06.08.2013 Views

SAVING MATERIALS - Igitur - Universiteit Utrecht

SAVING MATERIALS - Igitur - Universiteit Utrecht

SAVING MATERIALS - Igitur - Universiteit Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

2.5 Scenario’s<br />

Om het energie- en CO2 emissie reductiepotentieel te analyseren dat in Nederland<br />

gerealiseerd kan worden met afvalverwerking zijn drie scenario’s gedefinieerd:<br />

• Recycling+<br />

• Verbranding+<br />

• Succesvol huidig beleid<br />

De scenario’s zijn gebaseerd op het 2008 referentiescenario.<br />

Recycling+<br />

In het Recycling+scenario worden meer materialen uit het HHA, GHA en BSA<br />

gerecycled of hergebruikt. Uit gegevens blijkt dat er in het referentiescenario (2008)<br />

nog een grote hoeveelheid recyclebare materialen in de reststroom HHA en GHA zit<br />

die verwerkt zijn in een afvalverbrandingsinstallatie. Meer hergebruik en recycling<br />

van materialen uit het huishoudelijk afval houdt in dat er onder andere meer<br />

gescheiden ingezameld moet worden om het materiaal op een hoogwaardige manier te<br />

kunnen recyclen. Voor GHA en BSA is het beter mogelijk materialen via sortering op<br />

een hoogwaardige manier te recyclen. Ook materialen die in het referentiescenario<br />

gescheiden werden ingezameld, maar vervolgens laagwaardig werden gerecycled,<br />

worden in het Recycling+ scenario zo hoogwaardig mogelijk ingezet. Een voorbeeld<br />

hiervan is het vergisten van GFT in plaats van composteren, waarbij naast een<br />

bruikbaar product ook biogas wordt geproduceerd dat gebruikt kan worden voor<br />

elektriciteitsopwekking. Daarnaast wordt er in het Recycling+ scenario geen<br />

huishoudelijk en grof huishoudelijk afval meer gestort, maar worden de materialen in<br />

deze afvalstromen minimaal verbrand in een AVI met gemiddeld rendement. De<br />

aannames per materiaal voor het recyclingscenario zijn opgenomen in Appendix C.<br />

Verbranding+<br />

In het Verbranding+scenario wordt uitgegaan van het verbranden van hetzelfde<br />

volume afval als in het referentiescenario, maar in plaats van verwerking in een AVI<br />

met gemiddeld Nederlands rendement (AVI A) wordt verwerking in een AVI met een<br />

hoger elektrisch rendement aangenomen (AVI B). Op deze manier wordt een groter<br />

deel van de energie-inhoud van de verschillende materialen in afval teruggewonnen in<br />

de vorm van energie (elektriciteit en warmte). Het gemiddelde rendement van de<br />

Nederlandse verbrandingsinstallaties in 2008 was 21% elektrisch en 7% thermisch.<br />

Het Afval Energie Bedrijf (AEB) in Amsterdam geeft aan te draaien op een netto<br />

elektrisch rendement van 30%, waarvan 2% van de opgewekte energie komt van de<br />

rioolwater zuiveringsinstallatie. De bruto elektriciteitsproductie is rond de 34%, eigen<br />

consumptie van de afvalverwerkingsinstallatie bedraagt 3-4% van de totale<br />

elektriciteitsproductie (IPTS, 2006 en Afval Energie Bedrijf, 2006). Op basis van deze<br />

informatie wordt voor het Verbranding+ scenario een AVI rendement aangenomen<br />

van 28% elektrisch en 9,3% thermisch (AVI B).<br />

Succesvol huidig beleid<br />

In het scenario ‘Succesvol huidig beleid’ wordt uitgegaan van een succesvol<br />

afvalstoffenbeleid dat vastgelegd is in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP). In het LAP<br />

staat het beleid voor het beheer van alle afvalstoffen waarop de Wet milieubeheer van<br />

toepassing is. Het LAP geeft onder meer het beleid voor nuttige toepassing, storten en<br />

verbranden van afval.<br />

23

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!