2011-17 Op eigen benen verder; spenen met beleid
2011-17 Op eigen benen verder; spenen met beleid
2011-17 Op eigen benen verder; spenen met beleid
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Praktijk<br />
Het verdient aanbeveling om de veulens tegelijk<br />
te <strong>spenen</strong>, dan vinden ze steun bij elkaar.<br />
In het verleden werd een minimale leeftijd<br />
van drie maanden aangehouden om een<br />
veulen te <strong>spenen</strong>, dit is inmiddels achterhaald.<br />
Voor en rond die tijd is immers de<br />
waardevolle moedermelk nog onmisbaar.<br />
Daarnaast zijn er zelfs aanwijzingen dat te<br />
vroeg af<strong>spenen</strong> <strong>met</strong> bijbehorende stress<br />
stereotype gedrag kunnen veroorzaken.<br />
De speenleeftijd in de vrije natuur is het<br />
andere uiterste. Zo tussen de negen en<br />
elf maanden laat de merrie haar veulen<br />
geleidelijk aan steeds minder drinken en<br />
droogt haar melkproductie op. Deze<br />
lange periode is in de huidige paardenhouderij<br />
meestal niet haalbaar. Een<br />
fokmerrie is rond die tijd meestal al weer<br />
een ink aantal maanden drachtig. Een<br />
dergelijk groot veulen zogen en tegelijkertijd<br />
goed voor zichzelf en het ongeboren<br />
veulen zorgen, is een hele opgave. Bij een<br />
sportpaard kan het zogen naast de training<br />
veel extra energie vergen hetgeen<br />
ten kostte gaat van haar <strong>eigen</strong> gezondheid<br />
en/of haar sportieve prestaties.<br />
• tekst : GEMMA JANSEN<br />
• foto’s : GEMMA JANSEN, CHARLOTTE DEKKER EN MARGOT HAGEMAN<br />
<strong>Op</strong> <strong>eigen</strong> <strong>benen</strong> <strong>verder</strong><br />
Spenen <strong>met</strong> <strong>beleid</strong><br />
Na een aantal maanden <strong>met</strong> hun moeder in de wei komt onvermijdelijk het moment van afscheid en moet een<br />
veulen op <strong>eigen</strong> <strong>benen</strong> <strong>verder</strong>. Een behoorlijk ingrijpend moment in het leven van zowel merrie als veulen.<br />
Voorafgaand aan het <strong>spenen</strong> zijn een aantal maatregelen te nemen, die het afscheid aanzienlijk verzachten. De<br />
eerste vraag is natuurlijk: wanneer halen we het veulen bij de merrie vandaan?<br />
22 IDS<strong>17</strong> • 25 augustus <strong>2011</strong><br />
Leeftijd<br />
De beste leeftijd om probleemloos<br />
gespeend te worden, is voor een veulen zo<br />
tussen de vierenhalf en zes maanden. Dit<br />
moet per veulen wel individueel worden<br />
bekeken; het ene veulen is immers vroegrijp<br />
terwijl een ander meer tijd nodig heeft om<br />
zelfstandig <strong>verder</strong> te kunnen gaan. Zo<br />
tussen de vier en zes maanden is het veulen<br />
niet langer alleen afhankelijk van de merriemelk.<br />
In de periode voorafgaand aan het<br />
<strong>spenen</strong> heeft het spijsverteringsstelsel van<br />
IDS<strong>17</strong>_P022 22 19-08-11 13:20<br />
Gemma Jansen
Gemma Jansen<br />
Charlotten Dekker<br />
Sprintjes trekken, samen slapen en spelen, in een koppel jonge paarden steken ze elkaar aan.<br />
het veulen zich namelijk voldoende kunnen<br />
ontwikkelen om de benodigde energie en<br />
voedingsstoffen te halen uit ruw- en krachtvoer.<br />
Om de ontwikkeling van het maagdarmstelsel<br />
te stimuleren kun je een veulen<br />
van enkele weken oud al laten wennen aan<br />
veulenbrokjes of zorgen dat de voerbak niet<br />
te hoog hangt, zodat hij krachtvoer mee kan<br />
eten <strong>met</strong> zijn moeder. Let er dan wel op, dat<br />
zijn moeder hem toelaat bij de voerbak en<br />
niet alle brokken voor zichzelf houdt. Er zijn<br />
ook speciale voerbakken <strong>met</strong> verstelbare<br />
stangen, waar alleen een veulenneus doorheen<br />
past waardoor de merrie niet bij de<br />
brokken kan komen. Zo snel mogelijk na de<br />
geboorte moeten het veulen en de merrie bij<br />
voorkeur geweid worden in een weiland <strong>met</strong><br />
voldoende, lang gras. Al snel gaat dan het<br />
