02.08.2013 Views

Onderzoeksprojecten (4000 - 4500 van 24496)

Onderzoeksprojecten (4000 - 4500 van 24496)

Onderzoeksprojecten (4000 - 4500 van 24496)

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

www.researchportal.be - 23 Jul 2013 04:59:19<br />

<strong>Onderzoeksprojecten</strong> (<strong>4000</strong> - <strong>4500</strong> <strong>van</strong> <strong>24496</strong>)<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)<br />

Onderzoekers:<br />

• Didier Ebo<br />

• Willem Stevens<br />

Rationale modellering : optimale conditionering en stabiele algoritmen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Veel toepassingen kunnen geformuleerd worden als een benaderingsprobleem: voor gegeven data moet een model gevonden worden dat<br />

deze data "volgt" .Daarenboven worden voor veel <strong>van</strong> die benaderingsproblemen rationale modellen gebruikt. We denken hierbij, zonder volledig te<br />

\villen zijn, aan signaal- en beeldverwerking, vormreconstructie, computer graphics, de berekening <strong>van</strong> prestatiematen in de telecommunicatie,<br />

electromagnetische metamodellen , de optimalisatie <strong>van</strong> economische modellen , CAD/CAM, quantum computing enz. Voor verschillende <strong>van</strong><br />

deze rationale modelleringsproblemen hangen de data af <strong>van</strong> meerdere veranderlijken of/en zijn de data op zich matrices <strong>van</strong> waarden.<br />

Dl. De data Hoe goed het model aan de opgelegde voorwaarden, voortkomend uit de data, moet voldoen, hangt af <strong>van</strong> de context. Bij minder<br />

nauwkeurige data, zoals deze afkomstig <strong>van</strong> metingen onderhevig aan ruis, moeten zelfs niet noodzakelijk alle gegevens gebruikt worden. Bij een<br />

continu benaderingsprobleem wordt de aansluiting <strong>van</strong> het model aan de gegevens gemeten met behulp <strong>van</strong> een functienorm. In weer an- dere<br />

omstandigheden kunnen discrete data zeer nauwkeurig berekend worden, maar soms ten koste <strong>van</strong> een erg rekenintensief proces. Een mogelijke<br />

rol <strong>van</strong> het model is dan om een voldoende nauwkeurige maar vereenvoudigde voorstelling <strong>van</strong> dat numeriek proces te geven. AIs de datapunten<br />

slechts geleidelijk aan beschikbaar worden, dan kunnen ze op een recursieve manier aan het modelleringsprobleem toege- voegd worden. In alle<br />

gevallen speelt ook een rol of de datapunten vastliggen of hun locatie tijdens de berekeningen kan gekozen worden.<br />

D2. Het model Blijft nog over, de keuze <strong>van</strong> het model. De parameters <strong>van</strong> bet model worden berekend uit voorwaarden die volgens een gekozen<br />

criterium bet modelleren <strong>van</strong> de data vertolken. Veeltermen en splines zijn als model redelijk populair en eenvoudig te gebruiken. In de context <strong>van</strong><br />

een toe passing waarbij een bepaald asymptotiscb gedrag gemodelleerd moet worden, zijn nocb veeltermen nocb splines ecbter bruikbaar omdat<br />

zij steeds naar oneindig gaan. Zij kunnen evenmin drastiscbe wijzigingen in de functiewaarde vat ten. In deze omstandigbeden is het gebruik <strong>van</strong><br />

rationale modellen aan te raden. Wanneer geen specifiek gedrag vereist wordt, vereenvoudigt daarenboven bet rationale model zicb tot een<br />

polynomiaal model. In een line air dynamisch systeem, varierend in de tijd, evolueren de coefficienten <strong>van</strong> bet model in de tijd. Op die manier wordt<br />

een 1-dimensionaal probleem soms boger-dimensionaal.<br />

Organisaties:<br />

• Emerging computational techniques (ECT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Brigitte Verdonk<br />

• Annie Cuyt<br />

Ontwikkeling en karakterisatie <strong>van</strong> fluorescente moleculaire imprinted polymeren voor nanotechnology en toepassingen<br />

in gea<strong>van</strong>ceerde elektronische devices, chemo- en bio-sensoren<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit project is een verdere stap te ondernemen in de ontwikkeling <strong>van</strong> elektronica gebaseerd op organische<br />

halfgeleidermaterialen. Over de laatste 20 jaar heeft het wetenschappelijk onderzoek naar dergelijke organische halfgeleiders een hoge vlucht<br />

genomen. Sinds de ontdekking <strong>van</strong> de mogelijkheid om met dergelijk materiaal een Licht Emitterende Diode te maken is een belangrijk stuk aan<br />

fundamentele kennis in fysika en scheikunde blootgelegd die specifiek is voor dergelijke halfgeleiders. In de loop der jaren heeft dat geleid naar de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> organische FE transistoren, zonnecellen en lasers. Recentelijk verschuift de aandacht naar het onderzoek <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong><br />

dergelijke organische halfgeleiders in sensoren en meer specifiek naar biosensoren. In dit laatste domein wenst men <strong>van</strong> de levende natuur te leren<br />

hoe hoge selectiviteit en sensitiviteit kan gerealiseerd worden naar de detectie <strong>van</strong> componenten toe die informatie geven over chemische,<br />

biochemische of fysiologische processen. Een bijkomende bijzonderheid <strong>van</strong> een bepaalde klasse <strong>van</strong> organische halfgeleiders, nl. geconjugeerde<br />

polymeren, is dat zij bijzonder sterk fluorescerende materialen zijn, die bovendien een verschijnsel vertonen <strong>van</strong> amplificatie <strong>van</strong> quenching. Dit<br />

laatste begrip betekent eigenlijk dat de specifieke interactie <strong>van</strong> een analyt met een dergelijk materiaal kan leiden tot het uitdoven <strong>van</strong> de<br />

fluorescentie niet alleen <strong>van</strong> een chromofoor in de directe nabijheid maar <strong>van</strong> alle chromoforen die op de keten aanwezig zijn. Dit fenomeen, dat<br />

zeer recent ontdekt is, opent een route naar sensoren op basis <strong>van</strong> geconjugeerde polymeren die uitgelezen worden niet noodzakelijk alleen via<br />

veranderingen in elektronische karakteristieken <strong>van</strong> een component, maar ook via veranderingen in fluorescentiegedrag. Het hoger vermeld<br />

amplificatiefenomeen kan mogelijkerwijs leiden tot het bereiken <strong>van</strong> een ongeëvenaarde gevoeligheid voor veranderingen die in een omgeving<br />

plaatsgrijpen. Een tweede element dat fundamenteel onderzoek vereist in de onwikkeling <strong>van</strong> (bio)sensoren, betreft het inbouwen <strong>van</strong> moleculaire<br />

herkenning in organische halfgeleidermaterialen. In dit project wil men dit betrachten via het realiseren <strong>van</strong> een combinatie <strong>van</strong> principes <strong>van</strong><br />

moleculaire imprinting in hoger vermelde fluorescente geconjugeerde polymeren. Verhoopt wordt dat op deze wijze een unieke klasse <strong>van</strong><br />

materialen beschikbaar komt die ingezet kunnen worden, als output <strong>van</strong> het geleverde fundamenteel onderzoek, in een volgende generatie <strong>van</strong><br />

sensoren. Deze doelstelling vereist het bestuderen <strong>van</strong> de mogelijkheden <strong>van</strong> moleculaire imprinting, studie <strong>van</strong> in deze context vereiste<br />

geconjugeerde materialen, de studie <strong>van</strong> elektrische en optische karakteristieken <strong>van</strong> de beoogde materialen en het testen en bestuderen <strong>van</strong> hun<br />

gedrag in prototype sensoren. Gezien de complexiteit <strong>van</strong> het geheel zullen deze taken de inzet vereisen <strong>van</strong> de know-how <strong>van</strong> meerdere<br />

onderzoeksgroepen <strong>van</strong> het Instituut voor MateriaalOnderzoek (IMO) en ook deze <strong>van</strong> het BIOMEDische instituut (BIOMED), die in het kader <strong>van</strong><br />

verschillende werkpakketten de hogere objectieven zullen trachten te realiseren.<br />

Organisaties:<br />

• Biofysica<br />

• Materiaalfysica<br />

• Organische en Bio-polymere Chemie<br />

• Instituut voor Materiaalonderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• Marcel AMELOOT<br />

• Patrick WAGNER<br />

• Thomas CLEIJ<br />

Een suiker-sensing functie voor de beta 2-adrenergische receptor in het apicale membraan <strong>van</strong> darmepitheelcellen.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract


Organisaties:<br />

• Afd. Molec. Microbiol. & Biotechnologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Johan Thevelein<br />

• Frederik Paulussen<br />

Impact <strong>van</strong> hydrologie op diversiteit <strong>van</strong> aquatische organismen in tijdelijke wetlands in de Kaapstreek (Zuid-Afrika).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Met behulp <strong>van</strong> teledetectie zullen eerst verschillende types wetlands warden gekarakteriseerd als basis voor de studie <strong>van</strong> hun<br />

hydrologie en ecologie. Op basis <strong>van</strong> een digitaal terreinmadel en een hydrologisch model zullen vervolgens de run-off en de dynamiek <strong>van</strong> het<br />

grondwater worden bepaald. De door de teledetectie geïdentificeerde wetlands zullen gebruikt worden om het model te calibreren. Aan de hand<br />

<strong>van</strong> de studie <strong>van</strong> de diversiteitspatronen <strong>van</strong> belangrijke vertegenwoordigers (planten en invertebraten) <strong>van</strong> tijdelijke wetlands in de Westelijke<br />

Kaapregio (Zuid-Afrika) in relatie tot de hydrologie <strong>van</strong> deze habitatten, is het uiteindelijk de bedoeling de associatie te bestuderen tussen patronen<br />

<strong>van</strong> diversiteit en voorkomen <strong>van</strong> soorten enerzijds en hydrolagie-gerelateerde variabelen anderzijds. Samen met de kwantitatief genetische studie<br />

<strong>van</strong> levensgeschiedeniskenmerken <strong>van</strong> geselecteerde vlaggenschipsoorten (grote branchiopoden) zal ons dit in staat stellen de evolutionaire<br />

flexibiliteit te bestuderen <strong>van</strong> saarten onder tijdsdruk en mogelijke veranderingen in diversiteit en verspreiding <strong>van</strong> soarten in te schatten vofgens<br />

verschillende scenario's <strong>van</strong> hydrologische veranderingen. Deze gegevens zullen uiteindelijk worden gebruikt door het Department of Water Affairs<br />

and Forestry (DW AF} te Pretoria ter ondersteuning <strong>van</strong> de implementatie <strong>van</strong> de wettelijke principes bepaald in de National Water Act (1998) en de<br />

National Environmental Management Act (1998) voor het duurzaam gebruik <strong>van</strong> water in de regio.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

Heterodyne interferometer met ultra hoge resolutie binnen beperkt dynamisch bereik.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Commerciële heterodyne interferometers zijn gericht op een breed gamma toepassingen, zodat een compromis gemaakt wordt tussen<br />

resolutie en dynamisch bereik. In dit project worden een aantal demodulatietechnieken getest om een extreem hoge resolutie te bereiken, maar<br />

binnen beperkt dynamisch bereik. Onze bestaande opstelling voor heterodyne interferometrie wordt geoptimaliseerd o.a. met een frequentiegestabiliseerde<br />

laser, om minimale ruis in het heterodyne signaal te bekomen. Omdat onze opstelling toelaat een lage frequentie te kiezen voor de<br />

heterodyne draaggolf, kunnen we filtertechnieken en demodulatieëlektronica gebruiken die niet kan toegepast worden in klassieke opstellingen.<br />

Organisaties:<br />

• Biomedische fysica<br />

Onderzoekers:<br />

• Joris Dirckx<br />

New techniques in Hopf algebras and graded ring theory.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: New techniques in Hopf algebras and graded ring theory.<br />

Organisaties:<br />

• Niet-commutatieve algebra en geometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Freddy Van Oystaeyen<br />

Het lange termijn effect <strong>van</strong> het 'initial resource profile' op de overlevingskans, de groeiperspectieven en de financiële<br />

prestaties <strong>van</strong> startende ondernemingen<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• Ond.gr. Personeel en Organisatie<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Sels<br />

• Sophie De Winne<br />

• Christine Vanhoutte<br />

Smaken en houdingen in de symbolische samenleving.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Empirisch onderzoek stelt geregeld een sterke samenhang vast tussen smaken enerzijds, opvattingen en houdingen anderzijds. Voor die<br />

samenhang reiken verschillende theorieën verschillende verklaringen aan. Ten eerste zijn er de theorieën die de nadruk leggen op de invloed <strong>van</strong><br />

de ouders: wat men het eerst heeft aangeleerd, blijft de grootste invloed uitoefenen. Ten tweede zijn er de theorieën die smaken beschouwen als<br />

elementen <strong>van</strong> groepsbinding. De relatie tussen smaken en opvattingen ontstaat volgens deze theorieën omdat de door de smaken tot groep<br />

verbonden individuen een socialisatiemilieu vormen waarin ook opvattingen en overtuigingen zich kunnen verspreiden. Deze twee groepen <strong>van</strong><br />

theorieën leiden naar nieuwe pistes in het denken over samenhang tussen sociale en culturele structuren. Geen <strong>van</strong> beide draagt echter<br />

inhoudelijke redenen aan voor een welbepaalde samenhang. Een eerste luik <strong>van</strong>dit onderzoek zal ook bestaan uit een grondige studie en<br />

systematisering <strong>van</strong> de in de sociologie en in nauw verwante disciplines, aanwezige inzichten enerzijds, opvattingen en houdingen anderzijds. In<br />

een tweede luik zullen de toetsbare implicaties <strong>van</strong> de stellingen via secundaire analyses op gegevens over jongeren getest worden. Tenslotte zal<br />

tevens de relatieve invloed <strong>van</strong> verschillende socialisatievelden op de smaken en houdingen <strong>van</strong> de jongeren geanalyseerd worden. Hiertoe zal<br />

gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> verschillende databanken waarin uitvoering werd ingegaan op houdingen, smaken, patronen <strong>van</strong> sociale participatie<br />

patronen <strong>van</strong> relatievorming, mediagebruik en vrijetijdsbesteding en dat, althans voor twee databanken, zowel voor jongeren als hun ouders.<br />

Organisaties:<br />

• Tempus Omnia Revelat<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MARK ELCHARDUS<br />

• JESSY SIONGERS<br />

Production de semences pour remédier la production alimentaire au Katanga<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Abstract nog niet beschikbaar


Organisaties:<br />

• Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur<br />

• Vakgroep Plantaardige Productie<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert Haesaert<br />

• Geert Baert<br />

Analyse <strong>van</strong> de structuur <strong>van</strong> het hERG PAS domein en <strong>van</strong> KChIP door middel <strong>van</strong> EPR spectroscopie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het N-terminale deel <strong>van</strong> het cardiale K+-kanaal hERG bevat een sequentie (AZ 1-90) die behoort tot de familie <strong>van</strong> de PAS-domeinen 12<br />

(gekarakteriseerd op basis <strong>van</strong> homologie <strong>van</strong> de 3D structuur). Mutaties in dit domein veroorzaken het LOT syndroom, soms door verandering <strong>van</strong><br />

de biofysische kanaaleigenschappen maar dikwijls door het feit dat de PAS mutatie belet dat het kanaal <strong>van</strong>uit het endoplasmatisch reticulum (ER)<br />

naar de plasmamembraan getransporteerd wordt, zoals wij en anderen hebben aangetoond13-14. De lage expressie <strong>van</strong> de splice variant hERG- 1<br />

b die dit PAS domein mist is consistent met de hypothese dat dit domein belangrijk is voor de trafficking. Sommige <strong>van</strong> deze mutaties vertonen een<br />

temperatuursafhankelijkheid wat doet vermoeden dat deze mutaties de 3D opvouwing <strong>van</strong> het PAS domein belnvloeden.<br />

De KChlP subeenheden werden geldentificeerd als cytoplasmatische 13-subeenheden 15. Deze groep is snel<br />

uitgebreid en recent hebben we een nieuwe splice variant <strong>van</strong> KChlP1 beschreven met unieke eigenschappen 16. Deze subeenheden associeren<br />

met de Kv4 familie <strong>van</strong> a-subeenheden waarbij de stroomdensiteit sterk verhoogd wordt (5 tot 10x). Dit betekent dat associatie <strong>van</strong> KChlP met een<br />

a-subeenheid een sterke invloed heeft op de trafficking <strong>van</strong> ionenkanalen en daardoor het expressieniveau mede bepaalt. Mogelijk is KChlP ook<br />

belangrijk voor de subcellulaire lokalisatie (vb dendriet, axon, cellichaam). Recente resultaten geven aan dat de KChlP familie ook associeert met<br />

Kv1.5 wat misschien een meer algemene rol <strong>van</strong> deze subeenheden doet veronderstellen.<br />

Organisaties:<br />

• Spectroscopie in biofysica en catalyse (SIBAC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Adam Raes<br />

• Dirk Snyders<br />

• Sabine Van Doorslaer<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste NMR<br />

Onderzoekers:<br />

• Roger Dommisse<br />

Immuun gemedieerde oligodendrocyt beschadiging in multiple sclerose: beschermende effecten <strong>van</strong> neurokines.<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het betreft een contract tussen het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen en Pieter Stinissen <strong>van</strong> het L.U.C., promotor<br />

<strong>van</strong> het project. De duur <strong>van</strong> de overeenkomst is <strong>van</strong> 01.01.2005 tot 31.12.2008. Het project bouwt verder op de resultaten <strong>van</strong> het FWO-project<br />

G0002.01N waarin de immuun-gemedieerde beschadiging <strong>van</strong> oligodendocyten werd bestudeerd. Deze studie draagt bij tot de verdere ontrafeling<br />

<strong>van</strong> het ziektemechanisme bij Multiple Sclerose. Het globale doel <strong>van</strong> dat project is om nieuwe inzichten te verwerven in de beschermende rol <strong>van</strong><br />

neurokines bij de immuun-gemedieerde beschadiging <strong>van</strong> oligodendrocyten. Het onderzoek levert een bijdrage aan de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe<br />

therapieën voor MS.<br />

Organisaties:<br />

• Immunologie - Biochemie<br />

• Biomedisch Onderzoeks Instituut<br />

Onderzoekers:<br />

• Josephus RAUS<br />

• Pieter STINISSEN<br />

• Johan ROBBEN<br />

• Niels HELLINGS<br />

Flame characterization and NOX reduction through residence time distribution analysis<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Ingenieurswetenschappen<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Mechanica<br />

Onderzoekers:<br />

• JACQUES DE RUYCK<br />

POLONAISE<br />

'een dans tussen literatuur, muziek, beeldende kunsten, filosofie en wetenschap'.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De bedoeling <strong>van</strong> dit project is het doorbreken <strong>van</strong> de mythe dat kunst en wetenschap (alfa en bèta wetenschappen) twee afzonderlijke<br />

werelden zijn. Het is onze mening dat, net zoals bij Da Vinci of Escher, kunst en wetenschap mekaar positief kunnen beïnvloeden. Dit project wil<br />

daarom wetenschap en verschillende kunstvormen terug dichter bij mekaar te brengen.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Gustaaf Van Tendeloo<br />

Analyse <strong>van</strong> het moleculaire mechanisme en de in vivo rol <strong>van</strong> defensines door middel <strong>van</strong> proteoomanalyse.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Analyse <strong>van</strong> het moleculaire mechanisme en de in vivo rol <strong>van</strong> defensines door middel <strong>van</strong> proteoomanalyse.<br />

Organisaties:<br />

• Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Xaveer Van Ostade


OVERDRACHT LUC naar VUB : Reacties op en doelmatigheid <strong>van</strong> angstprikkles in reclame en<br />

sensibiliseringscampagnes. Modererende factoren binnen het extended parallel process model.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Angstprikkels worden vaak gebruikt om consumenten naar specifieke aankopen of acties te leiden. Echter, de impact en effectiviteit <strong>van</strong><br />

angstboodschappen is afhankelijk <strong>van</strong> diverse factoren dewelke onderzocht worden dit project.<br />

Organisaties:<br />

• Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid<br />

Onderzoekers:<br />

• MALAIKA BRENGMAN<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Bio-imaging<br />

• Microtomografie<br />

Onderzoekers:<br />

• Nora De Clerck<br />

Flexibele detectie <strong>van</strong> software-idiomen ter bevordering <strong>van</strong> programmabegrip.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Programmabegrip verkrijgen kan moeilijk en tijdrovend zijn, vooral wanneer de documentatie <strong>van</strong> het programma achterhaald of<br />

onbestaande is. Technieken voor het detecteren <strong>van</strong> software-idiomen kunnen echter ondersteuning bieden. Het begrip software-idioom is een<br />

verzamelterm voor herhaaldelijk voorkomende prototypische programmeer-constructies. Tot de voorbeelden behoren programmeer-recepten zoals<br />

het doorzoeken <strong>van</strong> een lijst, maar ook architecturale blauwdrukken zoals de bekende ontwerp-patronen.<br />

Ontwikkelaars kan een meer abstracte kijk op een programma gegeven worden door vertrouwde software-idiomen in de broncode te detecteren.<br />

Het detecteren <strong>van</strong> software-idiomen wordt echter bemoeilijkt door de vele implementatievarianten <strong>van</strong> een idioom. Bestaande technieken kunnen<br />

vaak slechts een enkele variant localizeren in de broncode <strong>van</strong> het programma. Dit onderzoeksproject spitst zich toe op logisch metaprogrammeren.<br />

Het detecteren <strong>van</strong> een idioom is in deze techniek equivalent aan het bewijzen <strong>van</strong> een logische query door ondersteunende<br />

programmafeiten te verzamelen. Hier manifesteert de oorzaak <strong>van</strong> het probleem zich dan ook in de starheid <strong>van</strong> de gebruikte logica enerzijds, en<br />

de statische aard <strong>van</strong> de programmafeiten waarover geredeneerd wordt anderzijds.<br />

Concreet zullen we als eerste peiler <strong>van</strong> onze oplossing een vorm <strong>van</strong> benaderend redeneren beschouwen die geschikt is voor het modelleren <strong>van</strong><br />

vage concepten en het redeneren met onvolledige informatie. Door de ingebouwde tolerantie voor discrepanties tussen de feiten die vereist zijn om<br />

het bestaan <strong>van</strong> een idioom te staven en de programmafeiten die voorhanden zijn, verwachten we zo toch nog afwijkende idioom-implementaties te<br />

detecteren. Als tweede peiler <strong>van</strong> onze oplossing schuiven we feiten over het gedrag <strong>van</strong> het programma naar voor, in plaats <strong>van</strong> de structuur. We<br />

zullen abstracte interpretatie gebruiken om deze feiten te bekomen zonder het programma uit te voeren. Ook hier zal er op een benaderende<br />

manier geredeneerd moeten worden over deze feiten. Abstracte interpretatie kan slechts een benadering berekenen <strong>van</strong> het eigenlijk run-time<br />

gedrag.<br />

Organisaties:<br />

• Informatica en Toegepaste Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• THEO D'HONDT<br />

Heterogene katalysatoren - ontwikkeling en in-situ spectroscopische studie <strong>van</strong> mesoporeuze drager tot de finale<br />

katalysator.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project willen we de unieke mogelijkheden <strong>van</strong> de hoogveld- en gepulste EPR technieken, ODMR en resonante Raman technieken<br />

aanwezig in de SIBAC en ECM laboratoria <strong>van</strong> de universiteit Antwerpen kombineren met de synthetische en katalytische expertise <strong>van</strong> het labo<br />

voor adsolptie en katalyse (UA) en <strong>van</strong> de DICOC (UG). Dit project zal eveneens in samenwerking met Dr. D. Mulphy <strong>van</strong> het Dept. of Chemistry in<br />

Cardiff University gebeuren die met zijn expertise op CW ENDOR het project zal complementeren (zie appendix I, bibliografie + medewerkingsbrief<br />

D. Mulphy). In een eerste deel zal de vorming <strong>van</strong> mesoporeuze materialen bestudeerd worden. In een tweede deel zal de incolporatie <strong>van</strong><br />

metaalcomplexen geanalyzeerd worden, waarbij zowel de functionalizering <strong>van</strong> het mesoporeuze systeem, de gelsoleerde metaalcomplexen, de<br />

incolporatie v~ de precursoren en het eindproduct zal bekeken worden. In een laatste stap zullen de systemen getest worden op hun katalytlsche<br />

activiteit. Daarbij zullen de structuurkarakteriserende methoden ook ingezet worden om de mechanismen <strong>van</strong> de katalytische werking te<br />

achterhalen. Het einddoel <strong>van</strong> dit project is een beter begrip <strong>van</strong> de vorming en locatie <strong>van</strong> de metaalionsites in mesoporeuze systemen en het<br />

koppelen <strong>van</strong> deze informatie aan een analyse <strong>van</strong> de katalytische activiteit en de reactiemechanismen om uiteindelijk selektief de synthese <strong>van</strong><br />

deze katalysatoren te kunnen optirnaliseren.<br />

Organisaties:<br />

• Spectroscopie in biofysica en catalyse (SIBAC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Pegie Cool<br />

• Sabine Van Doorslaer<br />

Het CastGate project (Internet Multicast)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het CastGate project heeft tot doel de huidige impasse rond het gebruik <strong>van</strong> Internet multicast te doorbreken, en verder ook oplossingen<br />

te bieden voor problemen die zich nog stellen voor het gebruik <strong>van</strong> Internet multicast op grotere schaal in een professionele en economische<br />

uitbating. Alhoewel al enige tijd beschikbaar als techniek voor het Internet, heeft Internet multicast om diverse technische en praktische redenen tot<br />

nu toe slechts een sluimerend bestaan gekend, en vrijwel geen enkele normale Internet gebruiker heeft er toegang toe. Internet multicast wordt<br />

nochtans beschouwd als een essentiele voorwaarde om o.a. digitale uitzendingen (bv. radio en televisie programmas) via het Internet, zoals die<br />

recent werden voorzien of vooropgesteld, op echt grote schaal te kunnen uitvoeren.<br />

In dit project wordt een technische oplossing aangebracht die toelaat aan elke Internet gebruiker toegang te geven tot die functionaliteit, zodat het<br />

gebruik er<strong>van</strong> zich kan ontplooien. Verder dienen nog een aantal gebreken en ontbrekende functionaliteiten aangepakt te worden die nodig zijn om<br />

Internet multicast te kunnen gebruiken in een normale (commercieel gerichte) uitbating, onder meer op het vlak <strong>van</strong> toegangscontrole,<br />

facturatiemogelijkheden, gebruiksrechten, beveiliging, enz. Ook het gebruik <strong>van</strong> Internet multicast in de context <strong>van</strong> Audio en Video op aanvraag<br />

(AoD en VoD) en Adaptive Rate audio en video is iets dat zeer belangrijk zal worden en waar oplossingen zullen voor gezocht worden.


Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• MARNIX GOOSSENS<br />

• PIETER LIEFOOGHE<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Neurochemie en gedrag<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter De Deyn<br />

Ontwikkeling en implementatie <strong>van</strong> een simulatiemodel m.b.t. het koolstofbudget <strong>van</strong> gemengde Europese bossen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ontwikkeling en implementatie <strong>van</strong> een simulatiemodel m.b.t. het koolstofbudget <strong>van</strong> gemengde Europese bossen.<br />

Organisaties:<br />

• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Reinhart Ceulemans<br />

• David Sampson<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Toxicologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Hugo Neels<br />

• Paul Schepens<br />

Zoetwaterschorren als "sinks" voor stikstof : dynamiek <strong>van</strong> het benthische compartiment en onderzoek naar hun rol in<br />

estuariene stikstof retentie.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het algemeen doel <strong>van</strong> dit project is de rol bepalen <strong>van</strong> zoetwaterschorren binnen de stikstofcyclus <strong>van</strong> het Schelde-estuarium. Algemeen<br />

wordt aangenomen dat stroken 'wetland' langsheen de oeverlijn zich gedragen als filters <strong>van</strong> het estuarien water, in die zin dat ze anorganisch en<br />

organisch stikstof uit het overspoelend water verwijderen of de aard <strong>van</strong> de stikstofvormen wijzigen. Het Schelde-estuarium, met haar dichtbevolkt<br />

bekken, is een typisch voorbeeld <strong>van</strong> een ecosysteem dat grote vrachten <strong>van</strong> stikstof te verwerken krijgt, en dat om<strong>van</strong>grijke arealen<br />

zoetwaterschorren bezit, hetgeen een belangrijk potentieel aan N-verwijdering betekent. Daarenboven is <strong>van</strong> beleidswege in de nabije toekomst de<br />

inrichting <strong>van</strong> nieuwe overstromingsgebieden voorzien, wat de capaciteit <strong>van</strong> de filterfunctie via dergelijke gebieden nog zal doen toenemen.<br />

Omvattend 'in-situ'-onderzoek <strong>van</strong> de uitwisseling en cyclering <strong>van</strong> stikstof in zoetwaterschorren zal niet enkel toelaten de rol <strong>van</strong> deze schorren in<br />

het estuarien budget in te schatten, maar ook de belangrijkste processen te identificeren en te kwantificeren die aan deze rol ten grondslag liggen.<br />

De klassieke benadering om de relatie tussen het estuarien pelagiaal en de intergetijdengebieden te bestuderen leiden aan tekortkomingen, bv.<br />

door onnauwkeurigheid <strong>van</strong> de waterbalans. Ze geven enkel netto-uitwisseling weer. De processen worden er niet in geïdentificeerd, net zo min als<br />

de rol <strong>van</strong> compartimenten binnen het gebied, en extrapolatie naar een sluitende balans voor ganse gebieden is vaak moeilijk (Nixon, 1980;<br />

Howarth, 1993). Recente vooruitgang in analyse <strong>van</strong> stabiele isotopen maakt het mogelijk 'labeling'-studies uit te voeren op een afgebakend<br />

systeem (Holmes et al. 2000, Middelburg et al. 2000), waarbij het stabiel isotoop 15N kan gebruikt worden als gevoelige tracer in stikstofcyclering.<br />

We stellen voor om een ecosysteem-labeling-studie te combineren met verscheidene additionele studies die erop gericht zijn de stikstof cyclering te<br />

begrijpen in belangrijke schor-compartimenten zoals overspoelend water, sediment en macrofyten.<br />

Organisaties:<br />

• Analytische en Milieu Chemie<br />

• Scheikunde<br />

Onderzoekers:<br />

• WILLY BAEYENS<br />

• Loreto DE BRABANDERE<br />

• FRANK DEHAIRS<br />

• NATHALIE BRION<br />

Middelnederlandse preken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De preek is een <strong>van</strong> de grote genres <strong>van</strong> de Middelnederlandse geestelijke literatuur. De studie er<strong>van</strong> is ver achtergebleven bij het<br />

historisch belang er<strong>van</strong>. Het project heeft een tweeledig doel. (1) Een gerichte impuls om het bredere onderzoek naar de Middelnederlandse preek<br />

in handschrift en druk te bevorderen en de belangstelling <strong>van</strong> de verschillende historische disciplines voor dit onderzoeksterrein te wekken, door<br />

middel <strong>van</strong> algemene studies uit historisch-theologische en literair-historische invalshoek en artikelen over de overlevering en verspreiding <strong>van</strong> de<br />

Middelnederlandse preek en 'case-studies'. //..(2) Een efficiënt overzicht <strong>van</strong> de preken die in het Middelnederlands overgeleverd zijn. Voor genres<br />

die gekenmerkt worden door veelheid en onoverzichtelijkheid <strong>van</strong> het tekstmateriaal zijn repertoria essentieel voor het onderzoek. Het tweede doel<br />

vervult dus een noodzakelijke voorwaarde voor het eerste doel. //..De resultaten <strong>van</strong> het project zullen als volgt gestalte krijgen: een inventaris <strong>van</strong><br />

de Middelnederlandse preek, gevolgd door een bundel studies <strong>van</strong> de Middelnederlandse preek. De bundel omvat twee bredere studies <strong>van</strong> de<br />

Middelnederlandse preek <strong>van</strong> de hand <strong>van</strong> de beide hoofdaanvragers, respectievelijk <strong>van</strong>uit historisch-theologisch en literair-historisch oogpunt,<br />

voorts het resultaat <strong>van</strong> het onderzoek dat uitvoerders verricht hebben naar de verspreiding <strong>van</strong> de Middelnederlandse preek en verder een aantal<br />

'case studies'.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ruusbroecgenootschap<br />

Onderzoekers:<br />

• Thomas Mertens<br />

Effectieve en aanvaardbare strategieën voor de controle <strong>van</strong> SARS en andere opkomende infecties in China en Europa<br />

(SARSControl).


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Effectieve en aanvaardbare strategieën voor de controle <strong>van</strong> SARS en andere opkomende infecties in China en Europa (SARSControl).<br />

Organisaties:<br />

• VAXINFECTIO<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre Van Damme<br />

• Philippe Beutels<br />

Modulatie <strong>van</strong> congruentie-effecten bij repetitie <strong>van</strong> irrele<strong>van</strong>ten stimuluskenmerken.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Een fundamentele vraagstelling in de menselijke functieleer is hoe sensorische informatie (stimuli) wordt omgezet naar motorische<br />

coördinaten, die leiden tot een respons. Een belangrijk aspect bij dit onderzoek is de verwerking <strong>van</strong> informatie die niet rele<strong>van</strong>t is voor de uit te<br />

voeren taak, maar die in vele gevallen toch een sterke invloed heeft op het verwerken de taak-rele<strong>van</strong>te informatie. In de meest algemene zin<br />

spreekt men over contextuele invloeden. Congruentietaken vormen een <strong>van</strong> de belangrijkste instrumenten bij het onderzoek naar deze effecten.<br />

Het project past in dit algemeen kader, waarbij we onderzoeken in hoeverre taak-irrele<strong>van</strong>te kenmerken <strong>van</strong> stimuli in congruentietaken op relatief<br />

korte termijn een verandering moeten ondergaan opdat ze interferentie zouden veroorzaken op het vlak <strong>van</strong> de taak-rele<strong>van</strong>te informatie.<br />

Organisaties:<br />

• Cognitieve en Fysiologische Psychologie<br />

Onderzoekers:<br />

• ERIC SOETENS<br />

Peri-urbane mangrovewouden als filters en potentiële fytorenmediëring voor huishoudelijk afvalwater in Oost-Afrika.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project is een ruim samenwerkingsproject tussen 7 Europese partners en 5 Afrikaanse partners en zal de bruikbaarheid <strong>van</strong><br />

mangroveformaties in de zuivering en fytoremediatie <strong>van</strong> afvalwaterstromen in een ruime interdisciplinariteit onderzoeken. Hoewel het principe <strong>van</strong><br />

remediatie <strong>van</strong> vervuiling een bronaanpak zou moeten zijn en een optimalisatie <strong>van</strong> zuivering met minimale impacten op de menselijke en<br />

natuurlijke omgeving, is dit op middellange termijn geen realistische en haalbare aanpak in de snel groeiende metropolen <strong>van</strong> ontwikkelingslanden.<br />

Nu reeds, maar inefficiënt en zonder enige effectief beheer dat de duurzaamheid garandeer, dienen de mangroven reeds als afzetgebied voor<br />

huishoudelijk en industrieel afvalwater. Noch is de functionaliteit <strong>van</strong> zulke systemen (voldoende) gekend, noch verdienen zij enige bescherming<br />

om deze taken te kunnen volbrengen Het consortium <strong>van</strong> partners in dit EU-project beoogt via de zeer ruime waaier aan expertise de studie, het<br />

gebruik, de optimalisatie, de aanleg <strong>van</strong> deze systemen aan te pakken. De twee VUB-groepen, APNA en ANCH treden hier samen <strong>van</strong>uit hun<br />

internationaal erkende expertise: mangrove-ecologie, mangrove dynamiek m.b.v. ruimtelijke analysemethodes en teledetectie resp. analytische<br />

scheikunde, biogeochemie <strong>van</strong> het mariene milieu. door voorwaarden gesteld door de EU is in een late fase een belangrijker aandeel <strong>van</strong> de toe te<br />

kennen subsidie naar de Afrikaanse partners moeten gaan , hetgeen de werking <strong>van</strong>uit en voor België in geen geval vergemakkelijkt heeft. Het<br />

voorstel heeft tot doel de VUB partners de gelegenheid te blijven geven de essentiële wetenschappelijke meerwaarde te realiseren.<br />

Organisaties:<br />

• Biologie<br />

Onderzoekers:<br />

• NICO KOEDAM<br />

Integratie <strong>van</strong> proteoomdata <strong>van</strong> tabak BY-2 celsuspensieculturen in een gecentraliseerd bioinformatica platform.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project kadert in de proteoom-analytische studie naar de regulatie <strong>van</strong> de plantaardige celcyclus, gebruikmakende <strong>van</strong> de tabak BY-2<br />

celsuspensiecultuur. Dit onderzoek levert grote en complexe gegevens-sets, waar<strong>van</strong> de verwerking, integratie en analyse een grote uitdaging<br />

vormen. Door alle databanken en tools bijeen te brengen op een centraal bioinformatica-platform, beoogt dit project een efficiënte data-verwerking.<br />

Het voorziene platform bestaat uit een computer-cluster met voldoende rekenkracht en opslagcapaciteit, waarop een reeks bioinformatica-paketten<br />

geïnstalleerd zullen worden. Het platform maakt een reeks nieuwe toepassingen mogelijk: constructie <strong>van</strong> relationele proteoom-databanken die een<br />

veel uitgebreidere analyse <strong>van</strong> de proteoomgegevens mogelijk maken, in silico proteolytische klieving <strong>van</strong> complete databanken die <strong>van</strong> nut zijn in<br />

de interpretatie <strong>van</strong> experimentele gegevens, clustering <strong>van</strong> eiwitgroepen op basis <strong>van</strong> parameters zoals fluctuaties in geobserveerde expressielevels,<br />

etcetera. Hoewel het project in eerste instantie de verwerking <strong>van</strong> tabak BY-2 proteoomgegevens beoogt, kan het in een verdere fase ook<br />

voor andere projecten ingezet worden.<br />

Organisaties:<br />

• Plantengroei en -ontwikkeling<br />

Onderzoekers:<br />

• Kris Laukens<br />

Voorbeeldige levens. Het spanningsveld tussen het historiografische en het hagiografische discours in de Moderne<br />

Devotie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De moderne devoten hebben een twintigtal verzamelingen <strong>van</strong> levensbeschrijvingen <strong>van</strong> hun medebroeders en -zusters nagelaten.<br />

Tweederde <strong>van</strong> deze verzamelingen is in het Latijn, eenderde in het Middelnederlands, in de regel overeenstemmend met het onderscheid manvrouw,<br />

zowel wat het onderwerp als het beoogde publiek betreft. Meermalen is vooral <strong>van</strong> de zijde <strong>van</strong> historici de vraag aan de orde gesteld of het<br />

in deze vitenverzameling nu om historiografie of om hagiografie gaat. Het project wil deze problematiek als uitgangspunt nemen, maar daarbij het<br />

dilemma 'historiografie of hagiografie' loslaten. De tegenstelling wordt al minder absoluut als we spreken in termen <strong>van</strong> het historiografisch en<br />

hagiografisch discours. We moeten vaststellen dat traditionele heiligenlevens voor de moderne devoten blijkbaar niet meer voldeden of althans niet<br />

alleen, maar dat ze ook behoefte hadden aan teksten over meer eigentijdse voorbeelden, aan wat minder hagiografische stilering, aan een grotere<br />

concreetheid door middel <strong>van</strong> historiciteit. Ook degenen die het bovengenoemde dilemma aan de orde stellen zijn er<strong>van</strong> overtuigd dat deze viten op<br />

de eerste plaats ter navolging (imitatio) en ter stichting (aedificatio) zijn geschreven. De derde dimensie <strong>van</strong> de hagiografie: de admiratio <strong>van</strong> het<br />

wonderbaarlijke lijkt vrijwel afwezig. Het miraculeuze speelt zo'n geringe rol in de vitenverzamelingen dat het zelfs lijkt of er een probleem is<br />

geweest met de erkenning <strong>van</strong> manifestaties <strong>van</strong> het bovennatuurlijke in het aardse leven.<br />

Tegen deze achtergrond is de probleemstelling <strong>van</strong> deze aanvraag te plaatsen: hoe en waarom stileren de moderne devoten de facta en dicta <strong>van</strong><br />

eigentijdse figuren tot stichtelijke, bewonderenswaardige en navolgenswaardige voorbeelden, beschouwd in het kader <strong>van</strong> hun houding ten aanzien<br />

<strong>van</strong> heiligheid en de manifestatie <strong>van</strong> het bovennatuurlijke in het aardse leven? Bij de beantwoording <strong>van</strong> deze vragen zal ook aandacht besteed<br />

worden aan de rele<strong>van</strong>tie <strong>van</strong> de onderzoeksresultaten voor de studie <strong>van</strong> de verhouding tussen laatmiddeleeuwse hagiografie en historiografie,<br />

iets waarvoor al heel wat meer onderzoekresultaten bekend zijn betreffende de voorgaande eeuwen.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ruusbroecgenootschap<br />

Onderzoekers:


• Thomas Mertens<br />

Adaptieve cadmiumtolerantiemechanismen in de mycorrhizaschimmel Suillus luteus<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het onderzoeksproject omvat een fysiologische en moleculaire studie <strong>van</strong> de ectomycorrhizaschimmel Suillus luteus met als doelstelling<br />

de identificatie <strong>van</strong> de fysiologische en genetische determinanten <strong>van</strong> de Cd tolerantie. De accumulatie, opnamekinetiek en de cellulaire<br />

compartimentatie <strong>van</strong> Cd zullen worden bepaald. Metabolieten betrokken bij de sequestratie <strong>van</strong> Cd en bij het in stand houden <strong>van</strong> het<br />

redoxevenwicht <strong>van</strong> de cellen zullen worden bestudeerd. Tevens zal de betekenis <strong>van</strong> de Cd tolerantie voor de gastheerplant, Pinus sylvestris,<br />

worden geëvalueerd.<br />

Organisaties:<br />

• Milieubiologie<br />

• Centrum voor Milieukunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Jaak VANGRONSVELD<br />

• Jan COLPAERT<br />

Aanbrengen en bewerken <strong>van</strong> chemisch inerte elektrisch geleidende microstructuren op flexibele polymeren.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een nieuwe technologie gebaseerd op de preconditionering <strong>van</strong> Silicone substraten met UV laser laat toe om edele metalen zoals<br />

Platinium (Pt) op flexibele silicone folies aan te brengen en dit zonder toevoeging <strong>van</strong> enige onzuiverheid. De eigenschappen en mogelijkheden <strong>van</strong><br />

deze techniek kan toegepast worden bij elektrische stimulatie <strong>van</strong> de zenuwvezels en voor Functionele Elektrische Stimulatie (FES implantaten ).<br />

Organisaties:<br />

• Medische elektronica<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan Peeters<br />

Depressie en action monitoring.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De specifieke verwachtingen in dit onderzoek zijn:<br />

- De amplitudo <strong>van</strong> de Ne/ERN is kleiner bij depressieve patienten dan bij controlepersonen (in de rnedicatie-vrije periode voorafgaande aan de<br />

therapie).<br />

- De amplitudo <strong>van</strong> de Ne/ERN zal negatief correleren met de mate <strong>van</strong> cagnitieve stoornissen en de ernst <strong>van</strong> de cagnitieve en motorische<br />

vertraging.<br />

- De Ne/ERN-reductie zal verminderen na een behandeling (<strong>van</strong> 6 weken met een SSRI). Het blijft nag een open vraag in hoeverre de NelERN<br />

reductie na behandeling volledig zal verdwijnen (zodat het als 'state marker' moet worden aangemerkt).<br />

- Het verminderen <strong>van</strong> de Ne/ERN-reductie na behandeling zal (positief) correleren met de mate <strong>van</strong> herstel <strong>van</strong> de cognitieve stoornissen en de<br />

emst <strong>van</strong> de cagnitieve en motorische vertraging na behandeling.<br />

Organisaties:<br />

• Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)<br />

Onderzoekers:<br />

• Bernard Sabbe<br />

• Wouter Hulstijn<br />

A better understanding of the thermographic process<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project kadert in de ontwikkeling <strong>van</strong> thermografische fotografische materialen.<br />

De doelstellingen zijn:<br />

- Een beter inzicht brengen in de thermografische processen en de invloed begrijpen <strong>van</strong> procesparameters en ingrediënten<br />

- Begrijpen <strong>van</strong> de koppeling tussen de optredende zilver agglomeratie en de beeldkleurvorming<br />

- Screening <strong>van</strong> nieuwe ingrediënten in het licht <strong>van</strong> hun diffusiegedrag doorheen de barrièrelaag<br />

Om deze doelstellingen te realiseren wordt Raman spectroscopie ingezet. Meer in het bijzonder worden methologieën op punt gesteld om met<br />

Surface Enhanced Raman Spectroscopy (1) het aggregatiegedrag <strong>van</strong> zilver te bestuderen en (2) het transport <strong>van</strong> ingrediënten doorheen<br />

thermografische materialen op te meten.<br />

Organisaties:<br />

• Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis<br />

Onderzoekers:<br />

• ANNICK HUBIN<br />

• KITTY BAERT<br />

Armoede in de Belgische pers (1980-2003) : de representatie <strong>van</strong> de arme binnen een individueel of een maatschappelijk<br />

schuldmodel ?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Armoede in de Belgische pers (1980-2003) : de representatie <strong>van</strong> de arme binnen een individueel of een maatschappelijk schuldmodel ?<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Pauwels<br />

• Jean Vranken<br />

Multi-collector inductief gekoppeld plasmaspecrometer (MC-ICPMS) voor interdisciplinair onderzoek.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: -Het is de bedoeling de apparatuur in een multidisciplinaire context in te zetten, waarbij uitdagende problemen uit verschillende<br />

wetenschapsdomeinen - o.m. geologie, oceanografie, milieuchemie, biologie, ecotoxicologie en archeologie - zullen worden aangepakt. Alle<br />

deelnemende onderzoeksgroepen zijn de mening toegedaan dat dit onderzoek slechts internationaal <strong>van</strong> beduidende betekenis kan zijn met de<br />

input <strong>van</strong> gerenommeerde onderzoekers <strong>van</strong> de verschillende geciteerde domeinen. Multi-collector inductief gekoppeld plasma -<br />

massaspectrometrie (MC-ICPMS) is een bijzonder krachtige techniek voor de bepaling <strong>van</strong> isotopenverhoudingen, die nieuwe<br />

onderzoeksmogelijkheden opent in verschillende wetenschapsdomeinen. Behalve voor de lichte elementen H, C, N en O en de edelgassen, kan<br />

MC-ICPMS voor de isotopische analyse <strong>van</strong> nagenoeg alle elementen worden ingezet en dit met een hoge analytische snelheid.<br />

Organisaties:


• Wetenschappen <strong>van</strong> het Systeem Aarde<br />

• Geologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Philippe CLAEYS<br />

VIB-Genetische Service Faciliteit: Ondersteuning Centrale Service Faciliteiten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De Genetische Service Faciliteit (GSF) werd opgericht als centrale faciliteit in het VIB - Departement voor Moleculaire Genetica om aan<br />

de onderzoekers verschillende genetische analyses aan te bieden via een robotica platform zoals DNA/RNA extracties, DNA sequentieanalyses,<br />

STR en SNP genotyperingen. Hiertoe beschikt de genetische faciliteit over Biomek FX en Biomek NX robotplatformen (Beckman) voor de<br />

automatisering <strong>van</strong> het samenstellen <strong>van</strong> PCR - reacties, drie "3730xl DNA analyzers" (Applied Biosystems) voor DNA sequentiebepaling en de<br />

analyse <strong>van</strong> microsatellieten, een SEQUENOM platform voor high throughput mass array spectrometrische SNP bepaling. De GSF beschikt<br />

eveneens over een 454 Life Sciences Genome Sequencer FLX voor ultra hoge doorvoer genoom sequentie analyses. Ook de isolatie <strong>van</strong> DNA en<br />

RNA uit verschillende bronnen en de aanmaak <strong>van</strong> EBV-getransformeerde cellijnen zijn gecentraliseerd in de GSF. Dankzij een geoptimaliseerd<br />

databanksysteem LIMS (Laboratory Information Management System) en GLP ("good laboratory practice") omgeving gebeurt de dataverwerking<br />

grotendeels automatisch en in optimale condities. De GSF voorziet eveneens capaciteit voor genetische services aan derden binnen de Universiteit<br />

<strong>van</strong> Antwerpen, maar ook binnen het VIB en extern. Gebruikers <strong>van</strong> binnen het VIB instituut krijgen via de financiële ondersteuning <strong>van</strong> de GSF als<br />

VIB GSF, DNA sequentie analyses aangeboden tegen marginale prijzen.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten<br />

Onderzoekers:<br />

• Jurgen Del-Favero<br />

• Christine Van Broeckhoven<br />

Het verband tussen kinematica <strong>van</strong> het voet-enkel complex, plantaire drukprofielen en statische voetafdrukken : een<br />

nieuwe benadering voor de functionele interpretatie <strong>van</strong> gefossileerde hominide voetsporen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het verband tussen kinematica <strong>van</strong> het voet-enkel complex, plantaire drukprofielen en statische voetafdrukken: een nieuwe benadering<br />

voor de functionele interpretatie <strong>van</strong> gefossiliseerde hominide voetsporen.<br />

Voetafdrukken die worden nagelaten in een vervormbaar substraat bevatten informatie over de anatomie en het voortbewegingsmechanisme <strong>van</strong><br />

de maker, in het geval <strong>van</strong> gefossiliseerde afdrukken is dit de hominine voorouder, maar dit kan ook de moderne mens zijn (bv. in forensisch<br />

onderzoek).<br />

Dit project beoogt om de complexe interactie tussen de verschillende factoren die de morfologie <strong>van</strong> de afdruk bepalen te ontrafelen. Hiertoe wordt<br />

zowel experimenteel als modelmatig gewerkt, in drie grote stappen: (1) analyse <strong>van</strong> de relatie voetafdruk-plantaire druk, (2) analyse <strong>van</strong> de relatie<br />

plantaire druk-kinematica en (3) kombinatie <strong>van</strong> deze stappen, verificatie <strong>van</strong> de bevindingen en interpretatie naar gekende fossiele afdrukken<br />

(zoals deze uit Laetoli, Tanzania).<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Aerts<br />

Functionele studie <strong>van</strong> complex V <strong>van</strong> de ademhalingsketen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Mitochondriale aandoeningen vormen een heterogene groep, tot uiting komend door deficiënte oxidatieve fosforylering. De<br />

ademhalingsketen bestaat uit vijf verschillende complexen, gecodeerd door mitochondriale en/of nucleaire genen. Complex V of ATP synthase<br />

bestaat uit 16 verschillende onderdelen, waar<strong>van</strong> twee gecodeerd door mitochondriale genen en 14 door nucleaire genen. Tot voor kort waren alle<br />

deficiënties in complex V te wijten aan een mutatie in mitochondriaal ATPase6. Recent werd door onze groep een mutatie beschreven in een<br />

assemblage gen <strong>van</strong> ATP synthase, nl. ATP12. Dit gen werd uitvoerig bestudeerd in gist. Verder werk beschreven in dit project zal bestaan uit de<br />

uitbouw <strong>van</strong> moleculaire studies <strong>van</strong> complex V deficiënte patiënten, alsook de studie <strong>van</strong> mutant complex V in gist, de studie <strong>van</strong> mRNA stabiliteit,<br />

de evaluatie <strong>van</strong> de functionele domeinen <strong>van</strong> ATP12 en expressie studie in Cos cellen. Dit werk moet bijdragen tot het vergroten <strong>van</strong> de kennis<br />

<strong>van</strong> het functioneren <strong>van</strong> assemblage genen in het algemeen en het begrijpen waarom mutaties kunnen leiden tot ademhalingscomplex deficiënties<br />

en hun klinische expressie.<br />

Organisaties:<br />

• Embryologie en Menselijke Genetica<br />

• Pediatrie<br />

Onderzoekers:<br />

• WILLY LISSENS<br />

• SARA SENECA<br />

• LINDA DE MEIRLEIR<br />

Effecten <strong>van</strong> blootstelling aan cadmium en kwik op regeneratie, stamcel dynamiek en redox status bij de vrijlevende<br />

platworm Macrostomum sp. (Macrostomida)<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: In dit project zullen de gevolgen onderzocht worden <strong>van</strong> blootstelling aan polluenten op Macrostomum sp., een vertegenwoordiger <strong>van</strong> de<br />

mariene interstitiële meiofauna. Effecten, vooral op regeneratie en stamceldynamiek, zullen worden onderzocht op het microscopische, het<br />

ultrastructurele en het moleculaire niveau.<br />

Organisaties:<br />

• Dierkunde: Biodiversiteit en Toxicologie<br />

• Centrum voor Milieukunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Tom ARTOIS<br />

Onderzoek naar het werkingsmechanisme <strong>van</strong> nieuwe therapieën in de ziekte <strong>van</strong> Parkinson.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In dit project worden 2 aspecten <strong>van</strong> de nieuwe behandelingsstrategieën voor de ziekte <strong>van</strong> Parkinson bestuderen. De zoektocht bij de<br />

medicamenteuze behandeling spitst zich tegenwoordig toe op farmaca die zowel een antiparkinsonactiviteit als een neuroprotectief effect hebben.<br />

Wij betsuderen een aantal kandidaat molecules met mogelijks een dergelijk profiel. In eerste instantie kijken we na of ze neuroprotectief zijn in het<br />

hemi-Parkinson rat model. Daarna onderzoeken we via welk mechanisme de neuroprotectie gebeurt en of deze geneesmiddelen ook een<br />

antiparkinsonactiviteit hebben.


In een tweede deel <strong>van</strong> dit project willen we een bijdrage leveren tot het onderzoek omtrent het werkingsmechanisme <strong>van</strong> DBS. In een eerste fase<br />

wordt de baan <strong>van</strong> de NST naar de substantia nigra pars reticulata (SNr) farmacologisch gekarakteriseerd, en dit in normale en parkinsonratten.<br />

Om het werkingsmechanisme <strong>van</strong> hoog frequente stimulatie op te helderen zullen we de NST ook electrisch stimuleren in deze dieren en met in<br />

vivo microdialyse de neurotransmittervrijstelling bepalen in de SNr. De resultaten <strong>van</strong> deze studies moeten ons ook een betere kennis geven <strong>van</strong><br />

de rol <strong>van</strong> de NST in de controle <strong>van</strong> de motoriek, maar kunnen eveneens bijdragen tot de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe rele<strong>van</strong>te geneesmiddelen.<br />

Organisaties:<br />

• Farmaceutische Chemie, Analyse <strong>van</strong> Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis<br />

• Inwendige Geneeskundige Specialiteiten<br />

Onderzoekers:<br />

• Birgit MERTENS<br />

• Mustafa VARCIN<br />

• YVETTE MICHOTTE<br />

• SOPHIE SARRE<br />

• Hong YUAN<br />

• Ben AMPE<br />

• Anja FLAMEZ<br />

Het 3de venster - Definities <strong>van</strong> de specificaties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het 3de venster - Definities <strong>van</strong> de specificaties.<br />

Organisaties:<br />

• Medische elektronica<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan Peeters<br />

Gedragsfenotypering <strong>van</strong> transgene muismodellen voor humane aandoeningen met cognitieve deficiëntie : etiologisch<br />

onderzoek en innoverende therapieën.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde project dat betrekking heeft op etiologisch verschillende aandoeningen, zal volgens vele auteurs bijdragen tot een beter<br />

algemeen begrip <strong>van</strong> de invloed <strong>van</strong> genetische factoren op cognitie en gedrag. Bovendien zal het ontdekken <strong>van</strong> gemeenschappelijke patronen<br />

kunnen leiden tot betere behandeling of zelfs preventie <strong>van</strong> de aandoeningen in kwestie. Resultaten die verband houden met de behandeling <strong>van</strong><br />

een welbepaalde (neurogenetische) aandoening kunnen mogelijk veralgemeend worden naar de behandeling <strong>van</strong> gelijkaardige of verwante<br />

aandoeningen.<br />

Organisaties:<br />

• Neurochemie en gedrag<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter De Deyn<br />

Het taalgebruik in rechtszaken en inzonderheid binnen de Brussels magistratuur sinds de Tweede Wereldoorlog.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project stelt vragen i.v.m. de oorsprong en de evolutie <strong>van</strong> de taalverhoudingen binnen de (vooral Brusselse) magistratuur en de<br />

totstandkoming en toepassing <strong>van</strong> de taalwetgeving in de 20ste eeuw. Door onderzoek naar het complexe samenspel <strong>van</strong> sociale, politieke en<br />

culturele factoren binnen de Brusselse taalcontext, wensen we een reeks oude en actuele misverstanden hierover weg te werken. Die complexiteit<br />

maakt een multidisciplinaire en vergelijkende aanpak meer dan noodzakelijk, want de hoofdstedelijke problematiek is in vele opzichten uniek, maar<br />

biedt tevens interessante aanknopingspunten met andere meertalige regio's of stedelijke samenlevingen. Het zijn uitgangspunten die in dit project<br />

gekoppeld worden aan een theoretische en concrete benadering <strong>van</strong> het gerechtelijk apparaat in België en zijn banden met de wetgevende en<br />

uitvoerende macht. Daarbij wordt onder meer de gerechtselite, via steekproeven en in het kader <strong>van</strong> taalgebonden mobiliteitsprocessen,<br />

doorgelicht op haar sociale achtergronden, opleiding, carrièrepatronen en sekse. Ook de positie <strong>van</strong> de vrouwen binnen juridische beroepen sinds<br />

het begin <strong>van</strong> de vorige eeuw, komt ruim aan bod. De samenwerking tussen verschillende onderzoekseenheden (JURI, RHEA, HIST, BRIO) en de<br />

thematische en methodologische bruggen die aldus geslagen worden tussen rechtshistorisch onderzoek, cultuur-intellectuele geschiedenis en<br />

prospografie, gender en diversiteit, de politiek-institutionele geschiedenis <strong>van</strong> Brussel, stadsgeschiedenis en de ontwikkeling <strong>van</strong> stedelijke groepen<br />

en processen, fungeren als waarborg voor de succesvolle uitvoering <strong>van</strong> dit onderzoeksproject.<br />

Organisaties:<br />

• Geschiedenis<br />

• Metajuridica<br />

Onderzoekers:<br />

• MICHEL MAGITS<br />

• Eva SCHANDEVYL<br />

• MACHTELD DE METSENAERE<br />

• ELS WITTE<br />

Functionele en genetische analyse <strong>van</strong> het ccd addictiesysteem.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Addictiesystemen zijn operons die bijdragen tot de stabiele overerving en het behoud <strong>van</strong> de low copy number plasmiden waarop ze<br />

gelegen zijn in een bacteriële populatie. De modules bestaan meestal uit twee genen, waar<strong>van</strong> één codeert voor een toxine en één voor het<br />

tegengif. In cellen die het plasmide bevatten, wordt het toxisch effect <strong>van</strong> het toxine verhinderd door de binding <strong>van</strong> het tegengif op het toxine. De<br />

werking <strong>van</strong> deze systemen is gebaseerd op het verschil in levensduur <strong>van</strong> toxine en tegengif. Het tegengif is veel minder stabiel dan het toxine en<br />

degradeert snel. Wanneer een dochtercel het plasmide niet krijgt, wordt deze gedood door het toxine. De plasmide-vrije dochtercel zal immers wel<br />

enkele <strong>van</strong> de toxine-tegengif complexen uit het cytoplasma krijgen. Deze dochtercellen zijn echter niet meer in staat om nieuw tegengif aan te<br />

maken en het toxine komt vrij om zijn dodelijke werking uit te voeren.<br />

Ccd, gelegen op het F plasmide was het eerste beschreven addictiesysteem en blijft ook tot nog toe het best gekarakteriseerde. Het ccd locus<br />

bestaat uit ccdA, coderend voor het tegengif, en ccdB, coderend voor het toxine. De thermodynamische stabiliteit en levensduur <strong>van</strong> het tegengif,<br />

CcdA zijn veel kleiner dan die <strong>van</strong> het toxine, CcdB en bovendien wordt het gedegradeerd door Lon, een ATP-afhankelijk serine protease.<br />

Het doel <strong>van</strong> dit project is een volledige karakterisatie <strong>van</strong> de activiteiten <strong>van</strong> CcdA: zowel de complexvorming met CcdB als de DNA binding, en dit<br />

zowel in vivo als in vitro. In de in vivo experimenten zullen de aminozuren <strong>van</strong> CcdA die belangrijk zijn voor de herkenning <strong>van</strong> zowel CcdB als DNA<br />

geïdentificeerd worden. De in vitro studies zullen enerzijds de bindingsplaats op het DNA voor CcdA bepalen en anderzijds voor het eerst<br />

kwantitatieve informatie opleveren over stoichiometrie en affiniteiten <strong>van</strong> zowel de CcdA:CcdB als de CcdA:DNA interactie.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:


• HENRI DE GREVE<br />

• REMY LORIS<br />

Studie <strong>van</strong> KCNQ4, een gen voor gehoorverlies.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project omvat de functionele studie <strong>van</strong> KCNQ4, een gen voor een progressieve vorm <strong>van</strong> gehoorverlies. De voornaamste<br />

doelstellingen <strong>van</strong> deze studie zijn: de identificatie <strong>van</strong> de promoter elementen en de constructie en karakterisatie <strong>van</strong> een knock-out muis. Tevens<br />

zal worden nagegaan of KCNQ4 een rol speelt bij complexe vormen <strong>van</strong> gehoorverlies.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Guido Van Camp<br />

• Els Van Eyken<br />

Rol <strong>van</strong> de osteoblast in de ontwikkeling <strong>van</strong> renale osteodystrofie. Een proteomics benadering.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstellingen :<br />

*Karakterisatie <strong>van</strong> de temporele evolutie <strong>van</strong> het osteoblastproteoom.<br />

*Proteoomanalyse <strong>van</strong> de invloed <strong>van</strong> een uremisch milieu op de osteoblastdifferentiatie.<br />

*Rol <strong>van</strong> de osteoblastdifferentiatie in de ontwikkeling <strong>van</strong> 3 vormen <strong>van</strong> renale osteodystrofie.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick D'Haese<br />

Flexibele wiskundige en statistische modellen voor microbiologische risicobeoordeling<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen kent dit project toe aan het onderzoeksinstituut Censtat (promotor prof. dr.<br />

Helena Geys) voor de periode <strong>van</strong> 01.01.2005 tot 31.12.2008.<br />

Bij de risicobeoordeling <strong>van</strong> voedselveiligheid worden in hoofdzaak parametrische modellen gebruikt om de relatie te beschrijven tussen een<br />

respons variabele en tal <strong>van</strong> mogelijke verklarende variabelen. Het opzet <strong>van</strong> dit project is om deze mathematische modellen te toetsen aan de<br />

biologische plausibiliteit. Bovendien wordt een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd om de impact <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> verschillende parametrische en<br />

semi- en niet-parametrische alternatieve modellen te bestuderen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Statistiek<br />

• Centrum voor Statistiek<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc AERTS<br />

• Geert MOLENBERGHS<br />

• Helena GEYS<br />

Micro-optische componenten voor golfgeleider gebaseerde MCM optische interconnecties: ontwerp, fabricage en<br />

demonstratie.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Recente vooruitgang in het domein <strong>van</strong> de opto-elektronische componenten en hybridisatietechnieken opent deuren voor het gebruik <strong>van</strong><br />

massieve optische interconnecties op Multi-Chip-Module (MCM) niveau. De grootste uitdaging blijft het implementeren <strong>van</strong> dergelijke componenten<br />

die praktisch fabriceerbaar en tegen lage kost in massa reproduceerbaar zijn en bovendien een voldoende hoge bandbreedte en kanaaldensiteit ter<br />

beschikking stellen. De huidige componenten laten echter geen willekeurige interonnectiepatronen toe en zijn daarom beperkt in hun flexibiliteit.<br />

Om grotere afstanden te overbruggen onderzocht men gedurende de laatste jaren met succes het gebruik <strong>van</strong> geïntegreerde optische golfgeleiders<br />

in een gedrukte schakeling (PCB, Printed Circuit Board). In dit project wensen we een brug te slaan tussen de microlasers en detectoren <strong>van</strong> een<br />

opto-elektronische chip en de geïntegreerde optische golfgeleiderlagen <strong>van</strong> een PCB, door het ontwerpen, fabriceren en demonstreren <strong>van</strong> microoptische<br />

en micro-mechanische koppelstructuren.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica<br />

Onderzoekers:<br />

• HUGO THIENPONT<br />

Genetische en epigenetische verordening in menselijke gameten, voor inplanting embryo's en embryonale stamcellen en<br />

het Effect <strong>van</strong> genetische mutaties op ontwikkeling en vruchtbaarheid.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Onderzoek naar oorzaken <strong>van</strong> onvruchtbaarheid en het gebruik <strong>van</strong> reproductieve technologie om genetische ziektes te voorkomen en te<br />

begrijpen.<br />

Organisaties:<br />

• Embryologie en Menselijke Genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• INGEBORG LIEBAERS<br />

Numerical modeling of the interactions of femtosecond and nanosecond laser pulses with a solid and with plasma.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: We proberen een model te ontwikkelen voor de beschrijving <strong>van</strong> de interactie tussen laserpulsen met een vaste stof en met plasma. Het<br />

model omvat:<br />

* laser - vaste stof interactie: verhitten, smelten, verdampen<br />

* expansie <strong>van</strong> de metaaldamp in een achtergrondgas<br />

* vorming <strong>van</strong> een plasma in de materiaalwolk<br />

* interactie tussen laser en plasma<br />

Organisaties:<br />

• Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)<br />

Onderzoekers:


• Annemie Bogaerts<br />

A-CUTE-TOX : Optimisation and pre-validation of an in vitro test strategy for predicting human acute toxicity.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De doelstelling <strong>van</strong> het A-cute-Tox-project is de ontwikkeling <strong>van</strong> gevalideerde alternatieve methodes voor het testen <strong>van</strong> de veiligheid<br />

<strong>van</strong> geneesmiddelen, chemicaliën en cosmetica. Het project is speciaal gericht op de ontwikkeling <strong>van</strong> eenvoudige, robuuste in vitro methodes om<br />

acute toxiciteit bij de mens te kunnen voorspellen. Ons laboratorium zal onderzoeken in hoeverre de bepaling <strong>van</strong> IC50 waarden voor de in vitro<br />

productie <strong>van</strong> cytokines door human perifere mononucleaire cellen de acute toxiciteit bij de mens kunnen voorspellen.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacologie<br />

Onderzoekers:<br />

• RON KOOIJMAN<br />

• ELISABETH PETERS<br />

Pathogenese <strong>van</strong> CNS neurodegeneratie: moleculair genetische analyse <strong>van</strong> Alzheimer's en frontotemporale dementie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Neurodegeneratieve dementia vertegenwoordigen de meest frequente ouderdomsziektes en vormen een majeur medisch, sociaal en<br />

economisch probleem. De ziekteprocessen die leiden tot dementie zijn niet volledig gekend en er bestaat geen efficiënte therapie. Dit project doelt<br />

op de identificatie en karakterisatie <strong>van</strong> nieuwe genen voor neurodegeneratieve dementia meer specifiek voor Alzheimer en frontotemporale<br />

dementia. Dit zal helpen pathologische processen te begrijpen en efficiënte therapieën te ontwikkelen.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc Cruts<br />

