06.08.2013 Views

Biografie

Biografie

Biografie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

In 1887 werd de bisschoppelijke residentie in Leang-tcheou opgeheven, en<br />

naar het op 2 uur afstands liggende Soung-chou-tchouang met ongeveer 250<br />

christenen verplaatst. Hier werd 2 jaren later het 25 jarig priesterfeest van Z.D.H.<br />

gevierd met een luister, die voor de arme Chineezen, zoowel christenen als<br />

heidenen, maar ook den missionarissen onvergetelijk bleef.<br />

Voor wij echter dit feest en het zich daarbij aansluitend afscheid van Kan-sou<br />

nader leeren kennen, willen wij hooren, wat de Bisschop zelf, den 22 sten Mei<br />

1882, over zich, en zijne werkzaamheden aan zijne familie bericht: “Nu zult gij<br />

mij misschien gaan verwijten dat ik mij zoolang met U bezighoud, en niets over<br />

mijzelven en de missie van Kan-sou schrijf. Wat zal ik er U al van zeggen. Over<br />

mijzelven is alles in een paar woorden geschreven: ofschoon ik de 40 gepasseerd<br />

ben en een kruis op mijne borst draag, ben ik altijd nog dezelfde Ferdinand,<br />

zooals gij die voor 18 jaren gekend hebt; wat ouder in jaren, maar nog hetzelfde<br />

hart: vroolijk in den Heer. Het missieleven bevalt mij nog even goed als den<br />

eersten dag. Ik geloof, dat zoo ik het moest verlaten, al was het zelfs voor korten<br />

tijd, het mij eene grootere opoffering zou kosten, dan toen ik Europa en alles, wat<br />

mij dierbaar was, verliet. De Chineezen bemin ik als mijne kinderen, en ik heb<br />

acht brave en deugdzame medepriesters, die allen ijverig werken, en als ware<br />

broeders hartelijk en eensgezind samen leven. Wat de missie van Kan-sou<br />

aangaat, omdat ik, toen mij den last van Vicarius Apostolicus door Z.H. Leo XIII<br />

in 1878 op de schouders werd gelegd, de eerste bisschop ervan was, en dit eene<br />

geheel nieuwe missie was, was er ook niets geregeld: er was zoo te zeggen niets;<br />

alles moest nog begonnen worden. Wij vonden hier slechts een 1300 christenen,<br />

hier en daar verspreid, geheel verwaarloosd, slecht onderwezen, die<br />

ternauwernood den naam van christenen verdienden. Wij hebben in deze 4 jaren<br />

7 kapellen en residenties voor missionarissen opgericht, een collegie gebouwd; de<br />

christenen zijn zichtbaar verbeterd; wij hebben een 60 tal doopen van<br />

volwassenen gehad, en nog verheugen wij ons in een 100 tal catechumenen. Dit<br />

resultaat mag misschien gering schijnen voor een ijverig zwoegen van 4 jaren;<br />

maar als wij in aanmerking nemen, dat alle begin moeilijk is, dat wij hier alles<br />

tegen hadden, vooral de antipathie van het volk (nooit toch waren Europeesche<br />

missionarissen tot hier doorgedrongen) dan hebben wij alle redenen, den goeden<br />

God te bedanken.”<br />

In dit verslag vergeet de ootmoedige geloofsverkondiger over de moeite te<br />

spreken, welke dit kleine succès hem gekost had: zijne bisschoppelijke rondreis<br />

in het heetst van den zomer (+ 35°Celsius) en het koudst van den winter (-<br />

25°Celsius), door een gebied, dat 300 uren van ‘t n.w. naar ‘t z.o. en 200 van ‘t w.<br />

naar ‘t o. lang is, door wilde, gedeeltelijk ongebaande bergstreken, door rivieren<br />

zonder bruggen en door bijna ontoegankelijke wouden.<br />

Daarover meldt eener zijner missionarissen: “Men kan terecht zeggen, dat hij<br />

zich uitputte, zonder het minste medelijden met zich zelven te hebben.”<br />

Zijn talent, met weinig geldmiddelen veel tot stand te brengen, hebben wij<br />

reeds leeren kennen: een ander zijner gaven, nl. zijne goede verhouding tot de<br />

- 41 -

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!