PDF (Dibbits, H.C. (1998) Vertrouwd bezit. Materiële cultuur in

PDF (Dibbits, H.C. (1998) Vertrouwd bezit. Materiële cultuur in PDF (Dibbits, H.C. (1998) Vertrouwd bezit. Materiële cultuur in

depot.knaw.nl
from depot.knaw.nl More from this publisher
06.08.2013 Views

oorlogh (1685) en Het leven en sterven van Mr. Quaadt (1683) waren uit voorraad leverbaar: alle in klein formaat (duodecimo) en dus ook voor de minder vermogende lezer betaalbaar. 57 Opvallend is de aanwezigheid van een werkje getiteld Den Anti-Christ ontdekt. Het betrof hier wellicht het in 1680 gepubliceerde geschrift van een vrouw die grote bekendheid kreeg nadat zij als volgelinge van De Labadie afstand had genomen van het kerkelijk leven: Antoinette Bourignon. 58 Het werk van de Rotterdamse predikant Franciscus Ridderus zal een breder publiek hebben aangesproken. Goemaen en De Bije hadden maar liefst vijf titels van hem in voorraad. Terwijl we de meeste titels uit de voorraad van Goemaen en De Bije slechts incidenteel in de inventarissen tegenkomen, wordt het werk van Ridderus bij zeven nalaters aangetroffen, afkomstig uit verschillende lagen van de Maassluise bevolking. Ook enkele Doesburgers, onder wie burgemeester Haeck (1669), hadden een werk van Ridderus in de kast staan. Ridderus schreef in luchtige stijl over alledaagse dingen. De titels van zijn werken vormen samen een mooie verzameling trefwoorden uit de aandachtsgebieden van de op de praktijk van het leven gerichte Nadere Reformatie. 59 Zo waren er Dagelijcksche huys-catechisatie (1652), Nuttige Tyd-korter voor reysende en andere lieden (1663) en Historisch ABC tot een besige Ledigheydt (1664). Interessant voor ons is vooral de wijze waarop Ridderus alledaagse objecten inzet bij zijn streven naar een christelijke ritualisering van het dagelijks leven. In zijn Historisch ABC passeren in alfabetische volgorde maar liefst vijfhonderd onderwerpen de revue (onder de letter b zijn bijvoorbeeld te vinden barbier, bakker, baard, beul), stuk voor stuk voorzien van ‘drie Historien uit Heilige, Kerkelijke en Wereldsche Autheuren’. Alle teksten zijn voorzien van een bronvermelding. Ridderus hoopte dat het boek als een soort gezelsschapsspel zou worden gebruikt: ‘In plaetse dat men de tijd soeckt door te brengen met ydele praet en vertellingen, so konde men een Voorwerp voordragen, ende malkanderen ondervragen, wat Historie men daer op weet te verhalen, ende dan het gebruik daer by te doen. Dus konnen Titelblad van Franciscus Ridderus, Dagelyckse, Maandelijcke en Jaarlyckse Huys-oeffeninge. Amsterdam 1743. ub Amsterdam

de Kinderen kennisse bekomen van de Historien, dezelve met gemak onthouden, ende daer door onder wesen worde in de plichte van leven.’ 60 Een enigszins vergelijkbare opzet had Nuttige Tyd-korter. Hierin wordt de lezer aan de hand van 42 dialogen over herkenbare thema’s (een reiziger, de hemel, de zon, de wind, het schip, dobbelen, schoenen, kleren, schilderijen, boeken, bedelaars enzovoort) de christelijk-moralistische boodschap overgedragen. De dialogen worden steeds gevoerd door dezelfde personen: de door ervaring wijs geworden schipper, de ‘politiek’, die zijn kennis van de klassieken kan tonen en de ‘theologant’, die spreekt vanuit zijn theologische achtergrond. Het is de theoloog die vertelt hoe men met boeken behoort om te gaan: ‘Een open boeck is een recht teycken voor een wijs Man, en bysonderlijck voor een Christen, een open Bybel: Want de Boecken, so oock de Bybel, doen geen nuttigheyt, indiense niet opgeslaegen worden’: een duidelijk voorschrift voor de wijze waarop mensen hun directe leefomgeving zouden moeten vormgeven, willen zij tenminste als ‘wijs man’ en als ‘christen’ worden beschouwd. 61 Rond 1696, het jaar waarin de inventaris van De Bije werd opgemaakt, speelde de ruzie tussen de voetianen en coccejanen met als inzet de bijbel versus de overgeleverde kerkleer. Coccejus beschouwde de sabbat als een kerkelijk ceremonieel, en niet als een bijbels (dus goddelijk) gebod; een overtuiging die in de ogen van zijn tegenstanders als ketterij kon worden afgedaan. Dit conflict, dat wel is aangeduid als de ‘tachtigjarige oorlog in de kerk en onder de Nederlandsche godgeleerden’, is voor ons interessant omdat het hier een ruzie betrof over het belang van de viering van de zondag en andere, door Coccejus en diens volgelingen als kerkelijk, en niet als ‘bijbels’ beschouwde ceremoniële handelingen. We vinden onder de boeken in kwartoformaat een catechismusverklaring van de uitgesproken coccejaanse predikant Henricus Groenewegen, en onder de duodecimo’s zowel een niet nader gespecificeerd werkje van de in 1675 uit Zeeland verbannen coccejaanse predikant Johannes van der Waaijen als twee werken van de als cartesiaanscoccejaans bekend staande Zwolse predikant Frederik van Leenhof: De keten der bybelsche God-geleertheyt (1678) en het anoniem verschenen Bedeling der Tyden (1684) waarin Van Leenhof het opnam voor Coccejus. Uiterst opmerkelijk is dat er in de inventaris van de boekverkoper, afgezien van een vijftal exemplaren van het vademecum Kunst der Zeevaart, 62 geen enkel stuurmanshandboek is te vinden. Had men geen behoefte aan boekenkennis in het visserijbedrijf? In een visserssamenleving waarin het 57. Ibidem. 58. M. de Baar schrijft een proefschrift over Antoinette Bourignon. 59. Over het werk van Ridderus zie Stronks, Stichten of schitteren, 1996, m.n. pp. 55-84. 60. Geciteerd in: Bekkering e.a. (ed.), De hele Bibelebontse berg, 1989, pp. 146-147. 61. Ridderus, Nuttige Tyd-korter, 1663, p. 101. 62. Naar alle waarschijnlijkheid ging het hier om de vertaling van het Spaanse handboek Arte de navegar van Pedro de Medina. Van dit boek was een Nederlandse uitgave verschenen onder de titel De zeevaert of conste van ter zee te varen (Antwerpen 1580). Zie Davids, Zeewezen en wetenschap, 1986. 239