veulen ook aan de grassprieten knabbelen<br />
en maakt zo een begin <strong>met</strong> het opnemen<br />
van ruwvoer. Een opgroeiend veulen dat de<br />
beschikking heeft over voldoende ruwvoer<br />
en een passende hoeveelheid krachtvoer,<br />
gaat automatisch steeds minder vaak drinken<br />
bij zijn moeder. Daardoor mist het de<br />
moedermelk vanzelf minder, als hij op een<br />
dag helemaal niet meer bij zijn moeder mag.<br />
Voordat je gaat <strong>spenen</strong>, moet het veulen<br />
natuurlijk zelf al water kunnen drinken. Zorg<br />
altijd voor schoon drinkwater en hou in de<br />
gaten of hij hiervan gebruik maakt.<br />
Uiteraard moet het veulen in goede conditie<br />
zijn als het wordt gespeend, want<br />
meestal volgt een kleine terugslag. Het<br />
gespeende veulen moet, zeker in de<br />
eerste weken nadat hij is weggehaald van<br />
zijn moeder, nauwlettend in de gaten<br />
worden gehouden. Wanneer het jonge dier<br />
fors terugloopt in conditie moeten zijn<br />
voeding of leefomstandigheden accuraat<br />
worden aangepast. Een te grote of langdurige<br />
terugval heeft gevolgen voor de<br />
weerstand van het veulen en in ernstige<br />
gevallen belemmert het zelfs de groei.<br />
Uit elkaar<br />
Er zijn verschillende manieren van <strong>spenen</strong>;<br />
een geleidelijke en een abrupte variant. De<br />
eerste <strong>met</strong>hode verdient aanbeveling,<br />
want dat is de meest natuurlijke. Als bij<br />
een zogend sportpaard de training weer<br />
rustig wordt opgepakt, dan zullen merrie<br />
en veulen al regelmatig, eerst kort maar<br />
uiteindelijk steeds langer, van elkaar<br />
gescheiden worden. De eerste keren dat<br />
ze van elkaar af gaan, is voor het veulen<br />
een stressvolle aangelegenheid. Geur-,<br />
reuk- of gevoelscontact <strong>met</strong> een soortgenoot,<br />
al dan niet van dezelfde leeftijd, in<br />
een naastgelegen stal voorkomt dan dat<br />
ze in paniek raken. Sowieso is het belangrijk<br />
dat de stal waarin ze op dat moment<br />
verblijven geen uitstekende onderdelen<br />
heeft. Geen smalle spijlen in het traliewerk,<br />
waarin ze vast kunnen komen te zitten of<br />
ruiten waar ze doorheen kunnen trappen.<br />
Echter fokmerries lopen <strong>met</strong> hun kroost<br />
vaak de hele zomer in het land en dan komt<br />
het er niet van om merries en veulens regelmatig<br />
van elkaar te scheiden. Bij deze<br />
groep gaat het <strong>spenen</strong> dan ook meestal<br />
abrupt. Het verdient aanbeveling om de<br />
veulens tegelijk te <strong>spenen</strong>, dan vinden<br />
steun bij elkaar. Een gepensioneerd sportpaard<br />
of oude fokmerrie kan nog uitstekend<br />
dienst doen als oppas. Jonge veulens<br />
Met elkaar in de wei<br />
Willie van Beek uit Schaijk staat te boek als de<br />
fokker van de KWPN-goedgekeurde Pavo Cuptopper<br />
IPS Bon Bravour. Hij is inmiddels zesenzestig<br />
jaar. <strong>Op</strong> zijn zeventiende kocht hij zijn<br />
eerste paard en begaf zich al snel daarna op het<br />
fokkerijpad. Ieder jaar worden bij hem op stal<br />
meerdere veulens geboren. Dit jaar waren dat er<br />
zeven: “Daarvan heb ik er inmiddels vijf<br />
verkocht. Twee veulens staan hier nu samen, ik<br />
houd nooit een veulen alleen! Spenen doe ik<br />
ongeveer op een leeftijd van vijf maanden. In<br />
ieder geval niet vroeger, want een veulen moet<br />
wel voldoende ontwikkeld zijn. Zodra ze het<br />
lusten, geef ik ze veulenbrok. Deze biks voer ik<br />
ze in een veulenbak. Sommige merries zijn er zo<br />
fel op, dat ze die bak afbreken. Die merries zet ik<br />
dan even vast voor het voeren. De veulens<br />
worden hier natuurlijk niet allemaal gelijktijdig<br />
geboren, maar <strong>spenen</strong> doe ik wel tegelijk. Ik laat<br />
dan het veulen wat het eerste is geboren, wat<br />
langer bij de moeder lopen, totdat ook het<br />
andere veulen oud en ontwikkeld genoeg is om<br />
