WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
24 Hoofdstuk 2<br />
zij voldoet aan alle performance criteria die op nationaal niveau zijn vastgesteld.<br />
Het bleek noodzakelijk deze criteria buitengewoon scherp en specialistisch te<br />
formuleren om de kwaliteit van de kwalificatie te kunnen waarborgen. Ook<br />
moesten “range and knowledge statements” worden toegevoegd om de handelingscontext<br />
aan te duiden en de inhoud te verduidelijken. In de assessment<br />
bleken nog steeds verschillende interpretaties mogelijk. Daarom zijn tenslotte<br />
“assessment requirements” opgesteld. Dit heeft een onoverzichtelijke hoeveelheid<br />
documentatie gegeven (Wolf, 1998). Al met al heeft de ontwikkeling van<br />
NVQs een flexibel systeem op macroniveau opgeleverd, maar in de praktische<br />
uitwerking op meso- en microniveau is het moeilijk te hanteren.<br />
2.4.2 Van meso- naar microniveau: naar individuele performance<br />
Het mesoniveau betreft het curriculum zoals dit in onderwijsinstellingen wordt<br />
uitgevoerd. Flexibiliteit wordt op dit niveau met name gekenmerkt door de<br />
toepassingsbreedte van het geleerde, bijvoorbeeld van kwalificaties. In Duitsland<br />
en Nederland is het beroepsonderwijs inhoudelijk verbreed door kwalificaties<br />
te formuleren die in meerdere contexten gebruikt zouden kunnen worden<br />
(Reetz, 1989a; 1989b; Van Zolingen, 1995). Daarbij is in eerste instantie sterk<br />
ingezet op het ontwikkelen van brede sleutelkwalificaties en later op het<br />
ontwikkelen van handelingscompetentie. Hoewel kwalificatie en competentie in<br />
betekenis sterk op elkaar lijken, is de eerste voornamelijk verbonden met het<br />
opleidingsproces en de tweede voornamelijk aan het totale menselijke potentieel<br />
tot handelen (Hövels & Römkens, 1993; Odenthal, 2000). Flexibiliteit van<br />
sleutelkwalificaties ligt volgens Van Zolingen (1995) in twee dimensies: plaats<br />
(horizontaal) en tijd (verticaal). Het aanbrengen van een horizontale dimensie in<br />
sleutelkwalificaties betekent voor het onderwijs dat kennis en vaardigheden<br />
zodanig worden verbreed dat deze te gebruiken zijn in nieuwe en onbekende<br />
situaties danwel snel verworven kunnen worden. Hieraan gekoppeld is de<br />
verticale dimensie doordat door de verbreding in het onderwijs de ontwikkeling<br />
en toepassing van kennis en vaardigheden gedurende de gehele loopbaan<br />
gefaciliteerd wordt.<br />
In Nederland is de poging om het beroepsonderwijs te flexibiliseren door<br />
middel van sleutelkwalificaties gestaakt. In 1998 adviseert de Onderwijsraad<br />
het begrip sleutelkwalificaties te vervangen door het begrip competenties.<br />
Competenties bevinden zich bij uitstek op het microniveau. De aandacht<br />
verschuift van het niveau van het curriculum naar het niveau van het handelen<br />
van individuen. De Onderwijsraad stelt voor een viertal competentieclusters te<br />
hanteren: beroepscompetenties, leercompetenties, loopbaancompetenties en<br />
burgerschapscompetenties. De AdviesCommissie Onderwijs en Arbeidsmarkt<br />
(ACOA) (1999) neemt dit advies over en koppelt dit aan het proefschrift van<br />
Onstenk (1997). In het ACOA-advies en ook in het latere, meer uitgewerkte,<br />
advies van de COLO (2000) is echter weinig meer te merken van de beoogde