WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
WERKEN MET COMPETENTIES - Universiteit Twente
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
18 Hoofdstuk 2<br />
zestig beleid ten aan zien van “education permanente” en levenslang leren<br />
(OECD, 1996; Ryan, 1999).<br />
Door onder andere de publicaties van UNESCO en de OECD is het levenslang<br />
leren eveneens in een economische context geplaatst met als doel te leren om te<br />
kunnen werken. Door middel van leren zouden economische achterstanden<br />
kunnen worden ingehaald of zou zelfs economische voorsprong kunnen worden<br />
bereikt. Dit geldt voor individuele landen, maar ook voor organisaties en voor<br />
individuen. Om productiviteit te ontwikkelen en om productief te blijven is<br />
levenslang leren noodzakelijk na de initiële opleiding (OECD, 1997, pp. 23). De<br />
OECD spreekt nadrukkelijk over het ontwikkelen van een competentierepertoire<br />
na het traject van initieel (beroeps)onderwijs. Hiermee wordt een grote<br />
verantwoordelijkheid op de schouders van individuen gelegd (EURYDICE,<br />
2000). Met name in het Verenigd Koninkrijk klinkt tegen deze vorm van<br />
flexibiliteit een fel protest. Een aantal onderzoekers stelt dat een groot deel van<br />
de beroepsbevolking niet in staat is om deze verantwoordelijkheid te dragen<br />
(Brown & Keep, 1999; Coffield, 1996; Halliday, 1999). Bovendien is de<br />
redenering te veel aanbodgericht, waarbij werknemers worden opgevat als een<br />
set van vaardigheden, die gebruikt kunnen worden voor productie. De sociale<br />
aspecten rond skill formation worden onderbelicht (Briggs & Kitay, 2000;<br />
Brown, 2001; Lloyd & Payne, 2002).<br />
Het valt echter niet te ontkennen dat de moderne werknemer naast het vermogen<br />
om te handelen in het werk ook moet beschikken over het vermogen om te leren<br />
en om een loopbaan vorm te geven. Hij zal hierin ondersteund moeten worden.<br />
Vooral voor landen met een minder sterk ontwikkeld sociaal stelsel, zoals in de<br />
Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is dit een grote uitdaging. Het<br />
betekent een grote rol voor de staat, niet alleen in het bevorderen van high<br />
skills, maar ook in het bevorderen van de economische infrastructuur en een<br />
sociaal vangnet (Brown & Lauder, 1999). Er wordt in dit verband gepleit voor<br />
een political economy of high skills (Brown, 2001; Lloyd & Payne, 2002),<br />
waarin niet alleen de Human Capital opvatting van concurrentiestrategieën en<br />
kwalitatief hoogwaardige productie en dienstverlening worden gepropageerd,<br />
maar ook een egalitair en sociaal beleid.<br />
Het blijkt namelijk dat de huidige economie nog steeds sterk leunt op low skills.<br />
Dit geldt in sterke mate voor het Verenigd Koninkrijk, maar waarschijnlijk ook<br />
in zekere zin voor Nederland. Er moeten daarom faciliteiten gecreëerd worden<br />
om dit economisch mogelijk te maken. Dit betekent een sterkere band tussen<br />
economie, politiek en samenleving. Een kenniseconomie leidt niet noodzakelijkerwijs<br />
tot de behoefte dat iedereen hoogopgeleid is. Een kapitalistische economie<br />
draait om winstmaximalisatie, niet om high skills per se. High performance<br />
workplaces moeten gestimuleerd worden, evenals training voor high skills<br />
daarbinnen. Onderwijs en training moet echter niet beperkt blijven tot een<br />
kleine elite, maar open staan voor iedereen. Inhoudelijk dient onderwijs en<br />
training dan ook niet gericht te zijn op het aanleren van vaardigheden die werk-