• Christine Van Broeckhoven<br />

• Samir Kumar-Singh<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francois Peeters<br />

Modellering <strong>van</strong> de vorming en het transport <strong>van</strong> clusters in een radio-frequente silaan ontlading.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Er wordt een model ontwikkeld om de vorming en het gedrag <strong>van</strong> nanodeeltjes in een radiofrequent silaan (SiH4) en acetyleen (C2H2)<br />

plasma te beschrijven. Dit model omvat zowel de vorming <strong>van</strong> nanodeeltjes via chemische reacties in de gasfase (=nucleatie), als de verdere groei<br />

<strong>van</strong> nanodeeltjes via coagulatie, de oplading <strong>van</strong> de nanodeeltjes en hun gedrag onder invloed <strong>van</strong> verschillende krachten.<br />

Organisaties:<br />

• Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Annemie Bogaerts<br />

• Kathleen De Bleecker<br />

Formele ondersteuning voor transformatie <strong>van</strong> software modellen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Formele ondersteuning voor transformatie <strong>van</strong> software modellen.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Janssens<br />

• Serge Demeyer<br />

Integratie <strong>van</strong> consumentengedrag in competetieve en ethische vestigingsmodellen & toepassingen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Meerdere recente modellen in competitieve vestigingstheorie trachten andere dan ruimtelijke aspecten <strong>van</strong> consumentengedrag in<br />

rekening te brengen, ter uitbreiding <strong>van</strong> het traditionele loutere afstandscriterium. Dit project beoogt een kritische studie <strong>van</strong> de hierbij gehanteerde<br />

beschrijving <strong>van</strong> consumentenvoorkeur gezien <strong>van</strong>uit het standpunt <strong>van</strong> de economie en marketing, en de verdere integratie er<strong>van</strong> in<br />

vestigingsmodellen. Doel is enerzijds tot staving of weerlegging, schatting en eventueel uitwerking <strong>van</strong> alternatieve beschrijvingen te komen.<br />

Om deze verdere integratie tussen vestigingstheorie en consumentenkeuzetheorie te<br />

verwezenlijken is een grondige literatuurstudie <strong>van</strong> beide domeinen noodzakelijk. De uiteindelijk gekozen benaderingen worden, in de mate <strong>van</strong> het<br />

mogelijke, empirisch onderzocht alvorens deze samen te brengen.<br />

Anderzijds hoort dit te leiden tot meerdere nieuwe mathematische modellen voor optimale vestigingskeuze in concurrentie?le omgeving. Op middellange<br />

termijn horen deze toe te laten vestigingsvragen te beantwoorden door middel <strong>van</strong> gee?ikte oplossingstechnieken, impactstudies <strong>van</strong><br />

vestigingsprojecten op concurrentie, service-kwaliteit en/of tewerkstelling uit te voeren, en door systeemdynamische technieken ruimtelijke evoluties<br />

te bestuderen.<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde, Operationeel Onderzoek, Statistiek en Informatica voor Management<br />

• Beleidsinformatica<br />

Onderzoekers:<br />

• FRANK PLASTRIA<br />

• Lieselot VANHAVERBEKE<br />

Verzameld werk L.P. Boon.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project behelst de wetenschappelijke editie <strong>van</strong> L.P. Boons werk in 24 delen. Voor gedetailleerde informatie: zie<br />

http://www.lpbooncentrum.be/verzameldwerk/


Organisaties:<br />

• Instituut voor de studie <strong>van</strong> de letterkunde in de Lage Landen (ISLN)<br />

Onderzoekers:<br />

• Kristiaan Humbeeck<br />

De rol <strong>van</strong> carotenoïden bij oxidatieve stress, immunocompetentie en expressie <strong>van</strong> secundair seksuele kenmerkien bij<br />

vogels, met bijzondere aandacht voor eventuele trade-offs : een multidisciplinaire benadering.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In het kader <strong>van</strong> dit project willen we op een gei"ntegreerde wijze de rol <strong>van</strong> caroteno1den bij de 3 bovenvennelde functies (oxidatieve<br />

stress, immlUlostimulatie en expressie <strong>van</strong> seClUldair seksuele ken- merken) bestuderen bij vogels, met bijzondere aandacht voor even- tuele<br />

'trade-offs'. Meer concreet, zulIen we nagaan of caroteno1den de mate en de effecten <strong>van</strong> oxidatieve stress (in dit project gei"ndu- ceerd door lood)<br />

in vogels verminderen. Hierbij zal nagegaan worden of het gebruik <strong>van</strong> caroteno1den als antioxidant een invloed heeft op andere functies <strong>van</strong><br />

caroteno1den zoals de expressie <strong>van</strong> caroteno1denafhankelijke seclUldair seksuele kenmerken en de immuunrespons. Dit project zal dus<br />

bijdragen tot betere inzichten in de rol <strong>van</strong> caroteno1denafhankelijke kenmerken als 'honest signals' voor de weerstand tegen oxidatieve stress en<br />

de immlUlO- competentie in vogels en andere vertebraten. Daarenboven zal nagegaan worden of interspecifieke verschillen in de toxiciteit <strong>van</strong> lood<br />

verklaard kunnen worden door verschillen in de concentratie antioxidanten, zoals recente studies suggereren.<br />

De doelstellingen zullen 'gerealiseerd worden aan de hand <strong>van</strong> experirnenten in laboratorium en natuurlijke omstandigheden. Bij het onderzoek in<br />

natu~.lijk~ o~st.andigheden zullen koolmezen als modelsoort gebroiktworden omdat ze gebroik maken <strong>van</strong> nestkas- ten en gemakkelijk te<br />

bestuderen en manipuleren zijn. Bovendien is de koolmees een <strong>van</strong> de weinige vogelsoorten waarbij de jongen reeds opvallende<br />

carotenoldenafhankelijke kenmerken hebben (fschirren et al., 2003). Janssens et al. (2003a) hebben daarenboven aangetoond dat koolmezen<br />

gevoelig zijn voor zware metalen ver- ontreiniging, wat onder meer resulteerde in een verminderd repro- ductief succes. Deze eigenschappen,<br />

tesamen met de bovenver- melde unieke pollutiegradient, maken de koolmees een zeer geschikt model in het kader <strong>van</strong> dit project. Omdat<br />

koolmezen echter moei- lijk in ge<strong>van</strong>genschap kunnen bestudeerd worden, zal bij de experi- menten in gecontroleerde labo-omstandigheden de<br />

zebravink (T aeniopygia guttata) gebroikt worden als studiesoort. Deze kleine zangvogel is een belangrijke modelsoort in gedragsecologisch<br />

onderzoek en werd door de onderzoeksgroep ETHOL reeds gebroikt in een studie naar de accumulatie <strong>van</strong> lood in weefsels en veren (Dauwe et<br />

al., 2002; Snoeijs et al., in prep.).<br />

Organisaties:<br />

• Ethologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Marcel Eens<br />

Computermodellering <strong>van</strong> nanosystemen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Modellering <strong>van</strong> halfgeleidernanodraden en supergeleidernanostructuren. Onderzoek <strong>van</strong> de optische en elektrische eigenschappen <strong>van</strong><br />

nanodraden voor sensor toepassingen. Ab initio berekenningen <strong>van</strong> de elektronische structuur <strong>van</strong> nanomaterialen. Drie dimensionele meso- en<br />

nano-supergeleiders zullen worden onderzocht door gebruik te maken <strong>van</strong> respectievelijk de Ginzburg-Landau benadering en het Richardson<br />

formalisme.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francois Peeters<br />

MRI studie <strong>van</strong> pathogene en regulatoire T-cellen in het ziekteproces <strong>van</strong> EAE<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het project betreft een IWT-specialisatiebeurs voor de heer Baeten bij prof. dr. Stinissen <strong>van</strong> de Universiteit Hasselt. De projectduur is <strong>van</strong><br />

01.01.2005 tot 31.12.2008. Het project betreft een MRI studie <strong>van</strong> pathogene en regulatoire T-cellen in het ziekteproces <strong>van</strong> EAE.<br />

Organisaties:<br />

• Immunologie - Biochemie<br />

• Biomedisch Onderzoeks Instituut<br />

Onderzoekers:<br />

• Pieter STINISSEN<br />

Ad<strong>van</strong>ced paramagnetic resonance methods in molecular biophysics.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: The main objective of the action is to initiate a concerted European effort to develop new electron paramagnetic resonance (EPR)<br />

instruments and methodologies in order to determine the structure, dynamics and structure-function relationships of biological systems.<br />

Organisaties:<br />

• Spectroscopie in biofysica en catalyse (SIBAC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Sabine Van Doorslaer<br />

Vlinders in gefragmenteerde bossen als modelorganismen voor de studie <strong>van</strong> de relatie tussen ontwikkelingsinstabiliteit<br />

en genetische variatie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Fluctuerende asymmetrie (FA) -kleine verschillen tussen de linker en rechter zijde <strong>van</strong> een bilateraal symmetrisch kenmerk die het<br />

resultaat zijn <strong>van</strong> 'developmental noise' en 'developmental stability' -is een potentieel interessante indicator <strong>van</strong> stress. Tal <strong>van</strong> studies hebben<br />

aangetoond dat zowel omgevings- (parasieten, abiotische tactoren) als genetische stress (inbreeding, breakup <strong>van</strong> co-adapted gene complexes)<br />

gepaard gaan met een taename in FA op zowel individueel als populatie niveau (Polak, 2003). FA wordt verondersteld een maat te zijn vaor<br />

ontwikkelingsinstabiliteit, waarbij deze laatste gekarakteriseerd wardt daor ontwikkelings ruis (waardaor een ontwikkelend kenmerk gaat afwijken<br />

<strong>van</strong> zijn ontwikkelingsschema) en antwikkelingsstabiliteit (die de gevolgen <strong>van</strong> ruis verkleint) (Van Dongen & Lens, 2002). Belangrijk is op te<br />

merken dat ontwikkelingsinstabiliteit niet direct meetbaar is en dat FA als surrogaat gebruikt wardt. De hypothese dat de toename in FA ten gevalge<br />

<strong>van</strong> stress reeds Qptreedt bij relatiet lage stress in vergelijking met de niveaus waarbij er zich een belangrijke reductie in fitness manitesteert, heeft<br />

ertoe geleid te veranderstellen dat FA a's zgn. 'early warning system' een belangrijk instrument kan vormen bij de identificatie <strong>van</strong> soorten en<br />

populaties die natuurbeschermende maatregelingen nodig hebben (Clarke, 1995). Het systematisch gebruik <strong>van</strong> FA als biomanitoring tool wordt<br />

echter bemoeilijkt door heterogeniteit in verbanden tussen FA en stress. Vooral het gebrek aan algemene richtlijnen die voorspellen wanneer -voor<br />

welke soarten(-groepen), vormen <strong>van</strong> stress en kenmerken -FA toeneemt met stress, maakt het algemeen gebruik onmogelijk.<br />

Het onderzoek voargeste'd in deze projectaanvraag beaogt onderzoek naar de bruikbaarheid <strong>van</strong> FA als bio-indicatar voor mogelijk negatieve<br />

gevolgen <strong>van</strong> inteelt bij twee relatiet nauw verwante dagvlindersoorten (P. aegeria en Cymothae teita). P. aegeria is een vrij algemene Europese<br />

dagvlinder en C. teita een bedreigde en endemische vlindersoort <strong>van</strong> de Taita Hills, Kenia. Beide soorten komen voor in boshabitaten die<br />

wereldwijd sterk onderhevig zijn aan versnippering en degradatie. P. aegeria zal intensiet bestudeerd worden onder zawellaba- als veldcondities.


Dit luik <strong>van</strong> het anderzaek zal ons toelaten om een aantal tundamentele aspecten <strong>van</strong> de FA-heterozygositeits relatie te bestuderen (voor details<br />

zie verder). Hiervoar wordt (i) een kweek-experiment onder gecontroleerde condities opgestart waarbij inbreeding experimenteel gemanipuleerd zal<br />

worden, (ii) de FA-inteelt relatie onder natuurlijke omstandigheden bestudeerd, (iii) FA gemeten bij een ruime waaier <strong>van</strong> kenmerken met<br />

verschillend tunctianeel belang en (iv) genetische variatie geschat a.d.h.v. verschillende genetische merkers waar<strong>van</strong> de selectieve neutraliteit<br />

varieert (microsatelliet vs. allozymes, waarbij deze laatste enkel bestudeerd kunnen warden door de vlinder te doden). Dit type <strong>van</strong> onderzoek kan<br />

uitgevaerd worden bij een soort zoals P. aegeria die vrij algemeen is en relatiet eenvoudig artificieel gekweekt en gemanipuleerd kan worden. Bij<br />

onderzoek op bedreigde argansimen, zoals C. teita, moet getracht warden om de impact <strong>van</strong> het onderzoek op het organisme te minimalizeren.<br />

Daarom zal het onderzaek op C. teita zich beperken tot het meten <strong>van</strong> FA a.d.h.v. digitale toto's en het schatten <strong>van</strong> genetische variatie m.b.v.<br />

microsatelliet merkers op basis <strong>van</strong> DNA uit kleine weetselstalen. Deze niet-invasieve methades zullen ap punt gesteld en gevalideerd worden bij<br />

P. aegeria. De tundamentele inzichten die voortvloeien uit het onderzoek ap P. aegeria om trend de cantroversie rand de relatie tussen FA en<br />

inbreeding, zullen verder gebruikt worden om patronen bij C. teita te evalueren en de bruikbaarheid <strong>van</strong> FA als monitoring tool in te schatten.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefan Van Dongen<br />

Feedback <strong>van</strong> leerlingen aan leerkrachten in het secundair onderwijs : ontwikkeling en validering <strong>van</strong> een instrument.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstelling <strong>van</strong> het onderzoek is de ontwikkeling en validering <strong>van</strong> een instrument om leerlingen secundair onderwijs feedback te laten<br />

geven aan hun leerkrachten. Het theoretisch referentiekader is gebaseerd op het effectieve-scholenonderzoek. Eerder werden twee zelfevaluatieinstrumenten<br />

ontwikkeld (Van Petegem, 1997 en Van Petegem e.a., 2003) waar<strong>van</strong> een deel (klasniveauvariabelen) bruikbaar is als basis voor een<br />

feedbackinstrument voor leerlingen.<br />

Organisaties:<br />

• EduBROn<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Van Petegem<br />

Interplay between vitamin C and glucose metabolism in plant and animal mitochondria.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Interplay between vitamin C and glucose metabolism in plant and animal mitochondria.<br />

Organisaties:<br />

• Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Roland Caubergs<br />

Studie <strong>van</strong> oppervlakte-gemodificeerde en bioactieve polymeermaterialen en hun interactie met micro-organismen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het objectief is de preventie <strong>van</strong> biofilmvorming aan het oppervlak <strong>van</strong> polymeren via een gecombineerde aanpak <strong>van</strong> oppervlakmodificatie<br />

en incorporatie <strong>van</strong> antimicrobiele stoffen. Siliconen en poly(siloxaan-urethanen) werden a's model polymeren geselecteerd omwille <strong>van</strong><br />

hun medisch belang (materiaal <strong>van</strong> o.a. urinaire katheters en tracheo-oesofageale spraakprothesen) en de voorafgaande ervaring <strong>van</strong> partners 1<br />

en 2 met deze polymeren. A's modelorganisme zal Candida albicans gebruikt worden, dat verantwoordelijk is voor de deterioratie <strong>van</strong> siliconen<br />

spraakprothesen en dat reeds jaren in het laboratorium <strong>van</strong> een partner bestudeerd wordt (Bauters et al., 1999, 2002a-c, 2003)<br />

Organisaties:<br />

• Massaspectrometrie (Mitac 5)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Vaeck<br />

Moleculaire genetica en biologie <strong>van</strong> Charcot-Marie-Tooth neuropathieën.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit GSKE project beogen we nieuwe genen te identificeren waarin een mutatie aanleiding geeft tot gekende of nieuwe vormen <strong>van</strong><br />

erfelijke perifere neuropathieën. Verder is het belangrijk het effect <strong>van</strong> deze mutaties te bestuderen in cellijnen en diermodellen. Mutaties in<br />

verschillende genen kunnen resulteren in vergelijkbare fenotypes wat er op wijst dat complexe interacties moeten bestaan tussen de betrokken<br />

proteïnes. De identificatie <strong>van</strong> bij ziekte betrokken genen is een eerste stap tot het beter begrijpen <strong>van</strong> de fundamentele biologische en<br />

biochemische processen in het perifeer zenuwstelsel. De kennis <strong>van</strong> structuur en functie <strong>van</strong> deze genen zal ook <strong>van</strong> groot belang zijn voor de<br />

classificatie <strong>van</strong> perifere neuropathieën en voor het bepalen <strong>van</strong> de onderliggende moleculaire pathomechanismen.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Perifere Neuropathieën<br />

Onderzoekers:<br />

• Vincent Timmerman<br />

• Peter De Jonghe<br />

De functionele eigenschappen <strong>van</strong> vormgeheugenlegeringen : een fundamentele aanpak.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Gebaseerd op onze ervaringen, onze internationale erkenning <strong>van</strong> onze kennis over vormgeheugenlegeringen en de jarenlange ervaring<br />

met NiTi legeringen wordt een grondig fundamenteel project voorgesteld dat moet leiden tot het begrijpen <strong>van</strong> het mechanissh, fysisch en<br />

thermodynamisch verband tussen enerzijds de microstructuur en anderzijds de functionele eigenschappen en dit als functie <strong>van</strong> de thermomechanische<br />

voorgeschiedenis, de samenstelling en het doorlopen temperatuurstraject.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dominique Schryvers<br />

Het maatschappelijke draagvlak <strong>van</strong> het sociaal beleid. Comperatief onderzoek naar de vorming en politieke uitdrukking<br />

<strong>van</strong> sociaal-economische attitudes in moderne welvaartstaten.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De verzorgingsstaat staat sedert de economische recessie <strong>van</strong> de jaren zeventig onder druk. Radicale kritieken op de verzorgingsstaat<br />

komen niet enkel uit neoliberale hoek, maar worden ook vertolkt door de populistische en rechts-radicale politieke partijen die de laatste jaren in<br />

veel Europese landen opgang hebben gemaakt. Deze economische en politieke uitdagingen voor de verzorgingsstaat vormen tevens de context<br />

waarbinnen de sociale en economische attitudes <strong>van</strong> de gewone burgers gestalte krijgen. In dit onderzoeksproject gaat de aandacht uit naar het


ideologisch draagvlak <strong>van</strong> de verzorgingsstaat onder de bevolking.<br />

Dit onderzoek wil via comparatief empirisch onderzoek bijdragen aan de theorievorming rond de ontwikkeling <strong>van</strong> sociaal-economische attitudes.<br />

Zowel de algemene sociaal-economische attitudes (houdingen ten aanzien <strong>van</strong> sociale ongelijkheid en economische herverdeling, individualisme<br />

versus collectivisme, universalisme versus particularisme, enzovoort) als de standpunten ten aanzien <strong>van</strong> concrete beleidsmaatregelen zullen<br />

worden onderzocht. Daarbij wordt nagegaan hoe en in welke mate deze attitudes uitgekristalliseerd zijn tot ideologische clivages en hoe deze<br />

clivages zich verhouden tot socio-demografische kenmerken en politiek-electorale posities <strong>van</strong> de bevolking.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MARK ELCHARDUS<br />

• ANTON DERKS<br />

Spin polarization effects in diluted magnetic semiconductors (spin-DMS).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Spin polarization effects in diluted magnetic semiconductors (spin-DMS).<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francois Peeters<br />

Het complex fasegedrag <strong>van</strong> synthetische polymeer/water mengsels : gevorderde thermische en structuurkarakterisering<br />

en interpretatie op basis <strong>van</strong> de multidichtheid integraaalvergelijking-theorie <strong>van</strong> Wertheim.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het project dient te leiden tot nieuwe inzichten in het complexe gedrag <strong>van</strong> wateroplosbare polymeren via een combinatie en<br />

wisselwerking <strong>van</strong> theorie, simulatie en experiment. De volgende wateroplosbare polymeren zullen bestudeerd worden: polyvinylmethylether<br />

(PVME), polyethyleenoxide (PEO), polymethyleenoxyde (PMO), polypropyleenoxide (PPO), poly (N-isopropylacrylamide) (PNiPAM), poly (Nvinylcaprolactam)<br />

(PVCL), poly(N-vinyl pyrollidon) (PVP), en ook enkele gecombineerde architecturen. - De interpretatie <strong>van</strong> de complexe<br />

experimentele informatie en de voorspelling <strong>van</strong> de eigenschappen <strong>van</strong> waterige polymeeroplossingen over het hele concentratiegebied en voor<br />

het rele<strong>van</strong>te temperatuurinterval <strong>van</strong> ieder beschouwd systeem wordt nagestreefd via de verdere ontwikkeling <strong>van</strong> de multi-dichtheid<br />

integraalvergelijking-theorie <strong>van</strong> Wertheim. Gebaseerd op de moleculaire rele<strong>van</strong>te parameters <strong>van</strong> het wateroplosbare polymeersysteem zal de<br />

nieuwe theorie duidelijk moeten maken wat de oorzaken zijn <strong>van</strong> de tekortkomingen <strong>van</strong> bestaande theorieën. - Bestaande experimentele<br />

resultaten <strong>van</strong> verschillende wateroplosbare polymeren zullen opnieuw genterpreteerd worden in het licht <strong>van</strong> de ontwikkelde theorie en nieuwe<br />

doelgerichte experimenten zullen uitgevoerd worden die de verificatie <strong>van</strong> de theoretische voorspellingen mogelijk maken. Voor een volledig beeld<br />

<strong>van</strong> het fasegedrag zullen ook de kinetische aspecten <strong>van</strong> het ontmeng/menggedrag in water en <strong>van</strong> de transformaties die aan de basis liggen <strong>van</strong><br />

de morfologische ontwikkelingen experimenteel bepaald worden.<br />

Organisaties:<br />

• Fysische Scheikunde en Polymeren<br />

Onderzoekers:<br />

• GUY VAN ASSCHE<br />

• Kurt VAN DURME<br />

• BRUNO VAN MELE<br />

Biomechanische analyse <strong>van</strong> de ontwikkeling <strong>van</strong> stappen bij peuters met vertraagde motorische ontwikkeling.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde onderzoeksproject wil inzicht geven in de ontwikkeling <strong>van</strong> stappen door het stappatroon <strong>van</strong> kinderen die de normale<br />

ontwikkelingslijn volgen, te vergelijken met stappatroon <strong>van</strong> kinderen die enkel op motorisch gebied een vertraging kennen. Inzicht in motoriek<br />

wordt verworven door het bestuderen <strong>van</strong> voetfunctie, kinematische en kinetische profielen. Deze technieken zijn zeer arbeidsintensief en een<br />

correcte analyse en interpretatie <strong>van</strong> de resultaten vraagt een gedegen voorkennis.<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Aerts<br />

Opstellen <strong>van</strong> instandhoudingsdoelstellingen voor de Zeeschelde en de tijgebonden zijriveren (Nete's, Dijle, Zenne en<br />

Durme).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Opstellen <strong>van</strong> instandhoudingsdoelstellingen voor de Zeeschelde en de tijgebonden zijriveren (Nete's, Dijle, Zenne en Durme).<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

Kristallisatie <strong>van</strong> eiwitten.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Geen abstract beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• REMY LORIS<br />

Additieven in de plantenbescherming: inventarisatie, eigenschappen, gebruik, neveneffecten en ontwikkeling <strong>van</strong><br />

experimentarium.<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: In een eerste luik wordt gepoogd een overzicht te geven <strong>van</strong> de gebruikte hulpstoffen (additieven + adju<strong>van</strong>tia) in de plantenbescherming.<br />

Een tweede luik <strong>van</strong> het onderzoek behelst de ontwikkeling <strong>van</strong> experimentele methodieken die <strong>van</strong> belang zijn bij de beleidskundige evaluatie <strong>van</strong><br />

de werking en de noodzaak of het nut <strong>van</strong> hulpstoffen. De activiteit <strong>van</strong> een werkzame stof en de beïnvloeding er<strong>van</strong> door hulpstoffen wordt in<br />

sterke mate mede bepaald door omgevingsparameters voor, tijdens en na toediening. Experimenten in een gestandaardiseerde omgeving zullen de<br />

biologische activiteit, de synergetische werking en de fytotoxiciteit <strong>van</strong> een selectie representatieve hulpstoffen in combinatie met verschillende<br />

gewasbeschermingsmiddelen vastleggen. Veldproeven dienen als toetsingskader voor de resultaten <strong>van</strong> de laboratoriumtesten. In een derde luik


zal daarbij veel aandacht besteed worden aan het residuverloop <strong>van</strong> hulpstoffen. Vanwege hun zeer specifieke scheikundige structuur en<br />

eigenschappen stellen ze heel wat problemen waardoor ze niet altijd kunnen bepaald worden via de gangbare residubepalingsmethodes <strong>van</strong><br />

bijvoorbeeld pesticiden. Een methodologie die eenvoudig een selectie representatieve hulpstoffen analytisch bepaalt, laat toe om meer inzicht te<br />

verwerven over de om<strong>van</strong>g en de impact in de voedselketen en het milieu. Veldproeven stellen de afbraakdynamiek op voor residu’s <strong>van</strong><br />

hulpstoffen in diverse gewassen en bodem in praktijkomstandigheden. Naast de residuproblematiek zullen bio-assays worden uitgewerkt. Het<br />

gebruik <strong>van</strong> een biosensor-benadering geeft heel wat mogelijkheden i.v.m. de impact-evaluatie. Recent onderzoek heeft aangetoond dat dergelijke<br />

assays zich o.a. uitermate lenen tot het ontrafelen <strong>van</strong> toxische werkingsmechanismen <strong>van</strong> chemicaliën (Belkin et al. 1997, De Coen et al. 2002).<br />

Bovendien werd ermee duidelijk dat biosensoren mengseltoxiciteit op een zeer gedetailleerde manier in kaart kunnen brengen.In een vierde luik<br />

wordt tot slot een evaluatiesysteem betreffende het gebruik <strong>van</strong> hulpstoffen uitgewerkt. De neveneffecten <strong>van</strong> adju<strong>van</strong>tia en additieven kunnen in dit<br />

luik geëvalueerd worden aan de hand <strong>van</strong> een risico-analysesysteem in analogie met een PIAS-benadering (Pesticide Impact Assessment System)<br />

zoals de POCER indicator <strong>van</strong> de UGent (Vercruysse & Steurbaut, 2001).<br />

Organisaties:<br />

• Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur<br />

• Vakgroep Plantaardige Productie<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert Haesaert<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Tessa De Bruyne<br />

Metrisch gegenereerde theorieën.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Metrisch gegenereerde theorieën.<br />

Organisaties:<br />

• Analytische en topologische structuren<br />

Onderzoekers:<br />

• Robert Lowen<br />

Regulatie <strong>van</strong> de biosynthese <strong>van</strong> aminozuren afgeleid <strong>van</strong> aspartaat in Arabidopsis thaliana.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In planten worden lysine, threonine en methionine aangemaakt via een vertakte biosyntheseweg, uitgaande <strong>van</strong> aspartaat. De<br />

belangrijkste regulatorische enzymes in de pathway worden in planten gecodeerd door kleine genfamilies. Deze enzymes zijn onderhevig aan<br />

feedback inhibitie. Dit project kadert in de algemene doelstelling om de functie <strong>van</strong> de verschillende leden <strong>van</strong> deze genfamilies te achterhalen en<br />

de regulatie <strong>van</strong> deze biosynthesweg te begrijpen. Recent werd in het Laboratorium Plantengenetica gestart met de analyse <strong>van</strong> T-DNA<br />

insertiemutanten <strong>van</strong> Arabidopsis thaliana waarin genen coderend voor enzymes uit de aspartaat pathway uitgeschakeld zijn. Uit analyses <strong>van</strong> een<br />

beperkt aantal insertiemutanten is gebleken dat er zeker globale regulatie-mechanisme(n) moeten bestaan die actief zijn op een hoger niveau dan<br />

feedback inhibitie <strong>van</strong> individuele enzymes en die de relatie tussen de verschillende vertakkingen <strong>van</strong> de pathway beïnvloeden. Binnen dit project<br />

willen we eerst de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> bovengenoemd regulatorisch mechanisme bestuderen, we willen m.a.w. nagaan welke enzymes en aminozuren<br />

<strong>van</strong> de aspartaatfamilie er door beïnvloed worden en of eventueel ook de biosynthese <strong>van</strong> andere aminozuren er door wordt gecontroleerd. Verder<br />

zullen we nagaan hoe dit mechanisme werkt, waarbij we tevens regulatorische genen zullen isoleren en zullen trachten de regulatorische cascade<br />

in kaart te brengen.<br />

Organisaties:<br />

• Plantengenetica<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• GEERT ANGENON<br />

• Eric DE WAELE<br />

Tijdsbesteding en gender: dilemma's in een maatschappij onder tijdsdruk.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het verschil in tijdsbesteding tussen mannen en vrouwen, dat bijna integraal te maken heeft met de takenverdeling tussen de geslachten,<br />

blijft ondanks de groeiende arbeidsmarktparticipatie <strong>van</strong> de vrouw, stevig stand houden. De extra tijdsdruk die deze tijdsbesteding met zich mee<br />

brengt voor de vrouw, bewijst hoe belangrijk dit verschil wel is. Uit de verschillende onderzoeken is niet duidelijk op te maken hoe zo'n<br />

geslachtsspecifieke tijdsbesteding tot stand komt. Wat wel duidelijk blijkt, is dat de tijdsbesteding niet intrinsiek is aan één <strong>van</strong> beide geslachten,<br />

maar samenhangt met omstandigheden waarin het ene geslacht zich vaker bevindt dan het andere. Wat zijn de culturele en structurele oorzaken<br />

<strong>van</strong> deze geslachtsspecifieke structuur <strong>van</strong> de tijdsbesteding? Bepaalt het betaalde werk dat men doet, de aard en de hoeveelheid <strong>van</strong> het<br />

huishoudelijk werk of is het omgekeerd? Of misschien moet men niet zoeken naar het verband tussen betaald werk en huishoudelijk werk, maar<br />

wordt de positie die men in beide inneemt wel bepaald door cultuur en opvoeding. Veel zal ook afhankelijk zijn <strong>van</strong> de 'lifestage' waarin men zich<br />

bevindt. Zowel het aantal als de leeftijd <strong>van</strong> de volwassenen en kinderen in het huishouden bepalen hoe individuen in het huishouden hun tijd<br />

besteden.<br />

Om een grondige analyse te maken <strong>van</strong> de geslachtsspecifieke structuur <strong>van</strong> de tijdsbesteding, wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong> de data uit het<br />

tijdsbestedingsonderzoek in Vlaanderen. In het kader <strong>van</strong> dit onderzoeksproject werden ongeveer 1500 tijdsbudgetdagboekjes, aangevuld met<br />

telkens twee enquêtes, verzameld in Vlaanderen in de periode <strong>van</strong> april tot half juli en verder <strong>van</strong> september tot eind oktober. In de dagboekjes<br />

wordt gedurende 1 week - 24 uur per dag - elke activiteit geregistreerd die langer duurt dan 5 minuten met ruimte om eventueel ook een secundaire<br />

activiteit in te vullen. Verder wordt er in het dagboekje ook gevraagd waar deze handeling gesteld werd, wie er aanwezig was, met wie men<br />

gesproken heeft en waarom men deze activiteit stelt en indien er een verplaatsing plaatsvindt met welk vervoersmiddel dit plaatsvindt. Het<br />

tijdsbudgetonderzoek heeft grote voordelen ten opzichte <strong>van</strong> het klassieke survey onderzoek. Geheugen effecten en het over- of onderrapporteren<br />

<strong>van</strong> sociaal gewenste of ongewenste activiteiten, typisch voor surveyonderzoek, worden sterk afgezwakt.<br />

Toegespitst op een onderzoek naar de geslachtsspecifieke structuur <strong>van</strong> de tijdsbesteding, zijn deze data optimaal. De tijdsbesteding <strong>van</strong> beide<br />

geslachten kan perfect in kaart worden gebracht. Om de relatie betaald/onbetaald werk na te gaan kan bovendien ook dankbaar gebruik gemaakt<br />

worden <strong>van</strong> data uit een gelijkaardig onderzoek <strong>van</strong> de VUB uit '84 en '88.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:


• IGNACE GLORIEUX<br />

• SUZANA KOELET<br />

Schaalbare wavelet-videocodering met controleerbare tijdsvertraging.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Huidige standaardtechnieken voor videocompressie gebaseerd op de discrete cosinus transformatie (DCT) (MPEG 1-2-4, H.26-x) missen<br />

een natuurlijke ondersteuning voor eenvoudige bit-rate controle en voor resolutie en kwaliteitsschaalbaarheid. Verschillende wavelet-gebaseerde<br />

compressietechnieken werden voorgesteld om deze problemen aan te pakken, doch In-Band Motion Compensated Temporal Filtering (IBMCTF) is<br />

de enige waveletgebaseerde technologie die state-of-the-art performantie koppelt aan volledige schaalbaarheid. Hierbij wordt<br />

bewegingsgecompenseerde temporele filtering toegepast in het wavelet-domein met behulp <strong>van</strong> de overcomplete wavelet-representatie. Een<br />

belangrijk nadeel <strong>van</strong> deze oplossing is echter de hoge aritmetische- en geheugencomplexiteit <strong>van</strong> IBMCTF. Dit heeft samen met de specfieke<br />

architectuur <strong>van</strong> deze codec tot gevolg dat de realisatie <strong>van</strong> een kwalitatieve low-delay operatiemode, typisch vereist voor toepassingen zoals<br />

bijvoorbeeld videoconferentie, een bijkomend probleem oplevert. De doelstelling <strong>van</strong> dit onderzoek is de realisatie <strong>van</strong> een parameteriseerbare<br />

algoritmische architectuurspecificatie voor een IBMCTF codec die zowel schaalbaar is in kwaliteit, resolutie en beeldfrequentie én die bovendien<br />

schaalbaar is in complexiteit.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• ADRIAN MUNTEANU<br />

• PETER SCHELKENS<br />

Moleculaire Interacties en Transport in Gesloten Ruimtes en Geordende Structuren.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project richt zich op het algemeen verkennen en optimale benutten <strong>van</strong> de mogelijkheden <strong>van</strong> ordenings-, structurerings- en<br />

opsluitingseffecten op moleculen, kleine deeltjes en stromen, met het oog op het optimaliseren <strong>van</strong> bestaande en het ontwikkelen <strong>van</strong> nieuwe<br />

processen.<br />

Organisaties:<br />

• Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde<br />

Onderzoekers:<br />

• GINO BARON<br />

• JOERI DENAYER<br />

• GERT DESMET<br />

Hoog frequente polarisatie dynamica <strong>van</strong> micro-lasers.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject in de fotonica behelst de studie <strong>van</strong> polarisatie schakelen in microlasers. Niettegenstaande het commerciële succes<br />

<strong>van</strong> verschillende types microlasers, zijn er nog aspecten <strong>van</strong> deze componenten die niet volledig begrepen zijn en kan hun functionaliteit verder<br />

uitgebreid worden door een aangepast ontwerp. Een <strong>van</strong> de microlaser eigenschappen die nog niet volledig doorgrond is, is zijn polarisatie gedrag:<br />

de polarisatie toestand <strong>van</strong> het uitgezonden licht is immers niet noodzakelijk op voorhand bepaald. Sommige microlasers vertonen dan ook een<br />

instabiel polarisatiegedrag. Hoewel in deze problematiek de laatste jaren heel wat nieuwe inzichten zijn verworven, blijven er vele uitdagingen<br />

bestaan met betrekking tot het doorgronden en aanwenden <strong>van</strong> deze polarisatie dynamica. De dynamische aspecten die wij in dit project wensen te<br />

onderzoeken zijn de ruis- en hoogfrequente polarisatie dynamica in verticaal emitterende halfgeleiderlasers (VCSELs), de werking <strong>van</strong> longitudinaal<br />

gekoppelde VCSEL caviteiten en welke extra functionaliteit hiermee kan verwezenlijkt worden. Daarnaast willen we onze kennis opgedaan met de<br />

studie <strong>van</strong> VCSELs uitbreiden door de polarisatie eigenschappen te bestuderen <strong>van</strong> andere types micro-lasers, zoals bv. monomode Nd:YAG<br />

microlasers.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica<br />

Onderzoekers:<br />

• Guy VERSCHAFFELT<br />

• JAN DANCKAERT<br />

Onderzoek naar buurtsport in Vlaanderen alsook naar de mogelijkheden mbt het onderhoud <strong>van</strong> kleinschalige sport-,<br />

spel- en recreatieaccomodatie.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Onderzoek naar buurtsport in Vlaanderen alsook naar de mogelijkheden mbt het onderhoud <strong>van</strong> kleinschalige sport-, spel- en<br />

recreatieaccommodatie.<br />

Organisaties:<br />

• Sportbeleid en -management<br />

Onderzoekers:<br />

• MARC THEEBOOM<br />

Role of the calcium carbonate skeletons of marine organisms in the oceanic calcite balance. (beurs Elzbieta STEFANIAK,<br />

Polen)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Role of the calcium carbonate skeletons of marine organisms in the oceanic calcite balance. (beurs Elzbieta STEFANIAK, Polen)<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

• Elzbieta Stefaniak<br />

Studie <strong>van</strong> de adsorptie <strong>van</strong> proteïnen op titaandioxide.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Titaan wordt door een natuurlijke oxide beschermd in omgevingen die zuurstof bevatten (atmosfeer en waterige oplossingen). Zelfs<br />

wanneer de oxidelaag beschadigd wordt (door mechanische behandelingen) zal ze meestal ogenblikkelijk hersteld worden. De herstelling <strong>van</strong> de<br />

oxidelaag kan nochtans beïnvloed worden door factoren zoals : de samenstelling <strong>van</strong> het milieu en de mechanische belasting.<br />

Het doeleinde <strong>van</strong> dit project bestaat erin, op fundamenteel vlak, de interacties te bestuderen tussen titaandioxide (gevormd op verschillende<br />

titaanlegeringen) en een waterig oplossing die naast verschillende ionen, organische stoffen bevatten en meer in het bijzonder proteïnen. De<br />

invloed <strong>van</strong> de proteïnen op de veranderingen <strong>van</strong> de samenstelling en eigenschappen <strong>van</strong> de oxidelaag zal onderzocht worden voor en na een<br />

beschadiging <strong>van</strong> de oxidelaag (in-situ).


Complementaire experimentele methoden zullen gebruikt worden : oppervlakte analysemethoden : SEM, EDX, AES, XPS, SE en elektrochemische<br />

technieken : cyclische voltammetrie, EIS, ... .<br />

Organisaties:<br />

• Materialen & chemie<br />

Onderzoekers:<br />

• JEAN VEREECKEN<br />

Metrisch gegenereerde theorieën.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: -In gans het project werken we in een $\mathbf{C}$-metrisch gegenereerde topolo\-gi\-sche construct $\mathbf{X}$, dit betekent dat er<br />

een natuurlijke functor $\mathsf{K} : \mathbf{C} \rightarrow \mathbf{X}$ voorhanden is met als domein een zekere construct $\mathbf{C}$ <strong>van</strong><br />

veralgemeende metrische ruimten zodanig dat het beeld $\mathsf{K} (\mathbf{C})$ bestaande uit de ``metrizeerbare objecten'' <strong>van</strong> $\mathbf{X}$,<br />

de ganse construct $\mathbf{X}$ ``genereert''. In de UA-VUB-publicatie 6.1(7) werd de basis voor deze theorie gelegd en werd getoond dat zulke<br />

context $\mathbf{X}$ isomorf kan beschreven worden als construct met als objecten $(X,\mathcal{D}),$ verzamelingen gestructureerd met<br />

collecties <strong>van</strong> $\mathbf{C}$-metrieken, gesatureerd voor een zekere expander, en als morfismen functies $f: (X,\mathcal{D}) \rightarrow<br />

(X',\mathcal{D'})$ waarvoor met $d' \in \mathcal{D'}$ steeds $d' \circ f \times f \in \mathcal{D}.$ Zoals in de projectbeschrijving naar voor werd<br />

gebracht omvat deze context toepassingen voor topologische, uniforme of bornologische ruimten, voor de nul\-dimen\-sio\-nale of totaal begrensde<br />

varianten hier<strong>van</strong>, alsook voor hun kwantitatieve versies (approach ruimten of uniforme gauge ruimten).<br />

Een <strong>van</strong> de bedoelingen <strong>van</strong> het invoeren <strong>van</strong> de unificatie tot metrisch gegenereerde constructs, is om de onderlinge relatie tussen deze<br />

constructs te verduidelijken en te beschrijven als functoren (reflecties of coreflecties<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde<br />

Onderzoekers:<br />

• EVA COLEBUNDERS<br />

De rol <strong>van</strong> impliciete en expliciete correctieve feedback bij vreemdetaalverwerving (Duits).<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Hierbij onderzoek ik vooral de interactie in de Vlaamse vreemdetaalklas. Dit is een voortzetting <strong>van</strong> mijn doctoraatsonderzoek dat zich o.a.<br />

toespitste op het belang en de rol <strong>van</strong> mondelinge correctieve feedback en de uitleg <strong>van</strong> grammaticaregels in het huidige communicatiefgeöriënteerde<br />

vreemdetalenonderwijs. Er is nog altijd nood aan empirisch onderzoek in de onderwijspraktijk zoals wij die nu kennen om een beter<br />

inzicht in het vreemdetaalleerproces in een geïnstitutionaliseerde context te krijgen. Dit onderzoek wordt gedaan aan 13 secundaire scholen <strong>van</strong><br />

het Vlaamse Gemeenschapsonderwijs, waarbij ik leerlingen uit het zesde jaar "moderne talen" interview en hun kennis <strong>van</strong> het Duits evalueer. Aan<br />

de hand <strong>van</strong> de geleide interviews onderzoek ik ook de rol <strong>van</strong> impliciete negatieve feedback bij het leren <strong>van</strong> vreemde talen. Verband hiermee<br />

houdt ook onderzoek naar de rol <strong>van</strong> taalbewustzijn en soorten interactie (feedback) in het traditionele en in het CLIL-onderwijs (Content and<br />

Language Integrated Learning).<br />

Organisaties:<br />

• Germaanse Talen<br />

• Taal- en Letterkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• KATJA LOCHTMAN<br />

• MADELINE LUTJEHARMS<br />

Unravelling trypanosomiasis-induced immunopathology/anemia with focus on the analysis of the role of macrophage<br />

activation and regulatory T-cell function<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Biologie<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• PATRICK DE BAETSELIER<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> detectoren voor moleculaire beeldverwerking ter vergemakkelijking <strong>van</strong> borstkankerdiagnose en voor<br />

het ontwikkelen <strong>van</strong> nieuwe medicatie<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Biologie<br />

Organisaties:<br />

• Natuurkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• STEFAAN TAVERNIER<br />

• PETER BRUYNDONCKX<br />

Genetische associatiestudies voor de ziekte <strong>van</strong> Paget.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit onderzoeksproject worden natuurlijke varianten die voorkomen in kandidaatgenen voor de ziekte <strong>van</strong> Paget geevalueerd op een<br />

grote collectie <strong>van</strong> geïsoleerde patiënten. Op die manier wordt getracht inzicht te verwerven in de pathogenese <strong>van</strong> dit ziektebeeld dat gekenmerkt<br />

wordt door een versnelde botafbraak en aanmaak.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim Van Hul<br />

Policy evaluation in a non-welfarist framework<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Abstract nog niet beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde<br />

• Vakgroep Algemene Economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Bart Defloor


Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

• Karolien De Wael<br />

Interactie tussen geconjugeerde moleculen en enkelwandige koolstofnanobuizen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Koolstofnanobuizen (CNTs) zijn zeer interessant als ééndimensionale systemen met metallische of halfgeleidende eigenschappen. De<br />

geleiding <strong>van</strong> gaten kan analoog beschreven worden aan de geleiding <strong>van</strong> elektronen waardoor de mobiliteit voor beide ladingsdragers hetzelfde is.<br />

Bovendien is het ook mogelijk om deze nanobuizen te doperen door kleine moleculen in de CNT te brengen. Deze gedopeerde CNTs zijn stabiel bij<br />

blootstelling aan lucht en door de keuze <strong>van</strong> de ingebrachte molecule kan men de graad <strong>van</strong> dopering controleren.<br />

In dit project zullen twee verschillende onderwerpen behandeld worden. In de eerste plaats zal de ladingsoverdracht tussen geconjugeerde<br />

moleculen en SW CNTs bestudeerd worden. Deze ladingsoverdracht is <strong>van</strong> groot belang voor de implementatie <strong>van</strong> deze composietmaterialen in<br />

'plastic' zonnecellen. Anderzijds zullen geconjugeerde moleculen binnenin de SW CNTs gebracht worden, die in het bijzonder de CNTs doperen.<br />

Beide systemen zullen onderzocht worden met behulp <strong>van</strong> optische spectroscopie, gepulste laserspectroscopie en elektronen paramagnetische<br />

resonantie (EPR).<br />

Organisaties:<br />

• Experimentele fysica <strong>van</strong> de gecondenseerde materie (ECM)<br />

Onderzoekers:<br />

• Etienne Goovaerts<br />

• Wim Wenseleers<br />

• Sofie Cambré<br />

De aard <strong>van</strong> een politieke transitie en de slaagkansen <strong>van</strong> "traditional justice". Case-studies rond Rwanda en Burundi.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De aard <strong>van</strong> een politieke transitie en de slaagkansen <strong>van</strong> "traditional justice". Case-studies rond Rwanda en Burundi.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• Politieke economie <strong>van</strong> de Grote Meren Regio<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Reyntjens<br />

• Koen De Feyter<br />

• Luc Reychler<br />

Biomoleculaire interacties: het structurele luik.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Proteïnevouwing is een kernvraagstuk zowel fundamenteel als biotechnologisch:<br />

3 topics worden in dit voorstel bestudeerd<br />

- Oxidatieve vouwing: voor eiwitten met een reeks disulfide bruggen. Ontwikkeling <strong>van</strong> een in vitro vouwingstechnologie.<br />

- Lipase-Lipase foldase: studie <strong>van</strong> structuur en mechanisme <strong>van</strong> dit "sterisch chaperone"<br />

- Mechanismen <strong>van</strong> vorming <strong>van</strong> Amyloide fibers: gebruik <strong>van</strong> één-domein antistoffen als inhibitoren <strong>van</strong> ontvouwing en als werktuigen voor studie<br />

<strong>van</strong> amyloide fiber vorming.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• LODE WYNS<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Massaspectrometrie (Mitac 5)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Vaeck<br />

Vrijhandel volgens de WTO: de (on)mogelijkheid om economische en culturele objectieven te verzoenen in een<br />

economisch... (Naar een nieuwe globale audiovisuele orde? De impact <strong>van</strong> de wereldhandelsorganisatie op audiovisueel<br />

beleid.)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De vormgeving <strong>van</strong> audiovisueel beleid is een complexe materie die zich op het kruispunt <strong>van</strong> verschillende spanningsvelden bevindt. Ten<br />

eerste heeft de audiovisuele sector, en de producten die erin circuleren (vb. films of televisieprogramma's), een dubbele natuur. D.w.z. dat het<br />

omkaderende beleid zowel de economische als de culturele dimensie <strong>van</strong> de sector zou moeten behartigen. Ten tweede vervagen, binnen de<br />

context <strong>van</strong> een opkomende informatiemaatschappij, mogelijk de grenzen tussen een sectorspecifieke en multisectoriële beleidsbehandeling <strong>van</strong><br />

de audiovisuele sector. Door technologische en economische convergentieprocessen kent die immers steeds meer raakpunten met overige media<br />

(vb. telecommunicatie, internet, ...). Ten derde wordt audiovisueel beleid op verschillende beleidsniveaus behandeld, gaande <strong>van</strong> het Vlaamse over<br />

Europese tot globale niveau.<br />

In dat verband betekent de inwerkingtreding <strong>van</strong> de Wereldhandelsorganisatie in 1995 een nieuwe fase voor de vormgeving <strong>van</strong> audiovisueel<br />

beleid. Doordat audiovisuele diensten deel uitmaken <strong>van</strong> het dienstenakkoord GATS, staat de liberalisering <strong>van</strong> de audiovisuele sector <strong>van</strong><br />

deelnemende Leden op de agenda. Die beleidsinterventie wordt in de communicatiewetenschappen vaak als negatief geëvalueerd. De<br />

veronderstelling is dat de teneur in de WTO <strong>van</strong> die aard is dat een economische benadering <strong>van</strong> audiovisueel beleid diens culturele dimensie


uiten spel zet; dat qua vorm of regels een multisectorieel opgevat beleid de sectorspecifieke elementen <strong>van</strong> audiovisueel beleid zal overstemmen;<br />

en dat de nationale en regionale beleidsmarges voor culturele diversiteit al te zeer ingeperkt worden omwille <strong>van</strong> het overhellen <strong>van</strong> de<br />

machtsbalans naar de WTO. Maar ook veel WTO Leden zelf lijken zich bedreigd te voelen door deze ontwikkeling. Getuige ondermeer de<br />

totstandkoming in UNESCO verband <strong>van</strong> de Conventie over Culturele Diversiteit die een tegengewicht moet vormen tegenover de WTO - en<br />

tegenover een verdere uitbreiding <strong>van</strong> de Amerikaanse dominantie in de audiovisuele sector op globaal vlak.<br />

De complexiteit <strong>van</strong> 'het audiovisuele dossier' in de WTO doet evenwel vermoeden dat dergelijke lineaire en eenzijdig negatieve evaluatie kort door<br />

de bocht is en nood heeft aan een meer genuanceerd onderzoek. In dit doctoraal proefschrift staan bijgevolg volgende vragen centraal: op welke<br />

manier intervenieert de WTO in de ontwikkeling <strong>van</strong> audiovisueel beleid; hoe geven bovenstaande spanningsvelden deze tussenkomst vorm; en<br />

wat is de teneur, is de vorm en zijn de marges <strong>van</strong> dit WTO beleid? Vanuit een eerder normatief oogpunt, richt dit doctoraat zich op de vraag of dit<br />

beleid zowel economisch duurzaam als culturele diversiteitsbevorderend opereert, desgevallend kan opereren.<br />

Om hierop een antwoord te kunnen geven wordt in eerste instantie (hoofdstuk 1) de complexiteit <strong>van</strong> het vraagstuk onderworpen aan een grondige<br />

historische reflexie. Hieruit blijkt dat zowel de ontwikkeling <strong>van</strong> het multilaterale handelssysteem, als de behandeling <strong>van</strong> de 'handel en cultuur'<br />

kwestie, de resultante zijn <strong>van</strong> een permanent dialectische en dynamische ontwikkeling. Verschillende actoren, met een verschillende achtergrond<br />

en ideeën, treden <strong>van</strong>uit verschillende belangen en machtsposities in interactie over de kwestie. Het resultaat <strong>van</strong> deze ontwikkeling is ambivalent.<br />

Enerzijds wordt de sector grotendeels opgenomen binnen het WTO/GATS kader en lijkt de liberalisering <strong>van</strong> audiovisuele handel ingezet.<br />

Anderzijds is dit slechts het beginpunt <strong>van</strong> het liberaliseringsproces, dienen er nog verscheidene zaken verder onderhandeld, en lijkt de werkelijke<br />

impact <strong>van</strong> de WTO op de vormgeving <strong>van</strong> audiovisueel beleid door de Leden nog beperkt.<br />

In tweede instantie wordt in navolging <strong>van</strong> de inzichten uit de historische reflexie, op basis <strong>van</strong> een interdisciplinaire literatuurstudie, en geïnspireerd<br />

door het werk <strong>van</strong> Douglass North over instituties en institutionele verandering, een analysekader ontwikkeld (hoofdstuk 2) dat toelaat de huidige<br />

behandeling <strong>van</strong> audiovisueel beleid in de WTO in kaart te brengen, te analyseren en te evalueren. In dit analysekader worden op overzichtelijke<br />

wijze verschillende componenten die het audiovisuele dossier opbouwen met elkaar in verband gebracht. Ten eerste, de informele beperkingen,<br />

zoals ideeën, ideologie, normen, conventies, enz. die heersen m.b.t. de problematiek. Ten tweede, de formele beperkingen of regels die gelden ten<br />

aanzien <strong>van</strong> de audiovisuele sector. Ten derde de disciplinerings- en handhavingsmechanismen die optreden in geval <strong>van</strong> conflict tussen de<br />

handelspartners over het audiovisuele dossier. Deze drie groepen <strong>van</strong> 'instituties', ofwel het 'institutionele kader', vormen de spelregels via dewelke<br />

verscheidene actoren met elkaar in interactie treden om de WTO beleidsinterventie in de audiovisuele sector verder vorm te geven.<br />

In derde instantie passen we dit analysekader toe op de huidige behandeling <strong>van</strong> het audiovisuele dossier in de WTO (hoofdstuk 3). Hieruit blijkt<br />

een relatief grote continuïteit. De beleidsinterventie <strong>van</strong> de WTO is slechts incrementeel liberaliserend. De keerzijde is evenwel dat het institutionele<br />

kader voorlopig niet culturele diversiteitsbevorderend opereert. Dat blijkt ondermeer uit de analyse <strong>van</strong> de teneur in de WTO. De traditioneel<br />

antagonistische discours en posities <strong>van</strong> de grote handelsblokken (i.e. de VS en Europa) blijven grotendeels ongewijzigd. De veelal verwachte<br />

invloed <strong>van</strong> het denken over de informatiemaatschappij is erg beperkt. Ook qua vorm zijn er eerder beperkte wijzigingen opgetreden sinds 1995. De<br />

meeste landen nemen een afwachtende houding aan om de regels en hun verbintenissen te herzien. Ze houden zich vast aan de flexibiliteit die<br />

deze nu bieden om het eigen audiovisueel beleid verder te zetten. Deze flexibiliteit kan echter als 'negatief' omschreven worden. De marges die het<br />

huidige WTO kader biedt, laten enkel de bestendiging <strong>van</strong> de status quo toe. Indien het liberaliseringsproces op gang getrokken zou worden, staan<br />

daar onvoldoende expliciete mogelijkheden tegenover om rekening te houden met objectieven <strong>van</strong> culturele diversiteit. Het ontbreekt de<br />

handelspartners aan politieke wil en moed om zulke explicitering op de WTO agenda te plaatsen en onvoorziene beleidsontwikkelingen ten koste<br />

<strong>van</strong> culturele diversiteit te vermijden. Desalniettemin de incrementele aard <strong>van</strong> de WTO interventie in audiovisueel beleid, zijn er middels de<br />

analyse <strong>van</strong> het institutionele kader in de WTO toch een aantal cesuren te ontwaren die verandering ten aanzien <strong>van</strong> het dossier kunnen inleiden.<br />

Ten eerste, de ontwikkeling <strong>van</strong> de Conventie over Culturele Diversiteit in UNESCO verband. Hoewel dit nieuwe instrument voorlopig weinig<br />

juridische slagkracht bezit, is het een belangrijk politiek signaal. Het draagt tevens bij tot onderzoek en informatie of debat en discussie over<br />

beleidsopties om culturele diversiteit in het internationaal publiek recht te verankeren. Ten tweede, de introductie <strong>van</strong> nieuwe stemmen. Met name<br />

India en Brazilië eigenen zich een stem toe in het debat en openen nieuwe perspectieven op de problematiek. Voorlopig lijkt het er alvast op dat<br />

landen een verder liberaliseringsproces weerstaan wanneer ze er niets bij te winnen hebben. Wanneer de sector echter een groeipotentieel heeft<br />

en de politiek-economische onderhandelingsmacht verhoogt, kunnen posities relatief snel wijzigen. Dat blijkt ook uit de proliferatie <strong>van</strong> bilaterale en<br />

regionale akkoorden waar<strong>van</strong> audiovisueel beleid deel uitmaakt. Ten derde, zijn er aanwijzingen dat de huidige status quo in toenemende mate in<br />

vraag gesteld wordt. Vanuit normatief oogpunt is het essentieel dat dit debat verder gezet wordt volgens de idee <strong>van</strong> embedded liberalism,<br />

weliswaar aangepast aan de huidige context.<br />

In die optiek wordt voorgesteld dat het debat verder aangezwengeld wordt en dat de embryonale totstandkoming <strong>van</strong> een epistemische<br />

gemeenschap die hierrond is tot stand gekomen, structureel ondersteund wordt. Meer onderzoek is tevens nodig, m.i.v. meer kwantitatieve en<br />

kwalitatieve gegevens over audiovisuele diensten(handel). Daarnaast kunnen verscheidene beleidsopties overwogen en bestudeerd worden.<br />

Hieronder het expliciet inschrijven <strong>van</strong> 'culturele diversiteit' in de WTO akkoorden, evenals een verfijning <strong>van</strong> de Conventie over Culturele<br />

Diversiteit; het activeren <strong>van</strong> 'slapende' uitzonderingsartikelen voor een gebalanceerde behandeling <strong>van</strong> de specificiteit <strong>van</strong> de audiovisuele sector;<br />

en de ontwikkeling <strong>van</strong> een reference paper waarin een verdere liberalisering <strong>van</strong> audiovisueel beleid gekoppeld wordt aan voorzieningen om de<br />

specificiteit <strong>van</strong> de sector - m.b.t. classificering, subsidies, publieke omroepen, ontwikkelingslanden, mededinging en hernegotiëring <strong>van</strong><br />

verbintenissen - in rekening te brengen.<br />

Organisaties:<br />

• Communicatiewetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• CAROLINE PAUWELS<br />

• Jan LOISEN<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Sylvia Dewilde<br />

• Luc Moens<br />

Metrisch gegenereerde theorieën.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het hoofdthema <strong>van</strong> het project is de ontwikkeling <strong>van</strong> een functionele aanpak <strong>van</strong> topologie in het kader <strong>van</strong> metrisch gegenereerde<br />

theorieën, die we recent in "metrically generated theories, proc. Amer. Math. Soc., 133,1547-1556, 2005" bestudeerden om een zicht te krijgen op<br />

de gemeenschappelijke aspecten <strong>van</strong> een aantal veel gebruikte catego¨rieën in Analyse en topologie, die alle op natuurlijke wijze met metrieken<br />

verbonden zijn.


