een benaderingsmogelijkheid geeft. Hierbij wordt aangesloten<br />

op de landelijke richtlijn ‘de omgeving van een brandveilig gebouw’. In deze<br />

richtlijn zijn duidelijke criteria opgenomen over de weginrichting en het bereiken<br />

van afzonderlijke objecten.<br />

Tevens dienen er 2 ontsluitingsroutes aanwezig te zijn.<br />

De onderlinge afstand tussen de bedrijfsgebouwen is niet alleen van belang<br />

voor een slagvaardig repressief brandweeroptreden maar heeft, afhankelijk<br />

van de gebouwfuncties, ook te maken met de beperking van het gevaar van<br />

branduitbreiding doordat bijvoorbeeld lichtopeningen tegen elkaar liggen.<br />

5.6 Luchtkwaliteit<br />

Het ‘Besluit luchtkwaliteit 2005’ bevat luchtkwaliteitseisen voor diverse<br />

verontreinigende stoffen, o.a. stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10), die in<br />

acht moeten worden genomen bij de uitoefening van bevoegdheden die gevolgen<br />

kunnen hebben voor de luchtkwaliteit. Bij de totstandkoming van bestemmingsplannen<br />

moeten de grenswaarden in acht worden genomen. Deze<br />

normen zijn bindend en niet afweegbaar.<br />

Voor toetsing van een toekomstige situatie aan de grenswaarden is een berekening<br />

nodig, waarbij ook een referentiescenario betrokken wordt. Inmiddels<br />

zijn er referentiescenario's voor de jaren 2010, 2015 en 2020. Bij een<br />

horizonjaar ná 2010 moeten de verkeersprognoses voor het horizonjaar<br />

worden gebruikt bij de berekening.<br />

Alle in de prognosetermijn relevante ontwikkelingen die de luchtkwaliteit<br />

kunnen beïnvloeden moeten in beeld worden gebracht. Met name de emissies<br />

van het wegverkeer zijn daarbij van belang.<br />

De berekeningen voor stikstofdioxide (NO2) en voor fijn stof (PM10) zijn verricht<br />

met behulp van het rekenprogramma CAR II (versie 4.0.0). Daarbij gaat<br />

het om jaargemiddelde-etmaalconcentraties en om het aantal dagen per jaar<br />

dat een maatgevende concentratie (‘piekwaarde’) wordt overschreden.<br />

25

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!