gespeend te worden. De eerste dag is niet altijd<br />
leuk, want het gehinnik van merrie en veulen<br />
gaat door merg en been. Na twee of drie dagen<br />
wordt het rustiger en doe ik de veulens <strong>met</strong><br />
elkaar de wei in. Ik zorg wel dat de moeders niet<br />
in de buurt zijn en <strong>eigen</strong>lijk gaat dat altijd prima.<br />
Zeker in de eerste periode geef ik de veulens<br />
goed ruwvoer, maar ook behoorlijk wat krachtvoer.<br />
Recent heb ik een stoeterij in Denemarken<br />
bezocht, daar werden de merries ’s avonds bij<br />
het binnen zetten gescheiden van de veulens.<br />
Die liepen gezamenlijk een grote loopstal in. Dat<br />
verliep heel rustig en ordelijk. De volgende<br />
ochtend gingen ze weer <strong>met</strong> zijn allen de wei in.<br />
Dat is heel anders dan bij ons, maar was wel<br />
heel mooi om te zien.”<br />
hebben veel steun aan zo’n ‘nanny’, die het<br />
jonge grut, als de groep tenminste niet al te<br />
groot is, ook nog goede manieren kan<br />
bijbrengen. Het is heel belangrijk om in de<br />
gaten te houden, dat er geen veulen is wat<br />
buiten de groep valt, veel alleen staat of<br />
wordt verstoten van het voer.<br />
In de opfok<br />
Voordat een veulen definitief gespeend<br />
wordt, moet er over nagedacht zijn, waar<br />
het veulen na het <strong>spenen</strong> heengaat. Een<br />
merrieveulen kan na het af<strong>spenen</strong> best<br />
weer samen <strong>met</strong> haar moeder lopen.<br />
Merrie en veulen moeten wel minimaal een<br />
maand van elkaar gescheiden zijn geweest<br />
IDS<strong>17</strong> • 25 augustus <strong>2011</strong> 23<br />
IDS<strong>17</strong>_P023 23 19-08-11 13:20
Margot Hageman<br />
en de merrie moet het veulen niet meer<br />
toelaten tot haar uier. De oude en jonge<br />
merrie hebben dan wel gezelschap aan<br />
elkaar, maar het blijft saai om op te groeien<br />
in het gezelschap van alleen een volwassen<br />
merrie. Sprintjes trekken, samen<br />
slapen en spelen, doet een veulen niet zo<br />
makkelijk <strong>met</strong> haar moeder, in een koppel<br />
jonge paarden steken ze elkaar aan.<br />
Bovendien leert een veulen pas in gezelschap,<br />
hoe ze sociaal moet functioneren.<br />
Als je toch besluit om het veulen niet weg<br />
te brengen naar een opfokbedrijf, mag dat<br />
gezelschap ook best bestaan uit bijvoorbeeld<br />
een veulen van een jaar eerder.<br />
Een hengstveulen heeft een grotere<br />
behoefte aan rennen en vooral stoeien <strong>met</strong><br />
leeftijdgenoten, dan een merrieveulen. Heb<br />
je maar één hengstveulen dan kun je kiezen<br />
voor een professioneel opfokbedrijf. Ben je<br />
van plan om de ontwikkeling van je veulen<br />
nauwgezet te volgen en minstens een paar<br />
keer per maand op bezoek te gaan, dan<br />
speelt afstand van huis naar opfokbedrijf<br />
zeker ook een rol. Ben je tevreden <strong>met</strong> een<br />
regelmatige rapportage aangaande jouw<br />
veulen door een professionele opfokker,<br />
dan is de actieradius en dus de keuze voor<br />
een opfokbedrijf weer groter. Er is in Nederland,<br />
maar inmiddels ook in het buitenland<br />
een ruim aanbod van paardenopfokbedrijven.<br />
Het verdient zeker aanbeveling om<br />
persoonlijk poolshoogte te gaan nemen bij<br />
het voor jou favoriete opfokbedrijf en eventueel<br />
wat referenties op te vragen, dat voorkomt<br />
teleurstellingen. Een goed opfokbe-<br />
Van het hooi of kuilgras mogen jonge paarden naar behoefte eten.<br />
Uier controleren<br />
Een jonge merrie die gespeend wordt van haar eerste veulen, kan zeker de eerste dagen hartverscheurend<br />
hinniken om haar telg. Bij oudere merries die het klappen van de zweep kennen, is dit beduidend<br />
minder. Na een paar halfslachtige hinnikjes storten zij zich doorgaans op hun voer en genieten van het<br />
alleen zijn, zonder een opdringerig of veeleisend veulen bij zich in de box. Wie zich nog een sentimentele<br />