Dit thema sluit aan bij een recente stroming in de categorische topologie, waarbij een categorie uitgerust wordt met een natuurlijke klasse <strong>van</strong><br />

gesloten morfismen. Hierdoor worden de objecten in de categorie in zekere zin ruimten en kan een topologische studie uitgevoerd worden. We<br />

steunen ons hierbij op recent werk <strong>van</strong> Clementino, Giuli, Tholen, een aanpak die zeer vruchtbaar gebleken is o.a. voor de studie <strong>van</strong> compactheid,<br />

lokale compactheid en separatie en zowel voor objecten als voor morfismen.<br />

In de context <strong>van</strong> metrisch gegenereerde categorieën zijn er natuurlijke klassen <strong>van</strong> gesloten morfismen voorhanden. Met deze methode<br />

bestuderen we eerst separatie en het epimorfismen probleem dat er aan gelinkt is. Vervolgens ontwikkelen we een compactheids- en<br />

compleetheidstheorie voor metrisch gegenereerde constructs en voor belangrijke voorbeelden zoals de construct <strong>van</strong> approach ruimten in het<br />

bijzonder.<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde<br />

Onderzoekers:<br />

• EVA COLEBUNDERS<br />

Effectiviteit en efficiëntie <strong>van</strong> medicamenten gebruikt voor substitutie. (SUBST-OP)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Effectiviteit en efficiëntie <strong>van</strong> medicamenten gebruikt voor substitutie. (SUBST-OP)<br />

Organisaties:<br />

• Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)<br />

Onderzoekers:<br />

• Bernard Sabbe<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Plantengroei en -ontwikkeling<br />

Onderzoekers:<br />

• Els Prinsen<br />

• Henri Van Onckelen<br />

Frans en Engels als Vreemde taal in de eerste graad <strong>van</strong> het secundair onderwijs in Vlaanderen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project vergelijkt het onderwijs Frans en Engels in de 1ste graad <strong>van</strong> het secundair onderwijs in Vlaanderen. Het vetrekpunt vormen<br />

de bevindingen en het descriptief-theoretisch kader ontwikkeld in het kader <strong>van</strong> een gelijkaardig voorgaand onderzoek naar het<br />

vreemdetaalonderwijs Frans en Engels in de 3de graad <strong>van</strong> het secundair onderwijs in Vlaanderen (Housen, Janssens & Pierrard 2001). Drie<br />

aspecten <strong>van</strong> het onderwijsleerproces worden geëvalueerd, voor elk <strong>van</strong> de twee talen:<br />

(1) Onderwijskundige factoren (bv. leerplannen, eindtermen, methodologisch-didactische aanpak);<br />

(2) Motivaties en attitudes <strong>van</strong> leerlingen en leerkrachten;<br />

(3) Taalvaardigheden <strong>van</strong> de leerlingen.<br />

Aspecten (2) en (3) worden onderzocht bij het begin en op het einde <strong>van</strong> de 1ste graad d.m.v. een comparatief, cross-sectioneel veldonderzoek op<br />

basis <strong>van</strong> een willekeurige steekproef <strong>van</strong> 600 leerlingen.<br />

De bedoeling is om op basis <strong>van</strong> de verworven inzichten aanbevelingen te formuleren voor de optimalisatie <strong>van</strong> het beleid en de praktijk <strong>van</strong> het<br />

onderwijs Engels en Frans.<br />

Organisaties:<br />

• Taal- en Letterkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• MICHEL PIERRARD<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim Van Hul<br />

• Guido Van Camp<br />

Evaluatie <strong>van</strong> de effectiviteit <strong>van</strong> natuurtechnische maatregelen in het waterlopenbeheer.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In het kader <strong>van</strong> Integraal Waterbeheer worden diverse herstelprojecten uitgevoerd in de rivierbekkens, zonder dat er achteraf een<br />

grondige wetenschappelijke evaluatie <strong>van</strong> de uitgevoerde maatregelen gebeurd. Binnen dit project ligt de nadruk op de evaluatie <strong>van</strong> een aantal<br />

door de provincie <strong>van</strong> Antwerpen uitgevoerde herstelprojecten, waarbij o.a. gebruik gemaakt wordt <strong>van</strong> beoordelingstechnieken op basis <strong>van</strong> de<br />

aanwezige macrofyten, macro-invertebraten en vissen . De evaluatie zal vervolgens worden gebruikt als input voor educatief materiaal voor<br />

waterbeheerders met betrekking tot de genomen maatregelen.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

European Culture and Identitiy. Diversity and Convergence in Food Habits, c.1800 - c.2000<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In januari 2005 ging een eerste collectief FOST-project <strong>van</strong> start: 'Europese Cultuur en Identiteit. Convergentie en Divergentie in<br />

Eetgewoonten, 1800-2000'.<br />

Bedoeling is onderzoek te doen naar sociale en culturele divergentie en convergentie in de Europese maatschappij <strong>van</strong> de 18de eeuw tot nu, aan<br />

de hand <strong>van</strong> veranderingen in de voedingsgewoonten, <strong>van</strong>uit drie verschillende invalshoeken.<br />

Lees meer : http://www.vub.ac.be/FOST/onderzoek.htm<br />

Organisaties:<br />

• Kunstwetenschappen en Archeologie<br />

• Agogiek<br />

• Elektronica en Informatica


• Sociaal-culturele voedingsstudies<br />

• Germaanse Talen<br />

• Politieke Wetenschappen<br />

• Sociologie<br />

• Geschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

• Marc JACOBS<br />

• Nelleke TEUGHELS<br />

• Inge MESTDAG<br />

• PETER SCHOLLIERS<br />

• PIERRE VAN DE CRAEN<br />

• PATRICIA VAN DEN EECKHOUT<br />

• Danielle DE VOOGHT<br />

• WILLEM ELIAS<br />

• Dries TYS<br />

• Steven VAN DEN BERGHE<br />

SETAplus.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: SETAplus is een vervolgproject <strong>van</strong> het SETA project. De doelstelling isde studie <strong>van</strong> de stolling <strong>van</strong> metallische multifase,<br />

multicomponentsystemen. Om de storende invloed <strong>van</strong> de zwaartekracht (bv. sedimentatie, natuurlijke convectie, ...) te elimineren worden ook<br />

experimenten in micrograviteitsomstandigheden gepland (uit te voeren in het International Space Station of sounding rockets).<br />

Organisaties:<br />

• Duurzaam Materialenbeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Ludo Froyen<br />

De evaluatie <strong>van</strong> nieuwe biomerkers in Gynaecologische Tumoren.De opkomende rol <strong>van</strong> Proteomics<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Zekerheid over de aard (goedaardig of kwaadaardig) <strong>van</strong> een afwijking ter hoogte <strong>van</strong> de eierstokken kan alleen worden vastgesteld<br />

nadat de afwijking is weg genomen en onder de microscoop onderzocht. Nochtans zouden we voor een operatie zoveel mogelijk zekerheid willen<br />

hebben, want de aard <strong>van</strong> de afwijking bepaald ook door wie (algemeen gynaecoloog of gespecialiseerde gynaecoloog) en hoe (open buik operatie<br />

of kijkoperatie) een patiënt geopereerd zal worden. Er is dus behoefte aan een goede voorspellende test.Tumormerkers zijn stoffen die we in bloed<br />

kunnen metenen die informatie kunnen geven over de aard <strong>van</strong> een afwijking. CA125,de tumormerker die nu voorhanden is, geeft onvoldoende<br />

zekerheid over de diagnose. Er is dus nood aan nieuwe en betere tumormerkers. Recent werd een nieuwe tumormerker gevonden, met de naam<br />

HE4. Wanneer deze samenmet CA125 bepaald werd kon men met meer zekerheid zeggen of de afwijkingen ter hoogte <strong>van</strong> de eierstokken goed of<br />

kwaadaardig was. De combinatie va<br />

Organisaties:<br />

• Gynaecologische Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ignace Vergote<br />

• Bart De Moor<br />

• Toon Van Gorp<br />

Welke genen initiëren en beëindigen celelongatie in de wortel <strong>van</strong> arabidopsis?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uit een grote collectie met enhancer trap-planten welke GFP expresseren door een planteigen promotor/enhancer, worden deze met<br />

expressie in de wortel elongatiezone verder bestudeerd. De 'getrapte' genen worden geïdentificeerd met TAIL-PCR, planten met een knock-out<br />

mutatie worden fenotypisch bestudeerd en de genprodukten worden gelocalizeerd. Het onderzoek moet ons in staat stellen genen/proteïnen te<br />

identificeren die elongatie starten en beëindigen.<br />

Organisaties:<br />

• Plantenmorfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean-Pierre Verbelen<br />

• Bram Van Loock<br />

Simultane chemische en structurele analyse <strong>van</strong> micropartikels met micro-Raman spectrometrie gekoppeld aan<br />

electronen probe microanalyse.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De fundamentele doelstellingen <strong>van</strong> dit project kunnen als volgt worden samengevat:<br />

-Installatie en implementatie <strong>van</strong> een interface tussen de aanwezige Renishaw micro-Raman spectrometer en een JEOL EPMA/SEM instrument.<br />

-Analyse <strong>van</strong> verschillende monsters, verbindingen, materialen en standaarden om de mogelijkheden <strong>van</strong> de gecombineerde techniek te<br />

onderzoeken.<br />

-Toepassing <strong>van</strong> micro-Raman/SERS voor de analyse <strong>van</strong> atmosferische aerosolen, en een vergelijking <strong>van</strong> de bekomen resultaten met deze <strong>van</strong><br />

EPMA/SEM-EDX metingen<br />

-Toepassing <strong>van</strong> gecombineerde micro-Raman/EPMA metingen op milieu monsters en technologische micro-partikels. -Samenwerking met<br />

collega's die behoefte hebben aan verbeterde analytische capaciteiten voor andere types <strong>van</strong> onderzoek.<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

Studie <strong>van</strong> grenslagen aan nieuwe hoge-K diëlektrische oxiden afgezet via chemische damptechnieken<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen kent voor de periode <strong>van</strong> 01.01.2005 tot 31.12.2008 een contract toe aan de<br />

onderzoeksgroep IMOA (Universiteit Hasselt) (promotor prof. dr. J. Mullens).<br />

Het hoofddoel <strong>van</strong> dit onderzoek is het verwerven <strong>van</strong> fundamenteel inzicht in de processen die zich afspelen op grenslaagniveau bij de depositie<br />

<strong>van</strong> nieuwe hoge-K diëlektrica via MOCVD en ALD. Concreet houdt het project een studie in <strong>van</strong>:<br />

- de invloed <strong>van</strong> het substraatoppervlak op de aangroei <strong>van</strong> het hoge-k oxide via MOCVD en ALD


- de grenslaag tussen het substraat en het hoge-k diëlektricum<br />

- de grenslaag tussen het hoge-k diëlektricum en de poortelektrode<br />

- de invloed <strong>van</strong> thermische nabehandelingen op de verschillende grenslagen<br />

Organisaties:<br />

• Anorganische en Fysische Chemie<br />

• Materiaalfysica<br />

• Instituut voor Materiaalonderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• Jules MULLENS<br />

• Marc D'OLIESLAEGER<br />

Studie <strong>van</strong> een spectroscopische elektrische impedantietomografietechniek voor de diagnose <strong>van</strong> tandcariës.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Abstract enkel in het Engels beschikbaar.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• JAN CORNELIS<br />

Legitimate Criminal Justice in Times of Insecurity; A Belgian and comparative European Perspective.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: From this research on "Contemporary punishment", two major voids appear, raising new research questions:<br />

1)Why is western "contemporary punishment" generally seen as an institution "in transition"? What are the broader social-political tendencies in<br />

western societies which can explain the transformations? The answer to these questions is usually linked to the emergence of "insecurity" as a<br />

major political issue in many western countries, often leading to a crisis of legitimacy of political and juridical institutions and raising political and<br />

public interest in and pressure on criminal justice systems. Important questions however remain unanswered in this area, i.a. concerning the extent<br />

of the crisis of legitimacy with the citizen and the real importance of "insecurity" in this crisis, and concerning different reactions by political and<br />

justice systems to regain legitimacy.<br />

2)One of the major consequences of this pressure on criminal justice systems described in Anglo-Saxon penological literature concerns the penal<br />

paradigm of "rehabilitation", result of the "penal welfarism" once seen as the central structural basis for penal actors and agencies, and now either<br />

described as discredited and in decline or fundamentally transformed. Are the evolutions described however equally valid for Belgium or other<br />

continental European countries?<br />

The current research proposal has two major aims:<br />

-to answer these questions for Belgium,<br />

-to compare the Belgian situation internationally.<br />

The interdisciplinary team cooperating in the current GOA-research on "Contemporary punishment" hence wants to continue its cooperation within<br />

the university and to extend it to European colleagues, in order to develop a European comparative research network on these important questions.<br />

Moreover, two of the post-doctoral researchers of the current GOA-research are now co-promotors of the new proposal: Prof. Dr. Kristel Beyens<br />

and Prof. Dr. Paul De Hert.<br />

The interdisciplinary character of the new research proposal is hence guaranteed by bringing together experts in (comparative) penology, sociology<br />

of punishment, sociology of law, legal theory, criminological theory, comparative European criminal law and human rights.<br />

Organisaties:<br />

• Criminologie<br />

• Metajuridica<br />

Onderzoekers:<br />

• KRISTEL BEYENS<br />

• Els Julia DUMORTIER<br />

• SERGE GUTWIRTH<br />

• SONJA SNACKEN<br />

• HILDA TUBEX<br />

• PAUL DE HERT<br />

• Kristof VERFAILLIE<br />

Computer-gesteund ontwerp <strong>van</strong> chemische analyse-chips voor (bio-) farmaceutische scheidingen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het project is gericht op het inslaan <strong>van</strong> een totaal nieuwe richting voor de vervaardiging <strong>van</strong> chromato-grafische kolommen. Zeer<br />

concreet is het de bedoeling om de fotolithografische ets-technieken uit de micro-electronica-industrie te gebruiken om geordende array's <strong>van</strong><br />

microscopische pilaartjes te etsen in op voorhand gedeponeerde micro-poreuze lagen. De toepassing <strong>van</strong> deze technieken in de chromatografie<br />

zou volstrekt uniek zijn. Na etsing is het de bedoeling om de lagen te omhullen met een micro-kanaal dat voorgeëtst is op een silicium of een<br />

kwarts-plaat en waarin dan ook de benodigde in- en uitvoerkanalen en de staal- en bufferreservoirs meegeëtst zijn. De perfecte controle over de<br />

pilaardimensies moet het mogelijk maken om chromatografiekolommen met een perfecte homogeniteit (orde) <strong>van</strong> pakkingselementen en de<br />

doorstroomporieën te produceren.<br />

Organisaties:<br />

• Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie<br />

• Elektrotechniek-Energietechniek<br />

• Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Y<strong>van</strong> VANDER HEYDEN<br />

• Daan DE WILDE<br />

• JOHAN DECONINCK<br />

• GERT DESMET<br />

Eerste Hulp Kit-krediet: Micro-fotonica<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Samenwerking tussen twee departementen <strong>van</strong> de VUB nl. TONA en LAMI inzake onderzoek naar fundamenteel en toegepaste<br />

onderzoekstopics op het multidisciplinair gebied <strong>van</strong> micro-fotonica.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica


Onderzoekers:<br />

• HUGO THIENPONT<br />

• ROGER VOUNCKX<br />

MRI-beeldverwerking met het oog op verbeterde registratie <strong>van</strong> hersenactiviteit en -connectiviteit.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek naar de functionele werking <strong>van</strong> hersenen speelt een belangrijke rol in het<br />

bepalen <strong>van</strong> klinische afwijkingen. Naast fysiologische en anatomische informatie <strong>van</strong> de<br />

hersenen is Magnetic Resonance Imaging (MRI) de meest geschikte beeldvormingstechniek<br />

om deze functionaliteit1 weer te geven. Het bepalen <strong>van</strong> de hersenactiviteit en -connectiviteit<br />

(het complexe netwerk <strong>van</strong> verbindingen waarmee cellen communiceren) behoort<br />

hierbij tot de meest recente ontwikkelingen.<br />

De huidige trend om MRI-apparatuur met een hogere magneetveldsterkte te gebruiken,<br />

zowel voor het humaan als het proefdier hersenonderzoek, introduceert een aantal beeldartefacten.<br />

Het voorgestelde project kadert in de noodzaak om deze artefacten te verhelpen,<br />

zowel aan de hand <strong>van</strong> nieuwe ontwikkelingen ter hoogte <strong>van</strong> de beeldvormingssequenties<br />

als de post processing.<br />

Om de connecties tussen geactiveerde hersenzones te bestuderen wordt ondermeer Diffusion<br />

Tensor Magnetic Resonance Imaging (DT-MRI) gebruikt. Het principe <strong>van</strong> deze beeldvormingstechniek<br />

is gebaseerd op de Brownse beweging <strong>van</strong> watermoleculen. DT-MRI laat<br />

toe de anisotrope diffusie <strong>van</strong> deze moleculen in weefsels te karakteriseren, zodat het mogelijk<br />

wordt de axonale banen te identificeren waaruit het neurale netwerk is opgebouwd<br />

[6]-[9]. De huidige standaardprocedures voor DT-MRI zijn single-shot acquisities, zoals<br />

high speed Fast Low Angle SHot imaging (FLASH), Steady-State Free Precession (SSFP),<br />

high speed stimulated echo en Echo-Planar Imaging (EPI) .<br />

Vooral de EPI-methode is zeer interessant <strong>van</strong>wege de korte beeldopnametijd (orde 100<br />

ms) zodat DT-MRI-bewegingsartefacten geminimaliseerd kunnen worden. Bij toestellen<br />

met hogere magneetveldsterkte, die beantwoorden aan de huidige trend in zowel humaan<br />

als proefdieronderzoek, treden er echter nieuwe problemen op bij het gebruik <strong>van</strong> EPI.<br />

Deze snelle beeldvormingssequentie heeft het grote nadeel zeer gevoelig te zijn voor de factoren<br />

die de resonantievoorwaarde bepalen, zodat distorsies onvermijdelijk optreden. Deze<br />

distorsies zijn afkomstig <strong>van</strong> o.a. magnetische veldinhomogeniteiten, elektromagnetisch<br />

ge¿¿nduceerde velden (Eddy-current fields), frequentieverschuivingen t.g.v. de specifieke<br />

chemische omgeving <strong>van</strong> de nucle¿¿ (chemical shift effect) en de offset <strong>van</strong> de radiofrequentie<br />

pulsen.<br />

De beeldverwerking tijdens en na de MRI-data-acquisitie is zeer rekenintensief en omvat<br />

enkele belangrijke taken2. De problemen die hierbij optreden kan men situeren op volgende<br />

niveaus:<br />

* Het corrigeren <strong>van</strong> geometrische en intensiteitsgebaseerde distorsies. Dit is niet enkel aan de orde bij het gebruik <strong>van</strong> EPI voor DT-MRI, maar ook<br />

bij fMRI.<br />

* Het visualiseren <strong>van</strong> de gecorrigeerde DT-MRI-datasets: de anisotrope informatie kan men niet voorstellen met een scalaire waarde zonder<br />

informatie te verliezen, zodat hiervoor nieuwe technieken ontwikkeld moeten worden.<br />

* De tractografie: het bepalen <strong>van</strong> de (transport)banen die de connectiviteit weergeven.<br />

* Het integreren <strong>van</strong> complementaire informatie, zoals hersenanatomie, -activiteit en -connectiviteit, afkomstig <strong>van</strong> verschillende beeldmodaliteiten,<br />

in een gemeenschappelijk referentiekader.<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Anne Marie Van Der Linden<br />

• Jan Sijbers<br />

• Alexander Leemans<br />

Ont<strong>van</strong>gerloze directe optische klok-injectie voor standaard CMOS chips.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In dit project werken we een techniek verder uit dat werd geïntroduceerd in samenwerking met de groep <strong>van</strong> Prof. David A. B. Miller <strong>van</strong><br />

Stanford Universiteit in de VS. Door op een lage-capaciteitsdetector korte intense lichtpulsen te injecteren kan men op een directe wijze grote<br />

spanningssprongen op de CMOS chip creëren. Deze zijn voldoende om rechtstreeks digitale circuits aan te sturen. Met deze techniek kan men<br />

bijgevolg uiterst accurate klokflanken injecteren op een chip. In dit project zullen we kleine, efficiente sample-and-hold test circuits ontwerpen welke<br />

die het debuggen <strong>van</strong> analoge signalen en tijdskritische digital signalen kan debuggen.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica<br />

Onderzoekers:<br />

• HUGO THIENPONT<br />

• Christof DEBAES<br />

ASPECTLAB<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: AspectLab richt zich op de ontwikkeling <strong>van</strong> complexe, verdeelde softwaresystemen die gebruik maken <strong>van</strong> aspect-georiënteerde<br />

methodes in software ontwikkeling, talen en technieken.<br />

Organisaties:<br />

• Informatica en Toegepaste Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• VIVIANE JONCKERS<br />

• THEO D'HONDT<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:


• Biomoleculaire massaspectrometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Edgard Esmans<br />

• Filip Lemiere<br />

Technische voorschriften en reglementeringen voor ambachtslui in de Zuidelijke Nederlanden tijdens de 16de-17de en<br />

18deeeuw. Een archivalische en materiaaltechnische confrontatie. (Deel 2: De glazenmakers)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het is de bedoeling in diverse archieven technische voorschriften <strong>van</strong> ambachten op te sporen en te verzamelen. Deze voorschriften<br />

zullen worden geconfronteerd met wetenschappelijke data resulterend uit proeven op door ambachtslieden vervaardigde producten. Bij wijze <strong>van</strong><br />

`case study' zal dit toegespitst worden op het glazenmakersambacht. Naast de onmiddellijke wetenschappelijke resultaten, zal het eerste<br />

eindproduct bestaan uit een bestand <strong>van</strong> archivalia en beelden dat door studenten en docenten kan worden gebruikt voor verder onderzoek, zowel<br />

aan de Universiteit Antwerpen als aan de Hogeschool Antwerpen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor stadsgeschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• Bert De Munck<br />

Wisselende gedaanten. Hof en hofhouding in de Habsburgse Nederlanden, 1598-1647.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Eind jaren tachtig is de hofhouding in de late Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd opnieuw volop onder de aandacht <strong>van</strong> historici gekomen.<br />

In het onderzoek ter zake in binnen- en buitenland, bleef het Brusselse hof bijna altijd uit het blikveld. Nochtans biedt de Brusselse casus een uniek<br />

voorbeeld <strong>van</strong> een hofhouding die voor een deel <strong>van</strong> de periode als een soeverein, voor het andere deel als een landvoogdelijk hof functioneerde.<br />

Dit project wil op zoek gaan naar de structuur en de organisatie <strong>van</strong> de hofhouding tijdens het bewind <strong>van</strong> de aartshertogen Albrecht en Isabella<br />

(1598-1621) en dat <strong>van</strong> de kardinaal-infant Ferdinand <strong>van</strong> Oostenrijk (1634-1641). Door de samenstelling <strong>van</strong> de hofhouding en het politieke,<br />

maatschappelijke en culturele netwerk dat <strong>van</strong> deze groep dignitarissen uitging in kaart te brengen, zal voor het eerst een onderbouwd antwoord<br />

kunnen worden geformuleerd op de vraag hoe zwaar hof en hofhouding in het politieke bestel <strong>van</strong> de Zuidelijke Nederlanden wogen.<br />

Organisaties:<br />

• Politieke geschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Duerloo<br />

Epidemiologie, klinische presentatie en biologische merkers <strong>van</strong> diabetes (


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Nieuwe nanoporeuze silicium en niet-silicium gebaseerde materialen met gecombineerde micro- en mesoporositeit worden ontwikkeld en<br />

vervolgens katalytisch geactiveerd met transitiemetaaloxiden volgens innovatieve methoden. Een combinatie <strong>van</strong> macroscopische technieken en<br />

elektron microscopie zal gebruikt worden om een volledige structurele karakterisering <strong>van</strong> de katalysatoren te bekomen. Via TEM zal de morfologie<br />

en de poriestructuur bepaald worden en zal tevens getracht worden om de actieve metaalplaatsen in de poreuze matrix <strong>van</strong> de katalysator te<br />

localiseren. Deze informatie op nanometerschaal is <strong>van</strong> essentieel belang om het verband tussen de toegepaste synthesestrategie en de structuur<br />

en katalytische performantie <strong>van</strong> de katalysator op te helderen.<br />

Organisaties:<br />

• Laboratorium adsorptie en katalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Gustaaf Van Tendeloo<br />

• Pegie Cool<br />

• Etienne Vansant<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Pieters<br />

• Nina Hermans<br />

Onderzoek naar de rol <strong>van</strong> afferente neuronen in de pathogenese <strong>van</strong> inflammatie-geïnduceerde gastro-intestinale<br />

motiliteitsafwijkingen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het is onduidelijk welke prikkels en omstandigheden in de gastro-intestinale tractus leiden tot een verstoorde activiteit <strong>van</strong> afferente<br />

zenuwen. In dit project zullen we in detail onderzoeken hoe ontsteking <strong>van</strong> de maagdarmtractus kan leiden tot verstoorde activiteit <strong>van</strong> afferente<br />

zenuwen. In rat ten met TNBS (trinitrobenzeen sulfonzuur)-gei'nduceerde colitis en in muizen met sepsis zal worden onderzocht op welke manier<br />

afferente zenuwen betrokken zijn bij de wisselwerking tussen gastro-intestinale ontsteking en motiliteit. We zullen bestuderen welke<br />

neurotransmitters, receptoren en mediatoren de functie <strong>van</strong> afferente zenuwen kunnen bei'nvloeden. De functionele studies zullen uitgevoerd<br />

worden in het laboratorium Gastro-enterologie <strong>van</strong> de Universiteit Antwerpen (aanvragende groep) en de histologische studies zullen worden<br />

uitgevoerd in het laboratorium voor Celbiologie en Histochemie <strong>van</strong> de Universiteit Antwerpen (Prof. Timmermans, Faculteit Biomedische<br />

Wetenschappen).<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Benedicte De Winter<br />

• Paul Pelckmans<br />

Studie <strong>van</strong> de effecten <strong>van</strong> klimaatsverandering op senescentie en stress bij planten via fluorescentiebeeldvorming.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dankzij intensief onderzoek is er het laatste decennium vooruitgang geboekt in de kennis en<br />

het begrip <strong>van</strong> de effecten <strong>van</strong> de globale klimaatsveranderingen op ecosystemen. Toch blijven<br />

nog verscheidene vragen onbeantwoord. Twee zeer belangrijke aspecten die vaak niet in rekening worden gebracht zijn stress en senescentie.<br />

De hoofddoelstelling is nagaan of en hoe de bladsenescentie op het einde <strong>van</strong> het groeiseizoen,<br />

en in tweede instantie stressresponsen, gewijzigd worden door verschillende aspecten<br />

(in casu, verhoogde [CO2], temperatuur, [O3]) <strong>van</strong> een voorspeld toekomstig klimaat.<br />

Chlorofyll a fluorescentie heeft reeds bewezen een bruikbare, niet-destructieve manier te zijn voor de studie <strong>van</strong> verschillende aspecten <strong>van</strong> de<br />

fotosynthese, evenals voor de detectie <strong>van</strong> stress bij planten<br />

De commercieel beschikbare toestellen die chl a fluorescentie meten zoals bv. de PEA (Hansatech, UK) en de PAM2000 (Heinz Walz, Germany)<br />

bestrijken slechts een zeer kleine oppervlakte <strong>van</strong> een blad. Hierdoor wordt er geen spatiale informatie omtrent de heterogeniteit <strong>van</strong> een<br />

individueel blad bekomen, tenzij er een groot aantal metingen uitgevoerd worden. Tijdens de laatste jaren werden door meerdere<br />

onderzoeksgroepen beeldanalysesystemen ontworpen die toelaten twee-dimensionele beelden <strong>van</strong> fluorescentie-emissiepatronen te bekomen.<br />

Deze benadering levert uitgebreide fluorescentie informatie<br />

op <strong>van</strong> tienduizenden beeldelementen over het volledige bladoppervlak. Aan het Limburgs Universitair Centrum werd een chlorofyl-fluorescentiebeeldanalysesysteem<br />

ontwikkeld (Ciscato 2000, Acta Hort., 553, 507-512). Dit prototype kan binnen een aanvaardbaar budget omgebouwd worden<br />

tot een volwaardig draagbaar systeem. Het draagbaar systeem dat zou ontwikkeld worden door een firma zal bovendien op een aantal punten<br />

grondig verbeterd worden t.o.v. het prototype.<br />

Organisaties:<br />

• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Birgit Gielen<br />

• Reinhart Ceulemans<br />

Identificatie en karakterisatie <strong>van</strong> het gendefect voor ubiquitine-positieve, tau-negatieve frontotemporale dementie<br />

gekoppeld aan chromosoom 17q21 (FTDU-17).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Frontotemporale dementie (FTD) is de tweede meest frequente vorm <strong>van</strong> neurodegeneratieve dementie in mensen jonger dan 65 jaar.<br />

Tot 50% <strong>van</strong> de FTD patiënten hebben een positieve familie historiek voor dementie en in de meerderheid <strong>van</strong> de families wordt de ziekte op<br />

autosomaal dominante wijze overgeërfd. Tot nu toe werd alleen mutaties in het microtubuli geassocieerde proteïne tau (MAPT) gen op<br />

chromosoom 17q21 geïdentificeerd als causaal voor FTD gekoppeld aan chromosoom 17, met een frequentie <strong>van</strong> 10 tot 43% in familiale FTD. In<br />

een aantal autosomaal dominante FTD families met 17q21 koppeling werden geen MAPT mutaties gedetecteerd (FTDU-17). Met het voorgestelde<br />

project willen we verder onderzoek doen naar het genetisch defect bij FTDU-17. We zullen de strategie volgen <strong>van</strong> positionele klonering in<br />

autosomaal dominante FTD families.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc Cruts<br />

• Christine Van Broeckhoven


• Julie <strong>van</strong> der Zee<br />

Hoe ontstaan verschillen tussen mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt?<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Gedurende de afgelopen 5 jaar werd in het kader <strong>van</strong> het SONAR-project intensief meegewerkt aan de uitbouw <strong>van</strong> een gedetailleerde<br />

longitudinale databank over de overgang <strong>van</strong> school naar werk bij Vlaamse jongeren. Met dit onderzoeksvoorstel wensen we dieper in te gaan op<br />

de discrepantie die uit die data blijkt tussen de betere schoolprestaties <strong>van</strong> meisjes en hun in vergelijking met mannen minder vlotte intrede en<br />

minder gunstige positie op de arbeidmarkt. Men zou immers verwachten dat in een meritocratische samenleving betere schoolprestaties ook leiden<br />

tot betere arbeidskansen. Vrouwen blijken echter nog steeds geconcentreed te zijn in de lagerbetaalde banen. Voor de verklaring <strong>van</strong> de<br />

geslachtsverschillen in de overgang <strong>van</strong> school naar werk, schuiven we twee criciale elementen naar voor: enerzijds de verschillende keuze <strong>van</strong><br />

studierichtingen, en anderzijds de rol <strong>van</strong> gezinsvorming en ouderschap. Met dit onderzoeksproject beogen we na te gaan in welke mate de<br />

studiekeuze en de gezinsvorming de voorsprong <strong>van</strong> meisjes op school doen omslaan in een achterstand bij de intrede op de arbeidsmarkt en bij<br />

de uitbouw <strong>van</strong> de verdere arbeidsloopbaan. De SONAR-data vormen het basismateriaal voor de analyses, maar we voorzien ook de vaststellingen<br />

te toetsen aan, en te vergelijken met gegevens <strong>van</strong> andere databanken (de LOSO-gegevens, andere databanken waarover de onderzoeksgroep<br />

beschikt, en data <strong>van</strong> internationaal vergelijkbaar onderzoek).<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

• Ilse LAURIJSSEN<br />

Theoretische studie <strong>van</strong> de structuur en reactiviteit <strong>van</strong> delen die 3de en 4de rij groep elementen bevatten<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Scheikunde<br />

Organisaties:<br />

• Scheikunde<br />

Onderzoekers:<br />

• PAUL GEERLINGS<br />

Vergelijking <strong>van</strong> de DNA-rapair capaciteit in moeder-pasgeboren dochter paren.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Bij het doseren <strong>van</strong> medicatie, het bepalen <strong>van</strong> NOEL (no effect level) of het aanvaarden <strong>van</strong> blootstellingslimieten worden kinderen in het<br />

algemeen beschouwd als kleine volwassenen. Men houdt geen rekening met het feit dat de efficiëntie <strong>van</strong> de enzymen die verantwoordelijk zijn<br />

voor biotransformatie, DNA replicatie, transcriptie, repair, celcyclus controle, immuun response, enz... verschillend zou kunnen zijn bij kinderen en<br />

volwassenen. Daarom is het essentieel om de functionele activiteit <strong>van</strong> de enzymen op cellulair niveau tijdens de eerste levensmaanden en tijdens<br />

de groeiperiode te onderzoeken voor een betere bescherming tegen de blootstelling aan chemicaliën. Het doel <strong>van</strong> dit project is de vergelijking <strong>van</strong><br />

moeders en hun pasgeboren dochter voor het repair fenotype in functie <strong>van</strong> het genotype enerzijds, en <strong>van</strong> de genotoxische effecten <strong>van</strong> twee<br />

referentie mutagenen (EMS en H2O2) anderzijds. Hiervoor zal het genotype bepaald worden voor drie belangrijke repair polymorfismen:<br />

hOGG1326, XRCC1 codons 194, 280, 399 and XRCC3241 voor 20 niet-rokende moeders en hun pasgeboren dochter (navelstrengbloed). De<br />

genotoxische effecten zullen geanalyseerd worden met de comet assay voor de inductie <strong>van</strong> DNA-schade en met de in vitro cytochalasin-B<br />

micronucleus assay voor de inductie <strong>van</strong> chromosoom/genoom mutaties. Dit project maakt deel uit <strong>van</strong> een EU-netwerk project (QLK4-CT-2002-<br />

02198. CHILDGENET) en beoogt aanvullende financiële ondersteuning.<br />

Organisaties:<br />

• Biologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MICHELINE VOLDERS<br />

Synthese en evaluatie <strong>van</strong> derivaten <strong>van</strong> 5-methyl-5H-indolo[2,3-c]chinoline (isoneocryptolepine); een nieuw<br />

antiplasmodiaal indolochinoline.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project wordt de synthese <strong>van</strong> aminoalkylamino- en aminoalkylgesubstituteerde isoneocryptolepines beoogd als potentiële nieuwe<br />

antiplasmodiale verbindingen. Voor het indolochinoline basisskelet zal een nieuwe synthesemethode worden op punt gesteld, gebaseerd op<br />

moderne palladium-gekatalyseerde reacties. Tevens zullen D-ring gewijzigde derivaten <strong>van</strong> isoneocryptolepine worden gesynthetiseerd en<br />

geëvalueerd op hun antiplasmodiale activiteit.<br />

Organisaties:<br />

• Organische synthese<br />

Onderzoekers:<br />

• Bert Maes<br />

• Gitte Van Baelen<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Pieters<br />

Studie <strong>van</strong> de duurzaamheid <strong>van</strong> glasvezelverstevigde cementmatrixcomposieten voor bouwkundige toepassingen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het hoofddoel <strong>van</strong> dit project is kennis te genereren die ertoe bijdraagt dat een beleid betreffende ontwerp, levensduur, herstelling,<br />

structurele aanpassingen of versteviging <strong>van</strong> cementmatrixcomposieten doordacht kan worden opgesteld, rekening houdend met de optredende<br />

evoluties <strong>van</strong> sterkte en stijfheid <strong>van</strong> de materialen onder omgevingsinvloeden. De nadruk zal gelegd worden op de bepaling <strong>van</strong> de evoluties <strong>van</strong><br />

eigenschappen die de gebruiksgrenstoestanden beïnvloeden, en dus de duurzaamheid. De degradatie <strong>van</strong> cementmatrixcomposieten is een<br />

complex samenspel <strong>van</strong> scheikundige aantasting en voortplanting <strong>van</strong> nano- en micro- defecten onder mechanische belasting en tijd. Deze effecten<br />

hebben een grote invloed op het macro-mechanisch constitutief gedrag en dus op het ontwerp in gebruiksgrenstoestand. Dit samenspel kan enkel<br />

systematisch onderzocht en geïnterpreteerd worden door samenwerking in de disciplines mechanica <strong>van</strong> materialen, scheikundige<br />

analysetechnieken en NDT. Er zal gepoogd worden om inzicht te verkrijgen in de verschillende schademechanismen die optreden, en de invloed<br />

<strong>van</strong> de meest belangrijke materiaalparameters (pH <strong>van</strong> de cementmatrix, porositeit, ...). Deze studie zal zowel op nano- en micro-niveau<br />

(chemische aantasting <strong>van</strong> de glasvezels, vorming <strong>van</strong> hydratatieproducten in de matrix-vezel interface) als op meso-niveau (interactie


glasvezelbundel-matrix, vorming <strong>van</strong> scheuren in matrix) en macro-niveau (gevolgen op globaal spanning-rek gedrag) moeten uitgevoerd worden.<br />

Constructies kunnen in werkelijkheid belast worden onder een oneindig aantal combinaties <strong>van</strong> mechanische belasting en omgevingsinvloeden. De<br />

voorgestelde studie zal zich beperken tot drie rele<strong>van</strong>t geachte niveaus <strong>van</strong> belastingscombinaties: (1) de studie <strong>van</strong> de versnelde veroudering <strong>van</strong><br />

cementmatrixcomposieten onder verhoogde temperatuur en vochtigheid (klassieke versnelde veroudering), (2) de degradatie onder gelijktijdig<br />

optreden <strong>van</strong> een constante mechanische last en versnelde veroudering en (3) opeenvolgingen <strong>van</strong> vries-dooi of "wetting-drying" cycli en<br />

mechanische last<br />

Organisaties:<br />

• Mechanica <strong>van</strong> Materialen en Constructies<br />

• Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis<br />

Onderzoekers:<br />

• ANNICK HUBIN<br />

• HUGO SOL<br />

• JAN WASTIELS<br />

• HEIDI CUYPERS<br />

Flexibele wiskundige en statistische modellen voor microbiologische risicobeoordeling.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoek past in een breed interdisciplinair onderzoeksgebied en wil zich voornamelijk toespitsen op het modelleren <strong>van</strong> complexe<br />

(gecorreleerde) datastructuren en het daarmee gepaard gaande theoretisch raamkader voor betrouwbare inferentie. In het bijzonder wil het zich<br />

toespitsen op het ontwikkelen <strong>van</strong> flexibele wiskundige en statistische modellen voor microbiologische risicobeoordeling <strong>van</strong> zoonoses in de<br />

voedselketen.<br />

Organisaties:<br />

• Translationele Neurowetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Cras<br />

Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ondersteuning instandhouding wetenschappelijke apparatuur.<br />

Organisaties:<br />

• Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Xaveer Van Ostade<br />

Hippocampale neuropeptiden als neurobiologische aangrijpingspunten in preklinische geneesmiddelenontwikkeling voor<br />

psychomotorische epilepsie en zijn neurologische comorbiditeiten.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Situering <strong>van</strong> het project<br />

Epilepsieën zijn majeure neurologische aandoeningen die wereldwijd ongeveer 1% <strong>van</strong> de bevolking treffen. Hierbij is psychomotorische epilepsie<br />

<strong>van</strong> temporale oorsprong één <strong>van</strong> de moeilijkst controleerbare vormen.<br />

Farmacoresistentie voor anti-epileptica komt voor bij 25 à 40% <strong>van</strong> de patiënten (White 2003). Miljoenen epilepsiepatiënten blijven bijgevolg<br />

refractair ondanks het grote aanbod aan geregistreerde anti-epileptica, wier werkingsmechanismen echter terug te brengen zijn tot twee<br />

basismechanismen, namelijk 1) verhoging <strong>van</strong> GABA-erge inhibitie en 2) blokkage <strong>van</strong> voltage-afhankelijke Na+ kanalen. Dit is niet verwonderlijk<br />

omdat de twee belangrijkste screeningsmethodes voor anti-epileptica, het pentyleentetrazolmodel en de maximale electroshocktest in knaagdieren,<br />

precies met deze twee basismechanismen interfereren (Löscher & Schmidt 2002).<br />

Daarnaast zijn er voor alle anti-epileptica wel een aantal andere mechanismen beschreven, maar het precieze aandeel er<strong>van</strong> in hun globaal<br />

werkingsmechanisme blijft vrij onduidelijk. Bovendien bezitten bijna alle anti-epileptica een waaier <strong>van</strong> bijwerkingen.<br />

Het zoeken naar vernieuwende anti-epileptica met originele actiemechanismen en minder neveneffecten blijft dus zeer actueel. Er is ook nood aan<br />

een innovatieve aanpak die niet alleen meer symptomatisch werkt (i.e. enkel en alleen de epilepsieaanvallen onderdrukt), maar ook het ontstaan en<br />

de evolutie <strong>van</strong> de ziekte kan verhinderen.<br />

Refractaire psychomotorische epilepsie heeft een enorme impact op het dagdagelijks, sociaal en psychosociaal leven en gaat klinisch dikwijls<br />

gepaard met psychiatrische stoornissen zoals depressie en angst. Recente studies die peilden naar de levenskwaliteit <strong>van</strong> epilepsiepatiënten<br />

(QOLIE) toonden aan dat de slechtste QOLIE significant correleerde met depressies (Cramer et al. 2003). Meer onderzoek gebeurt dan ook naar<br />

de gemeenschappelijke pathofysiologie <strong>van</strong> depressie en epilepsie. Wijzigingen in centrale monoamines (serotonine 5-HT, noradrenaline NAD,<br />

dopamine DA) liggen aan de basis <strong>van</strong> depressies maar kunnen ook in epileptische aanvallen resulteren. Monoaminerge facilitatie is geassocieerd<br />

met anticonvulsieve en antidepressieve effecten in mens en dier (Jobe et al. 1999).<br />

Een andere belangrijke comorbiditeit <strong>van</strong> refractaire psychomotorische epilepsie zijn de leerstoornissen en het geheugenverlies. Ook hier kunnen<br />

neurobiologische verklaringen de link verduidelijken. 'Long-term potentiation' (LTP) als model voor synaptische hippocampale plasticiteit is een<br />

sleutelelement in de leer- en geheugenprocessen (Bliss & Collingridge 1993). Limbische epilepsie induceert ook synaptische<br />

plasticiteitsveranderingen en 'verbruikt' daarbij deels de hippocampale 'geheugenmechanismen'. Plasticiteitsveranderingen zijn tevens factoren in<br />

de evolutie <strong>van</strong> epilepsie waardoor het hippocampaal netwerk gevoeliger wordt voor verdere aanvallen, hetgeen deels het refractaire karakter <strong>van</strong><br />

epileptische aanvallen kan verklaren.<br />

Bondig overzicht <strong>van</strong> het reeds geleverd fundamenteel wetenschappelijk onderzoek in dit domein.<br />

Screening <strong>van</strong> potentiële anticonvulsieve liganden in diermodellen blijft de manier bij uitstek om aan preklinische geneesmiddelenontwikkeling te<br />

werken. Ons epilepsieonderzoek aan de Vrije Universiteit Brussel startte dan ook met het ontwikkelen <strong>van</strong> een focaal dierfarmacologisch model<br />

voor limbische epilepsie door intrahippocampale pilocarpineperfusie via microdialyse. Hierbij werd steeds het gedrag <strong>van</strong> de rat opgevolgd, de<br />

electrocorticografische veranderingen gemonitord en de wijzigingen in neurotransmitterconcentraties (glutamaat, GABA, DA, 5-HT) in de dialysaten<br />

gekwantificeerd. Nadien werden verschillende bestaande anti-epileptica en liganden in ontwikkeling getest op hun anticonvulsief potentieel binnen<br />

dit acute pilocarpinemodel. Verder hebben we ook ervaring met een paar andere acute chemische epilepsiemodellen, zoals de convulsies<br />

geïnduceerd door picrotoxine of dihydroxyfenylglycine. In het onderzoek naar strategieën om de 'excessieve' glutamaat-gemedieerde excitatoire<br />

processen in epilepsie te onderdrukken, hebben we getracht om zo weinig mogelijk met de normale - fysiologisch noodzakelijke - neurotransmissie<br />

te interfereren door gebruik <strong>van</strong> 'receptorsubtype-selectieve' liganden of 'modulerende' liganden. In dit domein hebben we, in samenwerking met<br />

het team <strong>van</strong> Prof. Graham L. Collingridge (Bristol, UK), pionierswerk verricht, aangezien we respectievelijk publiceerden in 'Nature Neuroscience'<br />

en 'Nature' dat hippocampale GLUK5 kainaatreceptoren een sleutelrol spelen in limbische epilepsie (Smolders et al. 2002) en in synaptische<br />

plasticiteit (Bortolotto et al. 1999). Tenslotte demonstreerden we ook recent de belangrijke bijdrage <strong>van</strong> het endogeen hippocampaal DA en 5-HT in<br />

het bepalen <strong>van</strong> een anticonvulsieve en proconvulsieve drempel (Clinckers et al. 2004a-b). Ons epilepsieonderzoek ving aan begin 1996.<br />

Aan<strong>van</strong>kelijk voerde ik het alleen binnen ons laboratorium als aspirant-vorser. Tijdens mijn postdoc mandaat begeleidde ik reeds 2 medewerkers tot<br />

hun doctoraat. Een 3de doctoraatsstudent bekwam ook al interessante resultaten, maar heeft momenteel nog geen publicaties. Globaal leidde ons<br />

epilepsieonderzoek reeds tot 13 publicaties in internationale peer-reviewed tijdschriften (Smolders et al. 1997a-c; 2002a-b; 2004; Khan et al. 1999;


2000a-b; 2001; Lindekens et al. 2000; Clinckers et al. 2004a-b).<br />

Doelstellingen <strong>van</strong> het huidig project.<br />

Zoals uiteengezet in de 'Situering' hebben de huidig beschikbare anti-epileptica tot doel acute epilepsieaanvallen symptomatisch te onderdrukken<br />

(i.e. anticonvulsief effect), zonder echter de oorzaak of het heroptreden <strong>van</strong> de aanvallen te behandelen. De nieuwe wegen die het huidig<br />

epilepsieonderzoek moeten bewandelen en waar wij in dit onderzoeksproject een eigen bijdrage willen leveren, zijn:<br />

1)het beter begrijpen <strong>van</strong> de epileptogenese (i.e. het ontstaan <strong>van</strong> epilepsie) en het zoeken naar geneesmiddelen met een anti-epileptogeen effect;<br />

2)beter begrip <strong>van</strong> de processen die de progressie <strong>van</strong> epilepsie bevorderen en dus het screenen <strong>van</strong> eventuele 'disease-modifying drugs';<br />

3)betere inzichten in de biologische mechanismen <strong>van</strong> farmacoresistentie en aldus strategieën testen om deze resistentie om te keren of te<br />

voorkomen.<br />

Neuropeptiden zijn endogene modulatoren die grote toekomstperspectieven bieden als mogelijke farmacotherapeutische aangrijpingspunten voor<br />

de behandeling <strong>van</strong> o.a. epilepsie en epileptogenese. Bestaande literatuurgegevens (zie verder) wijzen immers op de grote betrokkenheid <strong>van</strong> een<br />

aantal neuropeptiden in een waaier <strong>van</strong> korte- en langetermijn epilepsieprocessen. Daarom willen we in dit project een bijdrage leveren aan dit<br />

boeiend onderzoeksdomein,<br />

-door <strong>van</strong> een aantal subtype-selectieve peptiderge liganden (preferentieel de synthetische non-peptide liganden) te testen of ze voldoen aan één<br />

of meerdere <strong>van</strong> de hiervoor vermelde doelstellingen en<br />

-door de interacties <strong>van</strong> de subtype-selectieve peptiderge liganden met de klassieke hippocampale neurotransmittersystemen te onderzoeken,<br />

alsook hun effecten op de endogene neuropeptidevrijstelling zelf.<br />

Organisaties:<br />

• Farmaceutische Chemie, Analyse <strong>van</strong> Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis<br />

Onderzoekers:<br />

• Ilse Julia SMOLDERS<br />

Evolutie <strong>van</strong> het botmetabolisme na niertransplantatie : histomorfometrische en biochemische parameters.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Evolutie <strong>van</strong> het botmetabolisme na niertransplantatie : histomorfometrische en biochemische parameters.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Marie Madeleine Couttenye<br />

Moleculair en functioneel genetisch onderzoek <strong>van</strong> genen betrokken bij erfelijke perifere zenuwaandoeningen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject zal leiden tot een uitgebreide moleculair genetische analyse <strong>van</strong> genen betrokken in erfelijke perifere<br />

zenuwaandoeningen waardoor we ongetwijfeld meer inzicht zullen krijgen in het onderliggend ziektemechanisme <strong>van</strong> motorische en/of sensorische<br />

aandoeningen. In de eerste plaats zal de kennis <strong>van</strong> meerdere mutaties in deze genen leiden tot een verbeterde genetische raadgeving en DNAdiagnostiek.<br />

Een uitgebreide mutatieanalyse zal eveneens genotype-fenotype correlaties toelaten. Dit is tevens <strong>van</strong> belang om specifieke mutaties<br />

te selecteren voor verder functioneel onderzoek. Een toenemende functionele kennis draagt dan verder bij tot het onderzoek naar een mogelijke<br />

therapeutische interventie. De kennis <strong>van</strong> nieuwe genetische componenten in deze aandoeningen is dan ook noodzakelijk om een volledig beeld te<br />

krijgen in de pathogene mechanismen <strong>van</strong> het perifeer zenuwstelsel.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Perifere Neuropathieën<br />

Onderzoekers:<br />

• Eva E.P. Nelis<br />

• Vincent Timmerman<br />

• Peter De Jonghe<br />

Een onderzoeksinitiatief naar de isolatie en identificatie <strong>van</strong> biotensiden, geproduceerd uit recycleerbare oliën en vetten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Sophorolipiden (SL), gesynthetiseerd door micro-organismen met verschillende substraten, treden naar voor als biotensiden met een<br />

brede waaier <strong>van</strong> industriële toepassingen. Het is wenselijk een efficiënt en consistent analytisch platform te ontwikkelen voor de scheiding, de<br />

identificatie en kwantificering <strong>van</strong> de verschillende SL in het complex fermentatiemengsel d.m.v. LC-MSn. Specia-le aandacht wordt hierbij besteed<br />

aan de veranderingen <strong>van</strong> de SL-samenstelling en de verschil-lende toegevoegde lipofiele substraten.<br />

Organisaties:<br />

• Biomoleculaire massaspectrometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Edgard Esmans<br />

Rol <strong>van</strong> het pentatricopeptiderepeat proteïne "PPR-like 1" als integrator <strong>van</strong> ethyleen signalisatie met andere<br />

signalisatieroutes in Arabidopsis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project stellen we een gedetail'eerde analyse <strong>van</strong> de functie <strong>van</strong> het PPR-Iike1 eiwit voor. Daarbij staat het ontrafelen <strong>van</strong> een<br />

mogelijke functie als integrator <strong>van</strong> ethyleen, ABA en suiker signalisatieroutes centraal. Het PPR- like1 gen codeert voor een pentatricopeptide<br />

repeat (PPR) eiwit. Het PPR motief werd recent beschreven en blijkt karakteristiek voor een <strong>van</strong> de grootste genfamilies in het Arabidopsis<br />

genoom, met minstens 450 genen (Small en Peeters, 2000). Tot dusver is er relatief weinig bekend over het PPR motief, maar het blijkt wel een<br />

relatie te hebben met het frequent voorkomende TPR (tetratricopeptide repeat) motief, dat protelne-bindende eigenschappen vertoont. Dit laatste is<br />

ook aanwezig in SPY (spindly), een negatieve regulator <strong>van</strong> gibberelline respons in Arabidopsis. Recent werd aangetoond dat eiwit-eiwit interacties<br />

noodzakelijk zijn voor correcte werking <strong>van</strong> SPY (Tseng et al., 2001;<br />

Izhaki et al. , 2001 ). Zoals voor het TPR motief het geval is, wordt ook voor het PPR motief een dubbele alfa-helix voorspeld a's basis <strong>van</strong> de eiwiteiwit<br />

interacties.<br />

Enkele PPR genen werden inmiddels gecloond. In elk <strong>van</strong> deze gevallen blijkt het genproduct specifiek voor te komen in mitochondria of<br />

chloroplasten. Hun functie is vrij heterogeen. Zo bijvoorbeeld is Arabidopsis HCF152, a's homodimeer met RNA-bindende eigenschappen,<br />

betrokken in processing <strong>van</strong> chloroplast psbB-psbT -psbH-petB- petD RNAs (Meierhoff et al., 2003; Nakamura et al., 2003). Analoog is mais CRP1<br />

betrokken in chloroplast petD<br />

RNA processing and petD and petA translatie (Fisk et al., 1999). Petunia Rf wardt naar de mitochondria getargeted en kan fertiliteit <strong>van</strong><br />

cytoplasmatisch mannelijk-steriele planten herstellen (Bentolila et al., 2002). Ook in radijs werden dergelijke restorer genen aangetoond, Orf687<br />

and Rfo, die eveneens coderen voor PPR eiwitten (Koizuka et al., 2003; Brown et al., 2003). Gezien het zeer groot aantal PPR genen, en het feit<br />

dat ze in diverse celcompartimenten voorkomen, kunnen vrij divergente functies voorspeld worden.


Organisaties:<br />

• Plantengroei en -ontwikkeling<br />

Onderzoekers:<br />

• Els Prinsen<br />

Noetherse semigroepalgebra's en maximale orders.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Wij onderzoeken de structuur <strong>van</strong> Noetherse algebra's, i.h.b.<br />

wanneer zijn deze priem maximale orders.<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Eric JESPERS<br />

Onthouden <strong>van</strong> vocht en/of voeding aan het levenseinde <strong>van</strong> ouderen in bejaardentehuizen in Vlaanderen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: &#61664; Ad<strong>van</strong>ce care planning in rusthuizen in Vlaanderen.<br />

De focus <strong>van</strong> onderhavig project wordt verruimd naar het geheel <strong>van</strong> ad<strong>van</strong>ce care planning (ACP) in rusthuizen in Vlaanderen.<br />

Er werd binnen dit project een pilootstudie opgezet om een aantal aspecten <strong>van</strong> het onderzoeksdesign uit te testen. Hieruit bleek dat beslissingen<br />

tot onthouding <strong>van</strong> vocht en/of voeding in rusthuizen meer en meer geïntegreerd worden in een ruimer comfortdossier <strong>van</strong> de patiënt, waarin ook<br />

informatie terug te vinden is over andere medische beslissingen rond het levenseinde betreffende de patiënt (zowel ACP als de effectief genomen<br />

zorg-beslissingen bij het optreden <strong>van</strong> het probleem).<br />

Gezien dit geheel niet los <strong>van</strong> elkaar kan worden bestudeerd, is het nodig dit ruimere kader te onderzoeken om een beter begrip te krijgen <strong>van</strong><br />

onthouding <strong>van</strong> vocht en/of voeding.<br />

Een goede medische praktijk veronderstelt ACP. Op deze manier kan, indien de patiënt wilsonbekwaam wordt, toch nog zo veel als mogelijk<br />

gehandeld worden volgens diens wensen. In het buitenland verkrijgen patiënten bij wet (bv. 'Patient Self Determination Act' in de Verenigde Staten)<br />

steeds meer mogelijkheden om actief deel te nemen aan medische besluitvorming. Diverse studies toonden daar aan dat slechts voor een<br />

minderheid <strong>van</strong> de nursing homebewoners ACP-documentatie is terug te vinden in de patiëntendossiers.<br />

In Vlaanderen kan in dit kader enkel beroep gedaan worden op de wet betreffende de rechten <strong>van</strong> de patiënt en recent ook op de Code <strong>van</strong><br />

Geneeskundige Plichtenleer. Tot op heden werd nog niet onderzocht of en voor hoeveel rusthuisbewoners ACP wordt gedocumenteerd in<br />

Vlaanderen, hoeveel rusthuizen momenteel reeds een schriftelijk beleid hebben geformuleerd met betrekking tot ACP en welke vormen dit<br />

aanneemt. Bovendien is nog steeds onbekend in welke mate het bestaan <strong>van</strong> een dergelijk beleid en de beschikbaarheid <strong>van</strong> palliatieve zorg in het<br />

rusthuis een invloed heeft op het omgaan met patiënten aan het levenseinde (bv aantal transfers, plaats <strong>van</strong> overlijden, ACP-documentatie per<br />

patiënt). De huidige studie wil hierop antwoorden geven.<br />

Organisaties:<br />

• Zorg rond het levenseinde<br />

Onderzoekers:<br />

• JOHAN BILSEN<br />

• Cindy DE GENDT<br />

• LUC DELIENS<br />

Sociaal federalisme in België en in Europa.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek zal handelen over de vraag naar het meest optimale territoriale niveau waarop sociale herverdeling via sociale zekerheid<br />

en fiscaliteit moet georganiseerd worden, in België, in andere federale staten en in Europa. Deze vraagstelling zal op empirische wijze worden<br />

benaderd middels een internationaal en intertemporeel vergelijkend onderzoek naar de werking, de determinanten en de uitkomsten (in termen <strong>van</strong><br />

sociale doelmatigheid) <strong>van</strong> verschillende territoriale omschrijvingen <strong>van</strong> sociale herverdeling. Er zal gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> sociaaleconomische<br />

survey gegevens en ambtelijke statistieken.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Ive Marx<br />

• Gerlinde Verbist<br />

• Bea Cantillon<br />

• Godelieve De Lathouwer<br />

• Cornelius Van den Bosch<br />

Fundamenteel methodologisch onderzoek voor de toepassing <strong>van</strong> statische secundaire ionen massaspectrometrie (S-<br />

SIMS) op hoogtechnologische materialen tot in het nanobereik.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Economisch en ecologisch vergt duurzame ontwikkeling dat zorgvuldig wordt omgesprongen met grondstoffen. Daarom wordt in<br />

toenemende mate 'chemical engineering' ingeschakeld om hoogtechnologische materialen op te bouwen met minder (schadelijke) componenten en<br />

meer verfijnde formuleringen, die voor een grotere functionaliteit in de toepassing zorgen. Vaak bepalen slechts de componenten in de ultieme<br />

oppervlaktesamenstelling het uiteindelijke materiaalgedrag. De nanotechnologie optimaliseert de actieve rol <strong>van</strong> oppervlakte tov. bulk.<br />

Ontwikkeling en productie <strong>van</strong> deze nieuwe materialen vergt robuuste analysemethoden die toelaten moleculaire informatie te bekomen over de<br />

chemische samenstelling en interacties in de buitenste oppervlaktelaag met een laterale resolutie in het (sub)mm bereik. Statische secundaire<br />

ionen massaspectrometrie (S-SIMS) biedt in dit verband een groot potentieel. Op dit ogenblik wordt de methode toegepast op vlakke ultra-dunne<br />

coatings. Methodologisch onderzoek is nodig om toepassing <strong>van</strong> S-SIMS op de analyse <strong>van</strong> 'real life'-systemen toe te laten. Daarbij moet de<br />

verdeling <strong>van</strong> componenten in vezels en granulaten met diameters <strong>van</strong> (sub) mm- tot nm bestudeerd kunnen worden.<br />

De analytische taken bij real life systemen kunnen onderverdeeld worden in functie <strong>van</strong> oppervlakteruwheid, morfologie, dimensies, complexiteit<br />

<strong>van</strong> de chemische samenstelling, vraagstelling <strong>van</strong> de verdeling <strong>van</strong> componenten of functionele groepen. Het fundamenteel vernieuwende werk<br />

wordt uitgevoerd op systemen die zowel methodologisch als naar toepassingen toe <strong>van</strong> belang zijn. Deze omvatten bvb. sub-macroscopische<br />

vezels waarbij oppervlakte-aanrijking <strong>van</strong> hoogmoleculaire componenten, imaging en subsurface analyse belangrijk zijn. Dit soort monsters zijn<br />

typisch voor de reconversie <strong>van</strong> de textielindustrie naar hoogtechnologische materialen, de vezelversterkte composieten, etc. In het sub-mm tot mm<br />

bereik wordt aandacht besteed aan granulaten en aanverwante structuren. Daarbij wordt de aandacht toegespitst op de studie <strong>van</strong> de verdeling <strong>van</strong><br />

laagmoleculaire analieten in het oppervlak via spectrale informatie en beeldvorming. Deze analytische taken komen typisch voor in het recente<br />

onderzoek naar drug delivery vehicles en controlled release formuleringen in de farmaceutische sector maar zijn uiteraard ook te vinden in de


nieuwe thermografische materialen, fijn chemie-sector, etc. Tenslotte wordt aansluiting gezocht met de nano-schaal via de optimalisatie <strong>van</strong> S-<br />

SIMS voor analyse <strong>van</strong> o.m. nanowebs bekomen <strong>van</strong>uit electospinning. Deze bieden een groot potentieel voor biomedische toepassingen zoals<br />

drug delivery <strong>van</strong> water-onoplosbare verbindingen, biodegradeerbare scaffolds, implantaten en kunsthuid en innovatieve behandeling <strong>van</strong><br />

brandwonden.<br />

Dit project is innovatief door het onderzoek gericht op de systematische toepassing <strong>van</strong> gea<strong>van</strong>ceerde analyse-apparatuur bij de concrete vragen in<br />

het hoogtechnologische materiaalonderzoek.<br />

Dit project kadert in de fundamentele ontwikkeling <strong>van</strong> analytische MS met hoge spatiale resolutie voor vaste stoffen, door een groep <strong>van</strong> het Microen<br />

Trace Analysis Centre (MiTAC) aan de UA. Het team is de drijvende kracht achter het internationale zwaartepunt Chemical Engineering of<br />

Ad<strong>van</strong>ced Materials (ChEMat) met ca. 100 onderzoekers uit de chemie en fysica. Er wordt samengewerkt met de groep Technologie en<br />

Biofarmacie (Prof. A. Ludwig, UA), Polymer Materials Research (Prof. E. Schacht, UGent) en met partners zoals Johnson-Johnson (Beerse) en het<br />

Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor de Belgische Textielnijverheid (Centexbel), Gent.<br />

Organisaties:<br />

• Massaspectrometrie (Mitac 5)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Vaeck<br />

• Bart Boschmans<br />

Onderzoek naar het werkingsmechanisme <strong>van</strong> nieuwe therapieën in de ziekte <strong>van</strong> parkinson.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In dit project worden 2 aspecten <strong>van</strong> de nieuwe behandelingsstrategieën voor de ziekte <strong>van</strong> Parkinson bestuderen. De zoektocht bij de<br />

medicamenteuze behandeling spitst zich tegenwoordig toe op farmaca die zowel een antiparkinsonactiviteit als een neuroprotectief effect hebben.<br />

Wij betsuderen een aantal kandidaat molecules met mogelijks een dergelijk profiel. In eerste instantie kijken we na of ze neuroprotectief zijn in het<br />

hemi-Parkinson rat model. Daarna onderzoeken we via welk mechanisme de neuroprotectie gebeurt en of deze geneesmiddelen ook een<br />

antiparkinsonactiviteit hebben.<br />

In een tweede deel <strong>van</strong> dit project willen we een bijdrage leveren tot het onderzoek omtrent het werkingsmechanisme <strong>van</strong> DBS. In een eerste fase<br />

wordt de baan <strong>van</strong> de NST naar de substantia nigra pars reticulata (SNr) farmacologisch gekarakteriseerd, en dit in normale en parkinsonratten.<br />

Om het werkingsmechanisme <strong>van</strong> hoog frequente stimulatie op te helderen zullen we de NST ook electrisch stimuleren in deze dieren en met in<br />

vivo microdialyse de neurotransmittervrijstelling bepalen in de SNr. De resultaten <strong>van</strong> deze studies moeten ons ook een betere kennis geven <strong>van</strong><br />

de rol <strong>van</strong> de NST in de controle <strong>van</strong> de motoriek, maar kunnen eveneens bijdragen tot de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe rele<strong>van</strong>te geneesmiddelen.<br />

Organisaties:<br />

• Experimentele Farmacologie<br />

• Farmaceutische Chemie, Analyse <strong>van</strong> Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis<br />

• Inwendige Geneeskundige Specialiteiten<br />

Onderzoekers:<br />

• Birgit MERTENS<br />

• YVETTE MICHOTTE<br />

• SOPHIE SARRE<br />

• Hong YUAN<br />

• Ben AMPE<br />

• Anja FLAMEZ<br />

W&T samenwerking : beurs aan Ilya TSURIN, Rusland.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: W&T samenwerking : beurs aan Ilya TSURIN, Rusland.<br />

Organisaties:<br />

• Elementaire-Deeltjesfysica<br />

Onderzoekers:<br />

• Eddi De Wolf<br />

Het paneel 'De Heilige Barbara' <strong>van</strong> Jan <strong>van</strong> Eyck: ondertekening of volwaardig kunstwerk ?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project willen we nagaan of Jan Van Eyck het schilderproces <strong>van</strong> het paneel `De Heilige Barbara' vroegtijdig heeft afgebroken of<br />

niet. Indien het om een onafgewerkt schilderij gaat, dan levert dit schilderij unieke informatie over de eerste fase <strong>van</strong> het creatieproces dat Jan Van<br />

Eyck in dit werk heeft toegepast. Daarom leent dit meesterwerk zich tot een reconstructie-onderzoek.<br />

Organisaties:<br />

• AXiL<br />

Onderzoekers:<br />

• Koen Janssens<br />

Regulatie <strong>van</strong> apoptose in neutrofielen door de insuline-achtige groeifactor IGF-I en inflammatoire cytokines.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: -De insuline-achtige groeifactor IGF-I heeft een grote invloed op de homeostase in het immuunsysteem via regulatie <strong>van</strong><br />

cytokineproductie, proliferatie en apoptose. Apoptose <strong>van</strong> neutrofielen is essentiëel in de regulatie <strong>van</strong> onstekingsreacties en wij hebben getoond<br />

dat IGF-I de spontane en fas-geinduceerde apoptose <strong>van</strong> humane neutrofielen remt. Dit project is gericht op onderzoek naar de regulatie <strong>van</strong><br />

apoptose in neutrofielen door IGF-I en proinflammatoire cytokines. We bestuderen de interacties tussen IGF-I en de proinflammatoire cytokines die<br />

apoptose inhiberen, en de mechanismes die hierbij zijn betrokken. We onderzoeken de effecten op fas-geinduceerde activatie <strong>van</strong> caspases, en<br />

depolarisatie <strong>van</strong> de mitochondriale membraan via eiwitten behorende tot de Bcl-2 familie. Daarnaast onderzoeken we structurele veranderingen in<br />

het mitochondrion en in het fas-geassocieerde death-inducing signalling complex. Verder zullen we de rol <strong>van</strong> verschillende kinases (ERK, PI3K) en<br />

inhibitoren <strong>van</strong> apoptose (IAP, FLIP) bestuderen. In verschillende muizenmodellen zullen we de in vivo effecten <strong>van</strong> IGF-I op apoptose<br />

onderzoeken en het belang de apoptose-inhiberende effecten <strong>van</strong> IGF-I voor ontstekingsprocessen (bijv. IGF-I receptor knock out muizen).<br />

Apoptose in neutrofielen is sterk verschillend <strong>van</strong> dat in andere celtypes, en omdat IGF-I, naast GM-CSF, een sterke inhibitor <strong>van</strong> apoptose in<br />

neutrofielen is, zal dit onderzoek ook leiden tot meer inzicht in de bijzondere regulatie <strong>van</strong> apoptose in deze cellen.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacologie<br />

Onderzoekers:<br />

• RON KOOIJMAN<br />

Lexicale en morfosyntactische ontwikkeling bij jonge kinderen met een cochleaire implantatie : een crosslinguïstisch<br />

onderzoek <strong>van</strong> het Nederlands en het Hebreeuws.


