06.08.2013 Views

Witte, F., Rutjes, C., Wanink, J. & van den Thillart, G. (2005)

Witte, F., Rutjes, C., Wanink, J. & van den Thillart, G. (2005)

Witte, F., Rutjes, C., Wanink, J. & van den Thillart, G. (2005)

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Fig. 3. Diepte waarop Haplochromis (Gaurochromis) hiatus en H. (G.) iris in de Mwanzagolf leef<strong>den</strong>. In<br />

de omgeving <strong>van</strong> H. iris was de zuurstofconcentratie in sommige perio<strong>den</strong> lager dan in de omgeving <strong>van</strong><br />

H. hiatus (zie Fig. 1). De kieuwen <strong>van</strong> H. iris waren groter dan die <strong>van</strong> H. hiatus door onder andere een<br />

groter aantal filamenten (door Martin Brittijn, naar Hoogerhoud et al., 1983).<br />

en Hemibates stenosoma die ge<strong>van</strong>gen wer<strong>den</strong> op<br />

diepten <strong>van</strong> 205 m, waar de zuurstofconcentratie<br />

minder dan 1 mg/l was (Coulter, 1967).<br />

Uit onderzoek <strong>van</strong> Galis en Barel (1980) bleek<br />

dat soorten uit het Victoria-, George-, Malawien<br />

Tanganjikameer met een verschillende levenswijze,<br />

bijvoorbeeld snelle en langzame zwemmers,<br />

verschillen in de vorm en grootte <strong>van</strong> de<br />

kieuwen. De twee nauw verwante insectenetende<br />

soorten Haplochromis (Gaurochromis) hiatus<br />

en H. (G.) iris uit het Victoriameer, die sinds de<br />

Nijlbaarsexplosie niet meer ge<strong>van</strong>gen wer<strong>den</strong>,<br />

vorm<strong>den</strong> een mooi voorbeeld. De laatstgenoemde<br />

soort had een kieuwoppervlak dat 60%<br />

groter was dan dat <strong>van</strong> de eerstgenoemde (Fig. 3;<br />

Hoogerhoud et al.,1983). De verklaring voor dit<br />

verschil is dat H. hiatus leefde in water <strong>van</strong> 3 tot<br />

9 m diep en H. iris in water <strong>van</strong> 8 tot 15 m. In dit<br />

diepere water wer<strong>den</strong> in het regenseizoen regelmatig<br />

lage zuurstofconcentraties (minder dan 3<br />

mg/l) gemeten na het ontstaan <strong>van</strong> een spronglaag<br />

(Fig. 1). Verschillen in kieuwoppervlak zijn<br />

ook gevon<strong>den</strong> tussen populaties <strong>van</strong> dezelfde<br />

soort, bijvoorbeeld Pseudocrenilabrus multicolor<br />

victoriae uit het Kayanjameer met een zuurstofgehalte<br />

<strong>van</strong> 6,1 mg/l en uit de moerassen <strong>van</strong><br />

het Manywameer met een gehalte <strong>van</strong> 0,4 mg/l<br />

(Chapman et al., 2000). Het kieuwoppervlak <strong>van</strong><br />

de laatstgenoemde populatie is 41% groter dan<br />

dat <strong>van</strong> de eerstgenoemde.<br />

Het effect <strong>van</strong> langdurig lage zuurstofconcentraties<br />

in het Victoriameer<br />

Door de toegenomen algenbloei in de afgelopen<br />

30 jaar is de zuurstofconcentratie in de Mwanzagolf<br />

<strong>van</strong> het Victoriameer sterk afgenomen<br />

(<strong>Wanink</strong> et al., 2001). De algenbloei is onder andere<br />

het gevolg <strong>van</strong> verrijking <strong>van</strong> het water met<br />

voedingstoffen door de toenemende ontbossing<br />

en landbouw. Maar ook het verdwijnen <strong>van</strong> de<br />

algenetende Haplochromis-soorten door de geïntroduceerde<br />

Nijlbaars draagt waarschijnlijk bij<br />

aan de algenbloei (Goldschmidt et al., 1993). De<br />

zoöplanktoneter H. (Yssichromis) pyrrhocephalus,<br />

is op het ogenblik een <strong>van</strong> de weinige Haplochromissoorten<br />

die zich hersteld hebben <strong>van</strong> de Nijlbaars<br />

predatie (<strong>Witte</strong> & <strong>Wanink</strong> 2000). Het kieuwoppervlak<br />

<strong>van</strong> deze soort blijkt binnen 20 jaar<br />

Cichlidae 31-6 december <strong>2005</strong> (© NVC) 147

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!