voorstelling maakt van een eventueel roerend weerzien na enkele weken van scheiding, komt bedrogen<br />
uit. De meeste merries maken <strong>met</strong> hun oren plat in de nek en zwiepende staart snel duidelijk, dat wat<br />
voorheen hun oogappel was, deze nu gepaste afstand dient te bewaren! Het is trouwens wel zaak om<br />
het uier van de merrie de eerste dagen na het <strong>spenen</strong> goed in de gaten te houden. Voorafgaande aan<br />
het <strong>spenen</strong> kun je de krachtvoergift van de merrie al terugschroeven, zodat de melkgift <strong>verder</strong> terugloopt.<br />
Willie van Beek: “Sommige mensen zetten om de melkgift terug te laten lopen de merrie in een<br />
kale wei na het <strong>spenen</strong>. Daar ben ik geen voorstander van, zeker niet bij een merrie die al veel ingeleverd<br />
heeft tijdens het zogen. Ik schroef wel de krachtvoergift terug. Ik zorg er ook voor dat de merries<br />
voldoende beweging krijgen, in de stapmolen of in de paddock. Tevens spuit ik drie keer per dag het uier<br />
af <strong>met</strong> koud water. Daarnaast melk ik een of twee keer per dag een paar stralen uit het uier, om de druk<br />
weg te nemen, maar ook om te controleren of er kleine witte vlokjes in die stralen zitten. Die moeten er<br />
uit, want anders kan de merrie uierontsteking krijgen. Dat heb ik in al die jaren slechts één keer meegemaakt<br />
en dat was een grote ellende. Je kunt beter voorkomen dan genezen!”<br />
drijf heeft de beschikking over een goede<br />
en veilige accommodatie, voldoende en<br />
grasrijk weiland, verstand van de voeding<br />
van een opgroeiend paard en de veulens<br />
worden er, liefst meerdere keren per dag,<br />
gecontroleerd. Bovendien moeten de<br />
veulens in de winterperiode in ruime loopstallen<br />
staan en bij voorkeur dagelijks naar<br />
buiten kunnen voor de broodnodige beweging.<br />
Veulens opfokken is niet iets dat je er<br />
zomaar bij doet, kennis is onontbeerlijk om<br />
het welzijn van een veulen en een gezonde<br />
groei te waarborgen!<br />
De veulens, die vroeg in het voorjaar<br />
worden geboren, kunnen na het <strong>spenen</strong>,<br />
het liefst dus <strong>met</strong> een of meerdere leeftijdgenoten<br />
nog de wei in. Voorwaarde<br />
hiervoor is wel dat er een schuilgelegenheid<br />
is, dat er voldoende gras in de wei<br />
staat en dat de omheining rond het<br />
weiland deugdelijk is, zonder uitsteeksels<br />
of zaken waaraan de veulens zich<br />
kunnen verwonden. De ‘late’ veulens<br />
gaan na het <strong>spenen</strong> vaak <strong>met</strong>een, in<br />
ieder geval ’s nachts op stal. Ook hier<br />
verdient groepshuisvesting de voorkeur.<br />
De stal moet ruim en licht zijn en als de<br />
veulens allemaal willen liggen moet<br />
daarvoor genoeg plaats zijn. Tevens<br />
moeten voer- en drinkbak op een hoogte<br />
zitten, waarvoor het veulen niet ‘op zijn<br />
tenen’ hoeft te gaan staan om erbij te<br />
kunnen. Het rantsoen voor een<br />
gespeend veulen moet bestaan uit voornamelijk<br />
hoogwaardig ruwvoer en<br />
krachtvoer in de vorm van brokken. Van<br />
het hooi of kuilgras mogen ze naar<br />
behoefte eten. In de natuur overeten ze<br />
zichzelf immers ook niet; als ze genoeg<br />
hebben dan stoppen ze vanzelf <strong>met</strong> eten.<br />
Een veulen moet in de eerste maanden<br />
na het <strong>spenen</strong> minimaal een kilo krachtvoer<br />
krijgen. Als ze ouder worden kan dit<br />
weer worden aangepast. Bijna alle gerenommeerde<br />
krachtvoerfabrikanten<br />
hebben lijsten <strong>met</strong> daarop de aanbevolen<br />
hoeveelheid krachtvoer per leeftijd. Je<br />
moet er wel voor oppassen, dat een jong<br />
paard niet te vet wordt. <strong>Op</strong> de meeste<br />
professionele opfokbedrijven is genoeg<br />
kennis aanwezig voor een verantwoorde<br />
voeding voor het jonge paard.<br />
IDS<strong>17</strong> • 25 augustus <strong>2011</strong> 25<br />
IDS<strong>17</strong>_P025 25 19-08-11 13:20