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: (1) De studie <strong>van</strong> de lexicale en morfosyntactische aspecten <strong>van</strong> de taalverwerving in een populatie <strong>van</strong> CI kinderen, in vergelijking met<br />

een groep <strong>van</strong> NH kinderen (gelijk(e) leeftijd I taalontwikkelingniveau). In dit opzicht sluit het dit project perfect aan bij het lopende FWO<br />

Onderzoeksproject over spraak- en taalverwerving bij jonge CI kinderen.<br />

(2) Een crosslingurstische vergelijking <strong>van</strong> gematchte CI kinderen die Nederlands resp. Hebreeuws als moedertaal verwerven. waardoor de<br />

toetsing <strong>van</strong> specifieke hypothesen over taalverwervingsmechanismen mogelijk wordt, gezien de interessante opposities tussen deze typologisch<br />

heel verschillende talen (zie verder).<br />

De afgeleide doelstellingen hebben betrekking op interventieprogramma.s na een CI. discrepanties tussen de verwerving bij CI en NH kinderen.<br />

kunnen specifieke repercussie hebben voor interventieprogramma's.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Etienne Gillis<br />

Structuur, topologie en dynamica <strong>van</strong> (bio)polymeren<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: De studie <strong>van</strong> biopolymeren zoals DNA, RNA, enzymen, moleculaire motoren, ... gebeurt traditioneel met technieken uit de biochemie.<br />

Recentelijk is het evenwel mogelijk geworden om deze moleculen te manipuleren met fysische technieken zoals de atomaire kracht microscoop,<br />

optische pincetten ('optical tweezers'), ... [1,2]. Hiermee kan men kwantitatieve resultaten bekomen over bindingskrachten, snelheden <strong>van</strong><br />

moleculaire motoren, ... Dit leidt tot een nieuw interdisciplinair onderzoeksdomein aan de grens <strong>van</strong> natuurkunde en moleculaire biologie dat soms<br />

kwantitatieve biologie genoemd wordt. In de theoretische beschrijving <strong>van</strong> deze experimenten speelt statistische mechanica een belangrijke rol<br />

omdat in de nanowereld <strong>van</strong> biomoleculen fluctuaties niet verwaarloosd kunnen worden.<br />

Biopolymeren nemen in vivo een welbepaalde structuur aan die meestal <strong>van</strong> belang is voor hun correct functioneren. Onder invloed <strong>van</strong> externe<br />

factoren kan deze structuur gewijzigd worden. Zo kunnen de twee ketens <strong>van</strong> DNA <strong>van</strong> mekaar losgemaakt worden.<br />

Gebeurt de structuurwijziging door opwarming dan spreekt men <strong>van</strong> denaturatie, in het geval er externe krachten worden aangelegd <strong>van</strong><br />

openritsing ('unzipping'). Een eerste thema <strong>van</strong> dit project betreft het modelleren <strong>van</strong> de dynamica <strong>van</strong> denaturatie en openritsing en dan in het<br />

bijzonder voor RNA. De nadruk ligt op hetgeen er gebeurt op grote lengteschalen en lange tijdsschalen. De studie <strong>van</strong> deze processen start <strong>van</strong><br />

een bestaand model voor de evenwichtstructuur <strong>van</strong> het betrokken polymeer en voegt daar een zo realistisch mogelijke dynamica aan toe. Er<br />

bestaan talrijke modellen die een beschrijving geven <strong>van</strong> de structuur <strong>van</strong> DNA op grote [3,4] en kleinere lengteschalen [5]. Wat RNA betreft<br />

bestonden er tot voor kort echter enkel modellen <strong>van</strong> het moleculaire veld type [6]. Recent introduceerde ik [7,8] een roostermodel voor RNA.<br />

Voorafgaand aan de dynamische studies wil ik als tweede thema in dit project dit RNA-model verder verfijnen en onderzoeken. Andere dynamische<br />

verschijnselen waarvoor ik interesse betoon zijn translocatie en de polymerisatieprocessen waarbij DNA/RNA in cellen worden gemaakt. Tenslotte<br />

wil ik ook de eigenschappen <strong>van</strong> knopen in (geadsorbeerde) polymeren bestuderen. Naast hun biologische rele<strong>van</strong>tie [9] vormen topologische<br />

kenmerken en hun invloed op dynamisch gedrag een interessant onderzoeksthema binnen de polymeerfysica zelf. Vanwege hun grootte vormen<br />

DNA-ketens een geschikt materiaal om deze effecten te bestuderen. We vermelden hier een zeer recente studie waarbij met een optisch pincet een<br />

knoop in DNA gemaakt werd en de dynamica <strong>van</strong> dit object dan met fluorescentietechnieken gevolgd werd [10].<br />

Referenties<br />

1.T.R. Strick et al., Physics Today, 54 oktober, 46 (2001).<br />

2.J.F. Marko and S. Cocco, Physics World, 16 maart, 37 (2003).<br />

3.D. Poland and H.A. Scheraga, J. Chem. Phys. 45, 1456 (1966).<br />

4.M.S. Causo, B. Coluzzi and P. Grassberger, Phys. Rev. E62, 3958 (2000).<br />

5.M. Peyrard and A.R. Bishop, Phys. Rev. Lett. 62, 2755 (1989).<br />

6.R. Bundschuh and T. Hwa, Phys. Rev. Lett. 83, 1479 (1999).<br />

7.P. Leoni and C. Vanderzande, Phys. Rev. E68, 051904 (2003).<br />

8.P. Leoni, Ph. D. Thesis, Limburgs Universitair Centrum (2003).<br />

9.A.D. Bates and A. Maxwell, 'DNA-topology', IRL Press (1993).<br />

10.X.R. Bao, H.J. Lee and S.R.Quake, Phys. Rev. Lett. 91,265506 (2003).<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische Fysica<br />

Onderzoekers:<br />

• Carlo VANDERZANDE<br />

Studie <strong>van</strong> de mechanismen die ten grondslag liggen aan de immuun modulerende effecten <strong>van</strong> alcohol in het<br />

maagdarmkanaal: betrokkenheid <strong>van</strong> een bidirectionele interactie <strong>van</strong> cellen en (afferente) zenuwbanen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Studie <strong>van</strong> de mechanismen die ten grondslag liggen aan de immuun modulerende effecten <strong>van</strong> alcohol in het maagdarmkanaal:<br />

betrokkenheid <strong>van</strong> een bidirectionele interactie <strong>van</strong> cellen en (afferente) zenuwbanen.<br />

Organisaties:<br />

• Celbiologie en histologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean-Pierre Timmermans<br />

Boring <strong>van</strong> de Bosumtwi inslagkrater (Ghana), petrologie en geochemie <strong>van</strong> de impacties.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: -Einde <strong>van</strong> dit jaar begint het internationaal diepboringsprojekt in de Bosumtwi krater in Ghana, gefinancierd door ICDP (International<br />

Continental Scientific Drilling Program). De krater werd door een asteroide- of inslagkomeet ~ 1.07 miljoen jaar geleden gevormd en bevat sinds<br />

dan een ~ 8 km groot meer. Dit ICDP-project heeft twee doelen: 1) karakterisering <strong>van</strong> de inslag lithologie om de kratervormingsprocessen te<br />

ontrafelen en 2) de evolutie <strong>van</strong> het paleoklimaat over het laaste miljoen jaar te reconstrueren op basis <strong>van</strong> de sedimenten, die in de Bosumtwi<br />

meer afgezet werden. De inslaggesteenten, suevieten en gesmolten materialen zullen beschreven en bemonsterd worden tijdens de boring in<br />

Ghana. Dan volgt in het lab een petrologische studie aan de hand <strong>van</strong> slijpplaatjes. De platina groep elementen (PGE) zullen gemeten worden in<br />

dit materiaal door ICP-MS om te bepalen welke soort meteoriet verantwoordelijk is voor deze inslag. Deze identificatie is nodig om de flux en<br />

oorsprong <strong>van</strong> de verschillende projectielen op aarde te karakteriseren doorheen de geologische tijd. De Bosumtwi meersedimenten bevatten ook<br />

informatie over klimaatsverandering in de belangrijke zone tussen de tropen en de droge Sahel. De bedoeling is dus ook stalen te nemen <strong>van</strong> de<br />

meersedimenten om in 2005, samen met collegae <strong>van</strong> de VUB en de Ugent, een FWO kredietaanvraag in te dienen met paleoklimaat<br />

reconstructies als onderwerp.<br />

Organisaties:


• Geologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Philippe CLAEYS<br />

Thermische Brownse Motor<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het betreft een overeenkomst tussen het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen en het L.U.C. (promotor C. Van den<br />

Broeck) voor de periode <strong>van</strong> 01.01.2005 tot 31.12.2008.<br />

Het project beoogt de studie <strong>van</strong> een totaal nieuwe Brownse motor. Het beoogt:<br />

1. de berekening <strong>van</strong> de eigenschappen (snelheid, efficiëntie enz) <strong>van</strong> een algemene drie-dimensionale motor met convexe samenstellende<br />

stukken via een veralgemening <strong>van</strong> onze perturbatieve oplossing <strong>van</strong> de Boltzmann vergelijking, met bijzondere aandacht voor de invloed <strong>van</strong><br />

andere manieren om de symmetrie te breken.<br />

2. geleid door deze theoretische resultaten, een extensief onderzoek via moleculaire dynamica simulaties <strong>van</strong> interessante testgevallen<br />

3. het ontwerpen <strong>van</strong> een nieuwe (snelle) simulatietechniek gebaseerd op de Boltzmann vergelijking, die tegelijk ook als controle zal fungeren <strong>van</strong><br />

de bekomen theoretische resultaten<br />

4. alternatieve constructies zullen worden onderzocht.<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische Fysica<br />

Onderzoekers:<br />

• Christian VAN DEN BROECK<br />

Civiele maatschappij en internationale akkoorden.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• OE Inst. Internationaal Europees Beleid<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Develtere<br />

• Rafael Peels<br />

W&T samenwerking : beurs aan A. OLENEV, Rusland.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: W&T samenwerking : beurs aan A. OLENEV, Rusland.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Gustaaf Van Tendeloo<br />

Bevraging Vlaamse Parlementsleden over wetenschap, technologie en innovatiebeleid. Inclusief organiseren en en<br />

begeleiden <strong>van</strong> een tweetal focusgroepen met perlementsleden over de bevindingen, hun betekenis, interpretatie en<br />

implicaties.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Abstract niet beschikbaar.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MARK ELCHARDUS<br />

• Sven SANCTOBIN<br />

Verkennend onderzoek over de mogelijkheden <strong>van</strong> een investeringsfonds in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Verkennend onderzoek over de mogelijkheden <strong>van</strong> een investeringsfonds in Vlaanderen.<br />

Organisaties:<br />

• Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Guido De Brabander<br />

Informatiebeleid voor de jeugd.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Tegenwoordig worden jongeren, door de groeiende kennis ¿ en informatiemaatschappij, overspoeld door informatie over tal <strong>van</strong><br />

onderwerpen. Er is een overaanbod aan informatie waardoor zij het bos door de bomen niet meer zien. Dit bemoeilijkt het nemen <strong>van</strong> de juiste<br />

beslissingen. Immers, niet alle informatie is even objectief en duidelijk, noch gerelateerd aan hun informatiebehoeften. Bovendien is de informatie<br />

niet altijd bereikbaar of toegankelijk. Jongeren hebben nood aan meer op hen toegespitste informatie om duidelijkheid te krijgen over wat hun<br />

mogelijkheden zijn om er vervolgens zelf iets mee te kunnen doen. Adequate informatie is daarom een eerste vereiste opdat jongeren hun weg in<br />

de huidige samenleving vinden.<br />

Dit onderzoek, inventariserend en verkennend <strong>van</strong> aard, beoogt de ontwikkeling <strong>van</strong> een samenhangend informatiebeleid voor de jeugd. Meer<br />

bepaald wordt er op basis <strong>van</strong> een veldbeschrijving nagegaan welke actoren een expliciete functie vervullen met betrekking tot jeugdinformatie en<br />

binnen welke beleidsdomeinen expliciete informatie-initiatieven worden opgezet. Daarnaast wordt met behulp <strong>van</strong> diepte-interviews onderzocht in<br />

welke mate de informatie terecht komt bij de beoogde doelgroep en op welke wijze de doelgroep wordt betrokken bij de totstandkoming <strong>van</strong><br />

informatie.<br />

Op basis <strong>van</strong> de onderzoeksresultaten zullen beleidsaanbevelingen worden geformuleerd aan de Vlaamse overheid over het huidige aanbod.<br />

Bovendien zullen er suggesties worden geleverd om de participatie <strong>van</strong> jongeren in het informatieaanbod te verhogen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:


• Dimitry Mortelmans<br />

• Michel Walrave<br />

• Heidi Vandebosch<br />

Project monniksgieren in Dierenpark Planckendael.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Project monniksgieren in Dierenpark Planckendael.<br />

Organisaties:<br />

• Gedragsbiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Mark Nelissen<br />

• Han Weetjens<br />

Derivation of human embryonic stem cells carrying cystic fibrosis ans study of factors influencing the derivation of lung<br />

epithelial cells from normal human embryonic cells.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Vruchtbaarheid<br />

Organisaties:<br />

• Embryologie en Menselijke Genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• INGEBORG LIEBAERS<br />

Efficiënte niet-lineaire kleinste kwadraten methodes voor sinusoïdale modellering <strong>van</strong> audio en spraak (type 1).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Efficiënte niet-lineaire kleinste kwadraten methodes voor sinusoïdale modellering <strong>van</strong> audio en spraak (type 1).<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Van Dyck<br />

• Wim D'haes<br />

Uitbreiding en voortzetting <strong>van</strong> de begeleidende activiteiten in het kader <strong>van</strong> EU-SILC (European Union Statistics on<br />

Income and Living Conditions).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het is de bedoeling om, in samenwerking met de betrokken personen binnen de Algemene Directe Statistiek en Economische informatie,<br />

de op het CSB ontwikkelde modellen aan te passen aan SILC 2004 en bij de genoemde directie de nodige methodes te introduceren voor de<br />

imputatie <strong>van</strong> non-response op inkomensvragen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Gerlinde Verbist<br />

• Bea Cantillon<br />

• Cornelius Van den Bosch<br />

Onderzoek naar microbiciden in een modelsysteem <strong>van</strong> dendritische cellen en T cellen, met speciale aandacht voor<br />

synergistische combinaties en het vermijden <strong>van</strong> resistentie-ontwikkeling.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit doctoraatsproject kadert in het Europese EMPRO project, dat nieuwe kandidaat-microbiciden (preventieve anti-HIV middelen) wil<br />

ontwikkelen. Binnen EMPRO worden nieuwe producten ontworpen, die op verschillende fasen <strong>van</strong> de viruscyclus inwerken voorafgaande aan<br />

integratie. Deze moeten dan in een aantal in vitro en in vivo modellen met elkaar vergeleken worden, om ten slotte een klein aantal ook in fase 1<br />

trial te brengen.<br />

Onze taak in het project is producten te testen voor hun activiteit en toxiciteit in een model systeem, dat de belangrijkste doelwitcellen, betrokken bij<br />

heteroseksuele transmissie nabootst. Het gaat dan om dendritische cellen en autologe CD4 T cellen. We hebben al een aantal actieve en weinig<br />

toxische producten <strong>van</strong> verschillende klassen geïdentificeerd.<br />

Een potentieel probleem <strong>van</strong> de bewust bedoelde laagdrempeligheid <strong>van</strong> microbiciden is het risico op transmissie <strong>van</strong> resistente virussen. Het is<br />

immers waarschijnlijk dat deze producten zullen gebruikt worden door HIV-geïnfecteerde vrouwen, die zich <strong>van</strong> hun serostatus niet bewust zijn.<br />

Herhaaldelijk gebruik <strong>van</strong> microbiciden zou tot resistente virussen kunnen leiden en secundair tot transmissie <strong>van</strong> deze resistente virussen<br />

Een eerste specifiek objectief voor het huidige doctoraatsproject is te onderzoeken welke producten uit verschillende klassen synergistische<br />

activiteit (zonder toegenomen toxiciteit) vertonen in ons modelsysteem.<br />

Een tweede objectief is producten te vergelijken voor het gemak waarmee ze in ons modelsysteem HIV resistentie kunnen induceren. Dit kan ook<br />

helpen om tussen producten met gelijkaardige hoge activiteit en lage toxiciteit diegenen te selecteren waartegen het minst gemakkelijk resistentie<br />

kan uitgelokt worden.<br />

Organisaties:<br />

• Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)<br />

Onderzoekers:<br />

• Guido Vanham<br />

• Katty Terrazas Aranda<br />

Safeguards in a World of Ambient Intelligence. (SWAMI)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Interdiscpilaire analyse <strong>van</strong> de sociale, economische, juridische, technologische en ethische vraagstukken ivm privacy, identiteit en<br />

veiligheid in Ambient Inteligence (AmI)<br />

Organisaties:<br />

• Recht Wetenschap Technologie en Samenleving<br />

• Metajuridica<br />

Onderzoekers:<br />

• Anna MOSCIBRODA<br />

• SERGE GUTWIRTH<br />

• Michiel VERLINDEN


INSAFETY- Infrastructure and safety.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project beoogt het gebruik <strong>van</strong> intelligente, intuïtieve en kostbesparende combinaties <strong>van</strong> nieuwe technologieën en traditionele<br />

infrastructuren te combineren om de veiligheid op de weg te verhogen.<br />

Organisaties:<br />

• Bedrijfseconomie en Strategisch Beleid<br />

Onderzoekers:<br />

• CATHY MACHARIS<br />

Dynamisch onderzoek op de straatlaag <strong>van</strong> kleinschalige bestratingselementen<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Via een dynamisch onderzoek en simulatie in het labo worden de oorzaken <strong>van</strong> verzakkingen <strong>van</strong> het wegdek in elementenverhardingen<br />

opgespoord. Door onderzoek op materialen in labo en in in situ worden materiale uitgetest en wegstructuren opgesteld die in functie <strong>van</strong> de<br />

bouwklassen kunnen weersataan aan de belastingen. Proefvakken worden aangelegd. DEM analysen moeten het mogelijk maken nieuwe<br />

bestatingelementen te ontwikkelen die beter voldoen aan zware belastingen.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

• Vakgroep Bouwkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Ampe<br />

Haalbaarheidsstudie Vrouwenhuis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project bestaat uit twee studies die de bedoeling hebben het emancipatiebeleid <strong>van</strong> de Stad Antwerpen te ondersteunen. De<br />

specifieke doelstellingen worden als volgt geformuleerd :<br />

- Een vergelijking <strong>van</strong> bestaande initiatieven wat betreft Vrouwenhuizen in Vlaanderen (met daarbij oog voor de toegankelijkheid <strong>van</strong> die<br />

initiatieven, het financiële plaatje, de gebruikers, ...) en een inventaris <strong>van</strong> de haalbaarheid <strong>van</strong> een dergelijk initiatief in Antwerpen.<br />

- Diversiteitsgevoelig maken <strong>van</strong> de dataverzameling <strong>van</strong> de Stad Antwerpen.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Sonja Spee<br />

Kankeronderzoek<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het project is de ontwikkeling en evaluatie <strong>van</strong> nieuwe stationaire fasen voor de scheiding <strong>van</strong> chirale (antitumorale)<br />

componenten m.b.v. capillaire electrochromatografie (CEC). Chiraliteit is een belangrijke eigenschap <strong>van</strong> een groot aantal geneesmiddelmoleculen.<br />

Methoden moeten voorgelegd worden (b.v. eis <strong>van</strong> FDA) die in staat zijn het enantiomerenmengsel te scheiden. Dit kan b.v. via CEC. In dit project<br />

worden nieuwe types <strong>van</strong> stationaire fasen, speciaal voor CEC toepassingen, geevalueerd. Het handelt om kleine-partikels stationaire fasen,<br />

evenals om monolitische kolommen. Deze laatste trachten we zelf te synthetiseren.<br />

Organisaties:<br />

• Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Y<strong>van</strong> VANDER HEYDEN<br />

• JOHANNA VERBEKE<br />

Data-analyse en rapportering <strong>van</strong> een survey <strong>van</strong> de Belgische markt <strong>van</strong> Human Resources managers en algemene<br />

directeurs <strong>van</strong> bedrijven.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Survey data mbt Belgische HR managers werden geanalyseerd en de resultaten gerapporteerd<br />

Organisaties:<br />

• Arbeids- en Organisatiepsychologie<br />

Onderzoekers:<br />

• PETER THEUNS<br />

Groenindicatoren :<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Inventaris en analyse <strong>van</strong> groenindicatoren in Vlaanderen, ontwikkeling <strong>van</strong> een actieprogramma.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke Ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• David PROOT<br />

• LUC HENS<br />

Modellen voor de bepaling en voorspelling <strong>van</strong> het effect belangrijke milieuverontreinigende stoffen op de mariene en<br />

zoetwater ecosystemen en biodiversiteit (MODELKEY).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een <strong>van</strong> de belangrijke oorzaken <strong>van</strong> een onvoldoende ecologische toestand en een verminderde biodiversiteit in zoetwater en mariene<br />

ecosystemen is stres t.g.v. verontreiniging. In de kaderrichtlijn water wordt de kwaliteitstoestand <strong>van</strong> aquatische ecosystemen geevalueerd op basis<br />

<strong>van</strong> hydromorfologische, fysisch-chemische en biologische parameters en een lijst <strong>van</strong> zogenaamde prioritaire polluenten. Dit resulteert in een<br />

grove kwaliteitsschatting, maar maakt het niet mogelijk om een goede diagnose te stellen of een inschatting te maken <strong>van</strong> de mogelijke toxische<br />

impact ten gevolge <strong>van</strong> aanwezige polluenten en zeker ook niet om een oorzaak-effect relatie vast te stellen tussen chemische verontreiniging en<br />

de afname <strong>van</strong> de biodiversiteit. Momenteel wordt hieraan weinig aandacht besteedt en zijn de middelen daarvoor ook beperkt. Modelkey is er op<br />

gericht om een aantal <strong>van</strong> deze kennishiaten in te vullen zodat een betere oorzaak-effect relatie en impact inschatting gemaakt kan worden.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:


• Eric de Deckere<br />

Botanische waarden in de Zegge.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Botanische waarden in de Zegge.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

Peptide- and proteïn mimetics: a combinatorial approach via privileged templates.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Peptide- and proteïn mimetics: a combinatorial approach via privileged templates.<br />

Organisaties:<br />

• Medicinale chemie (UAMC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Achiel Haemers<br />

• Koen Augustyns<br />

Inzicht verwerven in het fenomeen <strong>van</strong> de "nieuwe vrijwilliger" in vergelijking met het traditionele vrijwilligerstype.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Net als de rest <strong>van</strong> de samenleving is de sector <strong>van</strong> vrijwilligerswerk onderworpen aan de processen <strong>van</strong> culturele diversificatie. Steeds<br />

meer vervaagt het traditionele beeld <strong>van</strong> de jeugdwerkvrijwilliger onder de druk <strong>van</strong> de recente maatschappelijke transformaties. Zowel in de<br />

wetenschappelijke literatuur als in de vaktaal komt men de term "nieuwe vrijwilliger" tegen, hetgeen naar de vrijwilliger verwijst met een compleet<br />

nieuwe set <strong>van</strong> motivaties, waarden en verwachtingen. De bedoeling <strong>van</strong> dit onderzoek, dat in samenwerking met de Stedelijke Jeugddienst<br />

Antwerpen wordt georganiseerd, ligt in de exploratie en in zowel theoretische als empirische onderbouw <strong>van</strong> het fenomeen <strong>van</strong> de nieuwe<br />

vrijwilliger. Wat beweegt deze mensen, wat hopen ze te vinden en welke obstakels komen ze tegen op de weg naar de realisatie <strong>van</strong> deze hopen ?<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dimitry Mortelmans<br />

Deelname aan de Posthumus onderzoeksschool (Nederland).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deelname aan de Posthumus onderzoeksschool (Nederland).<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor stadsgeschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• Bruno Blondé<br />

Simulation of Soil Organic Carbon Storage and Changes in Agricultural Crop Land in China and Its Impact on Food<br />

Security’<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Abstract nog niet beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur<br />

• Vakgroep Plantaardige Productie<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert Haesaert<br />

• Geert Baert<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> energie-bewuste software aanpassingstechnieken voor embedded systemen: deel 2.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit onderzoek is de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe heuristieken en werktuigen voor het meten en optimaliseren <strong>van</strong> het vermogen<br />

en geheugenverbruik <strong>van</strong> een embedded software systeem. De ontwikkelde heuristieken en werktuigen richten zich op een zo hoog mogelijk<br />

abstractieniveau en hebben als specifiek doel het exploreren <strong>van</strong> de datastructuren gebruikt binnen het embedded software systeem.<br />

Organisaties:<br />

• Computational modelling en programming<br />

Onderzoekers:<br />

• Tom Dhaene<br />

Publicatie : "De arbeidsgerechten en hun lekenrechters".<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Publicatie : "De arbeidsgerechten en hun lekenrechters".<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor rechtssociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francis Van Loon<br />

Strategische analyse dienstig als onderbouw voor het langetermijnbeleid <strong>van</strong> het stedelijk waterbedrijf.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De studie is een korte adviesopdracht over het strategische beleid <strong>van</strong> de stad inzake de voorziening met drinkwater <strong>van</strong> de inwoners en<br />

bedrijven, gelet op de veranderingen die aan de gang zijn in deze sector.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Aviel Verbruggen


Studie en implementatie <strong>van</strong> een verhoogd beveiligingsbeleid in CIPAL.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Studie en implementatie <strong>van</strong> een verhoogd beveiligingsbeleid in CIPAL.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> kwantumsystemen en complexe systemen<br />

Onderzoekers:<br />

• Alfonsius Brosens<br />

Verbetering <strong>van</strong> de onderwijskansen <strong>van</strong> kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele problemen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Verbetering <strong>van</strong> de onderwijskansen <strong>van</strong> kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele problemen.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoek onderwijs en professionele ontwikkeling - REPRO<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Mahieu<br />

Optimalisatie <strong>van</strong> de teelttechniek <strong>van</strong> het eiwitgewas Lupinen en inpasbaarheid in de dierlijke en menselijke voeding<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Het project spitst zich toe op het eiwitgewas lupinen (Lupinus l.) en wil drie grote doelstellingen realiseren:<br />

1) Op punt stellen <strong>van</strong> de teelt <strong>van</strong> lupinen in Belgie in zonderheid rassenkeuze en onkruidbestrijding.<br />

2) Informatie verzamelen omtrent de nutritionele waarde <strong>van</strong> lupinen en dit zowel voor de dierlijke als voor de menselijke voeding.<br />

3) Het aflijnen <strong>van</strong> de mogelijkheden <strong>van</strong> lupinen op het vlak <strong>van</strong> voedingsmiddelentechnologie en diëtetiek.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur<br />

• Departement Gezondheidszorg Vesalius<br />

• Vakgroep Levensmiddelen- en Agrotechnologie<br />

• Vakgroep Voeding en Diëtetiek<br />

Onderzoekers:<br />

• Joos Latré<br />

• Kevin Dewitte<br />

• Marianne De Meerleer<br />

• Mia Verschraegen<br />

Simulatiemodel doorlooptijden vrachtwagens.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project heeft tot doel een simulatiemodel op te bouwen (en te valideren) dat toelaat de doorlooptijden <strong>van</strong> vrachtwagens op de site<br />

<strong>van</strong> de opdrachtgever accuraat te simuleren onder wisselende beïnvloedende werkparameters.<br />

De doorlooptijd beslaat de tijd tussen de aankomst <strong>van</strong> een vrachtwagen op de site en het moment dat de vrachtwagen het terrein weer verlaat.<br />

Het uiteindelijke model moet in staat zijn management- en investeringstbeslissingen te onderbouwen, door middel <strong>van</strong> het simuleren <strong>van</strong><br />

verschillende rele<strong>van</strong>te "what-if" scenario's, waarbij een optimaal scenario naar voren komt in het model.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Inneke Van Nieuwenhuyse<br />

Ontwerp <strong>van</strong> Nieuwe Superbasische Katalysatoren voor Alkeen Isomerisatie en Triglyceride Transesterificatie<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Katalyse is een discipline uit de chemie en de chemische technologie die de verandering in snelheid en productselectiviteit <strong>van</strong> een<br />

chemische reactie bestudeert als gevolg <strong>van</strong> de deelname <strong>van</strong> een stof genaamd katalysator. Wanneer de katalysator onoplosbaar is in het<br />

reactiemilieu, spreekt men <strong>van</strong> heterogene katalyse. Verschillende types katalysatoren laten toe zowel zure, basische als redox reacties te<br />

katalyseren. In de afgelopen decennia is het belang <strong>van</strong> de heterogene katalyse sterk toegenomen, als gevolg <strong>van</strong> een aantal voordelen, dewelke<br />

allen bijdragen tot deuitbouw <strong>van</strong> duurzame technologieën.Meer specifiek laat de inzet <strong>van</strong>heterogene katalysatoren toe verhoogde omzettingen<br />

<strong>van</strong> een chemische reactie te combineren met sterk verhoogde productselectiviteit. Dit laatste resulteert in de verminderde aanmaak <strong>van</strong><br />

bijproducten, en dientengevolge de daling <strong>van</strong> een negatieve milieu-impact. De verlaging <strong>van</strong> de reactietemperatuur leidt tot lagere werkings en<br />

onderhoudskosten <strong>van</strong> de chemische<br />

Organisaties:<br />

• Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre Jacobs<br />

• Roxana Melania Bota<br />

Nadere uitwerking <strong>van</strong> de bescherming <strong>van</strong> waardevolle bodems<br />

Universiteit Gent<br />

Abstract: De opdracht omvat de uitbouw <strong>van</strong> een referentiekader voor waardevolle bodems in Vlaanderen met het oog op de mogelijkheid haar te<br />

beschermen tegen verstoring. Het project omvat het vastleggen <strong>van</strong> definities en begrippen, inventarisatie en verwerking <strong>van</strong> vnl. literatuur tot een<br />

geografische benadering <strong>van</strong> de bodemwaardering <strong>van</strong> het Vlaamse grondgebied. Er wordt eveneens een inventarisatie <strong>van</strong> de bestaande en<br />

potentiële bedreigingen opgesteld.<br />

Organisaties:<br />

• Vakgroep Geologie en bodemkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Eric Van Ranst<br />

Pediatrische Granulomateuze Arthritis: Internationaal Register en DNA bank Onderzoeksproject<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Prospectieve internationale multicentrische databank, DNA bank en fundamentele onderzoeksprojecten.<br />

Organisaties:<br />

• Laboratorium Kinderimmunologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Carine Wouters


Preventieve en curatieve slibbehandelingstechnieken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Preventieve en curatieve slibbehandelingstechnieken.<br />

Organisaties:<br />

• Plantenproductie- en Stresstolerantie (PESTO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jan Baeyens<br />

Programmeren <strong>van</strong> een gebruikersinterface in V-basic ter ondersteuning <strong>van</strong> een benchmarking tool.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Programmeren <strong>van</strong> een gebruikersinterface in V-basic ter ondersteuning <strong>van</strong> een benchmarking tool.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Nico Vandaele<br />

Impact <strong>van</strong> het innen <strong>van</strong> supplementen op toegankelijkheid <strong>van</strong> de gezondheidszorg.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Er is een voortdurende bezorgdheid <strong>van</strong> de maatschappij en de overheid over de toegankelijkheid <strong>van</strong> onze gezondheidszorg. In deze<br />

studie zal nagegaan worden of de evolutie in directe eigen betalingen (vnl supplementen) en private ziekteverzekering hierop een negatieve impact<br />

heeft. Meer specifiek zullen we:<br />

-een literatuuronderzoek uitvoeren over effecten <strong>van</strong> directe eigen betalingen in de gezondheidszorg en het afsluiten <strong>van</strong> aanvullende (private)<br />

verzekeringen;<br />

-de om<strong>van</strong>g en de aard <strong>van</strong> de supplementen in België voor de periode 1996-2003 berekenen alsook de socio-economische karakteristieken <strong>van</strong><br />

de patiënten die ze genereren en betalen(op basis <strong>van</strong> gegevens ter beschikking gesteld door het IMA);<br />

-via geëigende econometrische technieken<br />

*determinanten voor het afsluiten <strong>van</strong> private verzekeringen bepalen;<br />

*de impact <strong>van</strong> een aanvullende verzekering op de kans en de duur <strong>van</strong> de hospitalisatie bepalen met correctie voor de gedragseffecten <strong>van</strong><br />

supplementen.<br />

Organisaties:<br />

• Algemene economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Diana De Graeve<br />

Metabolic engineering and dynamic modelling of E. coli for the production of chemicals from renewable resources<br />

(MEMORE).<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project beoogt de ontwikkeling <strong>van</strong> methodologiën, moleculaire werktuigen en know-how in metabolische engineering <strong>van</strong> Escherichia<br />

coli, als een modelorganisme. Genetische modificaties die de metabolische flux moeten heroriënteren naar een bepaald product, om de<br />

overproductie er<strong>van</strong> te promoten, worden aangebracht op basis <strong>van</strong> doordachte en uitgewerkte voorspellingen gebaseerd op de kennis <strong>van</strong> de<br />

biochemie en de enzymologie <strong>van</strong> het centraal metabolisme. Deze voorspellingen worden uiteindelijk experimenteel getoetst. Als proof of principle<br />

wordt deze strategie uitgewerkt voor de overproductie <strong>van</strong> succinaat. Wiskundige modellen <strong>van</strong> het metabolisch netwerk en de regulaties er<strong>van</strong><br />

worden gebruikt om de gepaste genetische targets te identificeren voor een rationele verbetering <strong>van</strong> de productie, dit moet het proces aanzienlijk<br />

versnellen. Dit multidisciplinair project wordt uitgevoerd door een consortium <strong>van</strong> vier laboratoria met zeer diverse experimentele en theoretische<br />

expertise en know-how. Samen moet dit leiden tot de ontwikkeling <strong>van</strong> steady state en dynamische metabolische modellering <strong>van</strong> het centraal<br />

metabolisme.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• DANIEL CHARLIER<br />

• RAYMOND CUNIN<br />

Risicoanalyse ten behoeve <strong>van</strong> de burgerlijke hulpdiensten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project wil de bestaande localisatie <strong>van</strong> de burgelijke hulpdiensten analyseren. Het omvat de brandweerdiensten, civiele bescherming<br />

en de medische interventiediensten. De klemtoon zal komen te liggen op de brandweerdiensten. Het studiedomein is nationaal België. De volgende<br />

dimensies <strong>van</strong> het onderzoek worden belicht: afdekking <strong>van</strong> het grondgebied, interventietijden, optimalisatie <strong>van</strong> de localisatie <strong>van</strong> de eenheden,<br />

dimensionering <strong>van</strong> de eenheden en de capaciteitvoorzieningen.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Nico Vandaele<br />

Een fase IV, gerandom., monocentrische studie, om het immunogeen vermogen, <strong>van</strong> Engerix-B in een multidosis vorm<br />

ten opzichte <strong>van</strong> Engerix-B in een monodosis vorm, toegediend volgens een 0, 1, 6 maand schema bij gezonde<br />

volwassenen ouder dan 18<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deze studie heeft tot doel het immunogeen vermogen te vergelijken <strong>van</strong> twee vormen <strong>van</strong> het GSK Biologicals' hepatitis B vaccin,<br />

EngerixTM-B. De monodosis vorm <strong>van</strong> EngerixTM-B, die sporen <strong>van</strong> thiomersal als rest <strong>van</strong> het zuiveringsproces bevat, wordt vergeleken<br />

(controlegroep) met de multidosis vorm <strong>van</strong> EngerixTM-B dewelke 5 mg/ml 2-phenoxyethanol als bewaarmiddel bevat (interventiegroep). In een<br />

voorgaande studie in de Filippijnen kon de non-inferioriteit wat betreft immunogeen vermogen <strong>van</strong> de formulering met 2-phenoxyethanol niet<br />

aangetoond worden in vergelijking met multidosis vorm <strong>van</strong> EngerixTM-B die thiomersal als bewaarmiddel bevat. Deze fase IV, eenzijdig blinde,<br />

gerandomiseerde, monocentrische studie onderzoekt het immunogeen vermogen <strong>van</strong> beide vaccins bij 280 gezonde volwassen vrijwilligers (2 x<br />

140). De toediening <strong>van</strong> de vaccins (1,0 ml of 20 µg HBs Ag) gebeurt in beide groepen volgens een 0, 1, 6 maanden schema. Op maand 0, 1, 2, 6<br />

en 7 wordt een serumstaal genomen om een anti-HBs titer te bepalen. Het primaire eindpunt <strong>van</strong> het onderzoek is het aantonen <strong>van</strong> non-inferioriteit<br />

<strong>van</strong> de EngerixTM-B multidosis formulering ten opzichte <strong>van</strong> de EngerixTM-B monodosis formulering, één maand na toediening <strong>van</strong> de laatste<br />

vaccindosis (Maand 7). Als secundaire eindpunten worden de anti-HBs titers op maand 1, 2 en 6 geanalyseerd alsook de veiligheid en<br />

reactogeniciteit na iedere vaccindosis. De studie loopt <strong>van</strong> maart 2005 tot


Organisaties:<br />

• VAXINFECTIO<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre Van Damme<br />

Speech algorithms for clinical and educational applications (SPACE).<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In vele toepassingen <strong>van</strong> spraaksynthese, zoals computerondersteund taalleren of leestraining, is het <strong>van</strong> belang dat een ogenblikkelijke<br />

feedbazck kan gegeven worden en dat de geproduceerde spraak zeer natuurlijk en zeer verstaanbaar klinkt. Hier wordt een hierarchisch ontwerp<br />

voor de spraaksynthesizer voorgesteld en onderzocht, waarbij de spraak wordt samengesteld als een aaneenschakeling <strong>van</strong> elementen <strong>van</strong><br />

uiteenlopende duren (diphonen, syllablen, worden, phrases, zinnen, paragrafen). Om correctieve feedback mogelijk te maken, moet het bovendien<br />

mogelijk worden bepaalde woorden extra te benadrukken. Daartoe zal onderzoek verricht worden naar geschikte spraak modificatie strategien.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• WERNER VERHELST<br />

Evaluatie <strong>van</strong> het lokale waterbeleid (in het kader <strong>van</strong> het Milieu- en natuurrapport Vlaanderen MIRA-BE 2005).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Evaluatie <strong>van</strong> het lokale waterbeleid (in het kader <strong>van</strong> het Milieu- en natuurrapport Vlaanderen MIRA-BE 2005).<br />

Organisaties:<br />

• Milieu en leefomgeving (M&l)<br />

Onderzoekers:<br />

• Pieter Leroy<br />

Spraakalgoritmen voor klinische en educatieve toepassingen (SPACE).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Spraakalgoritmen voor klinische en educatieve toepassingen (SPACE).<br />

Organisaties:<br />

• Translationele Neurowetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc De Bodt<br />

Vervolgstudie: in vitro onderzoek naar de interactie tussen vinflunine en bestraling, in relatie tot de celcyclus effecten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Met deze studie gaan we nagaan of er al dan niet een verband bestaat tussen het waargenomen radiosensitiserend effect en de celcyclus<br />

effecten <strong>van</strong> vinflunine. We zullen hierbij korte incubatietijden en intervallen tussen de vinflunine behandeling en de bestraling bekijken. Deze<br />

resultaten gaan we vergelijken met de 24-uurs behandeling met vinflunine vlak voor de bestraling om te zien of het radiosensitiserend effect door<br />

de verschillende behandelingsschema's beïnvloed wordt. We zullen verder ook de celcyclus effecten <strong>van</strong> de gecombineerde behandeling -<br />

vinflunine + bestraling - onderzoeken in dezelfde schema's als de chemoradiatie experimenten. Ook gaan we na wat het effect <strong>van</strong> vinflunine is op<br />

de inductie <strong>van</strong> apoptose, voornamelijk omdat we een duidelijke polyploide celpopulatie zagen verschijnen in 2 <strong>van</strong> de 4 reeds geteste cellijnen.<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jan Vermorken<br />

Wijsgerige pedagogiek.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Ethische Instructies in de lagere scholen <strong>van</strong> Thailand: Een gevallenanalyse <strong>van</strong> de hervorming <strong>van</strong> het Thaise onderwijs gedurende de<br />

periode <strong>van</strong>1871 tot 1970. Voor Clara Kanchana Singhsaopzichter:Prof. Dr. Marc Depaepe Dit onderzoeksproject concentreert zichop een eeuw<br />

<strong>van</strong> onderwijshervormingen in de Thaise onderwijscurricula tijdens de periode <strong>van</strong> 1871 tot 1970. Dit onderzoek bespreekt in het bijzonder de<br />

impact <strong>van</strong> de verschillende beleidshervormingen in het onderwijs <strong>van</strong> deze periode die tot een modern nationaal onderwijssysteem geleid<br />

hebben.Aan de hand <strong>van</strong> een grondige analyse <strong>van</strong> een aantal vooruitstrevende beleidsbeslissingen tijdens deze periode, wil deze thesis aantonen<br />

dat deze onderwijshervormingen door de Thaise overheid als doel hadden om een brede nationale ontwikkeling te sturen. Het ontwikkelen en<br />

moderniseren <strong>van</strong> een uniform systeem voor de lagere school werd ingegeven door de noden <strong>van</strong> die tijd. Door het ontwikkelen <strong>van</strong> een modern<br />

lager onderwijssysteem, betrachtte men<br />

Organisaties:<br />

• OE Educatie, Cultuur en Samenleving<br />

Onderzoekers:<br />

• Kanchana Singhsa<br />

• Marc Depaepe<br />

In vitro and in vivo studies on the role of the IRAP enzyme/AT4 receptor system in learning and memory processes.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Inleiding<br />

Angiotensine II (Ang II) werd jarenlang beschouwd als het eindproduct <strong>van</strong> de renine-angiotensine cascade. Ang II kan 2 soorten receptoren<br />

stimuleren, namelijk AT1 en AT2 receptoren. Angiotensine conversie enzyme inhibitoren en AT1 receptorantagonisten zijn beide op de markt om<br />

hypertensie te behandelen. Recente ontdekkingen in dit vakdomein tonen echter aan dat er verschillende additionele effectorpeptiden bestaan met<br />

uiteenlopende functies (review Vauqueline te al., 2002).<br />

Het hexapaptide Ang IV (VYIHPF) ontstaat uit Ang II door enzymatische afsplitsing <strong>van</strong> 2 N-terminale aminozuren en veroorzaakt een waaier <strong>van</strong><br />

centrale en perifere fysiologische functies, waaronder een verbetering <strong>van</strong> leertaken en geheugen in normale proefdieren, het omkeren <strong>van</strong><br />

geheugenverlies in diermodelen <strong>van</strong> amnesie en een regulatie <strong>van</strong> de renale hemodynamica en natriumhuishouding.<br />

De cellulaire bindingsplaatsen voor het Ang IV werden gekarakteriseerd als AT4 receptoren (de Gasparo et al., 2000), aanwezig in grote mate in<br />

hersenregio's betrokken in cognitie en geheugen (zoals cortex en hippocampus) maar ook in de verschillende perifere weefsels.<br />

Dit onderzoeksdomein kreeg echter een totaal nieuwe wending door de resultaten <strong>van</strong> Albiston et al. (2001), die documenteerden dat de AT4<br />

receptor geen G-proteïne gekoppelde receptor is maar een enzyme. Dit enzyme heeft verschillende namen afhankelijk <strong>van</strong> het weefsel waar het<br />

eerst door verschillende onderzoekers werd ontdekt, maar eigenlijk staan IRAP = insulin-regulated aminopeptidase, P-LAP = placental leucine<br />

aminopeptidase en Otase = oxytocinase voor eenzelfde enzyme. De Australische onderzoeksgroep <strong>van</strong> Albiston leverde in alle geval baanbrekend<br />

in vitro werk (Albiston et al., 2001; Lew et al., 2003; Lee et al., 2003): 1) de peptidesequentie <strong>van</strong> de AT4 receptor en IRAP was analoog; 2) HEK


cellen getransfecteerd met IRAP vertonen typische AT4 receptor bindingskarakteristieken voor Ang IV; 3) de distributie in de hersenen <strong>van</strong> het<br />

IRAP proteïne en zijn mRNA, bepaald door immunohistochemische technieken en hybridizatie histochemie, zijn parallel met de radioligandbinding<br />

<strong>van</strong> [125I]Nle1-Ang IV aan de AT4 receptor; 4) de endogene AT4 receptorliganden, Ang IV en LVV-hemorphine-7, en de synthetische analogen,<br />

Nle1-Ang IV en divalinal-Ang IV, zijn potente inhibitoren <strong>van</strong> de katalytische activiteit <strong>van</strong> IRAP maar worden zelf niet door IRAP gemetaboliseerd;<br />

5) structuur-activiteitsrelaties <strong>van</strong> LVV-hemorphine-7 toonden aan dat een minimale sequentie <strong>van</strong> 5 aminozuren nodig is voor hoge<br />

affiniteitsbinding aan IRAP en inhibitie <strong>van</strong> IRAP.<br />

Hypothese en doelstellingen<br />

Dit project beoogt een kritische evaluatie <strong>van</strong> deze werkhypothese dat IRAP inderdaad de AT4 receptor is, en dat het IRAP enzyme/AT4 receptor<br />

systeem de belangrijkste cellulaire binding- en signaaltransductieplaats is voor Ang IV in het centraal zenuwstelsel<br />

We beogen 3 concrete doelstellingen:<br />

(i) Identificatie en karakterisatie <strong>van</strong> het IRAP enzyme/AT4 receptor systeem in neuronale cellen in vitro. Dit zal gebeuren door meting <strong>van</strong> de<br />

ligandbinding, enzymatische activiteit en mogelijke signaaltransductiemechanismen in cellen en in hersencoupes en hersenhomogenaten.<br />

(ii) Onderzoek naar de betrokkenheid en de werkingsmechanismen <strong>van</strong> het IRAP enzyme/AT4 receptor systeem in leer- en geheugenprocessen<br />

door kwantificeren <strong>van</strong> het gedrag in gevalideerde gedragstesten na i.c.v. of intrahippocampale/intracorticale applicatie <strong>van</strong> IRAP/AT4 liganden.<br />

Deze experimenten zullen uitgevoerd worden in normale laboratoriumratten en muizen en in een verder stadium <strong>van</strong> het project ook in modellen<br />

voor de ziekte <strong>van</strong> Alzheimer.<br />

(iii) Onderzoek naar de in vivo fysiologische rele<strong>van</strong>tie <strong>van</strong> activatie en modulatie <strong>van</strong> het centraal IRAP enzyme/AT4 receptor systeem door het<br />

meten <strong>van</strong> de neurotransmitter- en neuropeptidevrijgave in ratten en muizen, alsook in IRAP¨KO muizen.<br />

Organisaties:<br />

• Experimentele Farmacologie<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• YVETTE MICHOTTE<br />

• Ilse Julia SMOLDERS<br />

• PATRICK VANDERHEYDEN<br />

• Katrien LANCKMANS<br />

• GEORGES VAUQUELIN<br />

• Dimitri DE BUNDEL<br />

Schenking aan evenement Koepelproject 150 jaar Vlaamse studenten in Brussel.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Schenking aan evenement Koepelproject 150 jaar Vlaamse studenten in Brussel.<br />

Organisaties:<br />

• Metajuridica<br />

Onderzoekers:<br />

• MICHEL MAGITS<br />

De animatiefilmsector in Vlaanderen: traditie en vernieuwing onder de loep.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek is een eerste gestructureerde blauwdruk <strong>van</strong> de Vlaamse animatiefilmsector. Het gaat om een beschrijving <strong>van</strong> de sector<br />

op gebied <strong>van</strong> actoren, structuren, activiteiten en problematieken maar ook om een analyse <strong>van</strong> de discoursen die heersen in de sector.<br />

De probleemstelling <strong>van</strong> het onderzoek luidt: Wat is de huidige toestand <strong>van</strong> de Vlaamse animatiefilmsector? Deze problematiek zal besproken<br />

worden aan de hand <strong>van</strong> de volgende onderzoeksvragen: Kan een Vlaamse animatiefilmsector afgebakend en gedefinieerd worden? Wat is het<br />

profiel <strong>van</strong> mensen die actief zijn in de sector? Wat is het profiel <strong>van</strong> bedrijven en hun activiteiten in de sector? Wat zijn de opinies <strong>van</strong> de<br />

verschillende actoren binnen de sector over hun eigen Vlaamse animatiefilmsector? Wat is de verhouding tussen de opleiding en doorstroming<br />

naar de sector? Op welke wijze gaat de overheid om met animatiefilm? Wat zijn de concrete cijfers <strong>van</strong> de (gesubsidieerde) animatiefilmproductie?<br />

Hoe kan de Vlaamse animatiefilm gesitueerd worden in een ruimer Europees perspectief, naar algemene tendensen en cijfermatig? Op basis <strong>van</strong><br />

de voorgaande onderzoeksvragen komen we tot een veldanalyse, die de actoren, krachtlijnen en spanningsvelden in de sector in kaart brengt,<br />

aangevuld met een sterkte-zwakte analyse.<br />

Deel één is een database, geconstrueerd om de actoren uit de sector te inventariseren. Het tweede onderdeel wordt gevormd door de vragenlijsten<br />

bij de animatieprofessionals, producenten en organisaties en tevens bij de laatstejaarsstudenten <strong>van</strong> de verschillende animatieopleidingen. Het<br />

derde deel bevat de interviews die afgenomen worden met de vertegenwoordigers <strong>van</strong> de verschillende partijen uit de sector. De cijfergegevens<br />

vormen het vierde deel. Het gaat in eerste instantie om cijfermateriaal uit de subsidiedossiers verzameld op het VAF en op Administratie Media.<br />

Deze dossiers bevatten gedetailleerde informatie over de budgettering, de financiering (aandeel <strong>van</strong> de Vlaamse Gemeenschap en de participaties)<br />

en de uitgaven <strong>van</strong> de ingediende projecten. Daarnaast worden cijfergegevens over de Europese animatiefilmproductie geïntegreerd: het profiel<br />

<strong>van</strong> projecten op Cartoon Forum en Cartoon Movie, een overzicht <strong>van</strong> door Eurimages gesteunde projecten en bezoekcijfers voor Europese<br />

animatiefilm <strong>van</strong> het European Audiovisual Observatory. In het literatuuronderzoek worden ten slotte denkkaders over de audiovisuele sector<br />

aangehaald om ze daarna specifiek toe te spitsen op animatie. Het speelfilmbeleid in de context <strong>van</strong> de mediastrategieën <strong>van</strong> de EU wordt<br />

toegelicht en er wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong> onderzoek naar de animatiefilm in Europa.<br />

Het onderzoek beoogt aan de hand <strong>van</strong> de resultaten een aantal wegen uit te stippelen die een mogelijke oplossing kunnen bieden voor de<br />

complexe problematiek, met concrete aanbevelingen aan beleid en overheid om de situatie te verbeteren.<br />

Organisaties:<br />

• Visuele studies en Mediacultuur (VISMEC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Philippe Meers<br />

Interaction between olmesartan and AT1 receptors in intact cells<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De hypertensieve werking angiotensine II (AII) geschiedt via receptoren <strong>van</strong> het AT-type. Ter bescherming <strong>van</strong> het cardiovasculair<br />

systeem werden reeds verschillende AT receptoren antagonisten ontwikkeld. De aandacht werd gevestigd op het bestaan <strong>van</strong> 'insurmountable'<br />

antagonisten die de maximale reposiviteit <strong>van</strong> de receptoren tot AII verminderen. CHO-AT1 cellen laten radioligand binding en functionele<br />

experimenten onder strikt dezelfde condities toe. Ze vormen daardoor een ideaal systeem om de farmacologische eigenschappen <strong>van</strong> de AT1<br />

receptoren nauwkeurig te omschrijven.<br />

Alhoewel inactief, kan de antagonist gebonden receptor een snel- en een traag-dissocierende toetand aannemen en, bij evenwicht, is hun<br />

verhouding afhankelijk <strong>van</strong> de gebonden antagonist. Onderzoek op cellulair en moleculair niveau wordt nu ondernomen te verklaring <strong>van</strong> de<br />

verschillende toestand <strong>van</strong> het antagonist-AT1 receptor compllex.<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen


Onderzoekers:<br />

• GEORGES VAUQUELIN<br />

Modellering en economische evaluatie <strong>van</strong> rotavirus en HPV vaccinatiestrategieën in Australië.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project betreft internationaal collaboratief onderzoek naar de effectiviteit en kosten-effectiviteit <strong>van</strong> rotavirus en HPV vaccinatie in<br />

Australie<br />

Organisaties:<br />

• VAXINFECTIO<br />

Onderzoekers:<br />

• Philippe Beutels<br />

Actualisatie <strong>van</strong> het hoofdstuk "Armoede en sociale uitsluiting in de Vlaamse context" uit het VAP 2004 voor het VAP<br />

2005.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Actualisatie <strong>van</strong> het hoofdstuk "Armoede en sociale uitsluiting in de Vlaamse context" uit het VAP 2004 voor het VAP 2005.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean Vranken<br />

Studie naar de stand <strong>van</strong> zaken in het onderzoek naar veroudering in België.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Studie naar de stand <strong>van</strong> zaken in het onderzoek naar veroudering in België.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Bea Cantillon<br />

Tryptofaanrotameren en hun fluorescentieleeftijden in proteïnen.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• Afd. Biochemie, Molecul.& Struct. Biol.<br />

Onderzoekers:<br />

• Yves Engelborghs<br />

• Abel Jonckheer<br />

Directe en indirecte effecten <strong>van</strong> havenactiviteit : een gedesaggregeerde analyse.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Directe en indirecte effecten <strong>van</strong> havenactiviteit : een gedesaggregeerde analyse.<br />

Organisaties:<br />

• Transport en ruimtelijke economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ann Verhetsel<br />

• Hilde Meersman<br />

• Eddy Van de Voorde<br />

Zelfkweek <strong>van</strong> cannabis in Vlaanderen<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Abstract nog niet beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Departement Sociaal-agogisch werk<br />

• Vakgroep Sociale wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Pascal Tuteleers<br />

Morfo-functionele en neurofarmacologische studie <strong>van</strong> neuro-immuno interakties in de tractus digestivus <strong>van</strong> de muis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doel <strong>van</strong> deze studie is de morfologische, electrofysiologische en neurofarmacologische identifikatie <strong>van</strong> de rol, mechanismes en de<br />

effekten <strong>van</strong> de bi-direktionele interakties tussen het enterale zenuwstelsel en het enterale immuunsysteem op het funktioneren <strong>van</strong> het<br />

maagdarmkanaal onder (patho)fysiologische omstandigheden.<br />

Organisaties:<br />

• Celbiologie en histologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean-Pierre Timmermans<br />

Moleculaire karakterisatie <strong>van</strong> veelvoorkomende neurologische aandoeningen in een Bulgaarse populatie. (beurs A.<br />

JORDANOVA, Bulgarije)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deze studie heeft als doel degeneratie in het perifeer zenuwstelsel te bestuderen op basis <strong>van</strong> de identificatie <strong>van</strong> genen voor erfelijke<br />

perifere zenuwaandoeningen, zoals de ziekte <strong>van</strong> Charcot-Marie-Tooth. Deze neuropathieën hebben vaak een aan<strong>van</strong>g tijdens de kinderjaren, een<br />

leeftijds gebonden component met een impact op de levenskwaliteit en socio-economische gevolgen. De toepassingen <strong>van</strong> het fundamenteel<br />

onderzoek in dit netwerk situeert zich in de biomedische wetenschappen, in het bijzonder de diagnostiek en behandeling <strong>van</strong> leeftijdsgebonden<br />

aandoeningen. Het project heeft als doel de moleculaire gendefecten in gekende genen te karakteriseren, alsook de identificatie <strong>van</strong> nieuwe loci en<br />

genen, die twee veelvoorkomende aandoeningen veroorzaken in Bulgarije en wereldwijd: erfelijke perifere zenuwaandoeningen en epilepsie.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten


Onderzoekers:<br />

• Christine Van Broeckhoven<br />

Een activiteitengebaseerde aanpak voor het onderzoeken en modelleren <strong>van</strong> verplaatsingsgedrag<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: P04-06Uit het rapport <strong>van</strong> diverse internationale organisaties blijkt dat het belang <strong>van</strong> vervoer en transport steeds toeneemt. Dit is<br />

ondermeer te wijten aan de verstedelijking en de globalisering, waardoor de wereldhandel en het personenvervoer stijgen. Om deze stijging in kaart<br />

te brengen, maar ook omdat regeringen het zich niet kunnen veroorloven dat de beperkingen <strong>van</strong> het transport een negatieve impact hebben op de<br />

toekomstige competitiviteit <strong>van</strong> hun producten, zijn lange-termijn investeringen noodzakelijk. Om betere lange-termijn beslissingen te realiseren,<br />

kan gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> verkeers- en vervoersmodellen. Op internationaal niveau zijn de activiteitengebaseerde verplaatsingsmodellen de<br />

standaard voor het modelleren <strong>van</strong> verplaatsingsgedrag. Het belangrijkste kenmerk <strong>van</strong> deze modellen is dat het verplaatsingsgedrag <strong>van</strong><br />

personen of families wordt afgeleid <strong>van</strong> de activiteiten die zij willen of moeten doen. Verplaatsingen worden dus niet langer als een geïsoleerd<br />

gegeven beschouwd in deze modellen. Dit is een groot voordeel in vergelijking met de klassieke modellen. Ondanks de verschillende evoluties zijn<br />

activiteitengebaseerde modellen nog niet doorgedrongen tot de praktijk. De jongste 2 à 3 jaren heeft men echter ingezien dat<br />

activiteitengebaseerde verplaatsingsmodellen leiden tot meer realistische en beleidsverantwoorde voorspellingen. De voordelen <strong>van</strong> deze modellen<br />

zijn namelijk enerzijds dat men het verplaatsingsgedrag <strong>van</strong> personen realistischer kan beschrijven en anderzijds dat men het verplaatsingsgedrag<br />

<strong>van</strong> personen beter kan begrijpen. Omwille <strong>van</strong> deze voordelen schakelden onderzoekers en beleidsverantwoordelijken in de Verenigde Staten<br />

reeds over <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> conventionele modellen naar activiteitengebaseerde modellen. We zien dit bijvoorbeeld in Portland, San-Francisco<br />

en New York. Alhoewel deze trend het meest zichtbaar is in de Verenigde Staten, merken we deze evolutie ook op in Europa. In de lijn <strong>van</strong> deze<br />

ontwikkelingen is het doel <strong>van</strong> het project om een activiteiten-gebaseerd verplaatsingsmodel te ontwikkelen voor Vlaanderen. Nieuw aan dit model<br />

is dat het verzamelen <strong>van</strong> de data over verplaatsingsgedrag op een computergestuurde manier zal gebeuren. De ondervraagde personen zullen<br />

namelijk hun activiteiten en verplaatsingen ingeven in een GPS-toestel en zullen met behulp <strong>van</strong> de computer bevraagd worden. Het voordeel<br />

hier<strong>van</strong> is dat men problemen zoals een lage respons of de hoge kosten voor het verzamelen <strong>van</strong> data kan vermijden. Daarbij komt nog dat dit<br />

model dynamisch wordt opgebouwd. Dit geeft als voordeel dat men gemakkelijker kan inspelen op nieuwe wendingen of veranderingen in<br />

activiteiten. Dit nieuwe activiteitengebaseerde verplaatsingsmodel biedt heel wat mogelijkheden voor beleidsmakers en beleidsondersteunende<br />

administraties en transport- en vervoersbedrijven. Het stelt hen in staat om betere beslissingen te nemen zodat de stijging <strong>van</strong> het vervoer en<br />

transport niet noodzakelijk een probleem moet betekenen voor de economie of het sociaal leven. Op basis <strong>van</strong> de verzamelde gegevens kan men<br />

namelijk afleiden wie, wanneer verplaatsingen maakt en waarom. Dit biedt de mogelijkheid om betere beleidsmaatregelen te nemen. Wanneer men<br />

bijvoorbeeld kan bepalen wanneer mensen gebruik maken <strong>van</strong> het openbaar vervoer, kan dit leiden tot efficiëntere maatregelen om het openbaar<br />

vervoer te stimuleren (bv. verschillende prijsbepalingen op dal- en piekmomenten). Vooral de gegevens op de vraag waarom en wanneer mensen<br />

zich verplaatsen is belangrijk, zeker voor het economisch leven.<br />

Organisaties:<br />

• Verplaatsingsgedrag<br />

• Data-analyse en Modellering<br />

• Instituut voor Mobiliteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Gerhard WETS<br />

• Davy JANSSENS<br />

SP2SP Spatial planning to strategic projects - economische strategische projecten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project zal een wetenschappelijk onderbouwde aanpak uitwerken voor de voorbereiding, de ontwikkeling, de regie en de realisatie <strong>van</strong><br />

strategische ruimtelijke projecten en interventies in Vlaanderen. Strategische projecten zijn complexe ruimtelijke projecten die onder regie <strong>van</strong> de<br />

overheid, in nauwe samenwerking met maatschappelijke actoren en de privé sector tot stand komen en een grote impact hebben op het sociaal,<br />

economisch, cultureel en ruimtelijk functioneren <strong>van</strong> een buurt, een wijk, een stadsdeel of zelfs een hele stad.<br />

In het project worden drie soorten <strong>van</strong> strategische projecten onderzocht: stadsprojecten, economische projecten en 'nieuw-rurale' projecten. De<br />

aanpak zal worden ontwikkeld aan de hand <strong>van</strong> een analyse <strong>van</strong> de succes- en faalfactoren <strong>van</strong> verschillende binnen- en buitenlandse cases en is<br />

generiek <strong>van</strong> opzet. Met het onderzoek wordt getracht om theoretische modellen uit de bestuurskunde, ruimtelijke ordening, regionale economie,<br />

duurzame ontwikkeling en stedenbouw te linken en te vertalen naar concrete aanbevelingen.<br />

Organisaties:<br />

• Transport en ruimtelijke economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ann Verhetsel<br />

Nieuwe optische en fotonische technieken voor de toekomstige generatie sorteermachines.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit industriële onderzoeksproject betreft de samenwerking tussen het Vlaamse bedrijf Best - een bedrijf gespecialiseerd in de productie<br />

<strong>van</strong> hoogtechnologische (optische) sorteermachines - en de vakgroep Toegepaste Natuurkunde en Fotonica <strong>van</strong> de Vrije Universiteit Brussel (Prof.<br />

H. Thienpont, Dr. W. Meulebroeck). In het project onderscheiden we drie grote blokken. In een eerste deel onderzoeken we het optimale<br />

sorteerprincipe (absorptie, reflectie, fluorescentie, trillen <strong>van</strong> moleculen) voor twee verschillende toepassingen: de identificatie <strong>van</strong> plastics en de<br />

detectie <strong>van</strong> pitten in vruchten. In het tweede blok staat de studie over de toepasbaarheid <strong>van</strong> fotonische kristalvezels in lasersorteermachines<br />

voorop. In een laatste deel ten slotte focusseren we ons op het herontwerp <strong>van</strong> het optische deel <strong>van</strong> de machine. Dit project geniet steun <strong>van</strong> het<br />

Instituut voor de aanmoediging <strong>van</strong> Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen (IWT).<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Natuurkunde en Fotonica<br />

Onderzoekers:<br />

• HUGO THIENPONT<br />

Opvattingen over leren. De kritische overgang <strong>van</strong> basis- naar secundair onderwijs.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek beschrijft de relatie tussen concepties over leren, motie en zelfgestuurd leren bij kinderen in de overgang <strong>van</strong> basis naar<br />

secundair onderwijs. De studie zal gebruik maken <strong>van</strong> een mixed methodology design (Creswell, 2002) met het oog op de ontwikkeling <strong>van</strong> een<br />

instrument om zelfgestuurd leren na te gaan.<br />

Organisaties:<br />

• EduBROn<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Van Petegem<br />

• Salomé Human-Vogel


Onderzoek <strong>van</strong> dihydrobenzofuran lignanen werkzaam tegen leishmaniasis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uitgaande <strong>van</strong> een in de onderzoeksgroep gekarakteriseerde 'lead compound' behorende tot de klasse <strong>van</strong> de dihydrobenzofuran<br />

liganen, werkzaam tegen Leishmaniasis, zal een meer diepgaand structuur-activiteitsrelatie onderzoek <strong>van</strong> dergelijke producten uitgevoerd worden.<br />

Hierbij zal gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> specifieke up-to-date synthetische methoden voor lignanen, en QUASAR (Quantitative Structure-Activity<br />

Relationship) technieken.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Pieters<br />

• Laszlo Juhasz<br />

"Platform overleg bewaarbibliotheken" als basis voor een integraal beleid voor bewaarbibliotheken in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project omvat:<br />

ten eerst : onderzoek naar de voorwaarden tot de uitbouw <strong>van</strong> een 'Overlegplatform Bewaarbibliotheken Vlaanderen'.<br />

ten tweede : het uitwerken <strong>van</strong> een communicatieplan om de zichtbaarheid <strong>van</strong> de sector <strong>van</strong> de bewaarbibliotheken te verhogen.<br />

Organisaties:<br />

• Universitair beheer en administratie<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre Delsaerdt<br />

Theorie en modellering voor nanotechnologie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Theoretische studie <strong>van</strong> de mesoscopische fysica <strong>van</strong> de elektronische en opto-elektronische eigenschappen en ook de elektronische<br />

transport eigenschappen <strong>van</strong> laag-dimensionele halfgeleider of metallische structuren die als actieve elementen kunnen functioneren in<br />

toekomstige nanodevices.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francois Peeters<br />

Ontwerp en validatie <strong>van</strong> een elektrofyiologische test voor cognitieve disfunctie in multiple sclerose.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project wordt een elektrofysiologische test voor cognitieve disfunctie in multiple sclerose ontworpen en gevalideerd. Voor het<br />

samenstellen <strong>van</strong> de test wordt het paradigma <strong>van</strong> cognitieve uitgelokte potentialen gebruikt. Voor de validatie en normering worden de<br />

geselecteerde stimulusparadigma's in een groep MS patiënten en in een groep normale vrijwilligers gecorreleerd met een standaard<br />

neuropsychologische testbatterij.<br />

Organisaties:<br />

• Translationele Neurowetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Cras<br />

Vergrijzing in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een <strong>van</strong> de belangrijkste sociale uitdagingen voor Vlaanderen en Europa is aankomende veroudering <strong>van</strong> de bevolking. In dit kader<br />

stellen zich drie grote beleidsproblemen: I) de manier waarop de lasten <strong>van</strong> de vergrijzing verdeeld worden tussen generaties en binnen generaties<br />

onderling; ii) de uitbouw <strong>van</strong> een betaalbare en hoogstaande zorgvoorziening die voor iedereen toegankelijk is; iii) het optimaliseren <strong>van</strong> de<br />

deelname <strong>van</strong> ouderen aan het economische, sociale, politieke en culturele leven zodat de kennis, ervaring en vaardigheden <strong>van</strong> de ouderen nuttig<br />

ingezet kunnen worden. Bij al deze uitdagingen is het Vlaamse beleidsniveau betrokken. Vlaanderen kan met een planmatige aanpak op het gebied<br />

<strong>van</strong> ouderzorg, arbeidsbeleid, belastingen, huisvesting, onderwijs en socio-cultureelbeleid een belangrijke en noodzakelijke bijdrage leveren aan de<br />

uitdagingen waarvoor de vergrijzingsproblematiek ons stelt. Voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een dergelijke strategie zijn goede beleidsinstrumenten<br />

onontbeerlijk. Dit project staat in voor de ontwikkeling <strong>van</strong> dit beleidsinstrument dat uit de volgende delen bestaat:<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een longitudinaal databestand voor Vlaanderen met gegevens over inkomen, levensomstandigheden, gezondheid en<br />

zorgbehoeften <strong>van</strong> de ganse bevolking in het algemeen en de ouderen in het bijzonder.<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een dynamisch micro-simulatiemodel voor Vlaanderen dat meting <strong>van</strong> beleidshervormingen toestaat.<br />

-Het meten <strong>van</strong> trends in intra- en intergenerationele verdeling <strong>van</strong> inkomen en rijkdom in Vlaanderen.<br />

-Het maken <strong>van</strong> een projectie <strong>van</strong> de gezonde levensverwachting.<br />

-Het meten <strong>van</strong> economische gevolgen <strong>van</strong> de vergrijzing in Vlaanderen.<br />

-In kaart brengen <strong>van</strong> trends in formele en informele zorgnetwerken.<br />

-Parameters <strong>van</strong> Vlaams zorgbeleid in Europees vergelijkend perspectief plaatsen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Bea Cantillon<br />

• Cornelius Van den Bosch<br />

De rol <strong>van</strong> cytokinine-producerende micro-organismen op groei en resistentie <strong>van</strong> planten voor stress veroorzaakt door<br />

droogte en zware metalen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Microorganismen in de rhizosfeer produceren fytohormonen. Planten staan zelf in voor hun eigen hormoonbalans maar fytohormonen,<br />

worden ook door de plant opgenomen uit de rhizosfeer. In dit onderzoeksproject analyseren wij een Bacillus subtilis stam die grote hoeveelheden<br />

cytokininen produceert. Deze bacterie bevordert de groei en ontwikkeling <strong>van</strong> de plant en verhoogt de resistentie tegen droogte, zware metalen en<br />

infecties.<br />

Organisaties:<br />

• Plantengroei en -ontwikkeling<br />

Onderzoekers:<br />

• Els Prinsen<br />

• Tatyana Arkhipova


An activity-based approach for surveying and modelling travel behaviour<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: "Uit het rapport <strong>van</strong> diverse internationale organisaties blijkt dat o.m. door verstedelijking en globalisering, het belang <strong>van</strong> vervoer en<br />

transport steeds toeneemt. Om deze stijging in kaart te brengen, maar ook omdat regeringen het zich niet kunnen veroorloven dat de beperkingen<br />

<strong>van</strong> het transport een negatieve impact zouden hebben op de toekomstige competitiviteit <strong>van</strong> hun producten, zijn lange-termijn investeringen<br />

noodzakelijk. Om betere lange-termijn beslissingen te realiseren, kan gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> verkeers- en vervoersmodellen. Op<br />

internationaal niveau zijn activiteiten-gebaseerde verplaatsingsmodellen de standaard voor het modelleren <strong>van</strong> verplaatsingsgedrag. Ondanks de<br />

grote voordelen <strong>van</strong> dit soort modellen zijn ze hier in Vlaanderen echter nog niet doorgedrongen tot de praktijk. Met dit project, gecoördineerd door<br />

Prof. Geert Wets, directeur <strong>van</strong> IMOB (LUC), wil men een activiteiten-gebaseerd verplaatsingsmodel ontwikkelen voor Vlaanderen. Nieuw aan dit<br />

model is dat het verzamelen <strong>van</strong> de data over verplaatsingsgedrag op een computergestuurde manier zal gebeuren. De ondervraagde personen<br />

zullen hun activiteiten en verplaatsingen ingeven in een GPS-toestel en zullen met behulp <strong>van</strong> de computer bevraagd worden. Daarbij komt nog dat<br />

dit model dynamisch wordt opgebouwd. Dit heeft als voordeel dat men gemakkelijker kan inspelen op nieuwe wendingen of veranderingen in<br />

activiteiten. De specifieke opdracht <strong>van</strong> TOR binnen dit project bestaat erin na te gaan hoe tijdsbudgetinformatie kan worden geïncorporeerd bij het<br />

maken <strong>van</strong> betrouwbare simulaties <strong>van</strong> verplaatsings-gedrag. Naast IMOB en TOR, participeren ook volgende onderzoeksgroepen aan dit project:<br />

TUEindhoven, Faculteit Bouwkunde, Ruimtelijke Ordening<br />

VITO, Energietechnologie en Voertuigtechniek<br />

PHL, Onderzoekscel Architectuur, Mobiliteit en Omgeving"<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

• SUZANA KOELET<br />

Interacties, ideeën en strategieën. De implicaties <strong>van</strong> interacties tussen Vlaamse en Europese gelijkekansenbewegingen<br />

voor het gelijkekansenbeleid : visies <strong>van</strong> het middenveld.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een belangrijke doelstelling <strong>van</strong> dit onderzoeksproject was om meer inzicht te krijgen in de rol <strong>van</strong> (transnationale) sociale bewegingen<br />

(vrouwen- en holebi-organisaties) en nieuwe middelen <strong>van</strong> communicatie en netwerking bij de ontwikkeling en implementatie <strong>van</strong> gelijke<br />

kansenbeleid. Het eindrapport <strong>van</strong> bovengenoemd onderzoek, wil een aantal beleidsvoorstellen uit de ervaringen <strong>van</strong> de onderzochte vrouwen- en<br />

hoIebi-organisaties distilleren.<br />

Met dit valorisatieproject willen we nagaan in hoe verre deze voorstellen weerspiegelen wat er in het Vlaamse midden veld leeft. De hier<br />

voorgestelde opvolging <strong>van</strong> het onderzoeksproject heeft namelijk de bedoeling de reacties <strong>van</strong> het midden veld op de beschrijving <strong>van</strong> hun<br />

netwerken en op de beleidsvoorstellen te verzamelen. Door rriddel <strong>van</strong> een interactieve methodologie <strong>van</strong> diepte-interviews en focusgroepen kan<br />

deze opvolging <strong>van</strong> het onderzoek het terrein sensibiliseren. De betrokken respondenten krijgen meer inforrnatie over de mogelijkheden voor hun<br />

wensen in het beleid, dankzij de nieuwe ontwikkelingen op Europees en Vlaams vlak. Deze kennisoverdracht zal al gebeuren in de<br />

interviewsituaties.<br />

Het resultaat voor de overheid is een diepere kennis <strong>van</strong> de behoeften <strong>van</strong> de belangrijkste actoren en hun meningen over het beleid, en een<br />

verfijning en afstemming <strong>van</strong> de beleidsvoorstellen <strong>van</strong> het voorgaande onderzoek dankzij de input <strong>van</strong> het midden veld. Verder krijgen de<br />

wetenschappers <strong>van</strong> het Steunpunt Gelijkekansenbeleid een nauwketiriger beeld <strong>van</strong> de adoren, dankzij de diepte-interviews.<br />

Het Steunpunt Gelijkekansenbeleid wenst met de valorisatie <strong>van</strong> dit onderzoek een beter inzicht te krijgen in de dynamiek die speelt bij de<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> ideeen en strategieen <strong>van</strong> gelijke kansenorganisaties en hoe deze actoren hun eigen relaties tot andere gelijke kansengroepen<br />

zien.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Sonja Spee<br />

Naar een nieuwe financiële rapportering voor KMO’s - Onderzoek naar de haalbaarheid en de impact <strong>van</strong> de toepassing<br />

<strong>van</strong> het internationale referentiekader IAS/IFRS binnen KMO’s<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject zal nagaan of de gehele of gedeeltelijke uitbreiding <strong>van</strong> de IAS/IFRS-normen naar de enkelvoudige jaarrekening<br />

nuttig en haalbaar is door te onderzoeken wat de impact is <strong>van</strong> deze implementatie in KMO’s. Het onderzoek brengt de verschillen tussen de<br />

huidige Belgische regelgeving en het referentiekader IAS/IFRS in kaart en peilt naar de verwachtingen betreffende de eventuele toepassing <strong>van</strong><br />

deze IAS/IFRS in KMO’s. Een enquête moet een beeld geven <strong>van</strong> de mate waarin de beroepsbeoefenaars hierop voorbereid zijn. In een aantal<br />

piloot-KMO’s wordt de jaarrekening opgesteld conform IAS/IFRS. Hieruit resulteert een inventaris <strong>van</strong> de bijzondere problemen en de impact op de<br />

organisatie, rapportering, waardering en kosten bij KMO’s.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Bedrijfsmanagement Mercator<br />

• Vakgroep Accountancy en Fiscaliteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Carine Coppens<br />

Experimentele en Theoretische Studie <strong>van</strong> Collision Induced Absorption (CIA) spectra m.b.v. cryogene oplossingen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Experimentele informatie omtrent Collision Induced Absorption (CIA) spectra wordt bekomen door de studie <strong>van</strong> cryogene oplossingen<br />

waarbij eenvoudige verbindingen zoals H2, HD, D2, N2 and O2 worden opgelost in diverse cryosolventen (vloeibaar neon, vloeibaar argon,<br />

vloeibaar CF4, en vloeibaar SF6). De experimentele resultaten, bekomen met infrarood- en Raman spectroscopie, worden gebruikt voor de<br />

ontwikkeling en verfijning <strong>van</strong> theoretische modellen waarmee de eigenschappen <strong>van</strong> de CIA spectra verklaard en voorspeld kunnen worden.<br />

Organisaties:<br />

• Cryospectroscopie<br />

Onderzoekers:<br />

• Benjamin Van Der Veken<br />

• Wouter Herrebout<br />

• Alexander Kouzov<br />

Vergrijzing in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een <strong>van</strong> de belangrijkste sociale uitdagingen voor Vlaanderen en Europa is aankomende veroudering <strong>van</strong> de bevolking. In dit kader<br />

stellen zich drie grote beleidsproblemen: I) de manier waarop de lasten <strong>van</strong> de vergrijzing verdeeld worden tussen generaties en binnen generaties


onderling; ii) de uitbouw <strong>van</strong> een betaalbare en hoogstaande zorgvoorziening die voor iedereen toegankelijk is; iii) het optimaliseren <strong>van</strong> de<br />

deelname <strong>van</strong> ouderen aan het economische, sociale, politieke en culturele leven zodat de kennis, ervaring en vaardigheden <strong>van</strong> de ouderen nuttig<br />

ingezet kunnen worden. Bij al deze uitdagingen is het Vlaamse beleidsniveau betrokken. Vlaanderen kan met een planmatige aanpak op het gebied<br />

<strong>van</strong> ouderzorg, arbeidsbeleid, belastingen, huisvesting, onderwijs en socio-cultureelbeleid een belangrijke en noodzakelijke bijdrage leveren aan de<br />

uitdagingen waarvoor de vergrijzingsproblematiek ons stelt. Voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een dergelijke strategie zijn goede beleidsinstrumenten<br />

onontbeerlijk. Dit project staat in voor de ontwikkeling <strong>van</strong> dit beleidsinstrument dat uit de volgende delen bestaat:<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een longitudinaal databestand voor Vlaanderen met gegevens over inkomen, levensomstandigheden, gezondheid en<br />

zorgbehoeften <strong>van</strong> de ganse bevolking in het algemeen en de ouderen in het bijzonder.<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een dynamisch micro-simulatiemodel voor Vlaanderen dat meting <strong>van</strong> beleidshervormingen toestaat.<br />

-Het meten <strong>van</strong> trends in intra- en intergenerationele verdeling <strong>van</strong> inkomen en rijkdom in Vlaanderen.<br />

-Het maken <strong>van</strong> een projectie <strong>van</strong> de gezonde levensverwachting.<br />

-Het meten <strong>van</strong> economische gevolgen <strong>van</strong> de vergrijzing in Vlaanderen.<br />

-In kaart brengen <strong>van</strong> trends in formele en informele zorgnetwerken.<br />

-Parameters <strong>van</strong> Vlaams zorgbeleid in Europees vergelijkend perspectief plaatsen.<br />

Organisaties:<br />

• Welzijn en verzorgingsstaat<br />

Onderzoekers:<br />

• Jozef Breda<br />

BETACELLTHERAPIE Beta cell programmering voor behandeling <strong>van</strong> diabetes<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Biologie - Diabetes<br />

Organisaties:<br />

• Pathologische Biochemie en Fysiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• DANIEL PIPELEERS<br />

Screening voor COPD in de algemene medische praktijk.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Screening voor COPD in de algemene medische praktijk.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Wilfried De Backer<br />

Zelfregulerende systemen voor werkplaatsbesturing.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uitgangspunt is de problematiek <strong>van</strong> werkplaatsbesturing (operationele aansturing <strong>van</strong> de werkplaats) waarbij beslissingen worden<br />

genomen rond lancering en wachtrijcontrole <strong>van</strong> jobs in een productieomgeving. Recent zijn een aantal nieuwe zelfregulerende technieken<br />

ontwikkeld, gebaseerd op de principes <strong>van</strong> werklastbeperking en zelfregulering maar hiervoor dient de inzetbaarheid voor de doelgroep nog<br />

getoetst te worden. Belanghebbende bedrijven zijn continu op zoek naar geschikte en toepasbare technieken voor planning (schedulering) en<br />

werkplaatscontrole, die de productieaansturing op de werkvloer kunnen verbeteren.<br />

Centraal in dit project staat het ontwerp <strong>van</strong> een raamwerk <strong>van</strong> componenten voor zelfregulerende systemen. Dit zal voor een specifiek bedrijf<br />

toelaten een optimale "mix" samen te stellen om zo te komen tot een optimaal besturingsconcept. Belangrijk hierbij is het opzetten <strong>van</strong> een<br />

simulatieomgeving die het mogelijk maakt een ontworpen zelfregulerende werkplaatsbesturing te simuleren voor industriele productieomgevingen.<br />

De simulatie laat bovendien toe om een kwantificering te maken <strong>van</strong> de potentiele verbetering en tevens om altematieve scenario's te toetsen.<br />

Het onderzoek <strong>van</strong>gt aan met een inventarisatie <strong>van</strong> beschikbare methodes voor zelfregulerende werkplaatsbesturing en de<br />

implementatieproblematieken die zich hierbij kunnen voordoen. Koppeling met ERP-systemen en beschikbare simulatietools worden in kaart<br />

gebracht. De ontwikkeling <strong>van</strong> een raamwerk voor zelfsturende werkplaatsbesturing <strong>van</strong>gt aan met identificatie <strong>van</strong> de componenten om vervolgens<br />

de selectie -, integratie- en parameterisatiemethodiek uit te werken. Interactie met ERP blijft aan de orde.<br />

De ontwikkeling <strong>van</strong> een simulatietool voor zelfregulerende systemen omvat het opstellen <strong>van</strong> templates voor een simulatiemodel en de uitwerking<br />

<strong>van</strong> een canvas voor performantiemeting ten behoeve <strong>van</strong> "what-ir'- analyses en sensitiviteitsanalyses.<br />

Een invoeringsplan wordt ontwikkeld met het oog op integratie binnen de productieomgeving en de uitstippeling <strong>van</strong> een implementatietraject.<br />

Gevalstudies worden uitgevoerd binnen de doelgroep onder de vorm <strong>van</strong> "helikoptercases" (identificatie <strong>van</strong> de problematiek) en "duikbootcases"<br />

(uittesten in een concrete bedrijfssituatie).<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Nico Vandaele<br />

Analyse <strong>van</strong> patronen in soortdistributie en gemeenschapssamenstelling <strong>van</strong> bryofieten en protisten in de sub-<br />

Antarctische regio.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> deze studie is een analyse te maken <strong>van</strong> de relatie tussen distributiepatronen <strong>van</strong> mossen en protisten,<br />

soortensamenstelling <strong>van</strong> de gemeenschappen in deze groepen binnen de sub-Antarctische regio en de milieuvariabelen, vooral klimatologische,<br />

die deze patronen reguleren. Door gebruik te maken <strong>van</strong> zowel latitudinale als altitudinale gradiënten zal deze vraagstelling onderzocht worden.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Lodewijk Beyens<br />

• Niek Gremmen<br />

Opsporen <strong>van</strong> singulariteiten in oppervlakken en vormen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Zowel bij geometrisch ontwerp, computergestuurde productie als zogenaamde reverse engineering, spelen vloeiende lijnen in kurven,<br />

oppervlakken en vormen een centrale rol. Men wenst in de geometrische komponenten geen ongedefinieerde regio's of onverantwoorde stijle<br />

pieken.<br />

In de onthalende onderzoeksgroep is sinds een aantal jaar een techniek, die bekend is om singulariteiten in functies <strong>van</strong> één enkele veranderlijke<br />

op te sporen, veralgemeend naar functies <strong>van</strong> meerdere veranderlijken. De techniek is dus nu bruikbaar voor oppervlakken en vormen in de ruimte.<br />

Een aantal open problemen moet echter nog opgelost worden om de techniek in de praktijk bruikbaar te maken.