oorlogh (1685) en Het leven en sterven van Mr. Quaadt (1683) waren uit voorraad<br />

leverbaar: alle <strong>in</strong> kle<strong>in</strong> formaat (duodecimo) en dus ook voor de m<strong>in</strong>der<br />

vermogende lezer betaalbaar. 57<br />

Opvallend is de aanwezigheid van een werkje getiteld Den Anti-Christ<br />

ontdekt. Het betrof hier wellicht het <strong>in</strong> 1680 gepubliceerde geschrift van een<br />

vrouw die grote bekendheid kreeg nadat zij als volgel<strong>in</strong>ge van De Labadie<br />

afstand had genomen van het kerkelijk<br />

leven: Anto<strong>in</strong>ette Bourignon. 58<br />

Het werk van de Rotterdamse predikant<br />

Franciscus Ridderus zal een breder<br />

publiek hebben aangesproken. Goemaen<br />

en De Bije hadden maar liefst vijf titels<br />

van hem <strong>in</strong> voorraad. Terwijl we de<br />

meeste titels uit de voorraad van Goemaen<br />

en De Bije slechts <strong>in</strong>cidenteel <strong>in</strong> de<br />

<strong>in</strong>ventarissen tegenkomen, wordt het<br />

werk van Ridderus bij zeven nalaters<br />

aangetroffen, afkomstig uit verschillende<br />

lagen van de Maassluise bevolk<strong>in</strong>g. Ook<br />

enkele Doesburgers, onder wie burgemeester<br />

Haeck (1669), hadden een werk<br />

van Ridderus <strong>in</strong> de kast staan.<br />

Ridderus schreef <strong>in</strong> luchtige stijl over<br />

alledaagse d<strong>in</strong>gen. De titels van zijn<br />

werken vormen samen een mooie verzamel<strong>in</strong>g<br />

trefwoorden uit de aandachtsgebieden<br />

van de op de praktijk van het<br />

leven gerichte Nadere Reformatie. 59 Zo<br />

waren er Dagelijcksche huys-catechisatie<br />

(1652), Nuttige Tyd-korter voor reysende<br />

en andere lieden (1663) en Historisch ABC<br />

tot een besige Ledigheydt (1664).<br />

Interessant voor ons is vooral de<br />

wijze waarop Ridderus alledaagse objecten<br />

<strong>in</strong>zet bij zijn streven naar een christelijke ritualiser<strong>in</strong>g van het dagelijks<br />

leven. In zijn Historisch ABC passeren <strong>in</strong> alfabetische volgorde maar liefst<br />

vijfhonderd onderwerpen de revue (onder de letter b zijn bijvoorbeeld te<br />

v<strong>in</strong>den barbier, bakker, baard, beul), stuk voor stuk voorzien van ‘drie<br />

Historien uit Heilige, Kerkelijke en Wereldsche Autheuren’. Alle teksten<br />

zijn voorzien van een bronvermeld<strong>in</strong>g. Ridderus hoopte dat het boek als een<br />

soort gezelsschapsspel zou worden gebruikt: ‘In plaetse dat men de tijd<br />

soeckt door te brengen met ydele praet en vertell<strong>in</strong>gen, so konde men een<br />

Voorwerp voordragen, ende malkanderen ondervragen, wat Historie men<br />

daer op weet te verhalen, ende dan het gebruik daer by te doen. Dus konnen<br />

Titelblad van Franciscus Ridderus, Dagelyckse,<br />

Maandelijcke en Jaarlyckse Huys-oeffen<strong>in</strong>ge.<br />

Amsterdam 1743. ub Amsterdam

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!