Organisaties:<br />

• Computeraritmetiek en numerieke technieken<br />

Onderzoekers:<br />

• Annie Cuyt<br />

• Wen-Shin Lee<br />

CIHR-Fellowship aan Simon Amadeus HINKE<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: CIHR-Fellowship aan Simon Amadeus HINKE<br />

Organisaties:<br />

• Pathologische Biochemie en Fysiologie<br />

• Medische Biochemie<br />

Onderzoekers:<br />

• Simon HINKE<br />

• DANIEL PIPELEERS<br />

• MARK VAN DE CASTEELE<br />

Co-existence and traceability of GMO and non-GMO in food supply chains<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: In de toekomst zullen steeds meer GGO's op de Europese markt toegelaten worden. Dit project heeft als doel de stakeholders <strong>van</strong> de<br />

food en feed chain te voorzien <strong>van</strong> een centraal beslissings- en ondersteunend systeem op basis <strong>van</strong> reële tools, methoden, modellen en<br />

richtlijnen. Het Co-Extra project zal hierbij methodes bestuderen en valideren voor biologische expansiebeperking, de supply chain modelleren en<br />

praktische tools en mehtodes ter beschikking stelllen om een co-existentie systeem te implementeren. Daarnaast zullen GGO-detectiemehtodes<br />

ontwikkeld en geïntegreerd worden, zullen sampling plans ontwikkeld worden en nieuwe technieken gezocht worden voor de multiplex detectie <strong>van</strong><br />

nog niet goedgekeurde GGO's. Co-Extra bestudeert tevens de meest aangewezen informatie structuur en de bijhorende management flow om een<br />

betrouwbare en kostefficiënte traceerbaarheid te garanderen. Alle methodes en tools zullen bestudeerd en ontwikkeld worden <strong>van</strong>uit zowel een<br />

technisch als een economisch en wetgevend oogpunt. Het Departement BIOT participeert in twee werkpaketten in dit project. Een eerste<br />

werkpakket heeft als doel de supply chains <strong>van</strong> verschillende food en feed keten te karakteriseren in al haar componenten met betrekking tot de coexistentie<br />

<strong>van</strong> GGO en niet-GGO stromen. Dit houdt een diepgaande identificatie in <strong>van</strong> de biologische, sociale en economische drijfkrachten <strong>van</strong><br />

de desbetreffende ketens. Dit moet leiden tot de ontwikkeling <strong>van</strong> representatieve modellen die hot spot situaties kunnen identificeren en<br />

verschillende scenarios rond traceerbaarheid en co-existentie kunnen voorspellen. Het departement BIOT spitst zich hier in het bijzonder toe op de<br />

aanvoer en verwerking <strong>van</strong> sojaproducten in de diervoeder keten.Het tweede werkpakket waarin het departement BIOT betrokken is binnen Coextra<br />

heeft als doel de kostenstructuur <strong>van</strong> bovenvermelde supply chains te bestuderen om alzo de kost en/of batenin te schatten die co-existentie<br />

met zich mee kan brengen.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur<br />

• Vakgroep Levensmiddelenwetenschappen en Technologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Mia Eeckhout<br />

Nucleofiele Substitutie <strong>van</strong> Waterstof onder Temperatuur-Gecontroleerde Microgolfverwarming.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project zullen alternatieve reagentia voor SNH amineringsreacties zoals de Chichibabin reactie en de oxidatieve aminodehydrogenering<br />

onderzocht worden. Het effect <strong>van</strong> de zeer snelle en homogene verwarming door middel <strong>van</strong> microgolfstraling op de s-adduct<br />

vorming en rearomatisatie zal bestudeerd worden. De nieuwe reactieomstandigheden moeten de nadelen <strong>van</strong> de genoemde reacties vermijden en<br />

de voordelen combineren.<br />

Organisaties:<br />

• Organische synthese<br />

Onderzoekers:<br />

• Guy Lemiere<br />

• Bert Maes<br />

• Anna Gulevskaya<br />

Morfologische en moleculaire karakterisatie <strong>van</strong> enkele Oost Afrikaanse muizengeslachten (Mastomys, Arvicanthis en<br />

Lophuromys).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Hoewel sommige Afrikaanse muizensoorten ziektekiemen verspreiden en/of oogsten <strong>van</strong> Afrikaanse landbouwers vernielen, is de<br />

taxonomische kennis <strong>van</strong> deze soorten beperkt. Dit project beoogt een gecombineerde craniometrische en genetische studie <strong>van</strong> een aantal<br />

pestsoorten. Deze informatie wordt gebruikt voor het aanvullen <strong>van</strong> een systeem <strong>van</strong> 'DNA-barcodes', waardoor dieren snel en correct zullen<br />

kunnen worden geïdentificeerd en bijgevolg doeltreffender bestreden.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Herwig Leirs<br />

• Leonid Lavrenchenko<br />

De typologie <strong>van</strong> niet-declaratieve negatie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project ambieert een typologische beschrijving en verklaring <strong>van</strong> de combinatie <strong>van</strong>, aan de ene kant, negatie en, aan de andere kant<br />

modus en modaliteit, in het algemeen, en de imperatief en de interrogatief in het bijzonder. De gevens zullen uit een areaal en genealogisch<br />

representatieve steekproef komen <strong>van</strong> ca. 250 talen. Er wordt een functioneel-cognitieve verklaring verwacht.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor grammatica, cognitie en typologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Johan Van der Auwera<br />

• Matti Miestamo<br />

Visualization of concealed objects using millimetre wave systems.<br />

Vrije Universiteit Brussel


Abstract: Onderzoek op het vlak <strong>van</strong> millimetergolfsystemen heeft als doel om technieken te vinden en om een technologisch platform ontwikkelen<br />

geschikt voor de organisatie <strong>van</strong> verlichting en een detectieschema om beeldruis te minimaliseren.<br />

Organisaties:<br />

• Elektronica en Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• ROGER VOUNCKX<br />

COVIVE: Social and economic impact of ageing in Flanders and Europe. How can policy at the Flemisch level respond?<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: CoViVE is een interuniversitair consortium dat onderzoek voert naar de socio-economische impact <strong>van</strong> de vergrijzing in Vlaanderen en<br />

Europa. Centraal staan de verdeling <strong>van</strong> de economische last <strong>van</strong> de veroudering tussen en binnen generaties, de kwaliteit, betaalbaarheid en<br />

toegankelijkheid <strong>van</strong> de zorg, en de participatie <strong>van</strong> ouderen in het arbeidsbestel en het maatschappelijk leven. CoVive wordt gecoördineerd door<br />

het Centrum voor Sociaal Beleid - Herman Deleeck. De financiering is afkomstig <strong>van</strong> het Instituut voor de Aanmoediging <strong>van</strong> Innovatie door<br />

Wetenschap en Technologie in Vlaanderen (IWT).<br />

Doelstellingen<br />

Een <strong>van</strong> de belangrijkste sociale uitdagingen voor Vlaanderen en Europa is aankomende veroudering <strong>van</strong> de bevolking. In dit kader stellen zich drie<br />

grote beleidsproblemen: i) de manier waarop de lasten <strong>van</strong> de vergrijzing verdeeld worden tussen generaties en binnen generaties onderling; ii) de<br />

uitbouw <strong>van</strong> een betaalbare en hoogstaande zorgvoorziening die voor iedereen toegankelijk is; iii) het optimaliseren <strong>van</strong> de deelname <strong>van</strong> ouderen<br />

aan het economische, sociale, politieke en culturele leven zodat de kennis, ervaring en vaardigheden <strong>van</strong> de ouderen nuttig ingezet kunnen<br />

worden. Bij al deze uitdagingen is het Vlaamse beleidsniveau betrokken. Vlaanderen kan met een planmatige aanpak op het gebied <strong>van</strong> ouderzorg,<br />

arbeidsbeleid, belastingen, huisvesting, onderwijs en socio-cultureelbeleid een belangrijke en noodzakelijke bijdrage leveren aan de uitdagingen<br />

waarvoor de vergrijzingsproblematiek ons stelt. Voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een dergelijke strategie zijn goede beleidsinstrumenten onontbeerlijk. Dit<br />

project staat in voor de ontwikkeling <strong>van</strong> dit beleidsinstrument dat uit de volgende delen bestaat: Het ontwikkelen <strong>van</strong> een longitudinaal databestand<br />

voor Vlaanderen met gegevens over inkomen, levensomstandigheden, gezondheid en zorgbehoeften <strong>van</strong> de ganse bevolking in het algemeen en<br />

de ouderen in het bijzonder.<br />

Het ontwikkelen <strong>van</strong> een dynamisch simulatiemodellen voor Vlaanderen die meting <strong>van</strong> beleidshervormingen toestaan.<br />

Het meten <strong>van</strong> trends in intra- en intergenerationele verdeling <strong>van</strong> inkomen en rijkdom in Vlaanderen.<br />

Het maken <strong>van</strong> een projectie <strong>van</strong> de gezonde levensverwachting.<br />

Het meten <strong>van</strong> economische gevolgen <strong>van</strong> de vergrijzing in Vlaanderen.<br />

In kaart brengen <strong>van</strong> trends in formele en informele zorgnetwerken.<br />

Parameters <strong>van</strong> Vlaams zorgbeleid in Europees vergelijkend perspectief plaatsen.<br />

Organisaties:<br />

• Sociaal Onderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• RONNY LESTHAEGHE<br />

• Jan VAN BAVEL<br />

• PATRICK DEBOOSERE<br />

Vergrijzing in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een <strong>van</strong> de belangrijkste sociale uitdagingen voor Vlaanderen en Europa is aankomende veroudering <strong>van</strong> de bevolking. In dit kader<br />

stellen zich drie grote beleidsproblemen: I) de manier waarop de lasten <strong>van</strong> de vergrijzing verdeeld worden tussen generaties en binnen generaties<br />

onderling; ii) de uitbouw <strong>van</strong> een betaalbare en hoogstaande zorgvoorziening die voor iedereen toegankelijk is; iii) het optimaliseren <strong>van</strong> de<br />

deelname <strong>van</strong> ouderen aan het economische, sociale, politieke en culturele leven zodat de kennis, ervaring en vaardigheden <strong>van</strong> de ouderen nuttig<br />

ingezet kunnen worden. Bij al deze uitdagingen is het Vlaamse beleidsniveau betrokken. Vlaanderen kan met een planmatige aanpak op het gebied<br />

<strong>van</strong> ouderzorg, arbeidsbeleid, belastingen, huisvesting, onderwijs en socio-cultureelbeleid een belangrijke en noodzakelijke bijdrage leveren aan de<br />

uitdagingen waarvoor de vergrijzingsproblematiek ons stelt. Voor het ontwikkelen <strong>van</strong> een dergelijke strategie zijn goede beleidsinstrumenten<br />

onontbeerlijk. Dit project staat in voor de ontwikkeling <strong>van</strong> dit beleidsinstrument dat uit de volgende delen bestaat:<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een longitudinaal databestand voor Vlaanderen met gegevens over inkomen, levensomstandigheden, gezondheid en<br />

zorgbehoeften <strong>van</strong> de ganse bevolking in het algemeen en de ouderen in het bijzonder.<br />

-Het ontwikkelen <strong>van</strong> een dynamisch micro-simulatiemodel voor Vlaanderen dat meting <strong>van</strong> beleidshervormingen toestaat.<br />

-Het meten <strong>van</strong> trends in intra- en intergenerationele verdeling <strong>van</strong> inkomen en rijkdom in Vlaanderen.<br />

-Het maken <strong>van</strong> een projectie <strong>van</strong> de gezonde levensverwachting.<br />

-Het meten <strong>van</strong> economische gevolgen <strong>van</strong> de vergrijzing in Vlaanderen.<br />

-In kaart brengen <strong>van</strong> trends in formele en informele zorgnetwerken.<br />

-Parameters <strong>van</strong> Vlaams zorgbeleid in Europees vergelijkend perspectief plaatsen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dimitry Mortelmans<br />

Preklinisch onderzoek naar de interactie tussen nieuwe cytostatica en radiotherapie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Voor een optimale behandeling <strong>van</strong> tumoren met een combinatie <strong>van</strong> chemo- en radiotherapie is het <strong>van</strong> belang na te gaan of er een<br />

interactie optreedt tussen beide therapieën en het mechanisme <strong>van</strong> deze interactie op te helderen. Het radiosensitiserend effect <strong>van</strong> gemcitabine,<br />

ecteinascidine (ET-743) en vinflunine zal worden bestudeerd in verschillenden cellijnen bij verschillende toedieningsschema's. Daarbij zal de rol<br />

<strong>van</strong> de celcyclus, p53 en apoptose bestudeerd worden om het mechanisme <strong>van</strong> de radiosensitisatie op te helderen.<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Lardon<br />

• Jan Vermorken<br />

Control of Beta Cell and adipocyte mass for treatment of diabetes and obesity.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: biologie - diabetes - obesity<br />

Organisaties:


• Pathologische Biochemie en Fysiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• DANIEL PIPELEERS<br />

Diagnostische moleculaire beeldvorming: een excellentienetwerk voor de identificatie <strong>van</strong> nieuwe moleculaire<br />

beeldvorming merkers voor diagnostische doeleinden (DIMI)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Diagnostische moleculaire beeldvorming: een excellentienetwerk voor de identificatie <strong>van</strong> nieuwe moleculaire beeldvorming merkers voor<br />

diagnostische doeleinden (DIMI)<br />

Organisaties:<br />

• Bio-imaging<br />

Onderzoekers:<br />

• Anne Marie Van Der Linden<br />

De InterUniversitaire Samenwerking met de University of Western Cape inZuid-Afrika.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: De InterUniversitaire Samenwerking met de University of Western Cape Zuid-Afrika is een project gesponsord door de VLIR om een meer<br />

dynamische onderzoeks/onderwijs instelling tot stand te brengen.<br />

Organisaties:<br />

• Development Cooperation Unit<br />

Onderzoekers:<br />

• Joseph Odeurs<br />

Combinatoriële Biosynthese in Planten. (Combiplan)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doel <strong>van</strong> het Combiplan project is het tot stand brengen <strong>van</strong> een combinatorieel biosynthese platform in planten, dat de semi-rationele<br />

combinatoriële engineering <strong>van</strong> de biosynthese <strong>van</strong> bestaande en nieuwe secundaire metabolieten in plantencel culturen moet mogelijk maken. Als<br />

'proof of concept' zal deze onderzoeksstrategie op de metaboliet klasse <strong>van</strong> de triterpeen saponinen toegepast worden.<br />

Organisaties:<br />

• Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Pieters<br />

Mogelijkheden <strong>van</strong> NTMB binnen de uitbouw <strong>van</strong> de ecologische infrastructuur in de Antwerpse haven.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Mogelijkheden <strong>van</strong> NTMB binnen de uitbouw <strong>van</strong> de ecologische infrastructuur in de Antwerpse haven.<br />

Organisaties:<br />

• Dierenecologie<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Erik Matthysen<br />

• Patrick Meire<br />

The design and application of new (sub-micronsize particles based) stationary phases for capillary<br />

electrochromatography.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het project heeft de volgende doelstellingen:<br />

- Design en toepassing <strong>van</strong> nieuwe stationaire fasen voor capillaire electrochromatografie, zoals submicron-sized partikels gebaseerde fasen en<br />

monolithische kolommen<br />

- Toepassing <strong>van</strong> eerder gesynthetiseerde stationaire fasen voor de scheiding en gehaltebepaling <strong>van</strong> geneesmiddelen<br />

- Ontwikkeling <strong>van</strong> chirale scheidingsmethodes en <strong>van</strong> strategieën voor componenten gerelateerd aan de geneesmiddelenontwikkeling op de<br />

bovenvermelde stationaire fasen<br />

- Chirale scheidingsmethodes voor bio-analyse zullen ontwikkeld worden<br />

- Ontwikkeling <strong>van</strong> bio-analytische assays op de hogervermelde stationaire fasen<br />

Organisaties:<br />

• Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Y<strong>van</strong> VANDER HEYDEN<br />

Aankoop <strong>van</strong> een spectrofotometer.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Aankoop <strong>van</strong> een spectrofotometer.<br />

Organisaties:<br />

• Celbiologie en histologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean-Pierre Timmermans<br />

Uitvoering <strong>van</strong> een aantal simulaties m.b.t. de zogenaamde "werkloosheids- en inactiviteitsvallen" in het kader <strong>van</strong> de<br />

werkzaamheden <strong>van</strong> de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uitvoering <strong>van</strong> een aantal simulaties m.b.t. de zogenaamde "werkloosheids- en inactiviteitsvallen" in het kader <strong>van</strong> de werkzaamheden<br />

<strong>van</strong> de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Godelieve De Lathouwer<br />

Wetenschappelijke ondersteuning <strong>van</strong> de Staten-Generaal <strong>van</strong> het Gezin.


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project wordt voozien in een wetenschappelijk ondersteuning <strong>van</strong> de tweede Staten Generaal voor het Gezin. Dit houdt in (1)<br />

deelname aan het wetenschappelijk comité <strong>van</strong> de Staten-Generaal en (2) voorbereiding, methodologische follow-up en verwerking <strong>van</strong> een<br />

gezinsenquête.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dimitry Mortelmans<br />

Toepassing <strong>van</strong> juridische beginselen inzake aanpasbaarheid <strong>van</strong> overeengekomen arbeidsvoorwaarden.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Gelieve aan te vullen a.u.b.<br />

Organisaties:<br />

• Sociale Concurrentie en Recht<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc Rigaux<br />

• Anne Van Regenmortel<br />

Maatschappelijk georiënteerd werkprogramma voor het langetermijnbeheer <strong>van</strong> categorie B en C afval en CARL project.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deeltaak 1: Begeleiden en adviseren <strong>van</strong> NIRAS bij de voorbereiding en uitwerking <strong>van</strong> een maatschappelijk georiënteerd<br />

werkprogramma voor het langetermijnbeheer <strong>van</strong> categorie B en C afval. De focus ligt daarbij op het uitwerken <strong>van</strong> voorstellen voor de concrete<br />

invulling <strong>van</strong> een participatieproces rond deze thematiek en de uitwerking daar<strong>van</strong> in de praktijk; en dit in nauwe samenwerking met de<br />

betrokkenen.<br />

Deeltaak 2: Onderzoek en coördinatie <strong>van</strong> het CARL project, een internationaal sociaal wetenschappelijk onderzoeksproject rond publieke<br />

participatie in het beheer <strong>van</strong> radioactief afval. Dit komt neer op het opmaken <strong>van</strong> een landenrapport over de huidge stand <strong>van</strong> zaken in België en<br />

het in een verdere fase verder uitdiepen <strong>van</strong> bepaalde, nog af te bakenen topics, in een comparatieve studie over de deelnemende landen (België,<br />

Canada, Slovenië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) heen.<br />

Organisaties:<br />

• Milieu en leefomgeving (M&l)<br />

Onderzoekers:<br />

• Erik A O J Van Hove<br />

• Ilse Loots<br />

EMR Transport Database for the EU Region Maas-Rijn.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: EMR Transport Database for the EU Region Maas-Rijn.<br />

Organisaties:<br />

• Transport en ruimtelijke economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Hilde Meersman<br />

• Eddy Van de Voorde<br />

Gea<strong>van</strong>ceerde biotechnologische technieken in het biomedisch laboratorium<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Uit het werkveld selecteerden wij twee deelprojecten waarin gea<strong>van</strong>ceerde biotechnologische technieken een centrale rol spelen.In een<br />

eerste deelproject zullen wij meewerken aan de identificatie <strong>van</strong> sleutelgenen betrokken bij de normale en de verstoorde T-cel ontwikkeling (AIDS).<br />

Voor de muis werd reeds aangetoond dat de Rho-familie GTPasen een belangrijke rol spelen in dit proces. We zullen daarom de expressie en<br />

functie <strong>van</strong> deze eiwitten in ontwikkelende humane T-cellen onderzoeken door ze tot overexpressie te brengen of ze daarentegen uit te schakelen.<br />

Hierbij wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong> retrovirale gentransfer, RNAi technologie en DNA-sequentiebepaling.In een tweede deelproject zullen wij gebruik<br />

maken <strong>van</strong> de HPLC-scheidingsmethode om de concentratie <strong>van</strong> levetiracetam, een nieuw anti-epilepticum, te bepalen in bloed <strong>van</strong> patiënten. De<br />

evaluatie <strong>van</strong> het verband tussen de plasma-concentraties en het biologisch effect kan de behandeling <strong>van</strong> de individuele patiënt verbeteren.Deze<br />

projecten zullen een grondige actualisering <strong>van</strong> het curriculum opleveren. De resultaten zullen verwerkt worden in publicaties en een toepassing<br />

vinden in de behandeling <strong>van</strong> auto-immuunziekten en epilepsie. Via workshops, studiedagen en een voortgezette opleiding worden de verworven<br />

technische vaardigheden overgedragen aan studenen en belangstellenden <strong>van</strong> het werkveld.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Gezondheidszorg Vesalius<br />

• Vakgroep Biomedische - en exacte wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Dumont<br />

• Stefan Vermeulen<br />

• Els Van Mechelen<br />

Versterking <strong>van</strong> de academische capaciteiten in economie en humane ontwikkeling.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Versterking <strong>van</strong> de academische capaciteiten in economie en humane ontwikkeling.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• Politieke economie <strong>van</strong> de Grote Meren Regio<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan Marysse<br />

• Tom De Herdt<br />

Poverty and poverty reduction in the great lakes : a multidisciplinary approach.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Daar Centraal-Afrika een prioriteit vormt voor het Belgisch buitenlands beleid en bovendien het Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -<br />

Beheer en het Centrum voor de studie <strong>van</strong> het gebied <strong>van</strong> de Grote Meren <strong>van</strong> Afrika een belangrijke expertise hebben in het gebied <strong>van</strong> de Grote<br />

Meren, werd deze regio gezozen als focus voor de conferentie. Als probleemstelling werd de bestrijding <strong>van</strong> armoede gekozen daar dit het centrale<br />

thema is binnen de internationale doelstellingen inzake ontwikkelingssamenwerking en daar armoede zich als een prangend probleem stelt in het<br />

gebied <strong>van</strong> de Grote Meren. Bovendien bezit het IOB een belangrijke expertise in het gebied<strong>van</strong> armoede en armoedebestrijding met o.a. een


internationaal trainingsprogramma rond de "Poverty Reduction Strategy Paper". Het Grote Meren gebied werd jaren geteisterd door conflict en<br />

geweld en bevindt zich nu in een periode <strong>van</strong> politieke en sociale heropbouw en economisch herstel. Het ontwikkelingskader waarin dit gebeurt is<br />

de"Poverty Reduction Strategy", in 1999 gelanceerd door de Wereldbank en het IMF. Het Strategisch Plan voor armoedebestrijding (PRSP) plaats<br />

armoedebestrijding in het centrum <strong>van</strong> ontwikkelingsstrategieen waarbij niet alleen economische groei maar ook politieke stabiliteit, goed bestuur,<br />

het uitbouwen en het toegankelijk maken <strong>van</strong> sociale structuren en het naleven <strong>van</strong> de mensenrechten als voorwaarden gelden. De bestrijding <strong>van</strong><br />

armoede vereist inspanningen <strong>van</strong>uit verschillende sectoren en moet daarom bekeken worden <strong>van</strong>uit een multidisciplinair standpunt.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• Politieke economie <strong>van</strong> de Grote Meren Regio<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan Marysse<br />

Project MIDP III (Multilingual Information and informatics Development) : Meertaligheid en uitsluiting.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een punt <strong>van</strong> discussie in het sociolinguïstische onderzoek naar meertaligheid is of globaliseringprocessen versus<br />

regionaliseringsprocessen in de laatste decennia tot meer of minder linguïstische diversiteit geleid hebben, wat onder meer te maken heeft met de<br />

veranderlijke en voor een stuk ideologisch bepaalde wijzen waarop de taalpraktijk in meertalige gemeenschappen gecategoriseerd wordt en herleid<br />

wordt tot telbare talige eenheden. Minder controversieel is de vaststelling dat deze processen geleid hebben tot een toegenomen visibiliteit en een<br />

toegenomen bewustzijn <strong>van</strong> talige diversiteit, evenals tot een toegenomen sensitiviteit m.b.t. die diversiteit, of kortweg, tot een geïntensifieerd<br />

discours rond maatschappelijke meertaligheid. Het onderzoeksproject rond 'Multilingualism and exclusion' start <strong>van</strong>uit de hypothese dat dat<br />

discours niet altijd rekening houdt met of aanleiding geeft tot maatschappelijke integratie en emancipatie. In de praktijk volgt het discours vaak de<br />

mechanismen en effecten <strong>van</strong> uitsluiting op verschillende niveaus <strong>van</strong> de samenleving. Het onderzoeksproject en het boek dat uit het project<br />

voortvloeit beoogt een kritische analyse <strong>van</strong> meertalige gemeenschappen (met bijzondere focus op Zuid-Afrika en de Free State Province) en de<br />

manier waarop zij een uitdaging vormen voor taalplanners, een kritische analyse ook <strong>van</strong> het effectieve management <strong>van</strong> meertaligheid, <strong>van</strong> de<br />

ervaringen <strong>van</strong> de individuele taalgebruikers in meertalige contexten en in het bijzonder <strong>van</strong> allerlei 'tools' die ingezet worden om uitsluiting tot stand<br />

te brengen, waarbij een <strong>van</strong> hogerhand opgelegde eentaligheid uiteraard de meest voor de hand liggende is.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)<br />

Onderzoekers:<br />

• Reinhild Vandekerckhove<br />

• Pol Cuvelier<br />

Welke genen initiëren en beëindigen celelongatie in de wortel <strong>van</strong> arabidopsis?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uit een grote collectie met enhancer trap-planten welke GFP expresseren door een planteigen promotor/enhancer, worden deze met<br />

expressie in de wortel elongatiezone verder bestudeerd. De 'getrapte' genen worden geïdentificeerd met TAIL-PCR, planten met een knock-out<br />

mutatie worden fenotypisch bestudeerd en de genprodukten worden gelocalizeerd. Het onderzoek moet ons in staat stellen genen/proteïnen te<br />

identificeren die elongatie starten en beëindigen.<br />

Organisaties:<br />

• Plantengroei en -ontwikkeling<br />

• Plantenmorfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Kris Vissenberg<br />

Efficiënte Real-Time Audiotransformaties Gebaseerd op Sinusoïdale Modellering.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Efficiënte Real-Time Audiotransformaties Gebaseerd op Sinusoïdale Modellering.<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim D'haes<br />

MARKT LBS : Analyse en bepaling <strong>van</strong> de mogelijke impact <strong>van</strong> location based services in directe marketing activiteiten.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project beoogt de studie <strong>van</strong> de mogelijke impact <strong>van</strong> Location Based Services in directe marketing activiteiten. Voor LBS ligt de focus<br />

op GSM en UMTS cellulaire netwerken.<br />

Organisaties:<br />

• Elektriciteit<br />

Onderzoekers:<br />

• LEO VAN BIESEN<br />

• PATRICK BOETS<br />

• Carine NEUS<br />

Politieke agenda-setting en de media: wie leidt, wie volgt?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De bedoeling <strong>van</strong> dit project is na te gaan of, in welke mate, en hoe de massamedia de politieke agenda bepalen. Door hun sterk<br />

divergerende onderzoeksopzet waren de resultaten <strong>van</strong> vorig onderzoek tegenstrijdig. Dit project overstijgt deze tegenstellingen door de methoden<br />

<strong>van</strong> beide soorten politiek agenda-settingsonderzoek, kwantitatief (tijdreeksanalyse) en kwalitatief (interviews), te combineren. Het project omvat<br />

tijdreeksanalyse <strong>van</strong> mediale en politieke tijdreeksen, selectie <strong>van</strong> een tiental cases voor meer diepgaand onderzoek, framinganalyse <strong>van</strong> de<br />

berichtgeving over deze cases en interviews met bevoorrechte getuigen over dezelfde cases.<br />

Organisaties:<br />

• Media, middenveld en politiek (M2P)<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan Walgrave<br />

Ontwikkeling en optimalisatie <strong>van</strong> biocompatibele colloïdale dragers (liposomen en nanopartikels) voor targeting naar de<br />

intracellulaire parasiet Leishmania dono<strong>van</strong>i.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het onderzoek is de ontwikkeling en optimalisatie <strong>van</strong> colloïdale dragers (liposomen en nanopartikels) die via endocytosis in<br />

de gastheercel <strong>van</strong> de parasiet worden opgenomen en het geneesmiddel (een krachtig, breed-spectrum saponine) vrijgeven. De invloed <strong>van</strong> de


technologische parameters <strong>van</strong> de bereidingsprocedure op de fysicochemische eigenschappen en de endocytosis <strong>van</strong> de dragers zal onderzocht<br />

worden. Het therapeutisch effect zal in vitro en in vivo bestudeerd worden.<br />

Organisaties:<br />

• Galenische en industriële farmacie en biofarmacie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jo Vandervoort<br />

Analytische methodes voor de bepaling <strong>van</strong> de vlamvertrager hexabroomcyclododecaan in biologische en milieu<br />

monsters.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde project heeft als doel om de analytisch methodes voor de bepaling <strong>van</strong> de vlamvertrager hexabroomcyclododecaan<br />

(HBCD) in milieu en biologische stalen te optimaliseren en te valideren. Het door de industrie gebruikte technische HBCD is geen zuiver product<br />

maar bestaat uit verschillende isomeren, waar<strong>van</strong> a-, b- en g-HBCD het meest voorkomen. Vloeistofchromatografie gekoppeld aan massa<br />

spectrometrie (LC/MS) zal worden gebruikt als analysetechniek voor de bepaling <strong>van</strong> de individuele HBCD isomeren.<br />

Organisaties:<br />

• Toxicologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Adrian Covaci<br />

Experimentele studie <strong>van</strong> diffractieve interacties en parton-verzadigingseffecten a.h.v. het CMS-experiment bij de Large<br />

Hadron Collider (CERN).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De CMS-CASTOR calorimeter meet energie-afzettingen in botsingen tussen protonen en zware ionen, geproduceerd door de LHC in een<br />

rapiditeitsinterval tussen 5.2 and 6.6. Deze detector laat toe om de voorwaartse energiestroom te meten, alsook de productie <strong>van</strong> "jets" and<br />

"rapidity gaps" bij voorwaartse rapiditeit. De motivering voor de bouw <strong>van</strong> deze detector omvat de studie <strong>van</strong> de onderliggende gebeurtenis, QCD<br />

evolutie en parton dynamica en diffractie.<br />

In het kader <strong>van</strong> dit project wordt de CASTOR Monte Carlo simulatie-code, gebaseerd op GEANT, gevalideerd met test bundel gegevens verkegen<br />

in 2007, 2008 en 2009 met een prototype-versie <strong>van</strong> de detector. De eerste proton-proton botsingen verzameld in 2009 en 2010 worden<br />

geanalyseerd en de voorwaartse energiestroom wordt gemeten en vergeleken tussen minimaal gebiaseerde botsingsgebeurtenissen en<br />

botsingsgebeurtenissen met een harde schaal gegeven door een jet die centraal in rapiditeit wordt geproduceerd.<br />

Organisaties:<br />

• Elementaire-Deeltjesfysica<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre M S J Van Mechelen<br />

Transplantatie <strong>van</strong> adulte en embryonale stamcellen genetisch gemodificeerd met neurale groeifactoren na traumatisch<br />

hersenletsel bij de muis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Neurologische traumata komen voor bij sport-, werk- en verkeersongevallen en leiden vaak tot morbiditeit en mortaliteit bij volwassenen<br />

en kinderen. Een veelbelovende therapie voor neurologische beschadiging is stamceltransplantatie. Dit project onderzoekt of transplantatie <strong>van</strong><br />

adulte en embryonale stamcellen, genetisch gemodificeerd met neurale groeifactoren, kan bijdragen tot herstel na traumatisch hersenletsel bij<br />

muizen.<br />

Organisaties:<br />

• VAXINFECTIO<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Ponsaerts<br />

Reinfectie-frequentie en klinische outcome bij asymptomatische vrouwen met Chlamydia trachomatis-infectie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project wordt de reinfectie-frequentie en de klinische outcome <strong>van</strong> patienten die deelnemen aan opportunistische screening voor<br />

Chlamydia trachomatis bestudeerd. Hiervoor wordt een prospectieve cohort studie gevoerd in 30 huisartspraktijken in Antwerpen. Patienten bij wie<br />

door screening een asymptomatische CT infectie werd vastgesteld in 2001-2002, worden opgevolgd mbt recidieven en gynecologische en<br />

reproductieve outcome.<br />

Organisaties:<br />

• Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg (ELIZA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Veronique Verhoeven<br />

Maatschappelijke diversiteit in juridische argumentatie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Een onderzoek naar de wijze waarop verwijzingen naar maatschappelijke diversiteit worden gebruikt in argumentatieve communicatie in<br />

rechtbanken. Op basis <strong>van</strong> authentieke rechtbankinteractie, transcripties <strong>van</strong> strafzittingen verzameld tijdens veldonderzoek, wordt onderzocht hoe<br />

en in welke situaties het thema maatschappelijke diversiteit door deelnemers aan strafzittingen (magistraten, aanklager, advocaten, verdachte)<br />

gehanteerd wordt bij het beoordelen <strong>van</strong> de strafwaardigheid <strong>van</strong> de gepleegde feiten.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jozef Verschueren<br />

Optimaliseren <strong>van</strong> veiligheidsvoorraden binnen de supply chain.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het huidige onderzoeksvoorstel analyseert de problematiek <strong>van</strong> de locatie <strong>van</strong> veiligheidsvoorraden in een<br />

productie/voorraad/distributiesetting. De uiteindelijke bedoeling is te komen tot een optimale toewijzing <strong>van</strong> de veiligheidsvoorraad op verschillende<br />

niveaus binnen de totale supply chain, d.w.z. een zodanige toewijzing dat de productie- en logistieke kosten geminimeerd worden. Het probleem<br />

wordt geanalyseerd aan de hand <strong>van</strong> mixed integer programming en multi-objective optimeringstechnieken.<br />

Organisaties:<br />

• ITMMA<br />

Onderzoekers:


• Wout Dullaert<br />

Determinanten <strong>van</strong> de participatie <strong>van</strong> civiele maatschappij organisaties aan de 'Poverty Reduction Strategy Papers'.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Met de 'Poverty Reduction Strategy Papers' werd een nieuwe soort conditionaliteit <strong>van</strong>uit de Wereldbank en het IMF aan<br />

ontwikkelingslanden opgelegd. Er dient namelijk in het opstellen <strong>van</strong> zo'n PRSP rekening gehouden te worden met de civiele maatschappij .<br />

Hiertoe wordt de participatie <strong>van</strong> civiele maatschappij actoren aan de PRS processen "verplicht". Onze onderzoeksvraag richt zich op de selectie<br />

<strong>van</strong> de actoren die aan de discussietafel zullen zetelen. Een profiel wordt opgesteld <strong>van</strong> de betrokken en niet-betrokken organisaties, rekening<br />

houdend met zowel een aantal 'resources' die de organisaties ter beschiking hebben, alsook hun netwerken met donoren, overheid en andere<br />

civiele maatschappij actoren.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• AID Policy<br />

Onderzoekers:<br />

• Nadia Molenaers<br />

Zwakke intermoleculaire interacties tussen klassieke anesthetica en enkele typische Lewis basen: een FTIR studie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De vorming <strong>van</strong> zwakke intermoleculaire complexen <strong>van</strong> klassieke anesthetica zoals halothaan, enfluraan, isofluraan en methodyxfluraan<br />

met een verscheidenheid aan Lewis bases wordt onderzocht in cryogene oplossingen (vloeibaar argon, vloeibaar krypton en vloeibaar xenon) met<br />

behulp <strong>van</strong> FTIR spectroscopie. De experimentele gegevens over de complexen worden aangevuld met ab initio berekeningen, statistische<br />

thermodynamica en Monte Carlo / Free Energy Perturbation Theory (MC-FEP) simulaties.<br />

Organisaties:<br />

• Cryospectroscopie<br />

Onderzoekers:<br />

• Wouter Herrebout<br />

Chemische en structurele karakterisatie <strong>van</strong> individuele aërosoldeeltjes afkomstig <strong>van</strong> lasprocessen, door<br />

gecombineerde EPMA en micro-Raman technieken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Om zo effectief mogelijk de lucht te zuiveren <strong>van</strong> atmosferische deeltjes gegenereerd dor lasprocessen, moet hun chemische<br />

samenstelling en morfologie bepaald worden. Elektronen probe X-stralen microanalyse (EPMA) is al succesvol ingezet om individuele aërosol<br />

deeltjes op een geautomatiseerde manier te karakteriseren. Deze techniek kan gedetailleerde informatie geven over de elementsamenstelling, de<br />

grootteverdeling en de morfologie. De toepassing <strong>van</strong> µ-Raman spectrometrie in combinatie met EPMA creëert de mogelijkheid om de deeltjes ook<br />

qua moleculaire samenstelling nog verder te karakteriseren.<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Anna De Maeyer-Worobiec<br />

Onderzoek naar Nieuwe Fundamentele Aspecten <strong>van</strong> Palladium-Gekatalyseerde Reacties en hun Praktische Toepassing<br />

in Organische Synthesen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit onderzoeksproject worden twee nieuwe fundamentele aspecten <strong>van</strong> palladium-gekatalyseerde reacties onderzocht ("base effect" en<br />

transhalogenering") en hun praktische toepassing in organische synthesen. Tevens zullen, mede gebaseerd op de kennis <strong>van</strong> het "base effect",<br />

tandem Pd-gekatalyseerde N arylerings- en tandem Pd-gekatalyseerde N en C aryleringsprotocols ontwikkeld worden voor de efficiënte synthese<br />

<strong>van</strong> (gesubstitueerde) polycyclische azaheteroaromatische skeletten.<br />

Organisaties:<br />

• Organische synthese<br />

Onderzoekers:<br />

• Bert Maes<br />

Invloed <strong>van</strong> angiogenese op de groei, samenstelling en stabiliteit <strong>van</strong> atherosclerotische plaques.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In deze studie zullen microvaatjes geïnduceerd worden in atherosclerotische plaques <strong>van</strong> konijnen en zal de invloed <strong>van</strong> microvaatjes op<br />

de groei, samenstelling en stabiliteit <strong>van</strong> de plaque bepaald worden. Anderzijds zullen we het effect <strong>van</strong> farmaca (statines, stikstofmonoxide<br />

donoren) onderzoeken op de ontwikkeling <strong>van</strong> microvaatjes en plaquestabiliteit. Parallel hiermee willen we een beter inzicht verkrijgen in<br />

pathofysiologische mechanismen <strong>van</strong> plaque-instabiliteit en ¿ruptuur en willen we nieuwe eindpunten voor de evaluatie <strong>van</strong> plaquestabiliteit<br />

ontwikkelen en valideren.<br />

Organisaties:<br />

• Fysiofarmacologie (FAR)<br />

Onderzoekers:<br />

• Guido De Meyer<br />

• Wim Martinet<br />

Ab initio berekeningen <strong>van</strong> halfgeleider nanodraden.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ab initio totale-energieberekeningen zullen uitgevoerd worden in het pseudopotentiaal dichtheidsfunctionaaltheorie formalisme voor de<br />

recent experimenteel gerealiseerde vrijstaande Si, Ge, ZnO, ... nanodraden. Deze aanpak laat toe om de atomaire en elektronische structuur <strong>van</strong><br />

nanodraden te bestuderen. Ook de invloed <strong>van</strong> externe moleculen (zoals de ladingsoverdracht) zal bestudeerd worden, om inzicht te verkrijgen in<br />

het functioneren <strong>van</strong> de draad als nanosensor.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Bart Partoens<br />

Longitudinale case studie "Leven met diabetes". Haalbaarheidsstudie naar het gebruik <strong>van</strong> multipele methoden <strong>van</strong><br />

dataverzameling en analyse om inzicht te krijgen in de complexiteit <strong>van</strong> individuele zorgtrajecten <strong>van</strong> diabetespatiënten.<br />

Universiteit Antwerpen


Abstract: De diagnose <strong>van</strong> diabetes betekent voor de patiënt een ingrijpende verandering in zijn levensstijl en vraagt een levenslange opvolging <strong>van</strong><br />

de behandeling. Een goed diabetes management veronderstelt dat de professionele zorgverlener inzicht heeft in de attitudes en levensstijl <strong>van</strong> de<br />

patiënt en in de betekenis die de ziekte voor de patiënt heeft. Dit soort informatie is niet beschikbaar op basis <strong>van</strong> de klassieke populatiegerichte<br />

onderzoeksmethoden.<br />

Door longitudinale opvolging <strong>van</strong> de individuele patiënt proberen we in deze studie de patiënt in zijn sociale context en in de loop <strong>van</strong> de tijd beter te<br />

begrijpen.<br />

Tussen april en november 2005 zullen 6 tot 8 diabetespatiënten en hun omgeving intensief opgevolgd worden (interviews, dagboeken, gegevens uit<br />

het medisch dossier, contacten met zorgverleners).<br />

Met de studie willen we de haalbaarheid <strong>van</strong> dataverzameling m.b.v. multipele methoden nagegaan. Door gestructureerde vergelijkende casus<br />

analyse proberen we inzicht te krijgen in de complexiteit <strong>van</strong> individuele zorgtrajecten <strong>van</strong> diabetespatiënten.<br />

Organisaties:<br />

• Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg (ELIZA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Van Royen<br />

Nieuwe Humane Dipeptidyl Peptidasen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgelegde project behelst moleculair en biochemisch onderzoek <strong>van</strong> nieuwe humane dipeptidyl peptidasen (DPPs). Het project<br />

heeft tot doel (1) na te gaan welke dipeptidyl peptidasen naast DPPIV voorkomen in humane leukocyten, (2) die 'andere' peptidasen te identificeren<br />

en fysicochemisch te karakteriseren, (3) te onderzoeken welke substraten door deze peptidasen worden geknipt en (4) gekende remmers <strong>van</strong><br />

dipeptidyl peptidasen te testen op hun selectiviteit.<br />

Organisaties:<br />

• Medische biochemie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ingrid De Meester<br />

Een rechtstheoretische en rechtssociologische studie naar de relatie tussen rechtspraak, rechtschepping en democratie<br />

in de opvatting <strong>van</strong> magistraten in cassatie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoek wil achterhalen, door middel <strong>van</strong> een gecombineerde rechtstheoretische (literatuuronderzoek) en rechtssociologische<br />

methode (interviews), hoe magistraten in cassatie zélf hun rechtscheppende rol begrijpen. Daarmee wordt onder meer inzicht geboden in de<br />

democratische attitude <strong>van</strong> deze magistraten, en daarmee op een <strong>van</strong> de meest wezenlijke aspecten <strong>van</strong> het functioneren <strong>van</strong> de democratische<br />

rechtsstaat.<br />

Organisaties:<br />

• Overheid en Recht<br />

Onderzoekers:<br />

• Leonardus Adams<br />

• Koen Van Aeken<br />

CIck.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het CIcK-project is het architecturaal stappenplan uit te stippelen om Vlaanderen tegen 2010 te voorzien <strong>van</strong> een volgende<br />

generatie wereldklasse breedbandinfrastructuur, vertrekkende <strong>van</strong> de huidige wereldklasse breedband kabelinfrastructuur, gebaseerd op open<br />

publieke normen, gebruik makende <strong>van</strong> nieuwe convergenties <strong>van</strong> breedband technologieën en die nieuwe gebruikersgedreven convergente<br />

breedbanddiensten mogelijk maken.<br />

Organisaties:<br />

• Prestatieanalyse en telecommunicatiesystemen (PATS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Christian Blondia<br />

Tijd en Aspect in het Bukavu Swahili.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In het kader <strong>van</strong> een algemene taalkundige beschrijving <strong>van</strong> de Afrikaanse taal ' het Bukavu Swahili' beoogt dit project het brengen <strong>van</strong><br />

een grondige analyse <strong>van</strong> het werkwoordelijke systeem <strong>van</strong> deze taal met speciale aandacht voor de kategorieën <strong>van</strong> tijd en aspect.<br />

Organisaties:<br />

• Individueel onderzoek taalkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Didier Goyvaerts<br />

OCAPI - Ontsluiting <strong>van</strong> CGN annotatie voor portabiliteit naar nieuwe informatiebronnen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: OCAPI - Ontsluiting <strong>van</strong> CGN annotatie voor portabiliteit naar nieuwe informatiebronnen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Guy De Pauw<br />

Naar een vlottere aanpasbaarheid <strong>van</strong> arbeid in loondienst: premisse <strong>van</strong> een duurzaam beleid <strong>van</strong> vastheid <strong>van</strong><br />

betrekking?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project beoogt het arbeidsconcept juridisch in te vullen en te positioneren, rekening houdend met de moderne noden en realiteiten.<br />

Uitgangspunt is de vraag in hoeverre de arbeid verricht in het kader <strong>van</strong> een arbeidsovereenkomst, momenteel aanpasbaar is. Het doel is<br />

vervolgens aan te geven welke pistes de regelgever kan volgen om te komen tot een grotere flexibiliteit, zonder aan de vastheid <strong>van</strong> betrekking <strong>van</strong><br />

de werknemer te raken.<br />

Organisaties:<br />

• Sociale Concurrentie en Recht<br />

Onderzoekers:<br />

• Alois Van Oevelen<br />

• Marc Rigaux


• Anne Van Regenmortel<br />

Het ontwerp <strong>van</strong> experimenten met gepaarde waarnemingen onder volgorde-effecten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Om de kwantificeren hoe de leden <strong>van</strong> een doelgroep de verschillende kenmerken <strong>van</strong> producten, diensten,<br />

transportwijzen of gezondheidstoestanden waarderen worden in onder meer de marketing, de transporteconomie en de gezondheidseconomie<br />

experimenten met gepaarde waarnemingen gebruikt. De bedoeling <strong>van</strong> dit project is om methoden te ontwikkelen die het de onderzoekers toelaten<br />

dergelijke experimenten op een statistisch verantwoorde wijze op te zetten wanneer volgorde-effecten de keuzes <strong>van</strong> de respondenten kunnen<br />

beïnvloeden.<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde, statistiek en actuariaat<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Goos<br />

Ab initio berekeningen <strong>van</strong> halfgeleider nanokristallen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ab initio totale-energieberekeningen zullen uitgevoerd worden in het pseudopotentiaal dichtheidsfunctionaaltheorie formalisme voor de<br />

recent experimenteel gerealiseerde vrijstaande halfgeleider nanodraden en nanoclusters. Deze aanpak laat toe om de atomaire en elektronische<br />

structuur <strong>van</strong> de nanodraden en -clusters te bestuderen. Ook de invloed <strong>van</strong> externe moleculen (zoals de ladingsoverdracht) zal bestudeerd<br />

worden, om inzicht te verkrijgen in het functioneren <strong>van</strong> de draad als nanosensor.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Bart Partoens<br />

Een interactieve opvatting over kleur en ruimte: een verdere exploratie <strong>van</strong> het filosofisch potentieel <strong>van</strong> de<br />

sensorimotorische contingentietheorie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel is het verder onderzoeken <strong>van</strong> de filosofische consequenties <strong>van</strong> de sensorimotorische contingentietheorie <strong>van</strong> perceptie en<br />

perceptueel bewustzijn. Naast de verdere uitwerking <strong>van</strong> deze als een theorie over bewustzijn, is het de bedoeling verdere filosofische conclusies<br />

te puren uit recente ontwikkelingen binnen de theorie over kleur en ruimte. Dit zou moeten leiden tot een externalistische opvatting over kleur en<br />

ruimte, die gevoelig verder gaat dan bestaande filosofische theorieën die eveneens het belang <strong>van</strong> het externe en <strong>van</strong> activiteit erkennen voor<br />

perceptie en cognitie.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Filosofische Psychologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Erik Myin<br />

Koper homeostase bij vissen: de rol <strong>van</strong> subcellulaire verdeling en metaalbindende eiwitten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De subcellulaire verdeling <strong>van</strong> een metaal, in casu het essentiële metaal koper, kan een belangrijke rol spelen in de effecten die dit metaal<br />

in de cel uitoefent. De eiwitten betrokken in koper transport, detoxificatie en excretie zijn hierbij <strong>van</strong> primordiaal belang. Deze studie wil nagaan of<br />

de verschillen in subcellulaire verdeling, en de binding aan verschillende eiwitfrakties, een verklaring kan bieden voor de verschillend waargenomen<br />

effecten bij twee zoetwater vissoorten.<br />

Organisaties:<br />

• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)<br />

Onderzoekers:<br />

• Gudrun De Boeck<br />

Implementatie <strong>van</strong> software voor de evaluatie <strong>van</strong> energie-dispersieve x-stralenspectra gebaseerd op het WinAxil<br />

algoritm.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: WinAxil is een software pakket voor de analyse <strong>van</strong> energie-dispersieve x-straalspectra. Het is gebaseerd op een niet-lineaire kleinste<br />

kwadraten algorithme. Het pakket wordt ontwikkeld in Visual C++ en Visual Basic voor Windows 95 en Windows NT. Voor kwantitative analyse<br />

wordt een fundamenteel parameter methode geïmplementeerd. WinAxil is toepasbaar voor de analyse <strong>van</strong> x-straalgegevens afkomstig <strong>van</strong><br />

verschillende excitatiemodes: buis, secundaire target, radio-isotopen, totale reflectie, synchrotron straling, electronen (SEM-EDX) en geladen<br />

deeltjes (PIXE).<br />

Organisaties:<br />

• Chemometrie (Mitac 3)<br />

Onderzoekers:<br />

• Pierre Van Espen<br />

Karakterisatie <strong>van</strong> het recent geïdentificeerde gen verantwoordelijk voor het osteopetrotisch "Incisors Absent" ratmodel.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject zal de karakterisatie nastreven <strong>van</strong> een recent door ons geïdentificeerd gen dat aan de basis ligt <strong>van</strong> de verstoorde<br />

botafbraak in het osteopetrotisch "incisors absent" ratmodel. Functionele karakterisatie als ook de rol in humane bothomeostase zal onderzocht<br />

worden. Dit onderzoek kan de basis vormen voor verder onderzoek naar therapie voor behandeling of preventie <strong>van</strong> osteoporose op basis <strong>van</strong> de<br />

betrokken metabole weg.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim Van Hul<br />

Morfosyntactische annotatie <strong>van</strong> drie Nederlandstalige kindertaalcorpora.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De doelstelling <strong>van</strong> dit project is om morfosyntactische annotatie toe te voegen aan drie databases met spontane kindertaal: het Maartencorpus,<br />

het CLPF-corpus en het CI-corpus. We willen bereiken dat deze corpora een perfecte morfologische codering bevatten, dat de filler<br />

syllabes hierbij consistent getranscribeerd en geannoteerd zijn, en dat de substantiefgroepen overal zijn aangeduid.


Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Helena Taelman<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> verbeterde statistische tests voor functionele magnetische resonantie data.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project worden verbeterde statistische tests ontwikkeld voor de verwerking <strong>van</strong> functionele magnetische resonantie (fMRI) signalen.<br />

Zowel parametrische tests, via de ontwikkeling <strong>van</strong> veralgemeende waarschijnlijkheidsverhoudings-testen, als niet-parametrische testen (clustering)<br />

worden onderzocht. Tenslotte worden visualisatietechnieken ontwikkeld voor de optimale weergave <strong>van</strong> fMRI resultaten op hoge-resolutie beelden.<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Scheunders<br />

• Jan Sijbers<br />

Samuel Beckett, het late tweetalige werk: tekstgenese en elektronisch-kritische editie<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit project is de analyse <strong>van</strong> het schrijfproces <strong>van</strong> het late tweetalige werk <strong>van</strong> Samuel Beckett op basis <strong>van</strong> de bewaarde<br />

manuscripten. De resultaten <strong>van</strong> dit tekstgenetisch onderzoek worden toegankelijk gemaakt in de vorm <strong>van</strong> vijf wetenschappelijke artikelen en <strong>van</strong><br />

een elektronische editie (met transcripties <strong>van</strong> alle kladversies plus variantenapparaat) <strong>van</strong> Not I / Pas moi, Still / Immobile, Stirrings Still /<br />

Soubresauts en Comment dire / What Is the Word.<br />

Organisaties:<br />

• Literatuur <strong>van</strong> de moderniteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Van Hulle<br />

Effecten <strong>van</strong> lichaamsgrootte op de werking <strong>van</strong> de kopspieren bij de Afrikaanse katvis Clarias gariepinus.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Voorgaand onderzoek naar de effecten <strong>van</strong> grootte op de werking <strong>van</strong> het voedselopname systeem bij de Afrikaanse katvis suggereren<br />

een discrepantie tussen de groei <strong>van</strong> de morfologie en de geobserveerde bewegingen. Het is het doel <strong>van</strong> het huidige project om deze schijnbare<br />

paradox te onderzoeken door de effecten <strong>van</strong> grootte op de werking <strong>van</strong>de spieren zelf te onderzoeken. Dit zal gebeuren in samenwerking met Dr.<br />

R. James (Coventry University), een expert op het gebied <strong>van</strong> spierfysiologie.<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Anthony R Herrel<br />

De berekening <strong>van</strong> de elektronische structuur <strong>van</strong> niobiumoxides.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: We berekenen de elektronische eigenschappen <strong>van</strong> de niobiumoxides NbO, NbO2 en Nb2O5 d.m.v ab initio elektronische<br />

structuurberekeningen via de LAPW methode. De fijnstructuur <strong>van</strong> de elektronen energieverliesspectra wordt berekend via deze<br />

bandenstructuurberekeningen en wordt vergeleken met de resultaten bekomen via de "Multiple Scattering" techniek. Vervolgens worden de<br />

resultaten gecorreleerd aan de kristallografische structuur.<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische studie der materie (TSM)<br />

Onderzoekers:<br />

• Sorin Cucu<br />

De identificatie <strong>van</strong> modificerende genen voor gehoorverlies veroorzaakt door GJB2 mutaties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: GJB2 mutaties zijn verantwoordelijk voor een belangrijk percentage <strong>van</strong> het prelinguaal gehoorverlies. Het gehoorverlies varieert <strong>van</strong> mild<br />

tot zeer ernstig. Een deel <strong>van</strong> de fenotypische variatie wordt verklaard door het GJB2 genotype. Daarnaast spelen modificerende genen<br />

ongetwijfeld een belangrijke rol bij deze variatie. Dit project zal trachten deze modificerende genen te identificeren a.d.h.v. associatiestudies in<br />

zorgvuldig geselecteerde kandidaatgenen.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Lutgart Van Laer<br />

Theoretische studie <strong>van</strong> de lage temperatuurseigenschappen <strong>van</strong> tetraëdrisch amorf koolstof.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project willen we d.m.v. Monte Carlo simulaties (gebaseerd op de Tersoff potentiaal) en ab initio elektronische<br />

structuurberekeningen de structurele en elektronische eigenschappen <strong>van</strong> bulk tetraëdrisch amorf koolstof onderzoeken als functie <strong>van</strong> de<br />

temperatuur (< 1200 °C) i.h.b. willen we inzicht verkrijgen op atomaire schaal in het mechanisme dat aan de basis ligt <strong>van</strong> de<br />

spanningsvermindering bij thermisch uitgloeien boven T2 ~ 600 °C.<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische studie der materie (TSM)<br />

Onderzoekers:<br />

• John Titantah<br />

DITO: Onderzoek naar de mogelijkheden en knelpunten <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> identity management en het concept digitale<br />

kluis inzake e-government.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: DITO: Onderzoek naar de mogelijkheden en knelpunten <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> identity management en het concept digitale kluis inzake egovernment.<br />

Organisaties:<br />

• Media & ICT in Organisaties & Samenleving (MIOS)


Onderzoekers:<br />

• Michel Walrave<br />

De impact <strong>van</strong> 'embeddedness' en HRM op mobiliteit en prestaties in professionele organisaties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De effectiviteit <strong>van</strong> professionele organisaties wordt grotendeels bepaald door het gedrag <strong>van</strong> individuele werknemers (meer bepaald<br />

individuele prestaties en mobiliteit). Onze aandacht gaat uit naar de determinanten <strong>van</strong> personeelsmobiliteit en hoe deze mobiliteit de prestaties<br />

beïnvloedt. De mate waarin een individu past in een groep, zowel met betrekking tot demografische kenmerken als met betrekking tot relaties met<br />

collega's, en dit in interactie met het personeelsbeleid, kan een impact hebben op de mobiliteit <strong>van</strong> individuele werknemers. Om dit verder te<br />

bestuderen, is nood aan een uitgebreid databestand.<br />

Organisaties:<br />

• Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Christophe Boone<br />

Twee- en driedimensionale mesoscopische supergeleiders.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit project is om de studie <strong>van</strong> vortices in mesoscopische supergeleiders een grote stap vooruit te helpen door mijn<br />

theoretische berekeningen in het kader <strong>van</strong> de niet-lineaire Ginzburg-Landautheorie te koppelen aan de nieuwe experimentele resultaten. De<br />

huidige experimentele vooruitgang betekent immers een unieke kans voor mijn onderzoek. In het bijzonder zullen we ons concentreren op de studie<br />

<strong>van</strong> giant-vortextoestanden en vortexschillen in dunne mesoscopische supergeleiders en driedimensionale vortices in realistische geometrieën.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ben J R Baelus<br />

Mediaframing en de attitudevorming over het gebruik <strong>van</strong> tabak, alcohol en softdrugs bij jongeren.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project handelt over de relatie tussen populaire tv-series en de vorming <strong>van</strong> een attitude over genotmiddelen bij Vlaamse jongeren<br />

tussen 12 en 18 jaar. Er wordt daarbij, theoretisch en methodologisch, een brug geslagen tussen enerzijds framing-onderzoek en anderzijds het<br />

onderzoek naar representatie en stereotypering. Naast een analyse <strong>van</strong> het toepassen <strong>van</strong> frames in een case study over het gebruik <strong>van</strong> alcohol<br />

in TV-series, vindt een experiment plaats om het effect <strong>van</strong> deze frames op de beeldvorming bij jongeren na te gaan. De uitkomst <strong>van</strong> dit project<br />

beoogt in eerste plaats een beter begrip <strong>van</strong> deze wisselwwerking tussen mediaframes en publieksframes in relatie tot het gebruik <strong>van</strong> alcohol in<br />

TV-series en jongeren, maar beoogt daarnaast ook het testen <strong>van</strong> deze nieuwe conceptuele en methodologische inzichten in andere case studies.<br />

Organisaties:<br />

• Media, beleid en cultuur (MPC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Hildegarde Van den Bulck<br />

Beheren en plannen <strong>van</strong> computationele resources.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project willen we het gebruik <strong>van</strong> economische principes en mechanismen als basis voor het toekennen <strong>van</strong> resources onderzoeken.<br />

Het doel is het realiseren <strong>van</strong> een op een economisch model gebaseerde resource manager en job scheduler. Dit geeft aan metacomputing een<br />

economische dimensie die het oplossen <strong>van</strong> computationele problemen, door het huren <strong>van</strong> resources zoals rekenkracht en opslagruimte <strong>van</strong><br />

ondergebruikte computers, mogelijk maakt.<br />

Organisaties:<br />

• Computational modelling en programming<br />

Onderzoekers:<br />

• Gunther Stuer<br />

Moleculaire merkers <strong>van</strong> vasculaire calcificatie bij chronische nierinsufficiëntie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Chronische nierinsufficiëntie gaat gepaard met een sterk toegenomen cardiovasculaire mortaliteit, gekenmerkt door uitgesproken<br />

vasculaire calcificatie. De pathofysiologie <strong>van</strong> dit calcificatieproces is nog onvolledig gekend, maar in vitro studies hebben parallellen aangetoond<br />

met de botvorming. Teneinde het calcificatieproces in vivo beter te karakteriseren zullen we de temporele expressie onderzoeken <strong>van</strong> een aantal<br />

osteoblast-, osteoclast- en chondrocytmerkers onderzoeken a.h.v. immunohistochemie en real time PCR in een rattenmodel <strong>van</strong> uremiegerelateerde<br />

vasculaire calcificatie.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Veerle Persy<br />

Digitale atlas en etymologische databank <strong>van</strong> het Oudnederlands (tot 1226).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project beoogt de realisatie <strong>van</strong> een etymologische databank <strong>van</strong> het oudste Nederlands (tot 1226) en <strong>van</strong> de omringende talen op<br />

basis <strong>van</strong> het eerder aan de UA via een FKFO-project gedigitaliseerde Toponymisch Woordenboek <strong>van</strong> M. Gysseling (1960). Uit dit<br />

plaatsnamenmateriaal, dat tevens aanzienlijke delen <strong>van</strong> het Noordromaanse en Westduitse taalgebied beslaat en dus ook zeer veel anderstalig<br />

materiaal bevat (vooral Oudfrans, Latijn, Keltisch), zal een antroponymisch woordenboek worden afgeleid. Het volledige materiaal (attestaties,<br />

geografische coördinaten, datering, bron, fonds, bewaardepot e.d.) zal worden opgeslagen in een relationele databank die via het Internet<br />

raadpleegbaar wordt gesteld, gekoppeld aan een digitale kaart <strong>van</strong> de historische Lage Landen.<br />

Organisaties:<br />

• Internationale bedrijfscommunicatie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jozef Van Loon<br />

• Anne Vanderheyden<br />

Optimalisatie en veldvalidatie <strong>van</strong> Bacterial Exposure Stress Technology (BEST) voor sediment- en<br />

waterkwaliteitsbepaling.


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project beoogt de optimalisatie en veldvalidatie <strong>van</strong> bacteriële stresspromotoren (BEST) voor de kwaliteitsbepaling <strong>van</strong> sediment- en<br />

waterstalen. In eerste instantie worden staalname- en extractiemethoden geoptimaliseerd voor een viertal locaties met een gekende<br />

vervuilingsgraad. In tweede instantie worden de inductieprofielen <strong>van</strong> BEST vergeleken met beschikbare chemische, biologische en<br />

ecotoxicologische informatie voor locaties in Vlaanderen met variërende vervuiling.<br />

Organisaties:<br />

• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)<br />

Onderzoekers:<br />

• Roel Smolders<br />

Werkingsmechanisme, farmacodynamiek en toxiciteit <strong>van</strong> het triterpene saponine PX-6518, een nieuwe 'lead'-verbinding<br />

met selectieve antileishmania activiteit.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: PX-6518 is een triterpene saponine met een breed-spectrum antileishmania werking. Over het werkings-mechanisme is niets gekend en<br />

in vitro en in vivo onderzoek is gepland mbt. 1/ stof-geïnduceerde structurele veranderingen (histologie, EM) in de verschillende parasietstadia, 2/<br />

verband tussen selectieve opstapeling in de fagolysosoom en de antileishmania activiteit en 3/ de farmacodynamiek en toxiciteit in het viscerale<br />

Leishmania hamster model (histopathologie, serum biochemie).<br />

Organisaties:<br />

• Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)<br />

Onderzoekers:<br />

• Louis Maes<br />

• Annick Ludwig<br />

Karakterisatie en validatie <strong>van</strong> biologische merkers <strong>van</strong> dementie en mild cognitive impairment.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project heeft als doel het bepalen <strong>van</strong>: (1) toegevoegde diagnostische waarde <strong>van</strong> een gecombineerde analyse <strong>van</strong> b-amyloïd<br />

proteïne(1-42), proteïne tau en Phospho-tau in CSV (met/zonder APOE genotypering) ter discriminatie <strong>van</strong> de ziekte <strong>van</strong> Alzheimer <strong>van</strong> andere<br />

dementievormen in 500 klinisch gediagnosticeerde en 100 neuropathologisch geconfirmeerde dementiegevallen; (2) voorspellende waarde <strong>van</strong><br />

deze gecombineerde biomerkeranalyse voor conversie naar dementie <strong>van</strong> mild cognitive impairment (n=150).<br />

Organisaties:<br />

• Neurochemie en gedrag<br />

Onderzoekers:<br />

• Sebastiaan Engelborghs<br />

Analyse <strong>van</strong> Promyelocytic Leukemia Nuclear Bodies (PML-NBs) gedurende virus infectie: toepassing <strong>van</strong> de TAP<br />

methode en nagaan <strong>van</strong> een nieuwe strategie voor detectie <strong>van</strong> eiwit-eiwit interacties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Promyelocytic Nuclear Bodies (PML-NBs) zijn nucleaire multieiwitcomplexen welk een voorname rol spelen in de cellulaire antivirale<br />

afweer. In dit project wensen we de dynamiek <strong>van</strong> PML-NBs te onderzoeken gedurende virus infectie, uitgaande <strong>van</strong> de interferon-geïnduceerde<br />

PML-NB eiwitten PML, PA28 en ISG20. Daarvoor zal de 'Tandem Affinity Purification' (TAP) methode worden toegepast en zal een nieuwe<br />

strategie, gebaseerd op intracellulaire modificatie <strong>van</strong> partnereiwitten, worden uitgetest.<br />

Organisaties:<br />

• Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Xaveer Van Ostade<br />

Het economisch leven en discours in de Oostenrijkse literatuur <strong>van</strong> het Fin-de-siècle tot heden.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project wordt de representatie <strong>van</strong> het economisch leven en discours in de Oostenrijkse literatuur <strong>van</strong> het Fin-de-siècle tot heden<br />

onderzocht via een systematische, economisch getinte lectuur <strong>van</strong> literaire teksten uit die periode. Tevens wordt gefocust op methodologische en<br />

interdisciplinaire aspecten (de interferentie tussen literatuur(studie) en het economische: Hoe beïnvloeden methoden en inzichten uit de economie<br />

het uitzicht <strong>van</strong> de literatuur/studie? Welke rol spelen literaire teksten en literatuurwetenschap in het economisch leven en discours?<br />

Organisaties:<br />

• Internationale bedrijfscommunicatie<br />

Onderzoekers:<br />

• Ingeborg Dusar<br />

Onderzoek naar mogelijkheden <strong>van</strong> een nieuw X-stralen fluorescentie toestel met hoogenergetische gepolariseerde<br />

excitatie voor toepassingen op edelmetalen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Umicore Precious Metals Refining (UPMR) te Hoboken maakt momenteel gebruik <strong>van</strong> verschillende soorten bronnen voor de productie<br />

<strong>van</strong> edelmetalen. De verschillende grondstoffen dienen nauwkeurig te worden geanalyseerd. Ook tijdens het productieproces worden<br />

controleanalysen verricht. Omdat niet alle grondstoffen dezelfde preconcentratiemethode vereisen, wordt er met analysestalen met verschillende<br />

matrices gewerkt. Elke grondstof heeft haar typische matrix en haar typisch concentratiebereik. Per bron wordt er dus een typisch analyseproces<br />

gebruikt. Het doel <strong>van</strong> het project is het uitzoeken <strong>van</strong> de mogelijkheden voor het inzetten <strong>van</strong> hoog-energetische gepolariseerde Xstalenfluorescentie<br />

(gebruik makend <strong>van</strong> Epsilon 5, Panalytical, Almelo, Nederland) bij deze analysen. Het is de bedoeling om de huidige<br />

analysetechnieken te ver<strong>van</strong>gen om zo een korte doorlooptijd of een kortere voorbereidingstijd te verkrijgen. Daartoe moeten de mogelijkheden <strong>van</strong><br />

Epsilon 5 onderzocht worden voor elk <strong>van</strong> de verschillende analyseprocessen. Naast analyses in verband met de industriële processen, worden<br />

ook analyses op afvalstoffen uitgevoerd. Dit vergt een hele andere aanpak dan het voorgaande.<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

Hersamengestelde gezinnen: voorbeelden <strong>van</strong> een nieuwe arbeidsorganisatie?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project analyseert de arbeidsverdeling binnen Vlaamse hersamengestelde gezinnen. Het gaat na of de ervaring <strong>van</strong> een<br />

echtscheiding leidt tot een verandering in de tijdsbesteding <strong>van</strong> de betrokken partners. Enkele centrale onderzoeksvragen zijn: Stijgt de<br />

arbeidsparticipatie? Brengt co-ouderschap een betere gender-balans en meer vrije tijd? Groeit de rol <strong>van</strong> derden in de zorg voor de kinderen


(formele en informele zorgvoorzieningen)?<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Joris Ghysels<br />

Onderzoek naar de rol <strong>van</strong> afferente neuronen in de pathogenese <strong>van</strong> gastro-intestinale motiliteitsafwijkingen bij<br />

intestinale inflammatie bij de rat.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ontsteking <strong>van</strong> de gastro-intestinale tractus zoals bij de ziekte <strong>van</strong> Crohn veroorzaakt een verstoring <strong>van</strong> de gastro-intestinale motiliteit.<br />

Het ontstaansmechanisme <strong>van</strong> deze aandoeningen is nog onvoldoende gekend maar er wordt een rol gesuggereerd voor afferente neuronen. In dit<br />

project zullen we in detail onderzoeken hoe ontsteking <strong>van</strong> de maagdarmtractus kan leiden tot verstoorde activiteit <strong>van</strong> afferente zenuwen in ratten<br />

met TNBS-geïnduceerde colitis en welke neurotransmitters, receptoren en mediatoren hierbij betrokken zijn.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Benedicte De Winter<br />

Robuuste multivariate methoden met incomplete data.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ontbrekende waarden in reële datasets zijn te wijten aan een tijdelijke storing of technische limitaties <strong>van</strong> de meetapparatuur. In survey<br />

experimenten komt het voor dat mensen enquêtevragen onbeantwoord laten of dat patiënten hun wekelijks doktersbezoek verzuimen waardoor er<br />

ontbrekende metingen tevoorschijn komen in de dataset.<br />

Multivariate statistische methodes zoals principaalcomponentenanalyse (PCA), principaalcomponentenregressie (PCR) of partiële kleinste<br />

kwadratenregressie (PLS) zijn de aangewezen technieken om hoogdimensionale gegevens te analyseren. Aangezien reële gegevens uitschieters<br />

kunnen bevatten, waardoor ze de schattingen gemaakt door de standaard stastische methodes aantasten, concentreren we ons op het gebruik <strong>van</strong><br />

robuuste alternatieven voor PCA [Hubert, Rousseeuw and Verboven 2002; Hubert, Rousseeuw, and Vanden Branden 2005], PCR [Hubert and<br />

Verboven 2003] en PLS [Hubert and Vanden Branden 2003].<br />

Deze algoritmes zijn echter nog niet in staat om om te gaan met ontbrekende waarden.<br />

Een mogelijke aanpak <strong>van</strong> het probleem is het gebruik <strong>van</strong> meervoudige imputatie (MI) methoden [Rubin 1987]. MI methoden genereren M<br />

complete data sets en combineren de resultaten <strong>van</strong> de M analyses in één finaal resultaat. In een eerste stap zullen we de MI methode voor de<br />

klassieke PCA en PCR vergelijken met andere benaderingswijzen. Daarna stellen we een nieuw algoritme voor dat computationeel snel is en<br />

eenvoudig aangepast kan worden voor de robuuste PCA en PCR algoritmes. Tot slot zullen deze nieuwe robuuste PCA en PCR methodes voor<br />

incomplete data grondig getest worden op gesimuleerde alsook reële datasets.<br />

Organisaties:<br />

• Wiskunde, statistiek en actuariaat<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Goos<br />

Cognitie versus emotie in het selecteren <strong>van</strong> een strategie tijdens een ultimatum spel en sociale dilemma's. De<br />

modererende rol <strong>van</strong> individuele verschillen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Afwijkingen <strong>van</strong> economisch "rationele" beslissingen in anonieme, éénmalige strategische interacties blijven moeilijk te verklaren <strong>van</strong>uit<br />

een puur economisch standpunt. Deze studie wil aan de hand <strong>van</strong> experimenteel onderzoek inzicht verwerven in hoe strategieselectie afhangt <strong>van</strong><br />

de situationele context en individuele verschillen. We stellen als hypothese dat (1) strategieselectie bepaald wordt in de mate dat de context waarin<br />

de interactie plaats vindt de socio-emotionele versus cognitieve systemen <strong>van</strong> de hersenen activeert, en dat (2) individuele verschillen de<br />

strategieselectie beïnvloeden in de mate waarin ze samenhangen met de activatie <strong>van</strong> socio-emotionele informatieverwerking.<br />

Organisaties:<br />

• Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Carolyn Declerck<br />

• Christophe Boone<br />

Het recht <strong>van</strong> de Wereldhandelsorganisatie (WTO): een overkoepelende rechtstak met verregaande implicaties voor<br />

Vlaanderen, België en Europa.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het recht <strong>van</strong> de Werelhandelsorganisatie (WTO) ontwikkelt zich tot een cruciale ¿ doch vaak onvoldoende bekende - component <strong>van</strong> de<br />

nationale en internationale rechtsorde voor het grensoverschrijdende handelsverkeer. Een studie <strong>van</strong> de materiële en institutionele facetten <strong>van</strong><br />

deze overkoepelende rechtstak zal de steeds belangrijker repercussies <strong>van</strong> de WTO op de rechtsorde verklaren. Het project vormt een aanzet tot<br />

de profilering <strong>van</strong> de UA als erkende onderzoekscel rond het WTO-recht.<br />

Organisaties:<br />

• Rechtshandhaving<br />

Onderzoekers:<br />

• Marta Pertegas<br />

Generatie <strong>van</strong> breedbandige SPICE modellen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: We bestuderen en ontwikkelen nieuwe (numeriek stabiele) technieken voor automatische generatie <strong>van</strong> breedbandige macromodellen,<br />

met meerdere input- en ouput-poorten. De macromodellen zijn nauwkeurig, compact, gebaseerd op de fysische wetten, en bruikbaar in alle SPICEcompatibele<br />

simulatoren.<br />

Organisaties:<br />

• Computational modelling en programming<br />

Onderzoekers:<br />

• Tom Dhaene<br />

Culinaire contexten in de Cubaanse literatuur (XIX-XX eeuw).


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Verschillende connotaties (historisch, sociaal, ethnisch, religieus,...) en interpretaties <strong>van</strong> culinaire contexten (in de zin <strong>van</strong> Carpentier)<br />

worden in een corpus <strong>van</strong> XIX en XX-eeuwse Cubaanse (= Cuba + diaspora) auteurs geanalyseerd. In deze pluridisciplinaire aanpak gaat speciale<br />

aandacht uit naar de relaties <strong>van</strong> de culinaire referenties met gender, identiteit, intertextualiteit alsook naar het marketing-effect en de invloed op de<br />

poëtica <strong>van</strong> de auteurs.<br />

Organisaties:<br />

• Literatuur <strong>van</strong> de moderniteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Rita De Maeseneer<br />

Coreferentieresolutie voor het extraheren <strong>van</strong> antwoorden. (STEVIN-COREA)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Coreferentieresolutie vervult een sleutelfunctie bij het automatisch interpreteren <strong>van</strong> tekst. Het is een probleem dat tot op heden vooral<br />

<strong>van</strong>uit een linguïstisch standpunt werd bestudeerd. De nadruk lag daarbij dan vooral op pronominale coreferentieresolutie, nl. het zoeken <strong>van</strong> een<br />

antecedent voor een gegeven anaforisch voornaamwoord. Prakische toepassingen zoals informatie-extractie (IE), automatisch samenvatten en<br />

automatische vraag-beantwoord-systemen (QA) vereisen echter een correcte herkenning <strong>van</strong> de coreferentiële relaties tussen verschillende types<br />

nominale constituenten. Corpusgebaseerde computationele systemen die dergelijke relaties automatisch detecteren, moeten getraind en getest<br />

worden op voldoende geannoteerde data. Voor het Nederlands echter zijn er nauwelijks geannoteerde corpora beschikbaar en bovendien bestaan<br />

er geen automatische systemen voor de resolutie <strong>van</strong> coreferentiële relaties tussen nominale constituenten. In COREA zal er een robuust systeem<br />

ontwikkeld worden voor de resolutie <strong>van</strong> dergelijke coreferentiële relaties en zal het effect <strong>van</strong> coreferentieresolutie onderzocht worden op<br />

praktische toepassingen zoals IE en QA.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Walter Daelemans<br />

Fonologische segmentatieprocessen bij Engelstalige en Nederlandstalige kleuters en beginnende lezers. De rol <strong>van</strong> talige<br />

en fonetische factoren.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deze studie onderzoekt hoe Engelstalige en Nederlandstalige kleuters woorden segmenteren op een onbewust niveau, meer bepaald<br />

welke cohesiepatronen ze verkiezen boven andere. Belangrijke variabelen in het onderzoek zijn taal, fonetische eigenschappen <strong>van</strong> segmenten,<br />

letterkennis en schriftervaring. In een later stadium gaat de studie na of individuele verschillen in impliciete segmentatieprocessen ook worden<br />

gereflecteerd in de initiële leesontwikkeling.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Astrid Geudens<br />

Purinoceptoren in het enterisch zenuwstelsel, en hun functie in de pathogenese <strong>van</strong> het darmlijden bij inflammatie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Met behulp <strong>van</strong> morfologische (multipele immunofluorescentie, confocale microscopie,¿) en moleculair biologische technieken (in situ<br />

hybridisatie, Real-Time PCR,...), bestuderen we de distributie <strong>van</strong> P2 purinoceptoren, welke mechanosensorische signalen transduceren, in het<br />

darmkanaal <strong>van</strong> de muis tijdens normale omstandigheden en tijdens inflammatie (i.e. intestinale schistosomiase).<br />

Organisaties:<br />

• Antwerps chirurgisch training, anatomie en onderzoekscentrum (ASTARC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Nassauw<br />

Fenotypische divergentie binnen het hagedissengenus Podarcis (Lacertidae) in de Adriatische archipel.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Eilanden vormen interessante 'natuurlijke laboratoria' voor het testen <strong>van</strong> algemene (evolutie) theorieën. In vele gevallen lijken populaties<br />

<strong>van</strong> verschillende eilanden zeer sterk fenotypisch gedivergeerd (bv. verschillen in morfologie, gedrag, ecologie), wat meestal geweten wordt aan<br />

genetische divergentie. In dit project gaan we na in hoeverre eiland- en vastelandpopulaties <strong>van</strong> twee Podarcis hagedissen (P. sicula en P.<br />

melisellensis) gedivergeerd zijn qua morfologie, prestatievermogen en ecologie. Bovendien zullen deze eventuele verschillen gekoppeld worden<br />

aan de ontstaansgeschiedenis <strong>van</strong> beide soorten en zal de mate <strong>van</strong> gene flow tussen de verschillende populaties gekwantificeerd worden.<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Beatrijs Vanhooydonck<br />

Media-invloeden op zwaarlijvigheid bij kleuters gewikt en gewogen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In deze studie wordt de (directe en indirecte) invloed <strong>van</strong> media op zwaarlijvigheid bij kleuters onderzocht. Vroeger onderzoek heeft een<br />

verband aangetoond tussen televisiegebruik en blootstelling aan reclamespots en (respectievelijk) een gebrek aan beweging en een overmatige<br />

consumptie <strong>van</strong> vet- en suikerrijk voedsel. In de gezondheidsvoorlichting wordt benadrukt dat (media)campagnes ook gebruikt kunnen worden om<br />

het obesitasprobleem te (helpen) voorkomen en bestrijden. Om data te verzamelen over de media-, voedings- en bewegingspatronen <strong>van</strong> kinderen,<br />

en over de attitudes, kennis en (interveniërende) gedragingen <strong>van</strong> hun ouders, zal een gestandaardiseerde vragenlijst worden ontwikkeld.<br />

Organisaties:<br />

• Media & ICT in Organisaties & Samenleving (MIOS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Heidi Vandebosch<br />

Project Diabeteszorg.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De studie heeft tot doel beleidsvoorstellen te formuleren voor een kwaliteitsvolle diabeteszorg en de organisatie er<strong>van</strong>, rekening houdende<br />

met de ernst en met geassocieerde co-morbiditeit. In de internationale literatuur en bestaande guidelines wordt gezocht naar kwaliteitsindicatoren<br />

en randvoorwaarden voor een kwaliteitsvolle opsporing, behandeling en opvolging <strong>van</strong> de diabetespatiënt en tevens naar organisatiemodellen <strong>van</strong><br />

optimale diabeteszorg. Alle rele<strong>van</strong>te literatuur wordt samengebracht in 'evidence tables' , waarin een appreciatie <strong>van</strong> de kwaliteit wordt gegeven.<br />

De beleidsvoorstellen worden getoetst bij een groep <strong>van</strong> experts.


Organisaties:<br />

• Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg (ELIZA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Van Royen<br />

Hoe zal klimaatverandering de koolstofcyclering in wetlandbodems beïnvloeden ?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Verlies aan bodem-C zou de stijging <strong>van</strong> de atmosferische CO2 concentratie ¿en dus ook de globale opwarming- significant kunnen<br />

versnellen. Wij zullen met een experiment de individuele en interactieve effecten <strong>van</strong> opwarming, veranderd neerslagpatroon en veranderde<br />

watertafel op de koolstofinputs en ¿verliezen in een wetland bodem bepalen. Door middel <strong>van</strong> het Century model willen we dan de bekomen<br />

resultaten extrapoleren naar toekomstige klimaatscenario's.<br />

Organisaties:<br />

• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• I<strong>van</strong> Janssens<br />

Studie <strong>van</strong> de effecten <strong>van</strong> klimaatsverandering op senescentie en stress bij planten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project is een aanvulling <strong>van</strong> een bestaand onderzoeksprogramma dat als doel heeft de impact <strong>van</strong> klimaatsverandering op<br />

senescentie en stress bij planten te begrijpen. Verschillende aspecten <strong>van</strong> klimaatsverandering (verhoogde temperatuur, CO2, O3) komen aan bod.<br />

Stress en senescentie worden bestudeerd met behulp <strong>van</strong> ecofysiologische metingen met een focus op chlorofyl fluorescentie in combinatie met<br />

gasuitwisseling.<br />

Organisaties:<br />

• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Birgit Gielen<br />

De invloed <strong>van</strong> leerstijlkenmerken op leerprestaties, gemedieerd door schoolkenmerken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In schooleffectiviteitsonderzoek wordt geen aandacht besteed aan de invloed <strong>van</strong> schoolkenmerken op het leerproces <strong>van</strong> leerlingen. In<br />

dit onderzoek wordt nagegaan of leerstijlkenmerken een invloed hebben op de leerlingprestaties, en of dit verband op haar beurt afhankelijk is <strong>van</strong><br />

een aantal schoolkenmerken. Hiertoe worden verzamelde data over leerstijlen <strong>van</strong> leerlingen in het secundair onderwijs gekoppeld aan<br />

schoolkenmerken en resultaten op gestandaardiseerde toetsen welke verzameld zijn in teken <strong>van</strong> een grootschalig schooleffectiviteitsonderzoek<br />

voor het technisch- en beroepssecundair onderwijs in Vlaanderen.<br />

Organisaties:<br />

• EduBROn<br />

Onderzoekers:<br />

• Sven De Maeyer<br />

HARMONHY : Harmonization of standards and regulations for a sustainable hydrogen and fuel cell technology<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: HarmonHy maakt een evaluatie <strong>van</strong> de activiteiten in het gebied <strong>van</strong> waterstof en brandstofcelvoertuigen en de bijhorende<br />

standaardisatie, normalisatie en regelgeving. Aanbevelingen voor een verbetering hier<strong>van</strong> worden geformuleerd.<br />

HarmonHy aims first to make an assessment of the activities on hydrogen and fuel cell related regulations and standards on a worldwide level. On<br />

this basis gaps will be identified and propositions to solve fragmentation will be made. Potential conflicts between codes, standards and regulations<br />

will also be investigated and propositions to solve the conflicts will be made.<br />

Particular attention to identify the needs for standards as perceived by the industry will be paid as well as action to ensure concordance between<br />

standards and regulations<br />

The final goal of all the process is to render European collaboration in the field as effective as possible and to increase its contribution at the<br />

worldwide level, rendering it more effective and homogeneous as well as corresponding to its major interests.<br />

At a second stage, the result of the discussions could also serve as basis for further projects to be set up as response to the last call series of FP6.<br />

As a conclusion to the different discussion meetings and hearings the partners intend to organize as final point of the SSA a conference with the<br />

aim to present the results of the project and guidelines for the setting up of adequate bodies to solve the identified problems<br />

Organisaties:<br />

• Elektrotechniek-Energietechniek<br />

• Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep<br />

Onderzoekers:<br />

• Julien MATHEYS<br />

• PETER VAN DEN BOSSCHE<br />

• JOERI VAN MIERLO<br />

Implementatie <strong>van</strong> technieken voor de cultivatie en fenotypische karakterisatie <strong>van</strong> primaire osteoclasten en<br />

osteoblasten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde project beoogt de introductie <strong>van</strong> enkele onmisbare basistechnieken voor het uitvoeren <strong>van</strong> onderzoek in het domein<br />

<strong>van</strong> het botmetabolisme. Dit omvat enerzijds cultivatie <strong>van</strong> osteoclasten en osteoblasten uit respectievelijk humaan perifeer bloed en RAW264.7<br />

cellen, en humane botfragmenten. Anderzijds zullen technieken op punt gesteld worden voor de fenotypische karakterisatie <strong>van</strong> deze celtypes om<br />

zo cel differentiatie en de functionele activiteit te bestuderen. Deze technieken zullen ons toelaten recent geïdentificeerde genen functioneel te<br />

karakteriseren.<br />

Organisaties:<br />

• Medische genetica <strong>van</strong> obesitas en skeletaandoeningen (MGENOS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Wendy Balemans<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> Inputlog: een registratieprogramma voor schrijfonderzoek.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Inputlog is een registratieprogramma dat onderzoekers in staat stelt de data <strong>van</strong> een schrijfproces (bijvoorbeeld een schrijfsessie waarbij<br />

gebruik gemaakt wordt <strong>van</strong> MS Word) nauwkeurig te loggen voor verdere analyse, met name tekst-, pauze- enodusanalyse. Ook een<br />

gecontroleerde replay is mogelijk. Het voorliggende project breidt de functionaliteit uit met de logging <strong>van</strong> spraakinput (gegenereerd via Dragon


Naturally Speaking) en combineert de logging met procesdata uit andere registratieprogramma's (met name eye-tracking en Morae).<br />

Organisaties:<br />

• Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Waes<br />

Kunstveilingen: tussen oude glorie en nieuwe rages. Cultuurconsumptie en distributie tijdens de achttiende eeuw, casus<br />

Antwerpen en Brussel.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project heeft als doel een verklaring te bieden voor het opmerkelijk succes <strong>van</strong> de kunstveiling als kanaal voor cultuurconsumptie en<br />

¿distributie in de eeuw <strong>van</strong> de verlichting: welke waren de socio-culturele en economische randvoorwaarden die het mogelijk maakten dat het<br />

veilingcircuit in een periode <strong>van</strong> snel verschuivende smaken en de opkomst <strong>van</strong> de gespecialiseerde winkel toch een grote stempel kon drukken op<br />

de eigentijdse cultuurbeleving?<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor stadsgeschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• Arnout Balis<br />

• Bruno Blondé<br />

Een nieuw verband tussen ijzer- en vitamine C-metabolisme: de rol <strong>van</strong> cytochromen b561.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Vitamine C (ascorbaat) speelt een essentiële rol in talrijke fysiologische processen in dieren en planten. In het voorgestelde project wordt<br />

de rol <strong>van</strong> een recent beschreven klasse <strong>van</strong> een wijdverspreide groep <strong>van</strong> membraaneiwitten, cytochromen b561, in ascorbaat- en<br />

ijzermetabolisme bestudeerd. Arabidopsis thaliana zal worden gebruikt als modelorganisme. De resultaten zullen bijdragen tot het begrijpen <strong>van</strong><br />

vitamine C en ijzermetabolisme in planten en dieren.<br />

Organisaties:<br />

• Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Han Asard<br />

Modern Europees familierecht: het Zuid-Afrikaanse voorbeeld.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De Europese instellingen zijn niet rechtstreeks bevoegd op het gebied <strong>van</strong> het materiële familierecht. Toch kan het bestaan <strong>van</strong> een<br />

Europees familierecht niet worden ontkend. De inhoud er<strong>van</strong> is op het eerste gezicht vrij conservatief, zodat hij de moderne evoluties in de<br />

gezinsvorming niet op<strong>van</strong>gt. Aan de hand <strong>van</strong> vergelijkbare ontwikkelingen in Zuid-Afrika, wordt in dit onderzoek nagegaan hoe het Europese<br />

familierecht met gebruik <strong>van</strong> de beschikbare instrumenten kan moderniseren.<br />

Organisaties:<br />

• Persoon en vermogen<br />

Onderzoekers:<br />

• Frederik Swennen<br />

Dispersie, ouderzorg en persoonlijkheidskenmerken bij de koolmees.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: We onderzoeken de gedragsmechanismen die aan de oorsprong liggen <strong>van</strong> variatie in dispersie, d.i. de verplaatsing tussen geboorte-en<br />

broedplaats, bij vogels. Meer specifiek onderzoeken we (1) de relatie met erfbare persoonlijkheidskenmerken die bepalen hoe dieren reageren op<br />

onbekende situaties en/of soortgenoten (zgn. "shy-bold" continuum), en (2) de invloed <strong>van</strong> ouderlijk gedrag op dispersie <strong>van</strong> nakomelingen, in het<br />

bijzonder de verplaatsingen in familieverband voorafgaand aan dispersie.<br />

Organisaties:<br />

• Dierenecologie<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Erik Matthysen<br />

Shear-stress, atherogenese en atherosclerose: functionele eigenschappen <strong>van</strong> endotheelcellen in letselgevoelige en<br />

letselresistente aortasegmenten <strong>van</strong> "wild-type" C57/Bl6 en apolipoproteine E-deficiënte muizen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project boogt de studie <strong>van</strong> de invloed <strong>van</strong> verschillende "shear-stress" patronen op de fysiologische eigenschappen <strong>van</strong><br />

letselgevoelige en letselresistente aortasegmenten <strong>van</strong> "wild-type" muizen en apoE-deficiënte muizen (een muizenmodel voor atherosclerose). Het<br />

doel is bepaalde fysiologische karakteristieken <strong>van</strong> de endotheelcelfunctie te onderscheiden vóór de ontwikkeling <strong>van</strong> atherosclerotische letsels en<br />

een inzicht te krijgen in het proces <strong>van</strong> atherogenese.<br />

Organisaties:<br />

• Fysiofarmacologie (FAR)<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Fransen<br />

Biomechanische analyse <strong>van</strong> de voetfunctie bij habitueel blootsvoets stappende mensen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De huidige kennis <strong>van</strong> de menselijke voetfunctie is gebaseerd op Westerse subjecten, alhoewel er zeer sterke indicaties zijn dat de<br />

voetanatomie en waarschijnlijk de functie hierbij sterk beïnvloed worden door het habitueel dragen <strong>van</strong> schoenen. Het voorgestelde project zal via<br />

pedobarografische metingen de voetfunctie nagaan in een habitueel blootsvoetse populatie. De resultaten zullen in eerste instantie gekaderd<br />

worden in een paleo-antropologische context.<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Kristiaan D'Aout<br />

In vitro interactie tussen chemo- en radiotherapie onder hypoxische condities.<br />

Universiteit Antwerpen


Abstract: Omwille <strong>van</strong> veelbelovende klinische resultaten en belangstelling voor in vitro onderzoek naar combinaties <strong>van</strong> chemo- en radiotherapie,<br />

zal een efficiënt in vitro hypoxiemodel opgezet worden voor het bestuderen <strong>van</strong> interacties tussen chemo- en radiotherapie onder hypoxische<br />

condities. Dit model zal dan toegepast worden om interacties zowel onder normoxische als hypoxische condities te bestuderen en om factoren die<br />

<strong>van</strong> belang kunnen zijn voor het radiosensitiserend mechanisme te onderzoeken.<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Bea Pauwels<br />

Environmental cancer risk, nutrition and individual susceptibilty (ECNIS)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: ECNIS is een 'Network of Excellence' dat enkele <strong>van</strong> de beste Europese onderzoeksgroepen samenbrengt in een gezamelijke poging om<br />

een beter inzicht te krijgen in de omgevingsoorzaken <strong>van</strong> kanker, het vermogen <strong>van</strong> het dieet om kanker te voorkomen en de manieren waarop<br />

erfelijkheid de individuele gevoeligheid voor carcinogenen kan beïnvloeden, met het uiteindelijke doel het aantal kankergevallen in Europa te<br />

verminderen. ECNIS zal zich in het bijzonder richten op het gebruikt <strong>van</strong> krachtige, op biomerkers gebaseerde technologiën om deze doelstellingen<br />

te verwezenlijken. Het is <strong>van</strong> groot belang om zowel de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe biomerkers als de toepassing <strong>van</strong> bestaande en nieuwe<br />

biomerkers in de context <strong>van</strong> moleculaire epidemiologiestudies te ondersteunen. Deze studies zullen uitgevoerd worden op populaties <strong>van</strong><br />

verschillende regio's <strong>van</strong> Europa met verschillende klimaten, pollutieniveaus en dieetgewoontes, op een schaal die niet mogelijk is onder de huidige<br />

omstandigheden <strong>van</strong> onderzoeksfragmentatie en die een optimaal gebruik <strong>van</strong> de bestaande Europese cohorten en biobanken voorziet.<br />

Bijkomende onderzoeksdoelstellingen <strong>van</strong> ECNIS zijn het vergemakkelijken <strong>van</strong> de vooruitgang in kankerpreventie via een beter inzicht in de<br />

mechanistische basis <strong>van</strong> de werking <strong>van</strong> zowel kankerveroorzakende als kankervoorkomende dieetcomponenten, en ook om procedures voor de<br />

inschatting <strong>van</strong> kankerrisico te ontwikkelen en te standardiseren. Verder beoogt ECNIS ook om zich aan te sluiten bij de rest <strong>van</strong> de Europese en<br />

wereld onderzoeksgemeenschap om trainingsmogelijkheden te voorzien voor nieuwe en jonge onderzoekers en om wetenschappelijke steun en<br />

advies te verschaffen aan regulatoren, de industrie en het algemene publiek.<br />

Organisaties:<br />

• Biologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MICHELINE VOLDERS<br />

Seksuele selectie bij hermafrodiete dieren: een voorbeeld <strong>van</strong> de landslak Succinea putris (Mollusca, Pulmonata,<br />

Gastropoda).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project maakt gebruik <strong>van</strong> de landslak Succinea putris om een aantal recente hypothesen te testen rond seksuele selectie en 'spermtrading'<br />

bij hermafrodiete dieren: 1) individuen schatten de kwaliteit <strong>van</strong> hun partner in zelfs tijdens de kopulatie, 2) individuen veranderen de<br />

fysiologie <strong>van</strong> hun partner om hun fertilizatiekansen te verhogen, 3) individuen alloceren meer naar mannelijke organen bij hogere<br />

populatiedensiteiten en 4) reciproke sperma-overdracht leidt niet noodzakelijk tot reciproke bevruchting.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Kurt Jordaens<br />

• Thierry Backeljau<br />

Intrigerende variatie in het paarsysteem <strong>van</strong> endemische waterjuffers op oceanische eilanden: een eerste voorbeeld <strong>van</strong><br />

'omgekeerde sekserollen' bij Odonata (Insecta)?<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoek beoogt de eerste documentatie ooit <strong>van</strong> de omkering <strong>van</strong> sexerollen bij waterjuffers. Een dergelijke studie biedt groot<br />

potentieel om de evolutie en de variatie in paarsystemen beter te begrijpen, vooral ook <strong>van</strong> nauwverwante soorten. Een belangrijk punt <strong>van</strong> dit<br />

project is de multi-soorten benadering, waarbij sexen en soorten zullen worden vergeleken in gedragingen en sex ratio's, met uiteindelijk ook het in<br />

rekening brengen <strong>van</strong> de evolutionaire verwantschappen tussen de onderzochte soorten.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Hans Van Gossum<br />

Actualisering <strong>van</strong> het Vooruitgangsrapport 2001 voor de periode 2001-2004.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Actualisering <strong>van</strong> het Vooruitgangsrapport 2001 voor de periode 2001-2004.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean Vranken<br />

Bilaterale samenwerking in het kader <strong>van</strong> gezamenlijke doctoraatsprojecten_Bench fee i.h.k. <strong>van</strong> Joint PhD VUB-INSA<br />

Rouen (Frankrijk)_Stijn Meganck.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Joint Phd overeenkomst voor Stijn Meganck<br />

Organisaties:<br />

• Informatica en Toegepaste Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• Bernard MANDERICK<br />

Ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> een incubatormodule (vaste zuil bestaande uit twee incubatorruimten).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> een incubatormodule (vaste zuil bestaande uit twee incubatorruimten).<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jan Vermorken


De impact <strong>van</strong> zware metaal vervuiling op graslanden.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In vergelijking tot de meer populaire biotopen zoals bossen en heidegebieden wordt slechts weinig onderzoek gedaan naar de<br />

milieubescherming in graslanden. De laatste jaren wordt het voor steeds meer ecologen duidelijk dat er een sterke link bestaat tussen de<br />

bovengrondse en ondergrondse biotische delen <strong>van</strong> het graslandecosysteem. Onder de sterke druk en bestendigheid <strong>van</strong> zware metaalvervuiling<br />

kunnen sterke functionele verschuivingen plaatsgrijpen in graslandecosystemen door verstoring <strong>van</strong> de bovengrondse en/of ondergrondse<br />

compartimenten. Het doel <strong>van</strong> deze studie is na te gaan wat de invloed is <strong>van</strong> zware metaalvervuiling op de relatieve bijdragen <strong>van</strong> de "bottom-up"<br />

en "top-down" krachten die inwerken binnen en tussen de verschillende compartimenten <strong>van</strong> het graslandecosysteem. Door de<br />

sleutelcomponenten te identificeren en de stroom <strong>van</strong> voedingsstoffen te bepalen zullen we de impact <strong>van</strong> deze menselijke verstoring op het<br />

functioneren en de stabiliteit <strong>van</strong> dit ecosysteem analyseren. Het identificeren <strong>van</strong> gevoelige indicatoren moet ons mogelijk maken om 1) vroege<br />

veranderingen in de structurele en functionele componenten <strong>van</strong> het ecosysteem te herkennen en 2) de gezondheidstoestand <strong>van</strong> het systeem te<br />

bepalen.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc De Bruyn<br />

Price and wage rigidities in an open economy.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Price and wage rigidities in an open economy.<br />

Organisaties:<br />

• Algemene economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jozef Plasmans<br />

Workshop on metrology for sustainable development. (Brussel, 7-10 novmeber 2005)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In het kader <strong>van</strong> de IMEKO General Council meetings <strong>van</strong> november 2005 werd onder het voorzitterschap <strong>van</strong> Prof. leo Van Biesen,<br />

President <strong>van</strong> IMEKO, voor de Technical Board <strong>van</strong> IMEKO een Internationale Workshop opgezet handelend over de rol <strong>van</strong> metrologie in<br />

duurzame ontwikkeling.<br />

Organisaties:<br />

• Elektriciteit<br />

Onderzoekers:<br />

• ANN PINTELON<br />

• LEO VAN BIESEN<br />

Eindrapport om de beleidsdiscussie t.a.v. breedbandproeftuinen te ondersteunen<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit onderzoek is te komen tot een overzicht, conceptualisering en benchmark analyse <strong>van</strong> geïntegreerde open platformen<br />

voor innovatie, zoals die tegenwoordg voorkomen doorheen heel Europa en in de wereld. Het eindrapport introduceert de generieke term <strong>van</strong> 'Testen<br />

Experimenteerplatformen' (TEP) om de faciliteiten, processen en methodologieën aan te geven voor gezamenlijke innovatie, inclusief het testen,<br />

het maken <strong>van</strong> prototypes en het confronteren <strong>van</strong> technologie met gebruikerssituaties. De focus ligt op open en innovatie-gedreven platformen die<br />

betrekking hebben op diverse technologie- en dienstenaanbieders, alsook gebruikers in verschillende stadia <strong>van</strong> technologie design, ontwikkeling<br />

en testen.<br />

Organisaties:<br />

• Studies <strong>van</strong> Media Informatie en Tele-Communicatie<br />

• Communicatiewetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• CAROLINE PAUWELS<br />

• Jos PIERSON<br />

• PIETER BALLON<br />

Onderzoek discussiestuk ter ondersteuning <strong>van</strong> de IBBT-werkgroep breedbandproeftuinen<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit onderzoek heeft tot doel als startpunt te fungeren voor de discussie binnen de IBBT-werkgroep over breedbandproeftuinen. Het<br />

rapport wil verhelderen en discussies mogelijk maken door het tot stand brengen <strong>van</strong> een omvattend conceptueel kader.<br />

Organisaties:<br />

• Studies <strong>van</strong> Media Informatie en Tele-Communicatie<br />

• Communicatiewetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• CAROLINE PAUWELS<br />

• Jos PIERSON<br />

• PIETER BALLON<br />

Environmental study of the atmosphere inside and outside the Metropolitan Museaum of Art (New York).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In het bekende Metropolitan Museum in New York ondervindt men problemen met de afzetting <strong>van</strong> luchtpolluenten op kunstobjecten en<br />

glazen. De bedoeling <strong>van</strong> dit project is, door chemische analysen <strong>van</strong> de luchtkwaliteit binnen en buiten het museum en <strong>van</strong> de atmosferische<br />

deposities, na te gaan welke stoffen hiervoor verantwoordelijk zijn. Daardoor kan mogelijk de bron <strong>van</strong> deze stoffen worden geïdentificeerd en<br />

kunnen passende remediëringsmaatregelen worden voorgesteld.<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

Modeling biochemical processes in orchards at leaf-and canopy-level using hyperspectral data (HYPERPEACH).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoek betracht een preciese monitoring en modellering <strong>van</strong> de economisch-belangrijke planten produktieprocessen in perzik<br />

(Prunus persica L.) boomgaarden met behulp <strong>van</strong> hyperspectrale reflectantie data. De ontwikkeling <strong>van</strong> een accurate methode voor het bewerken


<strong>van</strong> grote hoeveelheden hyperspectrale data (data mining) was het onderwerp <strong>van</strong> een voorgaand project (Hypercrunch), terwijl dit voorstel dient<br />

als uitbreiding <strong>van</strong> het Hypercrunch onderzoek. De algemene objectieven zijn (i) de validatie <strong>van</strong> spectra op blad- en scherm-niveau<br />

(veldspectrometer), geschaald naar lucht-niveau gebruik makend <strong>van</strong> radiatieve transfer methodes t.o.v. AHS 160 hoog-ruimtelijke hyperspectrale<br />

data, en (ii) de schatting <strong>van</strong> blad-en scherm biochemische variabelen in perzik (Prunus persica l.) boomgaarden met behulp <strong>van</strong> deze<br />

hyperspectrale data <strong>van</strong> verschillende niveaus en bronnen (grond- en lucht radiometers).<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Scheunders<br />

Host genetic, immune and viral factors in transmission and diseases expression of Human T-Lymphotronic Virus type 1<br />

(HTLV-1) in Peru.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project heeft twee even belangrijke objectieven: (1) De pathogenese <strong>van</strong> klinische complicaties <strong>van</strong> infectie met het Humaan T<br />

Lymfotroop Virus type 1 in Peru onderzoeken; (2) De academische capaciteit <strong>van</strong> het Instituut voor Tropische Geneeskunde Alexander von<br />

Humboldt in Lima te versterken. De kracht <strong>van</strong> de onderzoeksaspect steunt op twee elementen (a) De beschikbaarheid <strong>van</strong> een grote<br />

patiëntencohorte, die zowel asymptoimatische HTLV-1 geïnfecteerden als patiënten met inflammatoire, neoplastische als infectieuze complicaties<br />

bevat. (b) De geïntegreerde multidisciplinaire approach voor klinische, virologische, immunologische en genetische studies. Ditt research project<br />

moet een hefboomwerking uitoefenen op de diagnostische en klinische capaciteiten <strong>van</strong> ITMAvH en verscheidene jonge Peruviaanse laboranten,<br />

clinici, PhD studenten en één postdoc zullen getraind worden met de bedoeling om een "intermediaire academische staff" te vormen, die in staat<br />

moet zijn om basis en klinische research projecten over endemische infectieziekten te concipiëren en uit te voeren. Basiskennis over HTLV-1,<br />

maar ook praktische richtlijnen, die uit dit project voortkomen, zullen gecommuniceerd worden naar de artsen en de gezondheidsautoriteiten.<br />

Organisaties:<br />

• Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)<br />

Onderzoekers:<br />

• Guido Vanham<br />

Innovatief voorbehandelen en veredelen <strong>van</strong> textiel dmv een atmosferische plasmatechnologie in combinatie met<br />

DADMAC en polu-DADMAC's<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: In het project wordt de bruikbaarheid <strong>van</strong> DADMAC's en poly-DADMAC's in combinatie met de atmosferische plasmatechnologie<br />

geëvalueerd. Deze producten zijn multifunctioneel, meer specifiek antimicrobieel en antistatisch. De beoogde onwtikkeling steunt op de<br />

atmosferische plasmatechnologie, meer specifiek een reactief plasma gevorm uit de combinatie <strong>van</strong> een coronabehandeling met een simultane<br />

inkjectie <strong>van</strong> chemicaliën in aerosolvorm teneinde een permanente binding te vormen <strong>van</strong> een multyifunctioneel netwerk op diverse textieldragers.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

• Vakgroep Textieltechnologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Tom Van Hove<br />

• Marc Van Parys<br />

Workshop on Object-Oriented reengineering.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Workshop on Object-Oriented reengineering.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)<br />

Onderzoekers:<br />

• Serge Demeyer<br />

Studiedag (27 mei 2005) : regionale oproepen en interactieve digitale televisie . (RegTV & iDTV)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: STUDIEDAG 'REGIONALE TELEVISIE EN IDTV': ABSTRACTS<br />

1 - Kijker/gebruiker <strong>van</strong> regionale digitale televisie<br />

In deze sessie nemen we de kijker als uitgangspunt en trekken we uit het voorhanden zijnde publieksonderzoek lessen i.v.m. de inhoudelijke<br />

mogelijkheden die regionale televisie in de (nabije) toekomst te bieden kan hebben. We geven eerst een overzicht <strong>van</strong> en inzicht in de rol, functies,<br />

mogelijkheden en betekenis <strong>van</strong> regionale televisie voor het publiek. We baseren ons hiervoor op (1) onderzoek naar het kijkgedrag en de<br />

kijkverwachtingen <strong>van</strong> de Vlaming, (2) casestudies <strong>van</strong> regionale tv-zenders in eigen land, (3) onderzoek naar de consumptie <strong>van</strong> regionale<br />

berichtgeving en (4) buitenlands onderzoek naar regionale televisiekijkers. Hoewel <strong>van</strong> de realiteit wordt uitgegaan, grijpen we de onderzoeken<br />

tegelijk aan om een toekomstgericht perspectief te ontwikkelen. Een nieuw televisiebestel met nieuwe mogelijkheden dient zich immers aan.<br />

Interactieve digitale televisie biedt inderdaad enkele nieuwe applicaties en interactie - mogelijkheden voor de gebruiker. Deze applicaties zullen kort<br />

worden toegelicht, waarbij de specifieke focus ligt op de kijker/gebruiker. Welke applicaties of diensten vindt hij nuttig? Welke applicaties zijn<br />

interessant voor regionale omroepen? Welke applicaties kunnen een bedreiging vormen voor regionale omroepen? Door een antwoord te geven op<br />

deze vragen, trachten wij enkele specifieke aandachtspunten voor de regionale omroepen aan te reiken die hun strategie inzake digitale televisie<br />

mee helpt vorm te geven.<br />

2 - IDTV en beleid - Europees kader en impact op Vlaamse regelgeving, buitenlands beleid inzake IDTV<br />

Deze presentatie bestaat uit twee te onderscheiden delen. In het eerste gedeelte wordt de huidige Vlaamse regelgeving inzake regionale televisie<br />

(meer bepaald de Decreten betreffende de radio-omroep en de televisie, zoals meest recentelijk gewijzigd op 5 mei 2004) geschetst binnen het<br />

nieuw Europees regelgevend kader voor elektronische netwerken en -diensten. Zowel dit kader als het gewijzigde Decreet worden belicht <strong>van</strong>uit<br />

het standpunt <strong>van</strong> de regionale omroepen: wat is er veranderd op het gebied <strong>van</strong> doorgifteverplichtingen, vergunningen etc., en wat zijn de nieuwe<br />

mogelijkheden voor regionale omroepen in een digitale omgeving? Daarnaast wordt ook kort de regelgeving inzake televisie-inhoud besproken en<br />

wordt deze ook hier gekaderd in de Europese context -meer bepaald, de Richtlijn Televisie Zonder Grenzen en het herzieningsproces hier<strong>van</strong> dat<br />

nu aan de gang is.<br />

In een tweede gedeelte gaan we in op een ruimere notie <strong>van</strong> beleid voor regionale omroepen. Dit houdt in dat we op zoek gaan naar beleidsvisies<br />

<strong>van</strong> een aantal Europese overheden inzake regionale omroepen in het digitale tijdperk. Het gaat daarbij om vragen als: denken beleidsmakers aan<br />

regionale televisiezenders bij het uittekenen <strong>van</strong> een (digitaal) omroepbeleid? Hoe zien zij de rol en de werking <strong>van</strong> regionale omroepen in het<br />

televisielandschap? Worden er initiatieven ontwikkeld ter ondersteuning <strong>van</strong> regionale en lokale omroepen? En ten slotte ook: zijn regionale


omroepen in de ons omringende landen bezig met digitale televisie, en zo ja, wat betekent dit voor bijvoorbeeld hun programma-inhoud en het<br />

zendgebied waarin zij opereren?<br />

Vanzelfsprekend zal bij het hanteren <strong>van</strong> een dergelijk comparatief perspectief niet uit het oog worden verloren dat niet alleen de historische<br />

achtergrond en politieke en economische context <strong>van</strong> regionale omroepen in andere landen soms grondig verschillen <strong>van</strong> de Vlaamse situatie, en<br />

dat zelfs het begrip 'regionale omroep' een vlag is die vele ladingen dekt. Niettemin kunnen vele <strong>van</strong> de huidige ontwikkelingen in Vlaanderen niet<br />

los worden gezien <strong>van</strong> hun Europese antecedenten, zowel wat beleidsformulering betreft als voor de technologische, economische en sociale<br />

context <strong>van</strong> digitale televisie. De bedoeling is echter zeker niet een exhaustief overzicht te geven <strong>van</strong> beleidsopties en ontwikkelingen doorheen de<br />

hele Europese Unie, of om al te uitgebreid en technisch op de genoemde contexten in te gaan.<br />

3 - Reclamemogelijkheden Interactieve Digitale Televisie<br />

De introductie <strong>van</strong> Interactieve Digitale Televisie (IDTV) brengt een sterke personalisering <strong>van</strong> het massamedium televisie met zich mee. IDTV laat<br />

de interactief betrokken kijker toe om te interageren met de content <strong>van</strong> reclameboodschappen.<br />

De interactieve mogelijkheden <strong>van</strong> IDTV brengen zowel bedreigingen als opportuniteiten met zich mee voor adverteerders. De ontwikkeling <strong>van</strong><br />

VoD en het bijhorende 'time shifting' gedrag <strong>van</strong> de kijker worden door adverteerders met arendsogen opgevolgd; het skippen <strong>van</strong> reclamespot<br />

wordt door deze technologie immers zeer gemakkelijk. Het traditionele TV business model, dat gebaseerd is op reclame-inkomsten dreigt hierdoor<br />

ineen te stuiken.<br />

Naast deze bedreigingen, biedt IDTV omgekeerd interessante opportuniteiten voor adverteerders. Zo laat IDTV de adverteerder toe om zeer<br />

specifieke doelgroepen te targetten. Daarnaast ontstaan er tal tal <strong>van</strong> nieuwe reclameformats die zowel <strong>van</strong>uit het oogpunt <strong>van</strong> branding, als <strong>van</strong><br />

direct mailing veelbelovend zijn. Toch blijven adverteerders sceptisch t.o.v. IDTV om te investeren en te adapteren in hun marketingmix. Tal <strong>van</strong><br />

variabelen spelen hierbij een rol.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Mediasociologie<br />

• Studies <strong>van</strong> Media Informatie en Tele-Communicatie<br />

• Communicatiewetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Jos PIERSON<br />

• KRISTEL VANDENBRANDE<br />

• Veroline CAUBERGHE<br />

• Simon DELAERE<br />

• Wendy Van den Broeck<br />

X-ray fluorescence and scanning electron microscopy studies of marine calcite and atmospheric aerosol particles. (beurs<br />

Y. MAKAROVSKA, Oekraïne)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: X-ray fluorescence and scanning electron microscopy studies of marine calcite and atmospheric aerosol particles. (beurs Y.<br />

MAKAROVSKA, Oekraïne)<br />

Organisaties:<br />

• Milieuanalyse<br />

Onderzoekers:<br />

• Rene Van Grieken<br />

Voorstudie Gemeenschappelijk Electronisch Discussieforum over Gender.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Voorstudie Gemeenschappelijk Electronisch Discussieforum over Gender.<br />

Organisaties:<br />

• Deptsoc<br />

Onderzoekers:<br />

• Magda Michielsens<br />

Wireless Building Automation (WBA).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het automatiseren <strong>van</strong> gebouwen is een <strong>van</strong> de snelst groeiende markten in de ICT wereld. Ontwerpers <strong>van</strong> gebouwen en beheerders<br />

<strong>van</strong> de infrastructuur zoeken naar nieuwe technologieën die het mogelijk maken de gebruikskost <strong>van</strong> gebouwen zo laag mogelijk te houden.<br />

Draadloze communicatie technologieën moeten het mogelijk maken bestaande gebouwen een belangrijke meerwaarde te geven. Het is inderdaad<br />

zo dat de installatie en het onderhoud <strong>van</strong> talloze bekabelde netwerken in bestaande gebouwen een belangrijke bron <strong>van</strong> inspanningen en dus ook<br />

<strong>van</strong> kosten betekent. De belangrijkste bekabelde netwerken in een gebouw voor professionele doeleinden bestaan vooral uit een computer<br />

netwerk, brandalarm detectie, noodverlichting, toegangscontrole, videobewaking, enz. De laatste jaren werden nogal wat inspanningen gedaan<br />

voor het definiëren <strong>van</strong> bussystemen voor het automatiseren <strong>van</strong> gebouwen zoals EB, LON, ACNET. De interoperabiliteitsproblemen <strong>van</strong> deze<br />

(bedrade) bussystemen werden gaandeweg opgelost, terwijl voor het automatiseren <strong>van</strong> gebouwen via draadloze netwerken nog heel wat<br />

fundamentele technologische problemen onopgelost zijn. De technologische uitdagingen moeten gezamenlijk aangepakt worden, hetgeen leidt tot<br />

een complex probleem. De algemene doelstelling <strong>van</strong> het project is daarom om de verschillende technologische uitdagingen niet louter individueel<br />

aan te pakken, maar ook als een onderdeel <strong>van</strong> het totaalconcept. De draadloze architecturen, algoritmes en technieken die <strong>van</strong>uit deze totaalvisie<br />

zullen ontwikkeld, zal Vlaanderen in staat stellen om het voortouw te nemen om gebouwen te automatiseren m.b.v. draadloze netwerken.<br />

Aangezien gebouwen een zeer onvriendelijke omgeving vormen voor draadloze signalen, is het belangrijk dat er tijdens het project een<br />

demonstrator opgezet wordt.<br />

Organisaties:<br />

• Prestatieanalyse en telecommunicatiesystemen (PATS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Christian Blondia<br />

Training trainers regarding Free and Open Source Software for Geomaticsto support sustainable land management.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Dit project behelst een serie <strong>van</strong> zomercursussen waar<strong>van</strong> de inhoud en vorm evolueert doorheen de jaren. Centrale aandachtspunten in<br />

alle uitgaven <strong>van</strong> de cursus zijn (i) de 'Free and Open Source Software for Geomatics (FOSS4G)' voor ondersteuning <strong>van</strong> landevaluatie,<br />

landgebruiksplanning en beheer <strong>van</strong> natuurlijke hulpbronnen en (ii) de bijscholing <strong>van</strong> docenten (train-the-trainer).De 2012 uitgave <strong>van</strong> de<br />

zomercursus is participatief opgezet met deelnemers die reeds aan een eerdere uitgave deelnamen. De cursus is opgebouwd volgens 3<br />

modules:Delen <strong>van</strong> oplossingen <strong>van</strong> door deelnemers aangebrachte problemen betreffende FOSS4G;Zoeken naar oplossingen <strong>van</strong> door<br />

deelnemers aangebrachte problemen betreffende FOSS4G;nbsp;Recente evoluties in het FOSS4G-domein.


Organisaties:<br />

• Afdeling Bos, Natuur en Landschap<br />

Onderzoekers:<br />

• Jos Van Orshoven<br />

Elektrokeramiek <strong>van</strong> Nanopoeders geproduceerd via innovatieve methoden (ELENA)<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: De belangrijkste doelstelling <strong>van</strong> de actie is het verbeteren <strong>van</strong> de fysieke en elektronische eigenschappen <strong>van</strong> gea<strong>van</strong>ceerde<br />

elektrokeramiek en dikke films, gemaakt door chemische, fysische en mechanische synthese technieken en gericht op de polymere voorlopers, solgel,<br />

spray pyrolyse, micro-emulsie, ultrasone en vriesdrogende methoden.<br />

Organisaties:<br />

• Anorganische en Fysische Chemie<br />

• Instituut voor Materiaalonderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• Marlies VAN BAEL<br />

• An HARDY<br />

Gepriviligeerde (erfgoed)sites <strong>van</strong> de smaak. Bronnen en culinair erfgoed in kastelen en abdijen in Vlaanderen : en<br />

ontwikkelingsgerichte verkenning.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Onderzoek naar de wijze waarop historiografie <strong>van</strong> de keuken <strong>van</strong> de elites in Belgie in 19e en 20e eeuw kan geschieden.<br />

Organisaties:<br />

• Geschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• PETER SCHOLLIERS<br />

Ouders over speelgoedreclame tijdens de Sinterklaasperiode.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ouders over speelgoedreclame tijdens de Sinterklaasperiode.<br />

Organisaties:<br />

• Deptsoc<br />

Onderzoekers:<br />

• Magda Michielsens<br />

Budgettaire impactberekening <strong>van</strong> de toekenning <strong>van</strong> een rentetoelage voor ondernemingen die lijden onder de<br />

verstoorde bereikbaarheid ten gevolge <strong>van</strong> hinder door openbare werken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Budgettaire impactberekening <strong>van</strong> de toekenning <strong>van</strong> een rentetoelage voor ondernemingen die lijden onder de verstoorde<br />

bereikbaarheid ten gevolge <strong>van</strong> hinder door openbare werken.<br />

Organisaties:<br />

• Accounting en financiering<br />

Onderzoekers:<br />

• Eddy Laveren<br />

Populatiedynamica <strong>van</strong> oorwormen in boomgaarden: optimalisatie <strong>van</strong> de aanwezigheid <strong>van</strong> een essentiële predator.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Oorwormen zijn belangrijke algemene predatoren in boomgaarden. Uit experimentele studies blijkt dat ze belangrijke plagen onder<br />

controle kunnen houden in zowel appel- als perenteeIten. Hierbij denkt men vooral aan de diverse luizen en de perenbladvlo. De mogelijke schade<br />

die ze aanrichten, voornamelijk vruchtvervuiling door uitwerpselen, is minimaal vergeleken, met hun efficientie in p1aagcontrole. Oorwormen<br />

zouden dus een belangrijke rol kunnen spelen in de ge'integreerde fruitteeIt en vormen een essentiele schakel in de biologische fruitteelt. V ooral<br />

de biotel rs trachten oorwormen aan te trekken in de boomgaarden, bv. door het aanbieden <strong>van</strong> kunstmatige schuilplaatsen. Toch blijft het<br />

praktische nut <strong>van</strong> oorwormen eerder beperkt daar telers er meestal niet in slagen stabiele populaties op te bouwen.<br />

Het voorliggende projectvoorstel behelst het uitwerken <strong>van</strong> beheersstrategieen voor populaties <strong>van</strong> oorwormen in fruitboomgaarden. Oorwormen<br />

hebben een eenjarige levenscyclus waardoor elke nadelige ingreep de populatie voor de rest <strong>van</strong> het jaar schaadt, en mogelijke repercussies heeft<br />

voor de volgende jaren. De onderzoeksgroep voorziet eerst een kwantitatieve populatiebiologische studie <strong>van</strong> de oorwormen gedurende het hele<br />

seizoen met voor elk levensstadium rele<strong>van</strong>te staalnametechnieken, om deze gegevens te correleren aan de diverse beheersmaatrege1en die in<br />

de boomgaarden uitgevoerd worden. Het beheer <strong>van</strong> boomgaarden omhelst echter een complexe hoeveelheid parameters waarbij men de relatieve<br />

impact nooit experimenteel kan testen (te talrijke en tijdrovende proeven). De gegevens zullen dan ook verwerkt worden in een mathematisch<br />

model waarin sne1 de meest essentiele parameters kunnen worden ge'identificeerd en geevalueerd. Dit biedt de mogelijkheid om valabele<br />

beheersstrategieen uit te werken die men dan in een realistisch aantal veldexperimenten kan uittesten. De resultaten <strong>van</strong> dit onderzoek zullen in de<br />

eerste plaats praktische oplossingen bieden om de plaagcontrole in biologische boomgaarden te verhogen, maar zullen eveneens toepasbaar zijn<br />

om de bijdrage <strong>van</strong> oorwormen in ge'integreerde teelten te verhogen.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Herwig Leirs<br />

VIB-Moleculaire genetica en functionele analyse <strong>van</strong> HSP22/HSP27 mutaties in relatie tot motorische neuropathieën.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Ons project heeft al doel een moleculaire genetische en functionele studie <strong>van</strong> 2 kleine heat shock proteïnes (HSP22, HSP27) in dewelke<br />

mutaties geassocieerd zijn met erfelijke distale motorische zenuwaandoeningen.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Perifere Neuropathieën<br />

Onderzoekers:<br />

• Vincent Timmerman<br />

• Peter De Jonghe<br />

Pilootonderzoek naar gebruikers <strong>van</strong> culturele centra in Vlaanderen


Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: I. Inleiding<br />

In zijn Beleidsnota Cultuur 2004-2009 en in zijn beleidsbrief cultuur <strong>van</strong> 2008 richt Vlaams minister <strong>van</strong> Cultuur Bert Anciaux zich op participatie in<br />

de breedste zin <strong>van</strong> het woord. Participatie is zowel deelnemen als deelhebben (i.e. actief participeren) en het gaat niet alleen om participatie <strong>van</strong><br />

meer mensen, maar ook om participatie <strong>van</strong> een nieuw publiek.<br />

II. Opdracht<br />

Een deel <strong>van</strong> deze participatieopdracht <strong>van</strong> Anciaux zal onderzocht worden in dit onderzoek. Het onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht <strong>van</strong> de<br />

Vlaamse Overheid, meer specifiek het Agentschap voor Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen. Het onderzoek tracht een analyse te<br />

maken <strong>van</strong> de participatie <strong>van</strong> ondervertegenwoordigde groepen bij de gebruikers evenals een analyse <strong>van</strong> de tevredenheid <strong>van</strong> de huidige<br />

gebruikers met als doel de verbanden bloot te leggen tussen deze participatie en tevredenheid enerzijds en centrumspecifieke kenmerken<br />

anderzijds.<br />

III. Data<br />

Aan de basis <strong>van</strong> dit onderzoek ligt het gebruikersonderzoek bij 52 cultuurcentra, afgenomen in 3 rondes verspreid over de periode 2004-2007. Uit<br />

deze gegevens worden de gebruikers <strong>van</strong> 8 <strong>van</strong> de 11 centra uit categorie A, 11 <strong>van</strong> de 19 centra uit categorie B en 19 <strong>van</strong> de 31 centra uit<br />

categorie C gebruikt door het onderzoek. De 38 gemeenschapscentra worden buiten beschouwing gelaten, omdat enerzijds een recente<br />

herdefiniëring <strong>van</strong> het concept gemeenschapscentrum ertoe heeft geleid dat er op dit moment 208 gemeenschapscentra in Vlaanderen zijn, en<br />

omdat anderzijds het Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport enkel over de kenmerken <strong>van</strong> cultuurcentra beschikt uit de categorieën A, B en C.<br />

Uiteindelijk worden dus 38 cultuurcentra met bijbehorende 15264 gebruikers onderzocht.<br />

De data <strong>van</strong> het gebruikersonderzoek worden aangevuld met de kenmerken <strong>van</strong> de 38 gemeenten waarin deze cultuurcentra zich bevinden en met<br />

centrumspecifieke kenmerken. De eerst dataset wordt aangeleverd door het Nationaal Instituut voor de Statistiek, de tweede dataset door het<br />

Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport.<br />

IV. Opzet<br />

Het eerste deel <strong>van</strong> dit onderzoek richt zich op ongelijkheden onder gebruikers. Uit een eerste analyse <strong>van</strong> de data <strong>van</strong> het gebruikersonderzoek is<br />

gebleken dat mannen, laagopgeleiden, jongeren en ouderen ondervertegenwoordigd zijn bij de gebruikers <strong>van</strong> de cultuurcentra. Deze groepen <strong>van</strong><br />

participanten zullen elk apart geanalyseerd worden. Aangezien de onderzoeker er uiteindelijk naar toe wil de centrumspecifieke kenmerken te<br />

duiden die een positief of negatief effect op hun participatie hebben, zullen eerst de groepsgemiddelden op de kenmerken <strong>van</strong> zowel de gemeenten<br />

als de cultuurcentra <strong>van</strong> de 25% <strong>van</strong> de centra met het grootste aandeel ondervertegenwoordigde gebruikers vergelijken worden met die <strong>van</strong> de<br />

25% <strong>van</strong> de centra met het kleinste aandeel ondervertegenwoordigde gebruikers. De kenmerken waar<strong>van</strong> de groepsgemiddelden significant <strong>van</strong><br />

elkaar verschillen, worden als onafhankelijke variabele opgenomen in een meervoudige regressie analyse die een deel <strong>van</strong> de participatie <strong>van</strong><br />

ondervertegenwoordigde gebruikers probeert te verklaren. Door te controleren voor de kenmerken <strong>van</strong> de gemeenten waarin de centra zich<br />

bevinden, kunnen - indien aanwezig - de effecten <strong>van</strong> de centrumspecifieke kenmerken geschat worden.<br />

Het tweede deel <strong>van</strong> dit onderzoek richt zich op de tevredenheid <strong>van</strong> de gebruikers. Een factoranalyse zal alle tevredenheidsvariabelen bundelen<br />

tot enkele dimensies <strong>van</strong> tevredenheid, die de afhankelijke variabelen vormen in de analyse. De onderzoeker dient hierbij echter rekening te<br />

houden met twee meetniveaus <strong>van</strong> verklarende variabelen. Op het eerste niveau zijn er de individuele kenmerken <strong>van</strong> de 15264 gebruikers. Op het<br />

tweede niveau zijn er de kenmerken <strong>van</strong> de 38 cultuurcentra en gemeenten waarbinnen deze gebruikers zijn ondergebracht. Vanwege de<br />

gelaagdheid <strong>van</strong> verklarende variabelen, worden de dimensies <strong>van</strong> tevredenheid geanalyseerd aan de hand <strong>van</strong> een multilevel-analyse. Multilevelanalyse<br />

maakt het mogelijk om op verschillende niveaus te controleren voor de individuele kenmerken en de kenmerken <strong>van</strong> de gemeenten om<br />

uiteindelijke enkel - indien aanwezig - het effect <strong>van</strong> de centrumspecifieke kenmerken te destilleren.<br />

V. Algemene verwachting<br />

Uiteindelijk hoopt de onderzoeker aan te kunnen tonen dat bepaalde centrumspecifieke kenmerken een al dan niet positieve invloed hebben op<br />

enerzijds participatie <strong>van</strong> nu nog ondervertegenwoordigde gebruikers en anderzijds de tevredenheid <strong>van</strong> de huidige gebruikers. Hierdoor kan de<br />

onderzoeker mogelijk het effect <strong>van</strong> de inspanningen beoordelen die de algehele participatie aan cultuur moeten bevorderen. Tevens kan de<br />

onderzoeker mogelijkerwijs de cultuurcentra handvatten bieden om bijvoorbeeld hun beleid, aanbod of promotionele activiteiten anders of beter af<br />

te stemmen op ondervertegenwoordigde gebruikers enerzijds en op het creëren <strong>van</strong> een grotere tevredenheid onder de huidige gebruikers<br />

anderzijds.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

Aandacht in 't Kwadraat.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Aandacht in 't Kwadraat.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Goossens<br />

Gezinsbeleid : impact op gezinnen <strong>van</strong> beleidsmaatregelen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project onderzoekt de mogelijkheden om een Gezins Impact Analyse in te voeren voor Vlaamse beleidsmaatregelen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dimitry Mortelmans<br />

Generalisation of research on accounts and cost estimation (GRACE).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Generalisation of research on accounts and cost estimation (GRACE).<br />

Organisaties:<br />

• Transport en ruimtelijke economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Hilde Meersman<br />

• Eddy Van de Voorde<br />

Methods, reagents and instrumentation for preparing paraffin-embedded tissue samples suitable for histopathological<br />

and molecular biology studies.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Methods, reagents and instrumentation for preparing paraffin-embedded tissue samples suitable for histopathological and molecular<br />

biology studies.


Organisaties:<br />

• Medische biochemie<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Hendriks<br />

UniCat : Towards a Belgian Virtual Union Catalogue - Tweede fase.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: UniCat : Towards a Belgian Virtual Union Catalogue - Tweede fase.<br />

Organisaties:<br />

• Universitair beheer en administratie<br />

Onderzoekers:<br />

• Julien Van Borm<br />

PACCORA onderzoek.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: PACCORA onderzoek.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Germonpre<br />

Consultancy op het vlak <strong>van</strong> modellering en dynamische logica zoals omschreven in het DYNAMO-project 050007 (IWT).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Consultancy op het vlak <strong>van</strong> modellering en dynamische logica zoals omschreven in het DYNAMO-project 050007 (IWT).<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Guy De Pauw<br />

De beleving <strong>van</strong> jonge verkeersslachtoffers (10 tot 18 jaar). Een kwalitatief onderzoek naar de ervaring <strong>van</strong> een<br />

verkeersongeval en de nasleep er<strong>van</strong>.<br />

Universiteit Hasselt<br />

Abstract: Het project beoogt, via een belevingsonsonderzoek, te komen tot een aantal fundamentele inzichten omtrent de manier waarop jonge<br />

verkeersslachtoffers (10 tot 18 jaar) betekenis geven aan het verkeersongeval en de nasleep er<strong>van</strong>, en dit door rechtstreeks te luisteren naar hun<br />

narratieve. De subjectieve beleving <strong>van</strong> de kinderen staat centraal: er wordt niet uitgegaan <strong>van</strong> een therapeutische of pedagogische benadering.<br />

Het is <strong>van</strong>uit de beleving <strong>van</strong> de kinderen dat het onderzoek vorm krijgt, en niet <strong>van</strong>uit een doelstelling gericht op hulpverlening.<br />

Organisaties:<br />

• Data-analyse en Modellering<br />

• Instituut voor Mobiliteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Gerhard WETS<br />

Gezamenlijke financiering EHB-VUB : doctoraatsbeurs <strong>van</strong> Frederik Van Mulders : "Analysis and implementation of<br />

communication and diagnostic systems in higher order automotive hybrid drivetrain systems"(Communicatie aan boord<br />

<strong>van</strong> voertuigen en meettechn...<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het voorstel kadert in de ontwikkeling <strong>van</strong> een hybride testplatform, bestaande uit zowel fysische componenten (motor en<br />

vermogenomvormer) als uit "real time" gesimuleerde componenten (verbrandingsmotor/generator, voertuig, enz.). Deze aanpak wordt<br />

internationaal aangeduid als "Hardware-in-the-Loop testing" of HIL-methodologie. Op deze wijze kunnen vermogenstrategieën op een flexibele<br />

manier uitgetest worden in een semi-reële situatie. Hierbij zal eveneens gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> een communicatiebus (bvb. CAN-bus,<br />

Controller Area Network) die de backbone vormt voor de communicatie tussen de verschillende onderdelen in de aandrijflijn <strong>van</strong> het voertuig. Deze<br />

CAN-bus kan ook extensief gebruikt worden voor data-acquisitie en simulatie. De integratie <strong>van</strong> deze communicatie- en diagnose aspecten vormt<br />

het specifieke onderwerp <strong>van</strong> het voorgestelde doctoraatsonderzoek.<br />

Organisaties:<br />

• Elektrotechniek-Energietechniek<br />

• Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep<br />

Onderzoekers:<br />

• PETER VAN DEN BOSSCHE<br />

• JOERI VAN MIERLO<br />

• FREDERIK VAN MULDERS<br />

Verkennend onderzoek naar cyberpesten bij jongeren in Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In opdracht <strong>van</strong> het Vlaams Instituut voor Wetenschappelijk en Technologisch Aspectenonderzoek (viWTA), en op vraag <strong>van</strong> de<br />

Commissie Cultuur, Jeugd, Sport en Media <strong>van</strong> het Vlaams Parlement, werd een verkennend onderzoek gedaan naar cyberpesten bij jongeren in<br />

Vlaanderen.<br />

Het onderzoek bestond uit twee delen. In een eerste fase werd de literatuur omtrent (klassiek) pesten, en omtrent jongeren en ICT bestudeerd. Ook<br />

de (tot nog toe schaarse) wetenschappelijke onderzoeken omtrent deviante internetpraktijken en cyberpesten werden onder de loep genomen. Op<br />

basis <strong>van</strong> deze literatuurstudie werden hypothesen en onderzoeksvragen geformuleerd. Die werden vervolgens getest en beantwoord door middel<br />

<strong>van</strong> een grootschalige schriftelijke enquête bij 2052 Vlaamse jongeren <strong>van</strong> het vijfde leerjaar tot en met het zesde middelbaar.<br />

Het volledige onderzoeksrapport is terug te vinden op de website <strong>van</strong> de opdrachtgever: www.viwta.be<br />

Organisaties:<br />

• Media & ICT in Organisaties & Samenleving (MIOS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dimitry Mortelmans<br />

• Michel Walrave<br />

• Heidi Vandebosch


Een wereld <strong>van</strong> (on)verschil: tweespraken over de milleniumontwikkelingsdoelstellingen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Probleemstelling:<br />

Met de formulering <strong>van</strong> de zg. Milleniumontwikkelingsdoelstellingen (MDGs) gaat de Intemationale Gemeenschap een nieuwe fose in <strong>van</strong><br />

gemeenschappelijk ontwikkelingsbeleid, dat voortaan gefocused wordt naar de armste bevolkingsgroepen in het Zuiden. Oorspronkelijk<br />

geformuleerd in 1996 door de OESO, zal het plan voor de 'halvering <strong>van</strong> de Armoede tegen 2015' tijdens een VN-top in september 2005 effectief<br />

<strong>van</strong> start gaan. Maar over welke doelstellingen gaat het precies ? Hoe passen ze binnen het huidige denken over armoede en ontwikkeling? Hoe<br />

kan de sprong gemaakt worde.n <strong>van</strong> een globaal plan naar een lokale invulling er<strong>van</strong> in het Zuiden ?<br />

Doelsteflingen :<br />

Na een inleidend debat over het project <strong>van</strong> de Milleniumontwikkelingsdoelstellingen alsdusdanig willen we telkens d.m.v. een tweespraak een<br />

thema bespreken dat verband houdt met elk <strong>van</strong> de acht MDGs. Tevens wil de cyclus een aanleiding zijn om academici aan de Universiteit<br />

Antwerpen bijeen te brengen rond een maatschappelijk debat dat zowel in het noorden als het widen gevoerd wordt. De ervaring <strong>van</strong> voorbije<br />

debatfencycli leert ons dat, terwijl de structuur <strong>van</strong> een tweespraak in principe een 'debat' toelaat, de meest leerrijke avonden eerder beschreven<br />

kunnen worden als een 'dialoog' tussen een<br />

'Noordelijk' en een 'Zuidelijk' perspectief op een bepaald thema.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• Politieke economie <strong>van</strong> de Grote Meren Regio<br />

Onderzoekers:<br />

• Christiane Timmerman<br />

• Tom De Herdt<br />

Anaërobe biologische waterzuivering.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Anaërobe biologische waterzuivering.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Ludo Diels<br />

Characterization of oxidation products of isoprene in biogenic rural aerosols. (beurs R. SZMIGIELSKI, Polen)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Characterization of oxidation products of isoprene in biogenic rural aerosols. (beurs R. SZMIGIELSKI, Polen)<br />

Organisaties:<br />

• Bio-organische massaspectrometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Magda Claeys-Maenhaut<br />

Milieurapport Vlaanderen. Themarapport MIRA-T-2005 : energie, huishoudens en handel & diensten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Milieurapport Vlaanderen. Themarapport MIRA-T-2005 : energie, huishoudens en handel & diensten.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Aviel Verbruggen<br />

GRANT (AWARD) aan Wim VANDERPERREN<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: GRANT (AWARD) aan Wim VANDERPERREN<br />

Organisaties:<br />

• Informatica en Toegepaste Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• VIVIANE JONCKERS<br />

• WIM VANDERPERREN<br />

Woonbehoeftenonderzoek voor Willebroek.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Woonbehoeftenonderzoek voor Willebroek.<br />

Organisaties:<br />

• Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Goossens<br />

Milieurapport Vlaanderen-Transport: alternatieve brandstoffen, intermodaal goederenvervoer (deel alternatieve<br />

brandstoffen ism VITO) in gedrukte rapport MIRA-T 2005 én achtergronddocument 1.6 transport (deel alternatieve<br />

brandstoffen)+MIRA-T 2006+MIRA-...<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Bijdrage aan het Milieurapport Vlaanderen - Hoofdstuk transport. Zowel voor het achtergronddocument als voor de focustekst.<br />

Organisaties:<br />

• Elektrotechniek-Energietechniek<br />

• Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep<br />

Onderzoekers:<br />

• Jean-Marc TIMMERMANS<br />

• Julien MATHEYS<br />

• JOERI VAN MIERLO<br />

Duurzame ontwikkelingssamenwerking : het ontwikkelen <strong>van</strong> instrumenten voor duurzaamheidsbeoordeling voor PRSP's<br />

in de Belgische ontwikkelingssamenwerking.


Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Poverty Reduction Strategy Papers (PRSPs) have become a central concept in development co-operation since their introduction in 1999.<br />

The Belgian development co-operation agency DGDC aligns itself to these comprehensive country-owned strategic policy frameworks.<br />

The Law of 25 May 1999 concerning the Belgian international co-operation stresses sustainable human development as the main goal of the<br />

Belgian co-operation efforts, while the environment is also considered a cross-cutting issue. Besides this, Belgium has ratified a number of<br />

multilateral environmental agreements and is committed to sustainable development.<br />

It seems logical that PRSPs integrate sustainable development and environmental issues, but previously published documents (Bojö et al., 2004,<br />

Tharakan & McDonald, 2004) have proven this assumption to be wrong in many cases.<br />

The present research project aims to support the DGDC in developing and testing a methodology for sustainability assessment of PRSPs.<br />

The project comprised two main parts :<br />

-a theoretical guidance document on how to assess the sustainability of PRSPs;<br />

-a practical sustainability check of the PRSP's of the Belgian partner countries using a checklist;<br />

Part 1 : Sustainability Assessment of PRSPs : guidance and background<br />

The study takes off from the international context of sustainable development cooperation. It shows how PRSP's can be handled as key 'entry<br />

points' to introduce principles of sustainability in the international development co-operation.<br />

Sustainability assessment plays an important role - as an instrument and as a policy influencing process - in the enhancement of the quality of<br />

PRSPs as holistic development strategies.<br />

A method based on Strategic Environmental Assessment (SEA) is suited to the strategic policy level and inherent impact uncertainties of PRSPs.<br />

Part 2 : Sustainability check of the PRSPs of the Belgian partner countries<br />

The second part of the project responds to the need expressed by the DGDC to develop practical tools for a rapid sustainability assessment of<br />

PRSPs.<br />

A checklist was developed to analyze the inclusion of aspects of sustainable development in PRSPs. This checklist of 85 questions allows to have a<br />

rapid overview of the sustainability strengths and weaknesses of a PRSP.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke Ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• David PROOT<br />

• LUC HENS<br />

• Jean HUGE<br />

GRANT : Participatie in NIH funded Beta cell biology consortium U 19 DK 072495 1 - Palle Serup, PI. - Pancreatic<br />

endocrine development and regeneration.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Participatie in NIH funded Beta cell biology consortium<br />

Organisaties:<br />

• Medische Biochemie<br />

Onderzoekers:<br />

• Henry HEIMBERG<br />

Supervisie Vergrijzingsproject.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Aan het Centrum voor Bevolking- en gezinstudie werk een team rond mantelzorg. Dit project garandeert de continuïteit in de begeleiding<br />

<strong>van</strong> het zorgteam.<br />

Organisaties:<br />

• Deptsoc<br />

Onderzoekers:<br />

• Therese Jacobs<br />

Uitwerken <strong>van</strong> een gefundeerde methodiek voor het opdelen <strong>van</strong> een productengamma in Make-to-stock en Make-toorder,<br />

op basis <strong>van</strong> simulatie en modellen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Uitwerken <strong>van</strong> een gefundeerde methodiek voor het opdelen <strong>van</strong> een productengamma in Make-to-stock en Make-to-order, op basis <strong>van</strong><br />

simulatie en modellen.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Nico Vandaele<br />

Kaderovereenkomst UCSIA - Wetenschappelijke en administratieve ondersteuning <strong>van</strong> de Pastorale Dienst.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Kaderovereenkomst UCSIA - Wetenschappelijke en administratieve ondersteuning <strong>van</strong> de Pastorale Dienst.<br />

Organisaties:<br />

• Universitair beheer en administratie<br />

Onderzoekers:<br />

• Johan Vanhoutte<br />

Wetenschappelijke en administratieve voorbereiding en opvolging <strong>van</strong> een residentieel seminarie met als titel : "De<br />

territoriale pastoraal aangekaart".<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Wetenschappelijke en administratieve voorbereiding en opvolging <strong>van</strong> een residentieel seminarie met als titel : "De territoriale pastoraal<br />

aangekaart".<br />

Organisaties:


• Universitair beheer en administratie<br />

Onderzoekers:<br />

• Johan Vanhoutte<br />

Determination of paraprotein in mice (5T2MM project)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: CONFIDENTIAL<br />

Organisaties:<br />

• Immunologie en Microbiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Karin VANDERKERKEN<br />

Het schooltoneel <strong>van</strong> de jezuïten in de provincia Flandro-Belgica tijdens het ancien régime (1575-1773).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Deze studie zal het schooltoneel <strong>van</strong> de jezuïeten in de provincia Flandro-Belgica als een samenhangend geheel behandelen. Door het<br />

internationale karakter <strong>van</strong> het jezuïetentoneel zal dit een nieuw licht werpen op opvattingen, werkwijzen en tendensen die karakteristiek zijn zowel<br />

voor deze provincie als voor het jezuïetentoneel elders in de wereld. Om het belang en de invloed er<strong>van</strong> te onderzoeken zullen de kenmerken<br />

er<strong>van</strong> worden vergeleken met het contemporaine wereldlijke toneel in het Nederlands en met het schooltoneel <strong>van</strong> andere orden die hier actief<br />

waren.<br />

Organisaties:<br />

• Instituut voor de studie <strong>van</strong> de letterkunde in de Lage Landen (ISLN)<br />

Onderzoekers:<br />

• Hubert Meeus<br />

• Goran Proot<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> ecologisch en ecotoxicologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen voor waterbodems.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De beoordeling <strong>van</strong> de waterbodemkwaliteit gebeurt momenteel op basis <strong>van</strong> een vergelijking met een referentiewaarde. Deze<br />

referentiewaarde is het geometrisch gemiddelde <strong>van</strong> een twaalftal onverstoorde waterlopen. Het merendeel <strong>van</strong> de waterbodems voldoet niet aan<br />

deze referentie <strong>van</strong>wege een verhoogd gehalte aan diverse contaminanten (VMM, 2004). Omdat het niet haalbaar is om te streven naar deze<br />

referentiewaarden voor alle waterbodems is er dringend behoefte aan ecologisch en ecotoxicologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen. Dit kan<br />

dan gekoppeld worden aan een <strong>van</strong> de mijlpalen in het Milieubeleidsplan 2003-2007, namelijk het uitwerken <strong>van</strong> een normenkader voor het<br />

zogenaamde grondverzet, inclusief bagger- en ruiminsspecie.<br />

Momenteel zijn er in het kader <strong>van</strong> de waterbodemkwaliteitsmonitoring door de VMM vele data verzameld <strong>van</strong> zowel physisch-chemische<br />

parameters als de biotische samenstelling als de ecotoxicologische effecten. Deze data lenen zich bij uitstek voor het bepalen <strong>van</strong> de zogenaamde<br />

"lowest effect level (LEL)" en "severe effect level (SEL)", waarbij er gekeken wordt naar het verband tussen gehaltes aan contaminanten en het<br />

voorkomen <strong>van</strong> macrobenthos, welke een <strong>van</strong> de te monitoren groepen zijn in functie <strong>van</strong> de Europese kaderrichtlijn water, of de bepaling <strong>van</strong> het<br />

zogenaamde "treshold effect level (TEL)" en "probable effect level (PEL)", waarbij er gekeken wordt bij welke gehaltes aan contaminanten er<br />

ecotoxicologische effecten waarneembaar zijn (MacDonald, 2003). Op basis <strong>van</strong> de verkregen waarden kan een aanzet gegeven worden voor<br />

ecologisch onderbouwde kwaliteitsdoelstellingen voor de waterbodemkwaliteit.<br />

In het kader <strong>van</strong> dit onderzoek, waarvoor een eerste aanzet is gegeven in een studententhesis, worden de LEL, SEL, TEL en PEL waarden<br />

bepaald voor aile zware metalen, de individuele PCB's, OCP's en PAK's. Er zal een uitgebreide vergelijking gemaakt worden met waarden<br />

gevonden in andere landen en met kwaliteitsdoelstellingen of normen uit andere landen. Bovendien zal er gekeken worden of er een onderscheid<br />

gemaakt moet worden voor de verschillende regio's in Vlaanderen, aangezien er <strong>van</strong> nature hoge gehaltes <strong>van</strong> metalen kunnen voorkomen of<br />

omdat de biobeschikbaarheid kan verschillen afhankelijk <strong>van</strong> de bindingseigenschappen <strong>van</strong> het sediment. Op basis hier<strong>van</strong> zal er aangegeven<br />

worden of de berekende waarden gebruikt kunnen worden als kwaliteitsdoelstellingen voor Vlaanderen.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

Customized intelligent life-inspired arrays (CILIA).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het ClLIA project onderzoekt het gebruik <strong>van</strong> arrays <strong>van</strong> haarsensoren in drie sensing scenario's: in lucht, in water en in een met vloeistof<br />

gevuld compartiment dat met de lucht gekoppeld is via een impedantie transformator en bundelvormende reflektoren. Voor elk scenario worden<br />

adaptaties over phylogenie en ontogenie bestudeerd.<br />

Het tweevoudige doel <strong>van</strong> het ClLIA project is het identificeren <strong>van</strong> de gemeenschappelijke principes die ten grondslag liggen aan het wijdverspreid<br />

gebruik in de natuur <strong>van</strong> arrays <strong>van</strong> mechanische sensor cellen voor het extraheren <strong>van</strong> signalen in ongunstige omstandigheden en het<br />

beschikbaar maken <strong>van</strong> deze principes voor het ontwerp <strong>van</strong> door de mens gemaakte systemen.<br />

Over het algemeen wordt er <strong>van</strong> uit gegaan dat organismen en hun omgeving nauw gekoppelde interagerende systemen vormen waarin alle<br />

componenten -omgevingskarakteristieken en hun dynamiek, sensor en physische morphologie, periphere en centrale neurale verwerking en<br />

gedragspatronen- een significante rol spelen in het extraheren <strong>van</strong> betekenis uit opgedane ervaringen. Bovendien is kennis <strong>van</strong> de transformaties<br />

en processen uitgevoerd door periphere systemen is essentieel voor het begrijpen <strong>van</strong> de organisatie en werking <strong>van</strong> centrale neuronale<br />

verwerking, aangezien periphere systemen de input voor het centrale brein verzorgen. De verworven kennis zal de taken die moeten uitgevoerd<br />

worden door het centrale systeem verduidelijken en het mogelijk maken krachtigere geintegreerde mode's <strong>van</strong> centrale en periphere verwerking te<br />

ontwerpen.<br />

Organisaties:<br />

• Engineering Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Herbert Peremans<br />

Elektrische fiets voor postbedeling - (Geassocieerd aan de EUREKA actie : New electric postmen helper - NEPH)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Elektrische fiets voor postbedeling<br />

Industrieel ontwikkelingsproject waarbij de vakgroep verantwoordelijk was voor het aanleveren <strong>van</strong> de specificaties voor de elektrische aandrijflijn<br />

voor elektrisch geassisteerde lichte voertuigen voor postbedeling (elektrische fietsen/caddies/driewielers). In het bijzonder werd een simulatietool<br />

ontwikkeld dat toelaat om ontwerpparameters te bepalen ifv postale gebruiksparameters.<br />

Het NEPH project betreft de studie en ontwikkeling <strong>van</strong> een waaier aan innovatieve elektrische vermogenssystemen die een essentieel element


zullen uitmaken <strong>van</strong> de elektrische geassisteerde lichte voertuigen ter ondersteuning <strong>van</strong> de Europese postmannen:<br />

-om de postbedeling uit te voeren in stedelijke omgevingen<br />

- om bij te dragen aan het "European Sustainable Development Policy"<br />

Demonstraties voor en door postmannen zullen uitgevoerd worden om deze nieuwe voertuigen te promoten ten opzichte <strong>van</strong> de bestaande<br />

voertuigen.<br />

Elke systeem zal bestaan uit volgende componenten:<br />

-Batterij systeem gesteund op Li-ion en Ni-MH technologieën<br />

-Motorsystemen gesteund op een brushless hub motor technologie<br />

-Human-Machine interface (HMI) om het voor elke gebruiker mogelijk te maken om het voertuig te bedienen<br />

Drie soorten voertuigen worden in dit project ontwikkeld:<br />

-De elektricsch-geassisteerde caddy of trolley<br />

-De elektrisch-geassisteerde fiets<br />

-De familie <strong>van</strong> elektrisch-geassisteerde meerwielers: driewieler, vierwieler,...<br />

Andere voertuigen (zoals bv een elektrische scooter) zouden in overweging genomen kunnen worden in functie <strong>van</strong> de vraag die op de markt zou<br />

bestaan.<br />

Organisaties:<br />

• Mechanica <strong>van</strong> Materialen en Constructies<br />

• Elektrotechniek-Energietechniek<br />

• Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep<br />

Onderzoekers:<br />

• PHILIPPE LATAIRE<br />

• HUGO SOL<br />

• Jean-Marc TIMMERMANS<br />

• Julien MATHEYS<br />

• JOERI VAN MIERLO<br />

• FREDERIK VAN MULDERS<br />

Samenstellen <strong>van</strong> een werkboek inzake het omgaan met cultuurverschillen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Samenstellen <strong>van</strong> een werkboek met een aantal cases inzake het omgaan met cultuurverschillen en diverse uitingen <strong>van</strong> identiteit op<br />

school. De voorbeelden worden voorgesteld <strong>van</strong>uit een juridisch en pedagogisch kader met aandacht voor de voor- en nadelen <strong>van</strong> de aangereikte<br />

voorstellen. Elke case wordt geïllustreerd door een aantal concrete voorbeeldsituaties in scholen.<br />

Organisaties:<br />

• Overheid en Recht<br />

Onderzoekers:<br />

• Adriaan Overbeeke<br />

Adaptieve robotten voor flexibele productiesystemen (ARFLEX).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Adaptieve robotten voor flexibele productiesystemen (ARFLEX).<br />

Organisaties:<br />

• Prestatieanalyse en telecommunicatiesystemen (PATS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Vincenzo De Florio<br />

Software evolution, refactoring of operational & usable systems (ITEA SERIOUS)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De zogenaamde "Embedded" systemen worden de laatste jaren steeds complexer, meer divers en stelselmatig uitgebreid met nieuwe<br />

functionaliteit. Ten gevolge daar<strong>van</strong> is de software constant aan het evolueren: binnen Alcatel Bell geld een gemiddelde <strong>van</strong> 10.000 lijnen code die<br />

per week veranderen. Jammer genoeg heeft een dergelijk veranderingsritme een nefast effect op het oorspronkelijk goed ontworpen en goed<br />

gedocumenteerd systeem en veranderd het onherroepelijk in een nachtmerrie voor degene die het geheel moeten onderhouden.<br />

De software engineers bij Alcatel Bell, gebruiken gecertificeerde ontwikkelprocessen die overeenstemmen met CMM niveau 3. Desalniettemin is<br />

het duidelijk dat hun ontwikkelprocessen niet goed omkunnen met de lange termijn evolutie <strong>van</strong> hun software. Vaak veroorzaken geplande<br />

uitbreidingen aan de functionaliteit onverwachte fouten, ontwerp anomalieën en inconsistente documentatie. Daarom wil het SERIOUS project<br />

processen, methodes, metrieken en werktuigen ontwikkelen die de kwaliteit <strong>van</strong> software tijdens zijn evolutie, minstens bewaren en zo het kan<br />

verbeteren.<br />

In Belgie zijn de project partners Alcatel Bell (http://www.alcatel.be/) en de Universiteit Antwerpen. Maar dit lokaal consortium doet mee in een<br />

groter ITEA consortium met andere bedrijven in Europa zoals Philips en Nokia.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)<br />

Onderzoekers:<br />

• Serge Demeyer<br />

Geneesmiddelenconsumptie in Belgische rust- en verzorgingstehuizen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Onderzoek naar de afstemming tussen medische noden en reIe consumptie <strong>van</strong> geneesmiddelen in Belgische rusthuizen en rust- en<br />

verzorgingstehuizen. Bijzondere aandacht zal besteed worden aan de kostprijs (ZIVkost en remgelden), de kwaliteit en de organisatiekenmerken<br />

<strong>van</strong> de geneesmiddelenstroom.<br />

De geneesmiddelenverstrekking in deze sector wordt gekenmerkt door specifieke aanbodstructuren. Door de hoge graad <strong>van</strong> zorgafhankelijkheid<br />

<strong>van</strong> de betrokken populatie en de specifieke zorgomgeving krijgt bet klassieke probleem <strong>van</strong> informatie-asymmetrie en relatie tussen<br />

zorgverstrekker en patiënt een bijzondere betekenis.<br />

De analyse <strong>van</strong> de kostprijs spitst zich toe op de geobserveerde geneesmiddelenconsumptie (welke geneesmiddelen, dosering, kostprijs) en dit<br />

voor verschillende analyseniveaus (per patiënt, instelling, groep <strong>van</strong> ATC-codes...).<br />

De kwaliteit <strong>van</strong> de geneesmiddelenconsumptie wordt beoordeeld aan de hand <strong>van</strong> o.a. volgende kenmerken:<br />

effectiviteit <strong>van</strong> geneesmiddelen, polyfarmacie, gebruik <strong>van</strong> empirisch formularium...<br />

Meer concreet wordt het verantwoord geneesmiddelengebruik ("appropriate medication use") in ROB's/RVT's geëvalueerd door een validatie <strong>van</strong><br />

de Beers criteria (inclusief de update) voor België.<br />

Deze studie maakt deel uit <strong>van</strong> het domein "Health Care Services Research".<br />

Organisaties:


• Deptgen<br />

Onderzoekers:<br />

• Monique Elseviers<br />

VIB-Genotyperingen <strong>van</strong> polymorphismes (SNPs) geassocieerd met de ziekte <strong>van</strong> Parkinson - Michael J.F. Fox Validatie<br />

studie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> de MJFF Validatie studie is om na te gaan of de 13 SNPs die eerder werden geïdentificeerd in een MJFF gefinancierde<br />

genomische associatie studie ("Perlegen/Mayo Studie") geassocieerd zijn met de ziekte <strong>van</strong> Parkinson. De kracht <strong>van</strong> deze validatie studie is<br />

gelegen in het gebruik <strong>van</strong> meerdere onafhankelijke patiënt/controle groepen die beschikbaar zijn via de door MJFF gefinancierde Edmond J. Safra<br />

Genetische Consortia of via andere bronnen. De resultaten (positieve of negatieve) <strong>van</strong> deze collaboratieve studie zullen gepubliceerd worden in<br />

een groepspublicatie. Door de bundeling <strong>van</strong> krachten, hoopt de MJFF een wetenschappelijk aanvaardbare test te voorzien <strong>van</strong> de originele<br />

resultaten verkregen in de Perlegen/Mayo studie om op die manier klaarheid en inzicht te verkrijgen in de genetische etiologie <strong>van</strong> de ziekte <strong>van</strong><br />

Parkinson.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten<br />

Onderzoekers:<br />

• Christine Van Broeckhoven<br />

Endovasculaire ballon dilatatie en stent implantatie in congenitale cardiologie: nieuwe indicaties en technieken.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: IntroductionIn 1953, Rubio-Alvarez [i] incised the pulmonary valve by pulling a wire mounted at the arced tip of a catheter through the<br />

valve. This catheter intervention on an intracardiac congenital heart lesion was the first therapeutic cardiac catheterization procedure.[ii] In the mid-<br />

1960sRashkind and Miller [iii] attracted the attention of cardiologists, particularly pediatric cardiologists, with their description of the balloon atrial<br />

septostomy. Since these early reports, enormous ad<strong>van</strong>ces have occurred in the interventional technology for pediatric patients. Simpler defects<br />

(atrium septum defects, open duct, valvular stenosis.) arenow dealt with in the catheterization laboratories and cardiac surgeonsare increasingly<br />

operating on more complex lesions such as hypoplastic left heart syndrome. Further miniaturization of the catheter systems, refinement of the<br />

techniques and evaluation of long-term results are currently being undertaken, making these new procedures safer, more pre<br />

Organisaties:<br />

• Cardiovasculaire Onwikkelingsfysiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc Gewillig<br />

Comparison of multivariate calibration methods<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Vergelijken <strong>van</strong> multivariate calibratietechnieken en updaten <strong>van</strong> PLS modellen<br />

Organisaties:<br />

• Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Y<strong>van</strong> VANDER HEYDEN<br />

Fair portrayal in the media.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: L'objet de cette étude est l'image de la femme telle qu'elle est répandue dans les journaux télévisés et les programmes d'actualité à l<br />

télévision luxembourgeoise. La recherche se penche sur la place de la femme dans les programmes d'information à l télévision : aussi bien selon le<br />

temps et l'éspace qu'elles occupent que selon la nature et le contecte de leurs interventions.<br />

Organisaties:<br />

• Deptsoc<br />

Onderzoekers:<br />

• Magda Michielsens<br />

Organics over the ocean modifying particles in both hemispheres (OOMPH).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Organics over the ocean modifying particles in both hemispheres (OOMPH).<br />

Organisaties:<br />

• Bio-organische massaspectrometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Magda Claeys-Maenhaut<br />

Valorisatie <strong>van</strong> de microsimulatie <strong>van</strong> de sociale bescherming.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In het project AG/01/086 werd in opdracht <strong>van</strong> FOD Sociale Zekerheid door drie universitaire equipes een microsimulatiemodel ontwikkeld<br />

waarmee beleidshervormingen in de sfeer <strong>van</strong> de sociale zekerheid gesimuleerd kunnen worden op geanonimiseerde maar individuele gegevens.<br />

Dit model laat in principe toe een zeer gedetailleerd beeld te schetsen <strong>van</strong> de verdelingsimpact <strong>van</strong> maatregelen in 6 beleidsdomeinen: de sociale<br />

zekerheidsbijdragen, de werkloosheidsvergoedingen, de ziekte en invaliditeitsuitkeringen, de gezinsbijslagen, de pensioenen en de<br />

personenbelasting.<br />

Het vernieuwende (voor Belgie) en distinctieve karakter <strong>van</strong> dit model Iigt in het onderliggende databestand dat opgebouwd werd uit administratieve<br />

gegevens. De levering <strong>van</strong> de aangevraagde administratieve gegevens gebeurde in verschillende fazen. [-lierdoor was het onmogelijk om binnen<br />

de looptijd <strong>van</strong> bet project AG/01/086 alle modules met hetzelfde niveau <strong>van</strong> detail uit te werken. Vooral de module rond pensioenen bleef hierdoor<br />

onderontwikkeld.<br />

Doelstelling 1 <strong>van</strong> bet nieuwe project bestaat er in bet model up te daten, uit te breiden en te verfijnen met bijkomende gegevens, Na deze<br />

uitbreiding kan bet model gebruikt worden om de verwachtingen met betrekking tot de financiele houdbaarheid <strong>van</strong> bet sociaal zekerheidssysteem<br />

te toetsen. Bij de verdere uitbouw <strong>van</strong> bet microsimulatiemodel zal bijzondere aandacht besteed worden aan de mogelijkheid<br />

beleidsondersteunende informatie te verschaffen met betrekking tot de maatregelen opgenomen in bet wetsontwerp <strong>van</strong> 13 juli 2005 'houdende<br />

een structureel aanpassingsmecbanisme aan de welvaart <strong>van</strong> plafonds en inkomensdrempels alsook de sociale uitkeringen. (KvV Doc5l 1948/001).<br />

Doelstelling 2 <strong>van</strong> bet nieuwe project bestaat er in om bet model te situeren in een Europees/internationaal perspectief. Meer bepaald zal een<br />

overzicht gemaakt worden <strong>van</strong> andere microsimulatiemodellen met betrekking tot sociale bescberming in de Europese Unie en zal aangegeven<br />

worden hoe bet model kan gebruikt worden om bet l3elgische Nationale Actie Plan ter bevordering <strong>van</strong> de Sociale Insluiting (NAP/SI) te beoordelen


en aldus bij te dragen tot bet Sociale lnsluitingsProces binnen de EU.<br />

Doelstelling 3 <strong>van</strong> bet project bestaat uit bet modelleren <strong>van</strong> gedragsreacties. Er zal aandacht besteed worden aan bet modelleren <strong>van</strong> de<br />

pensioneringsbeslissing en <strong>van</strong> beslissingen om al dan niet te participeren in de arbeidsmarkt. Bij bet modelleren <strong>van</strong> de pensioneringsbeslissing<br />

zal getracht worden om de verschillende mogelijke uitstapregelingen, die resulteren in een uitstap uit de arbeidsmarkt voorafgaand aan de<br />

opruststelling, zoals werkloosheid, tijdskrediet, invalid iteit, te onderscheiden.<br />

Doelstelling 4 <strong>van</strong> bet project bestaat uit bet beschrijven <strong>van</strong> een procedure die moet toegepast worden bij een update <strong>van</strong> bet model, wanneer<br />

meer recente administratieve gegevens beschikbaar worden.<br />

Doelstelling 5 <strong>van</strong> bet project, tenslotte, bestaat er in om onderricht te verstrekken aan de potentiele gebruikers <strong>van</strong> bet model.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Gerlinde Verbist<br />

• Bea Cantillon<br />

Geneesmiddelenconsumptie in Belgische rust- en verzorgingstehuizen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Onderzoek naar de afstemming tussen medische noden en reIe consumptie <strong>van</strong> geneesmiddelen in Belgische rusthuizen en rust- en<br />

verzorgingstehuizen. Bijzondere aandacht zal besteed worden aan de kostprijs (ZIVkost en remgelden), de kwaliteit en de organisatiekenmerken<br />

<strong>van</strong> de geneesmiddelenstroom.<br />

De geneesmiddelenverstrekking in deze sector wordt gekenmerkt door specifieke aanbodstructuren. Door de hoge graad <strong>van</strong> zorgafhankelijkheid<br />

<strong>van</strong> de betrokken populatie en de specifieke zorgomgeving krijgt bet klassieke probleem <strong>van</strong> informatie-asymmetrie en relatie tussen<br />

zorgverstrekker en patiënt een bijzondere betekenis.<br />

De analyse <strong>van</strong> de kostprijs spitst zich toe op de geobserveerde geneesmiddelenconsumptie (welke geneesmiddelen, dosering, kostprijs) en dit<br />

voor verschillende analyseniveaus (per patiënt, instelling, groep <strong>van</strong> ATC-codes...).<br />

De kwaliteit <strong>van</strong> de geneesmiddelenconsumptie wordt beoordeeld aan de hand <strong>van</strong> o.a. volgende kenmerken:<br />

effectiviteit <strong>van</strong> geneesmiddelen, polyfarmacie, gebruik <strong>van</strong> empirisch formularium...<br />

Meer concreet wordt het verantwoord geneesmiddelengebruik ("appropriate medication use") in ROB's/RVT's geëvalueerd door een validatie <strong>van</strong><br />

de Beers criteria (inclusief de update) voor België.<br />

Deze studie maakt deel uit <strong>van</strong> het domein "Health Care Services Research".<br />

Organisaties:<br />

• Algemene economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Mike Smet<br />

GlaxoSmithKline Leerstoel in Experimentele Oncologie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De leerstoel behelst onderzoek en onderwijs in het domein <strong>van</strong> de experimentele oncologie. Meer bepaald zal er experimenteel<br />

oncologisch onderzoek verricht worden in lijn <strong>van</strong> de onderzoekstopics <strong>van</strong> de onderzoeksgroep en zal er een vertaling gebeuren <strong>van</strong> het<br />

innoverend onderzoek naar studenten in hun bachelor en master opleiding en naar studenten die hun masterthesis en doctoraatsthesis maken.<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Lardon<br />

• Jan Vermorken<br />

Modellering <strong>van</strong> de vorming <strong>van</strong> micrometer-deeltjes bij laser ablatie <strong>van</strong> vaste materialen. (FWO Vis. Fel., D. BLEINER)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Er wordt een model ontwikkeld voor de beschrijving <strong>van</strong> de processen die optreden tijdens laser ablatie (LA) <strong>van</strong> vaste materialen, om de<br />

toepassing <strong>van</strong> LA voor ICP-analyse te verbeteren. Meerbepaald de mechanismen voor vorming <strong>van</strong> deeltjes in het micrometer gebied zullen<br />

gesimuleerd worden, op basis <strong>van</strong> de vorming <strong>van</strong> een "melt pool" door verhitten <strong>van</strong> het vaste materiaal, die wegspat ("liquid splashing") onder<br />

invloed <strong>van</strong> druk, en aanleiding geeft tot jet-vorming, en opsplitsen <strong>van</strong> de jets in micrometer deeltjes. Dit zal beschreven worden met een<br />

vloeistofdynamica-model.<br />

Organisaties:<br />

• Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Annemie Bogaerts<br />

Ultra hoge sterkte beton (UHSB) : optimalisatie, eigenschappen en toepassingsmogelijkheden.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De doelstelling <strong>van</strong> dit onderzoek is het gebruik <strong>van</strong> UHSB in de ruwbouwaannemingen te<br />

bevorderen. Via een beter begrip <strong>van</strong> het gedrag <strong>van</strong> het materiaal (zowel het jonge als het<br />

verharde beton) zal het mogelijk zijn het toepassingsgebied <strong>van</strong> dit materiaal te definiëren.<br />

Hierbij moet er uiteraard gestreefd worden naar een stabiele, efficiënte en economisch<br />

haalbare verwerking. Concreet stellen zich volgende uitdagingen:<br />

- samenstellingen, productie- en uitvoeringstechnieken op punt stellen die UHSB<br />

toepasbaar maken op de Vlaamse markt;<br />

- inzicht verwerven in het gedrag <strong>van</strong> jong beton en ontwikkelen <strong>van</strong> methodes om<br />

de autogene krimp te beperken;<br />

- ontwikkeling <strong>van</strong> modellen voor het inschatten <strong>van</strong> de evolutie en de uiteindelijke<br />

grootte <strong>van</strong> autogene krimp;<br />

- beoordelen <strong>van</strong> de invloed <strong>van</strong> de samenstelling op de brandwerendheid <strong>van</strong> UHSB<br />

en methodes uitwerken die het spalling fenomeen opheffen of minimaliseren;<br />

- de invloed <strong>van</strong> het type en het gehalte aan ultrafijne stoffen op de pH <strong>van</strong> beton<br />

bestuderen<br />

- de evaluatie <strong>van</strong> het risico op corrosie <strong>van</strong> staal (zowel wapening als staalvezels) in<br />

UHSB<br />

- structurele toepassingen met UHSB, rele<strong>van</strong>t voor de lokale markt, ontwikkelen<br />

De prioritaire doelgroep <strong>van</strong> dit onderzoek is zonder twijfel de (ruwbouw)aannemer, maar<br />

het moge duidelijk zijn dat ook architecten, producenten <strong>van</strong> stortklaar beton, cement en<br />

hulpstoffen en de fabrikanten <strong>van</strong> prefabelementen belang hebben bij dit onderzoek.


Organisaties:<br />

• Mechanica <strong>van</strong> Materialen en Constructies<br />

Onderzoekers:<br />

• JAN WASTIELS<br />

Inductive queries for mining patterns and models (IQ).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Gelieve aan te vullen a.u.b<br />

Organisaties:<br />

• Ontwikkeling database systemen (ADReM)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jan Paredaens<br />

• Bart Goethals<br />

Onderzoek naar het enigma <strong>van</strong> neurogeen stotteren: prevalentie, gedragsmatige kenmerken en neurale correlaten.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Neurogeen stotteren is een verworven stoornis waarbij stottergedragingen optreden ten gevolge <strong>van</strong> hersenbeschadiging. Dit<br />

onderzoeksproject heeft als doel systematische onderzoeksgegevens te verkrijgen over o.a. de prevalentie en de spraakkenmerken <strong>van</strong> deze<br />

populatie. Daarnaast biedt onderzoek bij deze patiënten een uniek uitgangspunt voor het bestuderen <strong>van</strong> de centraal-neurologische processen die<br />

betrokken zijn bij stotteren en meer algemeen bij de spraakproductie. In een eerste onderzoeksfase werd via een vragenlijstonderzoek informatie<br />

verzameld over kenmerken <strong>van</strong> neurogeen stotteren. Een tweede fase leidde tot prevalentiegegevens en systematische onderzoeksgegevens met<br />

betrekking tot de taal en spraak bij neurogeen stotteren na CVA. Momenteel worden de verkregen gedragsmatige gegevens gekoppeld aan de<br />

structurele beeldvormingsgegevens <strong>van</strong> het hersenletsel en is ook een fMRI-onderzoek naar spraakprocessen bij stotterenopgestart.<br />

Organisaties:<br />

• Faculteit Geneeskunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Astrid Van Wieringen<br />

• Luc De Nil<br />

• Catherine Theys<br />

Economische verandering, levenskwaliteit en sociale cohesie (EQUALSOC).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Equalsoc is een netwerk gefinancierd door de Europese Commissie onder het 6de Kaderprogramma. Het netwerk bestaat uit 13<br />

Europese onderzoekscentra waar<strong>van</strong> de Commissie heeft geoordeeld heeft dat ze bijzonder niveau <strong>van</strong> academische expertise op vlak <strong>van</strong> sociale<br />

ongelijkheid en cohesie hebben opgebouwd. Het netwerk wil vergelijkend onderzoek stimuleren op vlakken zoals tewerkstelling en arbeidsmarkt,<br />

inkomensverdeling en mobiliteit, onderwijs en sociale mobiliteit, gezin en sociale netwerken, culturele differentiatie en sociaal kapitaal.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Joris Ghysels<br />

• Ive Marx<br />

• Gerlinde Verbist<br />

• Bea Cantillon<br />

• Godelieve De Lathouwer<br />

• Cornelius Van den Bosch<br />

ICA4DT- Image based Computer Assistance for Diagnosis and Therapy.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit project is de snellere en betere visualisatie en interpretatie <strong>van</strong> steeds stijgende hoeveelheden medische beeldinformatie.<br />

Het beeldverwerkingsproject wil in Vlaanderen een kritische massa opbouwen wat betreft beeldverwerking met toegevoegde waarde, en de<br />

competenties naar wereldniveau brengen. Verbeterde visualisatei heeft te maken met het beter en vooral sneller zichtbaar maken <strong>van</strong> bepaalde<br />

anomalieën. De nadruk zal vooral liggen op het ver<strong>van</strong>gen <strong>van</strong> 2D visualisatie, waarbij door de krachtiger inputmodaliteiten steeds meer 2D<br />

beelden per studie moeten worden bekeken, naar veel effectievere 3D en 4D visualisatie. Samengevat moet deze nieuwe technologie leiden tot<br />

een verhoogde productiviteit en kwaliteit <strong>van</strong> de diagnostiek via medische beeldvorming.<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Van Dyck<br />

Multilinguale thesaurus voor communicatiepathologen: een domeinspecifieke vaktermendatabank<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Dit project vertrekt <strong>van</strong> het vertaalwoordenboek voor logopedisten en audiologen (Corthals, Van Borsel, Van Lierde, 2004). Alle termen<br />

die een aandoening, een onderzoeksprocedure of een interventie <strong>van</strong> een logopedist of een audioloog betreffen worden geselecteerd. Dit moet<br />

naar schatting ruim 1000 vaktermen in het Engels opleveren, die frequent als keyword voorkomen in publicaties op het internationale forum. Deze<br />

set wordt opgenomen in de structuur <strong>van</strong> een thesaurus, naar het voorbeeld <strong>van</strong> de EET (European Education Thesaurus). De woordfrequentie<br />

<strong>van</strong> elk lemma wordt geverifieerd a.d.h.v. het Journal Archive <strong>van</strong> de American Speech-Language-Hearing Association en mee opgenomen. Elk<br />

lemma krijgt een categorieaanduiding mee aan de hand waar<strong>van</strong> het geassocieerd kan worden met één <strong>van</strong> de subdisciplines in de<br />

communicatiepathologie. Er worden buitenlandse deskundigen door de projectaanvragers gecontacteerd. Zij vertalen en annoteren de termen naar<br />

hun eigen moedertaal. Annotaties worden geverifieerd en aangevuld a.d.h.v. de scope note uit MeSH database (Medical Subject Headings) .<br />

De informatie-uitwisseling wordt <strong>van</strong>uit Hogent beheerd en verloopt via een nog te ontwerpen internettool, die eveneens in de uitwisseling <strong>van</strong><br />

audiobestanden met de correcte uitspraak moet voorzien. De bedoeling is een domeinspecifieke multilinguale thesaurus <strong>van</strong> vaktermen aan te<br />

leggen. Het onderzoeksgehalte <strong>van</strong> dit project schuilt in de oordeelkundige accumulatie en structurering <strong>van</strong> een specifiek en geannoteerd lexicon<br />

(zodat een eenvoudige thesaurus ontstaat) en in de exploitatie <strong>van</strong> deze thesaurus met het oog op vergelijkende curriculumstudie. Het toegepast<br />

wetenschappelijk karakter <strong>van</strong> dit project blijkt ook uit de tweetalige vaktermenglossaria die gegenereerd en gepubliceerd worden. Tot de doelgroep<br />

worden gerekend (1) binnen- en buitenlandse onderzoekers die internationale publicaties of congresbijdragen klaarmaken, die zoektermen nodig<br />

hebben voor literatuurstudies (internet, attenderingstijdschriften) of vergelijkende curriculumstudies willen doen; (2) studenten die eindwerken<br />

klaarmaken of deelnemen aan internationale uitwisselingen; (3) vertalers en (4) bibliothecarissen. De internettool kan later bij wijze <strong>van</strong> spin off<br />

gebruikt worden door en voor andere disciplines.


Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

• Departement Gezondheidszorg Vesalius<br />

• Departement Vertaalkunde<br />

• Vakgroep Informatica<br />

• Vakgroep Spraak-, taal- en gehoorwetenschappen<br />

• Vakgroep Engels<br />

Onderzoekers:<br />

• Joost Buysschaert<br />

• Veerle Ongenae<br />

• Paul Corthals<br />

• Maaike Callens<br />

Spraakverstaan en levenskwaliteit bij patiënten met een cochleair inplant.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Door adequatere onderzoekstechnieken en analyse <strong>van</strong> resultaten in termen <strong>van</strong> QoL en auditief functioneren is een betere<br />

indicatiestelling voor Cl en een adequatere post-operatieve follow-up mogelijk. De doelstelling <strong>van</strong> het onderzoek kunnen we samenvatten in<br />

volgende punten: 1. evaluatie <strong>van</strong> nieuwe onderzoekstechnieken bij Cl voor de programmering <strong>van</strong> de spraakprocessor (NAT) 2. evaluatie <strong>van</strong><br />

resultaten <strong>van</strong> Cl bij specifieke patientengroepen in termen <strong>van</strong> spraakverstaan en QoL. Onder deze noemer verstaan we DFNA9-patiënten,<br />

patiënten met auditieve neuropathie, bejaarde patiënten en patiënten met functioneel restgehoor (EAS, unilateraal gehoorverlies). 3. evaluatie <strong>van</strong><br />

de resulaten <strong>van</strong> bilaterale Cl, en dit zowel bij volwassenen als bij kinderen.<br />

Organisaties:<br />

• Translationele Neurowetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Van de Heyning<br />

• Katrien Vermeire<br />

Opmaak <strong>van</strong> concept en methodiek voor analyse en visie-ontwikkeling bekkenbeheerplan en toepassing <strong>van</strong> methodiek<br />

voor bekkenbeheerplan <strong>van</strong> de Nete.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Opmaak <strong>van</strong> concept en methodiek voor analyse en visie-ontwikkeling bekkenbeheerplan en toepassing <strong>van</strong> methodiek voor<br />

bekkenbeheerplan <strong>van</strong> de Nete.<br />

Organisaties:<br />

• Ecosysteembeheer<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Meire<br />

International workshop on principles of software evolution.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: International workshop on principles of software evolution.<br />

Organisaties:<br />

• Antwerp Systems and software Modelling (AnSyMo)<br />

Onderzoekers:<br />

• Serge Demeyer<br />

DPRN regiobijeenkomst Centraal-Afrika 2005 en ondersteuning informatieverzameling database Global-Connections.nl.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: DPRN regiobijeenkomst Centraal-Afrika 2005 en ondersteuning informatieverzameling database Global-Connections.nl.<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

• Politieke economie <strong>van</strong> de Grote Meren Regio<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Reyntjens<br />

Uitvoeren <strong>van</strong> deelanalyses op de databanken "TOR '99" en "TOR '04".<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Geen abstract beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

Materialen - Toegepast in design en interieur [in scène gezet]<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het PWO M-tdi is het onderzoeken <strong>van</strong> een aantal “interessante” nieuwe materialen met toepassingspotentie voor design en<br />

interieurtoepassingen.Het levensvatbaar maken <strong>van</strong> een prototype (of reeks <strong>van</strong> prototypes) binnen het concrete werkveld <strong>van</strong> design en interieur<br />

in de zo breedst mogelijke context.<br />

De ontworpen producten komen tot stand door tijdens het ontwerpproces te toetsen aan een vooropgesteld eisenpakket. Dit eisenpakket omvat<br />

onder andere volgende aspecten: - flexibele aanpasbaarheid aan verschillende culturen;- gevoelsmatige herkenbaarheid en toegankelijkheid voor<br />

verschillende culturen- vormelijke moduleerbaarheid naar diverse functies- productdifferentiatie die telkens kan aangepast worden via demontage<br />

en wedersamenstelling tot een nieuw geheel met een andere vorm, uitzicht en gebruiksdoel. (bv. Binnenste buiten keren, het uitzicht <strong>van</strong> houten<br />

stoel wordt uitzicht <strong>van</strong> metalen tafel, …enz.)- polyvalentie naar verschillende gebruiksmogelijkheden- individuele aanpasbaarheid met een<br />

uniforme materiële cultuur- zelfbouwmogelijkheid, startend <strong>van</strong>af basiscomponenten, uitbreidbaar met secundaire componenten tot een<br />

gepersonaliseerde gebruiksfunctie of een esthetische behoefte.- de graad <strong>van</strong> de duurzaamheid <strong>van</strong> de toepassingen- mate <strong>van</strong> de biologische<br />

afbreekbaarheid- de mate <strong>van</strong> recycleerbaarheid- het combineren <strong>van</strong> zowel affectieve eigenschappen als functioneel mechanische<br />

eigenschappen.<br />

Ondanks het feit dat de materialen en producten <strong>van</strong> deze primaire bedrijven veel potentie voor interieur of designtoepassingen kunnen hebben,


lijkt echter dat deze producenten zich enkel richten op industriële, niet-creatieve, niet-esthetische, niet-cultuurgerelateerde eindproducten. Ze<br />

bekommeren zich hoofdzakelijk over de “technologische en economische context” <strong>van</strong> hun materiaal of hun productieproces en niet zozeer over de<br />

eigenschappen die aangewezen zijn en noodzakelijk voor het succes <strong>van</strong> designtoepassingen (vb: het tactiele <strong>van</strong> de oppervlaktebehandeling, de<br />

esthetische gewaarwording die ontstaat <strong>van</strong>uit de ‘materiaalvorming’, het irrationeel motorische <strong>van</strong> een materiaalcombinatie e.d.). Bovendien<br />

bezitten producenten weinig realistische ideevinding of originele verbeeldingskracht om nieuwe concepten te kunnen ontwikkelen voor de interieuren<br />

designsector.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten<br />

• Vakgroep Vormgeving<br />

Onderzoekers:<br />

• Viola <strong>van</strong> Rossum<br />

• Christophe Sonck<br />

• Dirk <strong>van</strong> Gogh<br />

Publicatie : monografie 'Onderzoek naar kenmerken <strong>van</strong> leren en onderwijzen in het hoger onderwijs'.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Publicatie : monografie 'Onderzoek naar kenmerken <strong>van</strong> leren en onderwijzen in het hoger onderwijs'.<br />

Organisaties:<br />

• EduBROn<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Van Petegem<br />

Publicatie : uitgave binnen de serie 'Studies in Writing' over de thema's 'Writing and Cognition' en 'Writing and Digital<br />

Media'.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Digital media has become an increasingly powerful force in modern society. This volume brings together outstanding European, American<br />

and Australian research in "writing and digital media" and explores its cognitive, social and cultural implications.<br />

The book is divided into five sections, covering major areas of research: writing modes and writing environments (e.g. speech technology), writing<br />

and communication (e.g. hypervideos), digital tools for writing research (e.g. web analysis tools, keystroke logging and eye-tracking), writing in<br />

online educational environments (e.g. collaborative writing in L2), and social and philosophical aspects of writing and digital media (e.g. CMC,<br />

electronic literacy and the global digital divide). In addition to presenting programs of original research by internationally known scholars from a<br />

variety of disciplines, each chapter provides a comprehensive review of the current state-of-the-art in the field and suggests directions for future<br />

research.<br />

This wide-ranging international volume presents the very best of current thinking in the field and will be indispensable to anyone doing or<br />

contemplating work in the area, both for established researchers as well as newcomers, including graduate students.<br />

More information: http://www.elsevier.com/wps/find/bookdescription.cws_home/707624/description#description<br />

Organisaties:<br />

• Management<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Van Waes<br />

project context-oriented programming<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Tijdens het afgelopen decennium is het in een groeiend aantal software scenario's duidelijk geworden dat de buigzaamheid <strong>van</strong> software<br />

ernstig te kort schiet. Steeds vaker merken we de noodzaak op om code te schrijven waar<strong>van</strong> de betekenis niet volledig door zijn constituenten<br />

alleen wordt bepaald, maar gedeeltelijk <strong>van</strong> de context afhangt waarin de software wordt gebruikt. Het doel <strong>van</strong> dit project is een begrip te<br />

ontwikkelen en te vestigen <strong>van</strong> context-georiënteerde programmering die verder gaat dan traditionele programmeringsparadigma's. Er is nood aan<br />

een hoge graad <strong>van</strong> adaptivitiy en/of aanpassingsvermogen, en er is reeds een traditie <strong>van</strong> onderzoek binnen verscheidene computerwetenschap<br />

gebieden die gedeeltelijk deze begrippen behandelen. Nochtans concentreert dit voorstel zich niet op aan het vakgebied verbonden oplossingen,<br />

maar eerder op de ontwikkeling <strong>van</strong> een programmeringsparadigma en ondersteunende programmeertaalconcepten en technieken voor algemeen<br />

gebruik die de onderhoudbaarheid, de robuustheid en de herbruikbaarheid <strong>van</strong> software verbeteren die in hoogst dynamische milieu's moeten<br />

passen. Op deze wijze, zullen wij een brede waaier <strong>van</strong> onderzoeksgebieden de middelen verstrekken om zich op het gewenste gedrag te<br />

concentreren en context-afhankelijke begrippen correct uit te drukken op een beknopte en geschikte manier, zonder te worden afgeleid door<br />

ongeschikte taalconcepten.<br />

Organisaties:<br />

• Informatica en Toegepaste Informatica<br />

Onderzoekers:<br />

• THEO D'HONDT<br />

Wetenschappelijke ondersteuning verdelingseffecten <strong>van</strong> een alternatieve financiering <strong>van</strong> de sociale zekerheid.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het Planbureau heeft reeds grondige analyses doorgevoerd <strong>van</strong> de alternatieve financiering <strong>van</strong> de sociale zekerheid. Daarbij ligt de<br />

klemtoon op de effecten op tewerkstelling en output aan de hand <strong>van</strong> het model HERMES. De aard <strong>van</strong> de gebruikte methodologie laat daarbij niet<br />

toe ook de verdelingsimpact <strong>van</strong> de bijdrageverminderingen <strong>van</strong> de sociale zekerheid en de alternatieve financieringsvoorstellen in te schatten. Met<br />

de simulatiemodellen ASTER, MISISM, en de prototype-versie <strong>van</strong> MIMOSIS is dit -althans gedeeltelijk -wel mogelijk, aangezien men de effecten<br />

kan berekenen voor elk individu en/of gezin <strong>van</strong> een representatief staal <strong>van</strong> de Belgische bevolking.<br />

Het lijkt dan ook opportuun, in aanvulling <strong>van</strong> de vermelde simulaties <strong>van</strong> het planbureau, in dit project simulaties te laten uitvoeren in verband met<br />

de verdelingseffecten <strong>van</strong> alternatieve scenario's voor de financiering <strong>van</strong> de sociale zekerheid:<br />

1. Een verlaging <strong>van</strong> de sociale zekerheidsbijdragen voor werkgevers en werknemers, gesimuleerd via MISIM;<br />

2. Een compenserende verhoging <strong>van</strong> de indirecte belastingen volgens drie scenario's. Daartoe moet ASTER geactualiseerd worden tot de<br />

indirecte belastingwetgeving <strong>van</strong> 2005, en liefst ook lopen op een recentere budgetenquête. Mits toelating <strong>van</strong> het NIS is dat mogelijk voor de<br />

enquête <strong>van</strong> 2001, misschien zelfs voor deze <strong>van</strong> 2002. Dit is een arbeidsintensief werk dat later zal renderen wanneer we een koppeling maken<br />

tussen ASTER en MIMOSIS;<br />

3. Een koppeling <strong>van</strong> de verdelingseffecten <strong>van</strong> deze twee maatregelen.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)


Onderzoekers:<br />

• Gerlinde Verbist<br />

A multicentre, randomised, double-blind, double dummy, parallel group study to compare the salmeterol/fluticasone<br />

propionate combination.... at medium dose.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Door middel <strong>van</strong> een multicentrisch, gerandomiseerd dubbel blind, parallelle groepen onderzoek zal het effect <strong>van</strong> een<br />

combinatiepreparaat salmeterol/fluticasone (Seretide) in een dosis <strong>van</strong> 50/100mcg tweemaal daags worden vergeleken met fluticasone (Flixotide)<br />

met een dosis <strong>van</strong> 200 mcg tweemaal daags. Beide worden toegediend via een droogpoederinhalatie apparaat (Diskus) gedurende 12 weken bij<br />

astmatische kinderen tussen 4 en 11 jaar oud, wiens astma niet onder controle is met inhalatiesteroiden (matige dosis) alleen.<br />

Organisaties:<br />

• Lab. Experimentele geneeskunde en pediatrie (LEMP)<br />

Onderzoekers:<br />

• Kristine Desager<br />

Uitvoeren <strong>van</strong> een bevraging <strong>van</strong> het publiek <strong>van</strong> de Brusselse podiumkunsten<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In opdracht <strong>van</strong> de Brusselse Schepen <strong>van</strong> Cultuur, Henri Simons, wordt een studie uitgevoerd naar het profiel <strong>van</strong> de bezoeker <strong>van</strong><br />

podiumkunsten in het Brusselse. Het TOR-luik <strong>van</strong> de studie richtte zich voornamelijk op de praktische begeleiding waaronder de ontwikkeling <strong>van</strong><br />

de vragenlijst, de steekproeftrekking en de coördinatie <strong>van</strong> het veldwerk.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• IGNACE GLORIEUX<br />

• Sven SANCTOBIN<br />

• Dieter VANDEBROECK<br />

Prijs <strong>van</strong> de BFVUG 2005.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Prijs <strong>van</strong> de BFVUG 2005.<br />

Organisaties:<br />

• Instituut Joodse Studies<br />

Onderzoekers:<br />

• Ine Van linthout<br />

Nursery functional role of seagrass for reef fish in marine protected area of the Karimunjawa Marine National Park.<br />

(Partnerinstelling : Wildlife conservation society, Bogor, Indonesië)<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Rol <strong>van</strong> zeegras voor vissen in riffen in het beschermd zeegebied in het Karimunjawa Marine Nationale Park<br />

Organisaties:<br />

• Biologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MARIE-HERMANDE DARO<br />

Een digitale toekomst voor de Europese culturele contentindustrieën? Een historische analyse en prospectieve evaluatie<br />

<strong>van</strong> het Europese beleid omtrent de creatie <strong>van</strong> een competitieve contentsector in een digitaal tijdperk.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Onderwerp <strong>van</strong> het doctoraat is het EU-beleid ten aanzien <strong>van</strong> de "content"-industrieën, meer bepaald de audiovisuele sectoren (televisie<br />

en film). In het bijzonder rijst de vraag hoe de Europese instellingen door middel <strong>van</strong> dit beleid vorm geven aan de inhoud <strong>van</strong> deze audiovisuele<br />

contentindustrieën en wat de resultaten er<strong>van</strong> zijn op het vlak <strong>van</strong> culturele diversiteit en economische duurzaamheid, dit alles met inachtname <strong>van</strong><br />

de huidige digitaliseringscontext. Concreet is de doelstelling <strong>van</strong> het doctoraat drieledig: ten eerste, het EU-beleid aangaande (digitale) audiovisuele<br />

content in kaart brengen, met aandacht voor de historische wortels er<strong>van</strong> en de politiekeconomische context, alsook met bijzondere interesse voor<br />

de digitale evoluties; ten tweede, de knelpunten en kenmerken er<strong>van</strong> in kaart brengen met bijzondere aandacht voor de output er<strong>van</strong> in termen <strong>van</strong><br />

enerzijds economische leefbaarheid, anderzijds culturele diversiteit en pluralisme (empirisch-descriptief); ten derde, het beleid evalueren, met het<br />

oog op eventuele beleidssuggesties naar de toekomst toe (normatief).<br />

Organisaties:<br />

• Communicatiewetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• CAROLINE PAUWELS<br />

• Sophie DE VINCK<br />

The combined effect of HR system strength and supervisory support on perceived HR effectiveness.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: In dit doctoraat zal de verdeling <strong>van</strong> HR-taken en -verantwoordelijkheden over de HR-afdeling enerzijds, en het lijnmanagement<br />

anderzijds, onderde loep genomen worden. We gaan na welke invloed de wisselwerking tussen beide partijen (HR-afdeling en lijnmanagement)<br />

heeft op de perceptie <strong>van</strong> HR-effectiviteit in organisaties, en welke gevolgen dit heeft voor o.a. tevredenheid en betrokkenheid <strong>van</strong> werknemers. In<br />

een eerste luik zal aan de hand <strong>van</strong> kwalitatief onderzoek een uitgebreide gapanalyse uitgevoerd worden. We gaan na wat volgens beide partijen<br />

een optimale taakverdeling is, welke competenties nodig en aanwezig zijn voor het uitvoeren <strong>van</strong> de HR-taken en welke HR-architectuur volgens<br />

beide partijen wenselijk is. In een tweede, kwantitatief luik, zal nagegaan worden op welke manier de inhoud <strong>van</strong> de HR-praktijken, de<br />

proceskenmerken <strong>van</strong> de HR-afdeling en de HR-architectuur het lijnmanagement kunnen ondersteunen om te komentot een effectieve HRorganisatie.<br />

Organisaties:<br />

• Ond.gr. Personeel en Organisatie<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc Sels<br />

• Sophie De Winne<br />

• Caroline Gilbert<br />

Studie <strong>van</strong> genetische en omgevingsfactoren voor ouderdomsslechthorendheid.


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Op basis <strong>van</strong> een uitgebreide literatuurstudie hebben we een inventaris gemaakt <strong>van</strong> omgevingsfactoren die mogelijk geassocieerd zijn<br />

met OSH. Blootstelling aan deze omgevingsfactoren zal worden nagegaan bij deelnemende personen via een interview aan de hand <strong>van</strong> een<br />

gestandaardiseerde vragenlijst. Een professionele databank die omgevingsfactoren, klinische gegevens en audiologische variabelen voor alle<br />

deelnemende personen bevat, werd reeds opgezet met behulp <strong>van</strong> een softwarebedrijf, en zal de basis vormen voor de statistische analyse. In een<br />

eerste aanpak zullen univariate testen (ANOVA, ANCOVA) gebruikt worden om de verschillende factoren apart te analyseren. Vervolgens zal<br />

multivariate statistiek (cluster analysis, discriminant analysis, logistic regression, and principal component analysis) gebruikt worden om specifieke<br />

combinaties die bijdragen tot slechthorendheid te identificeren. Uiteraard zullen de omgevingsfactoren ook met de genetische factoren worden<br />

gecorreleerd, teneinde tot een globaal etiologisch model voor OSH te komen.<br />

Organisaties:<br />

• Translationele Neurowetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Van de Heyning<br />

Sentimentalisme en Modernisme in de Vroege Amerikaanse Narratieve Cinema (1915-1928): De films <strong>van</strong> Frances Marion.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject stelt zich tot doel een meer complexe invulling <strong>van</strong> de relatie tussen film en moderniteit te formuleren. Het verband<br />

tussen film en moderniteit ' in de `modernity thesis' <strong>van</strong> David Bordwell omschreven als film als moderniteit, een deel <strong>van</strong> moderniteit en een gevolg<br />

<strong>van</strong> moderniteit ' kan herzien worden en aangevuld met alternatieve en soms tegenstrijdige invloeden. De esthetische respons op de<br />

moderniteitgedachte vervat in het modernisme, presenteerde zichzelf als een belichaming <strong>van</strong> het `nieuwe' en als een radicale breuk met het<br />

verleden, waardoor het zichzelf expliciet positioneerde tegen het sentimentalisme, de dominante culturele expressie uit de vorige eeuw. Het<br />

sentimentalisme, geassocieerd met een vrouwelijk publiek en vrouwelijke auteurs, werd door het modernisme gelijkgeschakeld met Victoriaanse<br />

waarden en normen en als dusdanig verworpen. Met het bewuste oxymoron `sentimental modernism' heeft Suzanne Clark echter aangetoond dat<br />

er binnen de modernistische literatuur geproduceerd door vrouwen nog sporen terug te vinden zijn <strong>van</strong> deze domestieke traditie, dat zij een<br />

bredere, inclusieve meer complexe invulling geven aan de problematische term `modernisme'. Deze alternatieve notie <strong>van</strong> modernisme geldt ook<br />

voor vroege stille klassieke film. In de beginjaren <strong>van</strong> Hollywood werd vijftig procent <strong>van</strong> de geproduceerde films geschreven door vrouwen. Deze<br />

succesvolle scenaristen putten inspiratie uit de novelles, kortverhalen en toneelstukken uit de vorige eeuw die waren geschreven binnen een<br />

sentimentele traditie en die populair, melodramatisch (sensationeel en affectief) waren en zich richtten op een breed vrouwelijk publiek. Naast<br />

moderne eigenschappen zoals de productietechniek, een fascinatie met moderne technologieën, montagetechnieken en moderne fenomenen<br />

(`flappers', de Nieuwe Vrouw, suffragettes, urbanisatie, kapitalisme, WW1), vertoonde vroege film ook sentimentele aspecten.<br />

Het werk <strong>van</strong> scenariste Frances Marion, de meest succesvolle schrijfster in Hollywood gedurende de stille periode, is exemplarisch voor deze<br />

vaststelling. Haar werk binnen Hollywood (<strong>van</strong> circa 1916 tot 1929) toont aan dat het moderne medium film kan gezien worden als een gedeeltelijke<br />

voorzetting <strong>van</strong> een sentimentele esthetiek, zonder daarbij in te boeten als een moderne en modernistische expressie.<br />

Organisaties:<br />

• Instituut Joodse Studies<br />

Onderzoekers:<br />

• Vivian Liska<br />

• Anke Brouwers<br />

Ontleding <strong>van</strong> de dendritische cel biologie en de signalen die lymfociet activatie controleren.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Introductie: Sinds de eerste beschrijving <strong>van</strong> dendritische cellen (DC) begin jaren '70 is het duidelijk geworden dat het om een uniek<br />

celtype gaat met uitzonderlijke antigen-presenterende capaciteit (Steinman and Cohn, 1973). Deze heterogene groep <strong>van</strong> cellen is verantwoordelijk<br />

voor het dirigeren <strong>van</strong> T cel responsen, gaande <strong>van</strong> negatieve selectie in de thymus en inductie <strong>van</strong> perifere tolerantie tot het stimuleren <strong>van</strong> afweer<br />

en geheugen responsen (Steinman, 2007).<br />

Organisaties:<br />

• Fysiologie<br />

Onderzoekers:<br />

• KRISTIAAN THIELEMANS<br />

• Karine BRECKPOT<br />

Drug targeting <strong>van</strong> Leishmania parasieten met behulp <strong>van</strong> colloïdale dragers.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het onderzoek is de ontwikkeling en optimalisatie <strong>van</strong> colloïdale dragers (liposomen en nanopartikels) die via endocytosis in<br />

de gastheercel <strong>van</strong> de parasiet worden opgenomen en het geneesmiddel (een krachtig, breed-spectrum saponine) vrijgeven. De invloed <strong>van</strong> de<br />

technologische parameters <strong>van</strong> de bereidingsprocedure op de fysicochemische eigenschappen en de endocytosis <strong>van</strong> de dragers zal onderzocht<br />

worden. Het therapeutisch effect zal in vitro en in vivo bestudeerd worden.<br />

Organisaties:<br />

• Galenische en industriële farmacie en biofarmacie<br />

Onderzoekers:<br />

• Annick Ludwig<br />

Eigen initiatief (EI) : Zuid-Afrika - enchancing the biotechnology research and training capacity of the University of the<br />

North (UNIN) through collaborative research and training programmes.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Zuid-Afrika: biotechnologisch onderzoek en opleiding capaciteit <strong>van</strong> de University of the North (UNIN) door samenwerkingsprojecten en<br />

trainingsprogrammas verbeteren<br />

Organisaties:<br />

• Toegepaste Biologische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• SONIA BEECKMANS<br />

Renewable Energy Policy of China: Wind and Solar Alternatives.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• OE Inst. Internationaal Europees Beleid<br />

Onderzoekers:<br />

• Pei-Fei Chang<br />

• Hans Bruyninckx


Ambient Intelligence en de bescherming <strong>van</strong> persoonsgegevens.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het doctoraat onderzoekt in welke mate privacy en persoonsgegevens <strong>van</strong>uit een juridisch perspectief beschermd kunnen worden in het<br />

kader <strong>van</strong> 'Ambient Intelligence' technologie. De term verwijst naar een netwerkmaatschappij waarin personen en objecten (computers) intensief<br />

met elkaar verbonden zijn en met elkaar communiceren op een autonome en automatische wijze, eventueel met behulp <strong>van</strong> softwareagenten. Dit<br />

veronderstelt een snel groeiende stroom en verwerking <strong>van</strong> onze persoonsgegevens, hetgeen aantasting <strong>van</strong> onze privacy met zich mee kan<br />

brengen. Het onderzoek, <strong>van</strong>uit interdisciplinair oogpunt, slaat op de invloed <strong>van</strong> Ambient Intelligence op privacy en persoonsgegevens en op de<br />

juridisch bescherming er<strong>van</strong> in deze netwerken. Er wordt getracht om een voorstel tot wetgeving te concipiëren, waarbij er rekening wordt<br />

gehouden met de technologische mogelijkheden en de maatschappelijke en economische behoeften.<br />

Organisaties:<br />

• Metajuridica<br />

Onderzoekers:<br />

• SERGE GUTWIRTH<br />

• Wim Jan SCHREURS<br />

Toxicodynamiek <strong>van</strong> microcontaminanten met verschillende werkingsmechanismen in de zebravis, Danio rerio: een<br />

moleculair biologische en fysiologische analyse.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Recente ontwikkelingen in de moleculaire biologie (genomics) en eiwitanalyse (proteomics) maken het mogelijk om de, effecten <strong>van</strong><br />

chemicaliën op biologische systemen in veel meer detail te gaan bestuderen dan voorheen mogelijk was. In het project willen we deze nieuwe<br />

technieken in combinatie met meer klassieke fysiologische methoden gebruiken om een aantal centrale vragen binnen de milieutoxicologie te<br />

beantwoorden. Meer specifiek willen we de relatie tussen blootstellingsroute, accumulatiekinetiek en toxiciteit samen met de problematiek rond<br />

mengseltoxiciteit in detail bestuderen en modelleren. We willen hierbij gebruik maken <strong>van</strong> de zebravis als modelorganisme. Dit omdat de fysiologie,<br />

en biochemie <strong>van</strong> deze soort relatief goed gekend zijn en dat het een modelorganisme is in de ontwikkelingsbiologie en de toxicologie. Dit is<br />

bovendien het enige standaard aquatisch testorganisme waarvoor op dit moment microarrays commercieel beschikbaar zijn. Binnen het kader <strong>van</strong><br />

het project willen we de volgende doelstellingen realiseren.<br />

-Wat is het relatief belang <strong>van</strong> de blootstellingsroute op opname, compartimentalisatie en toxiciteit <strong>van</strong> een aantal prioritaire milieuschadelijke<br />

modelstoffen met verschillend werkingsmechanisme (o.a. verstoring <strong>van</strong> de ion- en osmoregulatie, neurotransmitter metabolisme, endocriene<br />

controle)?<br />

-Wat zijn de moleculaire effecten <strong>van</strong> blootstelling aan deze modelstoffen via water of voedsel op het niveau <strong>van</strong> de genexpressie en de<br />

eiwitsynthese ? Kunnen we op basis <strong>van</strong> de bekomen expressieprofielen het werkingsmechanisme <strong>van</strong> de stoffen inschatten ?<br />

-Welke interacties zijn er waarneembaar tussen de modelstoffen waardoor de toxiciteit <strong>van</strong> een stof in een mengsel verschilt <strong>van</strong> blootstelling aan<br />

de individuele en hoe vertaalt zich dit op het niveau <strong>van</strong> de genexpressie en eiwitsynthese, i.e. blijven de stof specifieke biomerkers bruikbaar in<br />

mengselcondities ?<br />

Op deze vragen te beantwoorden zal gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> 3 modelstoffen representatief voor verschillende werkingsmechanismen.<br />

Organisaties:<br />

• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)<br />

Onderzoekers:<br />

• Ronny Blust<br />

• Wim De Coen<br />

• Bettina Lambrechts<br />

Inductie <strong>van</strong> tocotriënol metabolisme in Brassica napus L. met het oog op verbeterde stressresistentie, zaadkwaliteit en<br />

voedingswaarde (Type 3).<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project stelt zich tot doel een technisch bewijs-<strong>van</strong>-concept te leveren dat tocotriënolen geproduceerd kunnen worden in bladeren en<br />

zaden <strong>van</strong> Arabidopsis thaliana L., die hier in natuurlijke omstandigheden niet toe in staat is. Hiervoor worden verschillende strategieën uitgetest<br />

dewelke geëvalueerd worden door te na te gaan of er al dan niet verbeterde abiotische stresstolerantie en/of zaadkwaliteit is opgetreden.<br />

Een eerste aanpak zal erin bestaan om de concentraties aan precursoren voor tocotriënol biosynthese - homogentisaat (HGA) in WP 2 en<br />

geranylgeranylpyrofosfaat (GGPP) in WP 3 -"aan te rijken via een downregulatie (RNAi) <strong>van</strong> endogene enzymen in de verwante pathways. Zowel<br />

constitutieve als zaadspecifieke expressie wordt beoogd.<br />

Indien bij de ontwikkelde transformanten niet spontaan tocotriënolen worden gevormd zal overgegaan worden tot de heterologe expressie <strong>van</strong> het<br />

sleutelenzyme uit de tocotriënolsynthese, homogentisaat geranylgeranyl-PP transferase (HGGT) (WP 4). Vervolgens zullen combinaties tussen<br />

blokkering en overexpressie uitgetest worden (eveneens WP 4). Zowel constitutieve als zaadspecifieke expressie wordt beoogd, alsook cholorplast<br />

en niet-chloroplast targeting.<br />

Aanvullend wordt getracht een aantal prangende vragen i. v .m. tocotriënolfysiologie op te lossen, zoals plastidisch versus extraplastidisch karakter<br />

<strong>van</strong> de pathway. Dit zal gebeuren via klassieke voedingsexperimenten en moleculaire weg a.d.h.v. HGGT-GFP en homogentisaat phytyltransferase<br />

(HPT)- GFP constructen.<br />

De meest succesvolle strategie wordt tenslotte uitgetest in het commercieel gewas Brassica napus L. (koolzaad), waar er benevens evaluatie voor<br />

verbeterde abiotische stresstolerantie en verbeterde zaadkwaliteit, ook zal nagegaan worden of er een toename <strong>van</strong> voedingswaarde kan bekomen<br />

worden.<br />

Organisaties:<br />

• Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie<br />

Onderzoekers:<br />

• György Horvath<br />

• Yves Guisez<br />

(VERLENGING ): ATLAS : Valorisatie v/d resultaten v/d sociaal-economische enquête 2001 : Datamanagement.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: VUB Interface Demography is verantwoordelijk voor het opzetten <strong>van</strong> een master databestand <strong>van</strong> de Algemene Socio-Economische<br />

Enquête 2001 en voor het opstellen <strong>van</strong> gebruiksvriendelijke deelbestanden voor alle universiteitsteams die betrokken zijn in de analyses voor de<br />

verschillende volkstellingsmonografieën.<br />

Organisaties:<br />

• Sociaal Onderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• RONNY LESTHAEGHE<br />

• Jan VAN BAVEL<br />

• JOHAN SURKYN<br />

• PATRICK DEBOOSERE


Heimwee naar het heden.Betrokkenheid en distantie in het Nederlandse geschiedenisonderwijs (1945-1985).<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geschiedenis is een identiteitsgevoelig vak. Als zodanig staat het vak> ook in nauw verband met de actuele maatschappelijke context,<br />

waaraan> ze haar vraagstellingen ontleent en waar<strong>van</strong> ze in zekere zin een> weerspiegeling vormt. Dit geldt uiteraard in versterkte mate voor het><br />

geschiedenisonderwijs, waar de publieke functie nu eenmaal duidelijker> op de voorgrond staat en waar de actualiteit wellicht dwingender><br />

aanwezig is dan binnen de academische discipline. Toch wil het> geschiedenisonderwijs naast inzicht in de actualiteit ook inzicht in> het verleden<br />

bieden. Leerlingen dienen zich immers in te kunnen leven> in de historische context, terwijl tevens <strong>van</strong> ze verwacht wordt dat ze> inzicht verwerven<br />

in de manier waarop het verleden geconstrueerd> wordt. Om dat te bereiken zijn echter een bewustwording en een zekere> onthechting <strong>van</strong><br />

hedendaagse denkkaders vereist, die op gespannen voet> staan met een al te nadrukkelijke aanwezigheid <strong>van</strong> de actualiteit> binnen<br />

geschiedenisonderwijs.>><br />

Organisaties:<br />

• Faculteit Theologie en Religiewetensch.<br />

Onderzoekers:<br />

• N. N.<br />

Vergroten <strong>van</strong> het inzicht en verbeteren <strong>van</strong> de precisie <strong>van</strong> de koolstofbalans <strong>van</strong> terrestrische ecosystemen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De doelstelling <strong>van</strong> dit onderzoeksproject is het inzicht verbeteren omtrent (a) de oorzaak <strong>van</strong> de jaarlijkse schommelingen in de netto<br />

koolstofbalans en (b) de duurzaamheid <strong>van</strong> deze C-opslagcapaciteit in terrestrische ecosystemen. De studie zal daarom: (1) de hypothese testen<br />

dat de schommelingen in de atmosferische CO2-opslag tussen opeenvolgende jaren, die veroorzaakt worden door de schommelingen in de CO2balans<br />

<strong>van</strong> terrestrische ecosystemen, bepaald worden door de jaarlijkse klimaatschommelingen. (2) De onzekerheid reduceren in de<br />

voorspellingen <strong>van</strong> zowel het klimaat als de koolstofcyclus door het verbeteren <strong>van</strong> de parameterizatie <strong>van</strong> een bestaand gekoppeld klimaatkoolstofcyclusmodel.<br />

Organisaties:<br />

• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Reinhart Ceulemans<br />

• Sebastiaan Luyssaert<br />

Het opstarten <strong>van</strong> een regionaal consult-netwerk ten aanzien <strong>van</strong> inclusief onderwijs voor lagere scholen in de provincie<br />

Antwerpen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Om een gefundeerd antwoord te kunnen formuleren op hoe je het best ouders, begeleiders en leerkrachten kan ondersteunen in een<br />

inclusie-proces dienen volgende doelstellingen te worden onderscheiden:<br />

-Een totaal-inzicht krijgen op hoe er in de provincie Antwerpen gewerkt wordt rond inclusief onderwijs.<br />

-Voor het basisonderwijs in de provincie Antwerpen willen we komen tot een zo volledig mogelijke inventaris <strong>van</strong> vragen en noden bij ouders en<br />

leerkrachten.<br />

- Komen tot een optimaal ondersteunings- en begeleidingspakket voor ouders, begeleiders en leerkrachten binnen de provincie Antwerpen.<br />

Organisaties:<br />

• Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg (ELIZA)<br />

Onderzoekers:<br />

• Jozef Lebeer<br />

Every seed deserves a full blossom<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• OE Educatie, Cultuur en Samenleving<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Smeyers<br />

• Yanfei Wu<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> een geïntegreerde tool ter ondersteuning <strong>van</strong> de diëtistenpraktijk<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Dit onderzoeksproject situeert zich in het domein <strong>van</strong> de relatie voeding en gezondheid. De wetenschappelijke kennis over deze relatie<br />

neemt op dit ogenblik in zeer snel tempo toe.Het onderzoek heeft als finaliteit de positie <strong>van</strong> de diëtist(e)/voedingsdeskundige in zijn/haar<br />

hoedanigheid <strong>van</strong> verstrekker <strong>van</strong> voedingsadvies en voedingsvoorschriften op maat <strong>van</strong> de individuele patiënt of cliënt, uit te breiden en te<br />

verstevigen. Het is de bedoeling dit te realiseren via de ontwikkeling <strong>van</strong> een geïntegreerd instrument dat alle rele<strong>van</strong>te dimensies <strong>van</strong> een goede<br />

dieetkundige praktijk op een gebruiksvriendelijke manier verenigt, dat aangepast is aan de huidige stand <strong>van</strong> de wetenschappelijke kennis en<br />

bovendien de noodzakelijke flexibiliteit vertoont ten aanzien <strong>van</strong> een snel veranderend en uitbreidend dieetkundig arsenaal. Het globale doel <strong>van</strong><br />

het project is de ontwikkeling en evaluatie <strong>van</strong> een conceptueel kader voor een optimale geïntegreerde voedingsbegeleiding en dieetkundige<br />

behandeling <strong>van</strong> de patiënt/cliënt, conform de meest recente op voldoende evidentie gebaseerde wetenschappelijke inzichten en rekening<br />

houdende met alle rele<strong>van</strong>te randgegevens <strong>van</strong> de patiënt/cliënt die nodig zijn voor een holistische benadering <strong>van</strong> de specifieke voorliggende<br />

gezondheidsproblematiek. Een bijkomende doelstelling is de uitvoering <strong>van</strong> een functionele analyse ter voorbereiding op de ontwikkeling <strong>van</strong> een<br />

software pakket dat de verschillende dimensies <strong>van</strong> een dergelijk conceptueel kader op een eenvoudige en gebruiksvriendelijke wijze kan<br />

integreren en ter beschikking kan stellen als een interactief medium <strong>van</strong> de diëtist(e)/voedingsdeskundige in zijn/haar dagelijkse praktijkomgeving<br />

en voor de studenten gedurende de opleiding.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

• Departement Gezondheidszorg Vesalius<br />

• Vakgroep Informatica<br />

• Vakgroep Voeding en Diëtetiek<br />

Onderzoekers:<br />

• Stefaan De Henauw<br />

• Veerle Ongenae<br />

• Willem De Keyzer<br />

• Mia Verschraegen<br />

• Nele Callewaert


Studie <strong>van</strong> de structuur, stabiliteit en verwerking <strong>van</strong> fantasiegarens voor een creatieve textielindustrie<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: De rendabilteit <strong>van</strong> Vlaamse KMO's binnen de textielnijverheid wordt in belangrijke mate bepaald door innovatie en ontwikkeling <strong>van</strong><br />

nieuwe producten. Spinners brengen nieuwe soorten garens op de markt die in het weefsel speciale effecten geven. Door de combinatie <strong>van</strong> weefof<br />

breistructuren en nieuwe garens ontwikkelen deze producten nieuwe creaties. Dit project impliceert in een eerste fase dan ook het uitvoeren <strong>van</strong><br />

een gerichte studie rond fantasiegarens om een doorbraak te forceren <strong>van</strong> deze exotische garenstructuren in de textielindustrie(kledingtextiel en<br />

interieurtextiel). Het voorspellen <strong>van</strong> de fysische eigenschappen <strong>van</strong> fantasiegarens (garenparameters) i.f.v. de machineparameters is één <strong>van</strong> de<br />

doelstellingen <strong>van</strong> dit project. Het onderzoeksproject zal per fase opgedeeld worden in deelprojecten afhankelijk <strong>van</strong> het aantal technieken die de<br />

fantasiegarenspinmachine aankan.<br />

Het is de bedoeling om de fysische parameters <strong>van</strong> de verschillende fantasiegarens op te meten en de verbanden te leggen met de<br />

machineparameters voor de productie <strong>van</strong> fantasiegarens en de machineparameters voor de verwerking <strong>van</strong> fantasiegarens. Voor wevers en<br />

andere producenten <strong>van</strong> textielmateriaal is het maken <strong>van</strong> stalen een ultieme test voor het al dan niet slagen <strong>van</strong> de ontwerpen. In een tweede fase<br />

is het de bedoeling simulaties te maken, op basis <strong>van</strong> de ontwikkelde garens, <strong>van</strong> weefsels en/of breisels met speciale simulatiesoftware. Deze<br />

simulaties kunnen bijdragen tot een gevoelige vermindering <strong>van</strong> het maken <strong>van</strong> stalen. In een derde fase ten slotte zullen deze simulaties geweven<br />

en/of gebreid worden om na te gaan in hoeverre de simulaties de werkelijkheid benaderen. Elke fase wordt steeds op dezelfde manier ingedeeld op<br />

basis <strong>van</strong> de deelprojecten in fase één.<br />

De meerwaarde <strong>van</strong> het project situeert zich op het vlak <strong>van</strong> dienstverlening voor bedrijven, het ontwikkelen <strong>van</strong> kennis over fantasiegarens, het<br />

opbouwen <strong>van</strong> expertise binnen de Hogeschool Gent dat voor dit project als uniek binnen België mag beschouwd worden. Tevens biedt het de<br />

mogelijheid tot het uitvoeren <strong>van</strong> afstudeerprojecten binnen de opleiding <strong>van</strong> de vakgroep textiel. Voor het onderwijs is het toestel zeer nuttig als<br />

demonstratiemateriaal voor de opleidingsonderdelen spinnerijtechnologie, weverijtechnologie en breitechnologie.<br />

Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

• Departement Technologie<br />

• Vakgroep Textieltechnologie<br />

• Vakgroep Mode en Textiel<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert De Smedt<br />

• Filip Ghekiere<br />

• Geert De Clercq<br />

Coronaire hemodynamica na een acuut myocardinfarct.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit is een <strong>van</strong> de voornaamste gezondheidsproblemen in de Westerse wereld. Een acuut<br />

myocardinfarct heeft vaak ernstige gevolgen op korte, maar ook op lange termijn voor een patiënt. Verdere studie op dit gebied is aangewezen.<br />

Miniaturisatie <strong>van</strong> de technologie heeft het mogelijk gemaakt metingen te verrichten in de humane coronaire circulatie. Deze technische<br />

ontwikkeling biedt een unieke gelegenheid om pathofysiologische processen bij mensen te onderzoeken. Zo kan de vasoreactiviteit <strong>van</strong> de<br />

coronaire circulatie onderzocht worden door bepaling <strong>van</strong> de basale en de hyperemische flow na toediening <strong>van</strong> vasodilatoren.<br />

Bovendien kunnen er gecombineerde druk- en flowmetingen verricht worden. Door aangepaste programmatuur is het mogelijk deze signalen te<br />

digitaliseren en een druk-flow curve <strong>van</strong> de coronaire circulatie op te stellen tijdens de diastole. Extrapolatie <strong>van</strong> de diastolische druk-flowrelatie kan<br />

ons een idee geven over de Zero Flow Pressure (de druk die heerst bij afwezige flow). Ook de helling <strong>van</strong> de curve kan ons iets bijleren over de<br />

conductantie <strong>van</strong> de coronaire circulatie.<br />

Hedentendage is men tot de vaststelling gekomen dat een acuut myocardinfarct gepaard gaat met de activatie <strong>van</strong> een inflammatoire cascade met<br />

vrijstelling <strong>van</strong> talloze cytokines. Hun prognostische betekenis kan niet langer ontkend worden. De mechanismen die de acuut fase proteïnen<br />

koppelen aan de korte en lange termijn prognose bij coronair lijden zijn onduidelijk. Nieuwe data suggeren dat de vermindering <strong>van</strong> de normale<br />

endotheliale functie door de inflammatoire respons een link voorstelt tussen systemische inflammatie en ischemische coronaire syndromen.<br />

Concreet zal er getracht worden door intracoronaire metingen en bepaling <strong>van</strong> inflammatoire cytokines meer inzicht te krijgen in de pathofysiologie<br />

<strong>van</strong> de coronaire circulatie na infarcering.<br />

Organisaties:<br />

• Translationeel pathofysiologisch onderzoek (TPR)<br />

Onderzoekers:<br />

• Johan Bosmans<br />

• Christiaan Vrints<br />

• Magda Claeys-Maenhaut<br />

• Paul Van Herck<br />

Genotype x standplaats interacties bij populier in functie <strong>van</strong> bio-energieproductie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Bomen en snelgroeiende houtachtige planten beschikken in meerdere opzichten over enkele belangrijke troeven om bij te dragen tot het<br />

Europese engagement om de koolstofemissies te verminderen. Bomen zijn enerzijds in staat om koolstof uit de atmosfeer op te nemen, en kunnen<br />

anderzijds voor een deel het gebruik <strong>van</strong> fossiele brandstoffen ver<strong>van</strong>gen via de productie <strong>van</strong> hernieuwbare energie (i.e. bio-energie).<br />

Snelgroeiende bomen (o.a. hybride populieren, Populus spp.) kunnen in korte-omloophakhoutsystemen geteeld worden voor de productie <strong>van</strong> bioenergie.<br />

De mogelijkheden en het succes <strong>van</strong> deze korte-omloophakhoutculturen staan of vallen met de hoeveelheid houtachtige biomassa die over een<br />

korte periode geproduceerd kan worden. Deze wordt deels bepaald door het genotype <strong>van</strong> de beschouwde hybride, deels door de abiotische<br />

omgeving (bodem, klimaat).<br />

In dit onderzoek zal gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> de experimentele infrastractuur die beschikbaar wordt gesteld binnen het kader <strong>van</strong> het Europese<br />

POPYOMICS-netwerk. Daarbij werden begin 2003 een aantal volledige families <strong>van</strong> hybride populierensoorten <strong>van</strong> diverse herkomst aangeplant op<br />

drie standplaatsen in W. Europa met een verschillend klimaatstype. Het netwerk heeft als doelstelling de opbrengst <strong>van</strong> het geslacht populier<br />

(Populus) te verhogen in termen <strong>van</strong> biomassa en houtproductie, via een beter begrip <strong>van</strong> de fysiologie, de moleculaire genetica en de genomics.<br />

Verschillende ecofysiologische karakteristieken, waaronder hoogte, stamdiameter, individuele bladoppervlakte, fenologie,' zullen gedurende twee<br />

groeiseizoenen voor en één na het terugsnijden worden bepaald. Op het einde <strong>van</strong> het tweede groeiseizoen zal de productiviteit bepaald worden<br />

via biomassabepalingen. De effecten <strong>van</strong> standplaats (locatie) op overerfbaarheid, op productiviteit en op de ecofysiologische karakteristieken<br />

zullen worden geëvalueerd.<br />

De resultaten <strong>van</strong> dit doctoraat zullen de identificatie <strong>van</strong> robuste QTL (quantitative trait loci) voor diverse genotypen en contrasterende<br />

klimaatstypen mogelijk maken. Daardoor kunnen in de toekomst de ecofysiologische karakteristieken op de genetische kaart (die intussen<br />

beschikbaar is) <strong>van</strong> populier gezet worden.<br />

Organisaties:


• Planten- en vegetatie-ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Reinhart Ceulemans<br />

• Sophie Dillen<br />

Onderzoek naar neuroprotectieve farmaca met neurotrofe eigenschappen voor de behandeling <strong>van</strong> de ziekte <strong>van</strong><br />

Parkinson.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: De ziekte <strong>van</strong> Parkinson is een frequente neurodegeneratieve aandoening die gekenmerkt wordt door een verlies <strong>van</strong> gepigmenteerde<br />

dopaminerge nigrostriatale neuronen en het ontstaan <strong>van</strong> eosinofiele inclusielichaampjes, Lewy bodies. Door het gebrek aan geneesmiddelen die<br />

de degeneratie <strong>van</strong> neuronen kunnen tegengaan of vertragen, spitst het huidige geneesmiddelenonderzoek zich toe op farmaca die zowel een<br />

antiparkinsonactiviteit als een neuroprotectief effect hebben. De voornaamste doelstelling <strong>van</strong> het huidige mandaat is het bestuderen <strong>van</strong> het<br />

neuroprotectief effect <strong>van</strong> een aantal moleculen in het striataal 6- hydroxydopamine (6-OHDA) hemi-parkinsondiermodel.<br />

Organisaties:<br />

• Farmaceutische Chemie, Analyse <strong>van</strong> Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis<br />

Onderzoekers:<br />

• Birgit MERTENS<br />

• SOPHIE SARRE<br />

Ab initio berekeningen <strong>van</strong> halfgeleider nanokristallen: draden en clusters.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstelling: In dit project wens ik ab initio totale-energieberekeningen uit te voeren in het pseudopotentiaal dichtheidsfunctionaaltheorieformalisme<br />

voor experimenteel gerealiseerde nanoclusters en nanodraden. Deze aanpak laat toe om op atomaire schaal de structuur <strong>van</strong> deze<br />

halfgeleider nanokristallen te bestuderen, en de elektronische structuur en de ladingsdichtheid <strong>van</strong> de valentie-elektronen te bepalen.<br />

Methodologie: Een voorspelling <strong>van</strong> de elektronische en geometrische structuur vereist een kwantummechanische bereking <strong>van</strong> de totale energie,<br />

die vervolgens geminimaliseerd wordt door de posities <strong>van</strong> de atomen te wijzigen. Zulke berekeningen zijn enkel mogelijk als een aantal<br />

benaderingen worden gemaakt. Ten eerste de Born-Oppenheimer benadering die het veel-deeltjes probleem reduceert tot het oplossen <strong>van</strong> het<br />

elektronenprobleem voor een vaste configuratie <strong>van</strong> de kernen. Vervolgens wordt het resulterende probleem <strong>van</strong> sterk interagerende elektronen<br />

geformuleerd als dat <strong>van</strong> 1 elektron in een niet-lokale potentiaal via het dichtheidsfunctionaaltheorie-formalisme. Deze niet-lokale potentiaal is niet<br />

gekend, en moet dus benaderd worden (typisch LDA of GGA in totale-energieberekeningen). De pseudopotentiaaltheorie laat toe om de sterke<br />

interactiepotentiaal tussen de elektronen en de kernen te ver<strong>van</strong>gen door een veel eenvoudigere, zwakkere interactiepotentiaal (en dus<br />

computationeel heel wat eenvoudiger) die alle eigenschappen <strong>van</strong> de valentie- elektronen correct beschrijft. Tenslotte moeten we nog gebruik<br />

maken <strong>van</strong> de supercel-benadering als we aperiodische configuraties wensen te beschrijven en wensen gebruik te maken <strong>van</strong> Blochs theorema.<br />

Het is evident dat dergelijke ab initio berekeningen computationeel erg intensief zijn en het totaal aantal elektronen dat kan beschouwd worden is<br />

daarom beperkt. Het maximaal aantal is typisch enkele honderden.<br />

Organisaties:<br />

• Theorie <strong>van</strong> de gecondenseerde materie<br />

Onderzoekers:<br />

• Francois Peeters<br />

• Bart Partoens<br />

• Hartwin Peelaers<br />

FWO Visiting Postdoctoral Fellowship. (Antonina KRAVTSOVA)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De lokale (elektronische) structuur <strong>van</strong> perovskietgebaseerde grensvlakken zal computationeel onderzocht worden dmv. ab initio<br />

elektronische bandenstructuurberekeningen en de "Multiple Scattering" techniek. In het bijzonder zal de fijnstructuur <strong>van</strong> het elektronen<br />

energieverliesspectrum berekend worden en geïnterpreteerd worden in termen <strong>van</strong> de lokale (elektronische) structuur aan het grensvlak.<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische studie der materie (TSM)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Lamoen<br />

Rol <strong>van</strong> stamcellen uit beenmerg in regeneratie <strong>van</strong> de betacel massa bij experimentele diabetes.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Transplantatie <strong>van</strong> betacellen geïsoleerd uit donorpancreata is een veelbelovende therapie voor type 1 diabetes. Het tekort aan humane<br />

pancreasdonoren vormt echter een belangrijke hinderpaal voor de ontwikkeling <strong>van</strong> deze therapeutische strategie en voor haar toepassing op<br />

brede schaal. Daarom wordt gezocht naar alternatieve bronnen <strong>van</strong> insuline-producerende cellen voor transplantatie. Adulte beenmerg-afgeleide<br />

stamcellen zijn zo een mogelijke alternatieve bron <strong>van</strong> insuline-producerende cellen met belangrijke klinische rele<strong>van</strong>tie aangezien ze autologe<br />

transplantatie toelaten.<br />

Organisaties:<br />

• Medische Biochemie<br />

Onderzoekers:<br />

• Henry HEIMBERG<br />

• Nico DE LEU<br />

De productie en het gebruik <strong>van</strong> zwart glas in het Romeinse Rijk tijdens de keizertijd (1ste-5de eeuw na Chr.) Een<br />

typologische, chronologische, contextuele en archeometrische benadering.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Deze studie belicht een holistische benadering <strong>van</strong> een zeer specifiek segment binnen de glasproductie doorheen de gehele Romeinse<br />

keizertijd en met betrekking tot het gehele Romeinse Rijk. Peter Cosyns onderzocht in welke mate een geïntegreerd totaalbeeld <strong>van</strong> een klein<br />

onderdeel binnen de Romeinse materiële cultuur specifieke patronen kan aanreiken om de kennis <strong>van</strong> en inzicht in de Romeinse economie in het<br />

algemeen en die <strong>van</strong> de glasproductie en -consumptie in het bijzonder uit te breiden of meer te nuanceren ter aanvulling op de meeste studies rond<br />

Romeins glas welke veeleer een beeld weergeven <strong>van</strong> de totale glasconsumptie beperkt in tijd en ruimte.<br />

Binnen het archeologische luik worden in zeven hoofdstukken de verschillende aspecten <strong>van</strong> de productie, distributie en consumptie uiteengezet<br />

met betrekking tot de verschillende artefacttypes in zwart glas - vaatwerk, sieraden, architecturaal decoratiemateriaal en speelstenen. Enerzijds<br />

heeft dit onderzoeksonderdeel aangetoond dat de technologische kenmerken <strong>van</strong> de verschillende artefacttypes en de eruit voortvloeiende<br />

karakteristieke vormen en decoratiepatronen tijdsgebonden referenties zijn. Anderzijds heeft de uitgebreide analyse patronen in kaart gebracht die<br />

wijzen op regionale differentiatie binnen de globale consumptie <strong>van</strong> het gehele Romeinse Rijk. Uit het onderzoek is o.a. gebleken dat de productie<br />

en consumptie <strong>van</strong> zwart glazen artefacten in de 2de-3de eeuw na Chr. vooral geconcentreerd lag in de noordwestelijke provincies Gallia Belgica,<br />

Germania Inferior en Germania Superior, terwijl in de 4de en 5de eeuw na Chr. die productie en consumptie in het (zuidoostelijk) Mediterraan


gebied moet gesitueerd worden. De opgemerkte regionale differentiatie geeft aan dat de Romeinse materiële cultuur is opgebouwd uit een<br />

regionaal consumptiegedrag dat gebonden is aan lokale tradities en gebruiken.<br />

De chemische analyses (SEM-EDX en LA-ICP-MS) hebben aangetoond dat afhankelijk <strong>van</strong> de periode <strong>van</strong> productie en de herkomst <strong>van</strong> het zwart<br />

glas verschillende samenstellingen herkenbaar zijn op basis <strong>van</strong> het gebruikte zand, de toegevoegde flux en kleurstoffen en of er gewerkt werd met<br />

natuurlijk gekleurd dan wel met ontkleurd glas. De resultaten wijzen bovendien op de eigenheid <strong>van</strong> regionale producties <strong>van</strong> zwart glazen<br />

artefacten alsook op het invoeren <strong>van</strong> recyclage en het invoeren <strong>van</strong> innovaties in de glasproductie.<br />

Met behulp <strong>van</strong> optische spectrometrie hebben we aangetoond dat de colorimetrie <strong>van</strong> de glasmassa verbonden is met haar chemsiche<br />

samenstelling. Hierdoor kunnen specifieke kleuren gelieerd worden met een specifieke periode en typologische groepen. Een verdere stap was het<br />

vaststellen welke fragmenten <strong>van</strong> eenzelfde opgraving behoorden tot hetzelfde voorwerp. Hierdoor kan niet-diagnostisch materiaal betekenisvol<br />

worden in het onderzoek.<br />

Om de waarde <strong>van</strong> een holistische benadering en zijn representativiteit aan te tonen, werd de productie en consumptie <strong>van</strong> Romeins zwart glas<br />

<strong>van</strong>uit verschillende invalshoeken gecontroleerd door de verzamelde gegevens op drie verschillende economische niveaus te benaderen. De<br />

macro-economische benadering <strong>van</strong> een set gegevens over de consumptie <strong>van</strong> Romeins zwart glazen voorwerpen wijst op een verdoorgedreven<br />

beïnvloeding <strong>van</strong>uit Rome via belastingheffing en taxatie. De distributie <strong>van</strong> uniform zwart glazen materiaal in de noordwestelijke provincies Gallia<br />

Belgica, Germania Inferior en Germania Superior blijkt uit twee aparte producties te bestaan gescheiden door politieke grenzen - Gallia Belgica<br />

enerzijds en de beide Germaniae anderzijds. De case-study rond de meso-economische benadering heeft de complexiteit <strong>van</strong> 'recyclage' en de<br />

meervoudige interpretatiemogelijkheden. De benadering op micro-economisch niveau heeft aangetoond dat een verscheidenheid aan parameters<br />

invloed hebben gehad op de ontwikkeling, het succes en het verdwijnen <strong>van</strong> zwart glazen consumptiegoederen.<br />

Organisaties:<br />

• Mediteraans Archeologisch Onderzoeksinstituut<br />

• Kunstwetenschappen en Archeologie<br />

Onderzoekers:<br />

• KARIN NYS<br />

• Peter COSYNS<br />

De rol <strong>van</strong> NGO's - toetreding <strong>van</strong> Turkije bij de EU.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Deze thesis analyseert de rol <strong>van</strong> Turkse NGOs in de integratie <strong>van</strong> Turkije in de Europese Unie door middel <strong>van</strong> het onderzoeken <strong>van</strong> de<br />

rol die Turkse NGOs die vertegenwoordigd zijn in Brussel spelen. Naast een historisch overzicht <strong>van</strong> de ontwikkeling en huidige toestand <strong>van</strong> het<br />

Turkse maatschappelijk middenveld, focust deze thesis hoofdzakelijk op zeven Turkse NGOs die vertegenwoordigd zijn in Brussel, wat als<br />

gevalsstudie wordt genomen om de vraag te beantwoorden hoe en in welke mate Turkse NGOs een rol spelen in de integratie <strong>van</strong> Turkije in de EU.<br />

De belangrijksteverzameling aan data bij het onderzoeken <strong>van</strong> deze NGOs bestaat uit kwalitatieve interviews met vertegenwoordigers <strong>van</strong> deze<br />

NGOs in Brussel enmet vertegenwoordigers <strong>van</strong> de Europese Commissie, het Europees Parlement, en Europese overkoepelende organisaties die<br />

Turkse NGOs onder hun leden tellen. De bevindingen <strong>van</strong> deze thesis wijzen erop dat Turkse NGOs die vertegenwoordigd zijn in Brussel via<br />

verschillende wegen betrok<br />

Organisaties:<br />

• OE Centrum voor Politicologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Marc Hooghe<br />

Hereditaire spasmodische paraplegie: genetisch, klinisch en pathologisch onderzoek.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: In dit project willen we pathogene mutaties identificeren in de genen betrokken bij HSP. Genotype-fenotype correlaties laten dan toe het<br />

effect <strong>van</strong> de mutaties te begrijpen. Deze gegevens zijn ook belangrijk voor het opstellen <strong>van</strong> diagnostische richtlijnen. Grote HSP-families waarin<br />

geen mutaties worden gevonden, worden geïnduceerd in een genomische zoektocht om nieuwe loci en genen voor HSP te identificeren.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurogenetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Eva E.P. Nelis<br />

Culturele identificatie met Vlaamse tv-fictie: receptie-onderzoek naar de vorming <strong>van</strong> identiteiten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project onderzoekt de hedendaagse receptie <strong>van</strong> en identificatie met Vlaamse televisiefictie. Ten eerste worden de tekstuele<br />

kenmerken <strong>van</strong> hedendaagse tv-fictie in kaart gebracht. De kernvraag daarbij is: hoe wordt Vlaanderen voorgesteld? Bijzonder punt <strong>van</strong> aandacht<br />

daarbij is de voorstelling <strong>van</strong> 'normaliteit'. Op dit niveau situeren we de hedendaagse invulling <strong>van</strong> nationale identiteit in tv-fictie: datgene wat wordt<br />

voorgesteld als de 'common sense', het alledaagse en <strong>van</strong>zelfsprekende. Ten tweede wil dit project de kijkerreacties op hedendaagse Vlaamse tvfictie<br />

te onderzoeken. Hoe worden beelden <strong>van</strong> Vlaanderen door de kijkers ervaren, en identificeren ze zich ermee? Veel wijst erop dat een vaste<br />

notie <strong>van</strong> nationale identiteit plaats ruimde voor minder stabiele, diverse vormen <strong>van</strong> identificatie. Om dit te onderzoeken gebruiken we kwalitatief<br />

publieksonderzoek.<br />

Organisaties:<br />

• Media, beleid en cultuur (MPC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Alexander Dhoest<br />

Innoveren via de verpakking <strong>van</strong> levensmiddelen<br />

Hogeschool Gent<br />

Abstract: Abstract nog niet beschikbaar<br />

Organisaties:<br />

• Departement Toegepaste Ingenieurswetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

Corporatisme in het macro-economische beleid.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De bestaande literatuur over de werking <strong>van</strong> het corporatistisch model <strong>van</strong> macro-economisch beleid wordt in twee opzichten uitgebreid.<br />

Vooreerst wordt het belang bestudeerd <strong>van</strong> asymmetrische informatie bij de onderhandelingen tussen de betrokken partijen. Vervolgens wordt ook<br />

het budgettair beleid <strong>van</strong> de overheid bij de analyse betrokken. Deze betere theorievorming moet uiteindelijk leiden tot een betere specificatie <strong>van</strong><br />

de onderzochte empirische relaties.<br />

Organisaties:<br />

• Algemene economie


Onderzoekers:<br />

• Wilfried Pauwels<br />

• André Van Poeck<br />

Academisering Psychopathologie Riagg, Teaching and Clinical Training Geestkracht Project Vlaanderen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Academisering Psychopathologie Riagg, Teaching and Clinical Training Geestkracht Project Vlaanderen.<br />

Organisaties:<br />

• Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Deboutte<br />

Integratie <strong>van</strong> de duurzaamheid in het ontwerp <strong>van</strong> bouwkundige constructies met textielverstevigde<br />

cementmatrixcomposieten.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Daar waar materiaalbesparing (en dus ook gewichtsbesparing) en een vlugge constructiewijze <strong>van</strong> gebouwen of bouwelementen gewenst<br />

zijn, is textielverstevigde cementmatrixcomposiet een interessant materiaal om te gebruiken. De reden waarom dit materiaal nog niet doorgebroken<br />

is, is hoofdzakelijk te wijten aan het feit dat er nog geen betrouwbare design-tools voorhanden zijn voor elementen uit dit materiaal (leidend tot een<br />

verlies aan sterkte, ontstaan <strong>van</strong> micro-scheuren en verlies aan stijfheid) is nog zeer beperkt. Bovendien zijn er nauwelijks studies uitgevoerd waar<br />

de huidige bestaande duurzaamheidsmodellen in het initiële ontewerp <strong>van</strong> een bouwwerk worden in rekening gebrach. Het doel <strong>van</strong> aangevraagd<br />

project is een overzicht te maken <strong>van</strong> bestaande modellen, een eigen model dat reeds ontwikkeld werd (en dat kennis <strong>van</strong> de fysico-chemische<br />

fenomenen koppelt aan het macro-mechanisch gedrag) verder te testen en uit te breiden, en deze modellen in drie test-cases te gebruiken. Deze<br />

drie test-cases zijn reeds bestaande ontwerpen (een brug, een bouwelement voor daken en wanden en een freeform expositiehal), waarbij voor<br />

deze pilot-projecten echter nog geen rekening werd gehouden in de ontwerpfase met het verlies aan performantie <strong>van</strong> de constructies ten gevolge<br />

<strong>van</strong> de 'beperkte' duurzaamheid. Aan de hand <strong>van</strong> deze drie zeer verschillende test-cases zal de invloed <strong>van</strong> de duurzaamheid <strong>van</strong><br />

textielverstevigd beton op de levensduur <strong>van</strong> constructies besproken worden.<br />

Organisaties:<br />

• Mechanica <strong>van</strong> Materialen en Constructies<br />

Onderzoekers:<br />

• HEIDI CUYPERS<br />

AIDS, de eenzame dood? Sociaal kapitaal als hefboom bij de implementatie <strong>van</strong> antiretrovirale behandelingen in de<br />

openbare gezondheidszorg in Zuid-Afrika.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek heeft tot doel de verschillende dimensies <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>van</strong> het leven <strong>van</strong> AIDS-patiënten te analyseren. Het begrip<br />

"kwaliteit <strong>van</strong> het leven" dient men in de ruimste zin te interpreteren. Conform met gestandaardiseerde schalen, behelst de meting <strong>van</strong> kwaliteit <strong>van</strong><br />

het leven zowel fysiek functioneren als psychisch, sociaal en rolgebonden functioneren en het vermogen om sociaal kapitaal te mobiliseren en<br />

ondersteuningsnetwerken in te schakelen.<br />

Nadat de verschillende achterliggende dimensies <strong>van</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het leven <strong>van</strong> AIDS-patiënten zijn blootgelegd, begint de zoektocht naar de<br />

factoren die deze kwaliteit beïnvloeden. Aan de hand <strong>van</strong> de verzamelde data <strong>van</strong> ongeveer 400 Zuid-Afrikaanse AIDS-patiënten zal de invloed <strong>van</strong><br />

deze factoren op de globale kwaliteit <strong>van</strong> het leven <strong>van</strong> deze patiënten worden getest. Aan de invloed <strong>van</strong> hun antiretrovirale behandeling zal in het<br />

bijzonder aandacht worden besteed.<br />

Het betreft dus een onderzoek naar de dimensies <strong>van</strong> en de dynamiek achter de kwaliteit <strong>van</strong> het leven AIDS-patiënten in Zuid-Afrika.<br />

Wordt uitgevoerd in samenwerking met het Centre for Health Systems Research and Development (CHSR&D), University of the Free State (UFS),<br />

Bloemfontein, Zuid-Afrika.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)<br />

Onderzoekers:<br />

• Herman Meulemans<br />

• Edwin Wouters<br />

Genese <strong>van</strong> de Finnegans Wake Notebooks.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Continuering <strong>van</strong> de papieren en opstart <strong>van</strong> een electronische kritische uitgave <strong>van</strong> de Finnegans Wake Notebooks <strong>van</strong> James Joyce;<br />

studie -met het oog op boekpublicaties- over de inbreng <strong>van</strong> de omgeving <strong>van</strong> Joyce aan de redactie <strong>van</strong> het "Work in Progress" dat later<br />

Finnegans Wake zou heten en over de relatie <strong>van</strong> James Joyce met religie en meer bepaald met het katholicisme.<br />

Organisaties:<br />

• Literatuur <strong>van</strong> de moderniteit<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert Lernout<br />

De rol <strong>van</strong> knaagdieren en insectivoren in de epidemiologie <strong>van</strong> mycobacteriële infecties in Afrika.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Om de rol <strong>van</strong> knaagdieren en insectivoren bij de epidemiologie <strong>van</strong> mycobacteriële infecties in Afrika te bepalen, wordt een groot aantal<br />

kleine zoogdieren ge<strong>van</strong>gen op plaatsen in Tanzania waar mycobacteriële infecties werden waargenomen bij mens en vee. Verschillende organen<br />

worden getest dmv cultuurmethoden, PCR en zuurvaste kleuring. De geïsoleerde mycobacteriën worden vergeleken met voorheen geïsoleerde<br />

mycobacteriën bij mens en vee.<br />

Organisaties:<br />

• Evolutionaire ecologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Herwig Leirs<br />

• Lies Durnez<br />

Particle-In-Cell/Monte Carlo Collision model <strong>van</strong> een gepulste magnetron ontlading voor de reactive sputter-depositie <strong>van</strong><br />

nitride- en oxidelagen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Er wordt een particle-in-cell/Monte Carlo Collision model ontwikkeld voor een gepulste magnetron ontlading, in een mengsel <strong>van</strong><br />

argon+stikstof, of argon+zuurstof, voor beschrijving <strong>van</strong> de reactieve sputter-depositie <strong>van</strong> resp. nitride- of oxide-lagen. In eerste instantie wordt dit<br />

model ontwikkeld voor een continue (dc, direct current) magnetron ontlading, waarbij chemische reacties tussen de verschillende plasmadeeltjes<br />

beschreven worden. In tweede instantie zal dat model uitgebreid worden naar een gepulste ontlading. We wensen de modelresultaten te


vergelijken met experimenten uitgevoerd in andere onderzoeksgroepen waarmee we samenwerken.<br />

Organisaties:<br />

• Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Annemie Bogaerts<br />

• Evi Bultinck<br />

Functionele karakterisatie <strong>van</strong> het gen verantwoordelijk voor het osteopetrotische fenotype <strong>van</strong> de incisors absent rat.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project is er vooral op gericht om een inzicht te krijgen in de functie <strong>van</strong> het plekhm1 eiwit en meer specifiek in de rol <strong>van</strong> dit eiwit in de<br />

botafbraak.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim Van Hul<br />

• Liesbeth Van Wesenbeeck<br />

Evolutie <strong>van</strong> de controle <strong>van</strong> het kaak- en hyolinguaal apparaat tijdens het voedseltransport bij hagedissen: een<br />

experimentele test <strong>van</strong> het bestaan <strong>van</strong> centrale patroon generatoren en de rol <strong>van</strong> sensorische feedback.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> dit project bestaat uit het onderzoek naar een centrale patroon generator (CPG) dat het voedingsgedrag in Squamaten<br />

controleert en het testen <strong>van</strong> hypotheses in verband met constraints in de evolutie <strong>van</strong> de motorcontrole. De bekomen data zullen dan gebruikt<br />

worden om een ancestraal model <strong>van</strong> de controle <strong>van</strong> voedseltransport op te stellen en dit te vergelijken met bestaande gegevens <strong>van</strong> zoogdieren<br />

en andere vertebraten.<br />

Organisaties:<br />

• Functionele morfologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Aerts<br />

• Vicky Schaerlaeken<br />

Een kwestie <strong>van</strong> smaak. Een methodoligische en theoretische uitdieping <strong>van</strong> muzikale smaakpatronen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In de sociologie is er de laatste jaren <strong>van</strong>uit twee hoeken aandacht voor muzieksmaken. Auteurs, actief binnen de eerste stroming houden<br />

zich vooral bezig met de vorm <strong>van</strong> muzieksmaken. Het is vooral geïnspireerd door het werk <strong>van</strong> Richard Peterson rond omnivoriteit. Volgens deze<br />

auteur is de smaak <strong>van</strong> hogeropgeleiden en de hogere statusgroepen in de Verenigde Staten gekenmerkt door inclusie, wat leidt tot een brede<br />

smaak waarin vele muziekgenres worden goedgekeurd. De muzieksmaken <strong>van</strong> lagere statusgroepen zouden daarentegen gekenmerkt worden<br />

door exclusie, wat leidt tot een eerder beperkt aantal muziekgenres dat goed bevonden wordt. Dit heeft geleid tot het beeld dat muzieksmaken in de<br />

bevolking niet verdeeld zijn volgens een pyramidevorm, zoals zou blijken uit theoretische inzichten <strong>van</strong> Simmel of Bourdieu, maar eerder volgens<br />

een omgekeerde pyramidestructuur . Deze vorm is intussen voor diverse landen aangetoond. Er zijn diverse verklaringen voor deze omgekeerde<br />

pyramidevorm: opwaartse sociale mobiliteit, de sociaal netwerk hypothese of <strong>van</strong>uit de 'symbolic boundaries' traditie. Daarnaast is er een traditie<br />

die zich richt op muzikale inhouden. Het huidig onderzoek kan geplaatst worden binnen deze tweede stroming. Deze onderzoeken komen tot de<br />

vaststelling dat de onderlinge samenhangen in muzieksmaken in de bevolking vrij gelijkaardig zijn over de tijd heen en tussen verschillende landen.<br />

Dit onderzoeksproject probeert een theoretische en methodologische verklaring te bieden voor het bestaan <strong>van</strong> deze muzikale smaakpatronen.<br />

Organisaties:<br />

• Sociologie<br />

Onderzoekers:<br />

• MARK ELCHARDUS<br />

• Frank STEVENS<br />

De rivierdonderpad als modelsoort voor onderzoek naar het verplaatsingsgedrag <strong>van</strong> benthivore vissoorten: integratie<br />

<strong>van</strong> ecologische en genetische data.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De rivierdonderpad als modelsoort voor onderzoek naar het verplaatsingsgedrag <strong>van</strong> benthivore vissoorten: integratie <strong>van</strong> ecologische en<br />

genetische data.<br />

Organisaties:<br />

• Ethologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Marcel Eens<br />

• Guy Knaepkens<br />

Automatiseren <strong>van</strong> een werktuigmachine voor het steken <strong>van</strong> spiegelgleuven<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: In dit project wordt de electronica en de regelkring voor het automatiseren <strong>van</strong> een CNC machiene voor het steken <strong>van</strong> spiegleuven<br />

ontwikkeld.<br />

Organisaties:<br />

• Elektriciteit<br />

Onderzoekers:<br />

• YVES ROLAIN<br />

Therapeutische interventies om de cardiale contractiliteit te herstellen en de cardiomyocytaire calciumhuishouding te<br />

beïnvloeden in een muizenmodel met het metabool syndroom.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• Experimentele Cardiale Heelkunde<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Herijgers<br />

• Karin Sipido<br />

• Kanigula Mubagwa<br />

• Ines Nevelsteen


De positie <strong>van</strong> de psychiatrische patiënt in de patiëntenrechtenwet.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De positie <strong>van</strong> de psychiatrische patiënt in de patiëntenrechtenwet.<br />

Organisaties:<br />

• Persoon en vermogen<br />

Onderzoekers:<br />

• Frederik Swennen<br />

• Thierry Vansweevelt<br />

Immuniteit <strong>van</strong> internationale organisaties en mensenrechten: naar een concept ter verzoening <strong>van</strong> beide belangen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Eén <strong>van</strong> de klassieke takken <strong>van</strong> het internationaal recht is de immuniteitsleer. Net zoals staten immuniteiten en privileges genieten,<br />

worden deze immuniteiten en privileges toegekend aan internationale organisaties. Echter, waar de theorie <strong>van</strong> absolute staatsimmuniteit <strong>van</strong>af de<br />

jaren '50 geleidelijk aan geamendeerd werd (Dralle t. Tsjechoslawakije), kan hetzelfde niet gezegd worden <strong>van</strong> de immuniteitsleer inzake<br />

internationale organisaties. Integendeel, een tegenovergestelde beweging voltrok zich, waarin internationale organisaties zich meer en meer op een<br />

volledige immuniteit beriepen en deze ook toegekend kregen door hoven en rechtbanken. Terwijl internationale organisaties groeiden in grootte en<br />

aantal, en een steeds breder spectrum aan activiteiten ontwikkelden, werd ook het spectrum <strong>van</strong> hun immuniteit steeds breder. Deze expansie in<br />

activiteiten die reeds vroeger voor staten een absolute opvatting <strong>van</strong> immuniteit onmogelijk had gemaakt, dient nu tot eenzelfde conclusie te leiden<br />

ten opzichte <strong>van</strong> internationale organisaties. Het onderzoek spitst zich toe op schendingen <strong>van</strong> mensenrechten door internationale organisaties. De<br />

ontwikkeling <strong>van</strong> onder meer internationale financiële instellingen als de Wereldbank en het IMF tot de voornaamste actoren<br />

Organisaties:<br />

• DeptIOB<br />

Onderzoekers:<br />

• Koen De Feyter<br />

• Marc Bossuyt<br />

• Didier Pacquée<br />

Evolutionaire ecologie <strong>van</strong> plasticiteit in levensgeschiedeniskenmerken:een geïntegreerde aanpak overheen<br />

metamorfose.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud<br />

Onderzoekers:<br />

• Luc De Meester<br />

• Marjan De Block<br />

Functioneel onderzoek naar twee mogelijk interagerende metabole wegen die een rol spelen in de aanmaak <strong>van</strong><br />

botweefsel.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: De algemene doelstelling <strong>van</strong> het voorgestelde project is bij te dragen tot de opheldering <strong>van</strong> belangrijke processen in de aanmaak <strong>van</strong><br />

botweefsel. Meer concreet gaat hierbij onze aandacht naar twee metabole wegen die een rol spelen in de osteoblastische botvorming, namelijk<br />

deze waarin sclerostin en LRP5 deelnemen. Enerzijds zullen we trachten regulatorische elementen te identificeren die betrokken zijn bij de<br />

expressie <strong>van</strong> SOST in botweefsel. Anderzijds willen we ook een beter inzicht krijgen in de rol <strong>van</strong> deze eiwitten en hun metabole wegen in het<br />

botweefsel met als voornaamste benadering de mogelijke interactie tussen beide wegen.<br />

Organisaties:<br />

• Menselijke moleculaire genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim Van Hul<br />

• Wendy Balemans<br />

Genetische studies <strong>van</strong> erfelijke complexe epilepsieën.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Algemene doelstelling: Een beter inzicht in de genetische etiologie <strong>van</strong> epilepsie zal ons in staat stellen de pathogenese <strong>van</strong> epilepsie<br />

beter te begrijpen. Deze kennis zal op haar beurt een belangrijke bijdrage leveren voor de ontwikkeling <strong>van</strong> nieuwe en betere anti-epileptica.<br />

Specifieke doelstellingen: In dit project zullen we onze mutatieanalyse uitbreiden naar niet-coderende regio's <strong>van</strong> SCN1A om meer complexe<br />

variaties, zoals genomische deleties en regulatorische variaties, te identificeren. Daarnaast beogen we de identificatie <strong>van</strong> het gendefect op<br />

chromosoom 12 in een familie met temporale kwab epilepsie en koortsstuipen.<br />

Organisaties:<br />

• VIB DMG - Neurogenetica<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter De Jonghe<br />

• Godelieve Claes<br />

Reacties op verschillende reclamestrategieën voor verscheidene merkstrategieën bij nieuwe productintroducties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Dit project heeft tot doel onderzoek te verrichten naar de impact <strong>van</strong> verschillende soorten reclamestrategieën (rationeel, emotioneel, en<br />

gemengd emotioneel) voor nieuwe productintroducties (lijnextensie, merkextensie en nieuw merk). Hierbij worden de persoonlijkheidskenmerken<br />

<strong>van</strong> het doelpubliek in acht genomen. Het onderzoek situeert zich dus binnen het kader <strong>van</strong> consumentengedrag, reclame en merkenbeleid. In<br />

eerste instantie zal de effectiviteit <strong>van</strong> uiteenlopende reclamestrategieën voor verschillende merkstrategieën voor nieuwe producten bestudeerd<br />

worden. Hierbij zal speciale aandacht geschonken worden aan gemengde emoties in reclame. In een tweede fase zal de modererende rol <strong>van</strong><br />

bepaalde persoonlijkheidskenmerken op de effectiviteit <strong>van</strong> uiteenlopende reclamestrategieën voor verschillende merkstrategieën voor nieuwe<br />

producten worden nagegaan. Tot slot zal gepeild worden naar het effect <strong>van</strong> herhaling op de effectiviteit <strong>van</strong> uiteenlopende reclamestrategieën voor<br />

verschillende merkstrategieën voor nieuwe producten.<br />

Organisaties:<br />

• Marketing<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick De Pelsmacker<br />

• Nathalie Dens


Databasing the brain - Workshop. (DB workshop)<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Databasing the brain - Workshop. (DB workshop)<br />

Organisaties:<br />

• Theoretische neurobiologie en neuroengineering<br />

Onderzoekers:<br />

• Erik De Schutter<br />

L'identité ecclésiale au défi des dialogues théologiques bilatéraux. Etude comparative de l'histoire et de la méthodologie<br />

du dialogue entre l'église catholique et l'église orthodoxe (1976-2000) et du dialogue entre la Communion anglicane et<br />

l'Eglise cath<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract<br />

Organisaties:<br />

• OE Systematische Theologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter De Mey<br />

• Patrice Mahieu<br />

Voltooiing <strong>van</strong> drie boekprojecten.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Voltooiing <strong>van</strong> de volgende drie boekprojecten :<br />

1) Een editie <strong>van</strong> Hadewijchs Liederen, met vertaling in hedendaags Nederlands, een inleiding en een uitvoerig commentaar.<br />

2) Een geschiedenis <strong>van</strong> het hoofse minnelied in de Nederlanden tijdens de Middeleeuwen.<br />

3) Poëtica <strong>van</strong> de mystiek : studies over het werk <strong>van</strong> Hadewijch en Ruusbroec.<br />

Organisaties:<br />

• Instituut voor de studie <strong>van</strong> de letterkunde in de Lage Landen (ISLN)<br />

Onderzoekers:<br />

• Frank Willaert<br />

Transplantatie <strong>van</strong> adulte en embryonale stamcellen genetisch gemodificeerd met neurale groeifactoren na traumatisch<br />

hersenletsel bij de muis.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Transplantatie <strong>van</strong> adulte en embryonale stamcellen genetisch gemodificeerd met neurale groeifactoren na traumatisch hersenletsel bij de<br />

muis.<br />

Organisaties:<br />

• VAXINFECTIO<br />

Onderzoekers:<br />

• Zwi Berneman<br />

Gezondheidseffecten <strong>van</strong> milieuverontreiniging en kinderarbeid in Lahore,Pakistan<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: De toenemende migratiestroom <strong>van</strong> dorpen en kleine steden naar grote steden resulteert in een stijging <strong>van</strong> sociale en commerciële<br />

activiteiten in de grootsteden <strong>van</strong> ontwikkelingslanden, zoals Lahore in Pakistan. Daarnaast leidt de verstedelijking tot meer wegverkeer, wat op zijn<br />

beurt bijdraagt aan luchtvervuiling, samen met andere verontreinigende stoffen waaronder toxische metalen die de atmosfeer bereiken via andere<br />

bronnen. Blootstelling aan fijn stof (particulate matter PM) heeft verscheidenegezondheidsimplicaties met zowel korte- als langetermijneffecten. Het<br />

effect <strong>van</strong> deze vervuiling op de menselijke gezondheid is afhankelijk <strong>van</strong>het type vervuilende stof, de concentratie, blootstellingsduur en<br />

persoonlijke vatbaarheid. Verscheidene wetenschappelijke studies toonden een toename <strong>van</strong> ziekenhuisopnames, cardiopulmonale morbiditeit en<br />

mortaliteit op dagen met verhoogde metingen <strong>van</strong> fijn stof. Kinderen zijn de meest vatbare populatie aangezien ze zich in hun groeifase bevinden.<br />

Volg<br />

Organisaties:<br />

• Pneumologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Benoit Nemery de Bellevaux<br />

• Muhammad Sughis<br />

Kierkegaard's Concept of Dialectic<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: The purpose of my research is to inquire into S. Kierkegaard's Concept of dialectic in its relation to the philosophical tradition that<br />

preceded him, i.e. specifically in his opposition to Hegel's systematic philosophy but also in his positive reception of certain Platonic and Aristotelian<br />

elements. I also intend to highlight the elements of novelty in the Kierkegaardian appropriation of the notion of dialectic and to inquire into the space<br />

and possibility of such dialectic of the paradox.<br />

Organisaties:<br />

• OE Metafysica & Filosofie <strong>van</strong> de Cultuur<br />

Onderzoekers:<br />

• Paul Cruysberghs<br />

• Margherita Tonon<br />

Endocriene verstoring bij de zebravis Danio rerio : relatie tussen toxicogenomics, gameetfysiologie en<br />

reproductiekarakteristieken.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Endocriene verstoorders (EDCs) interfereren met de reproductie <strong>van</strong> dieren, maar de huidige biomarkers voor endocriene verstoring<br />

leveren geen bewijs <strong>van</strong> effecten op de reproductie zelf. Met de zebravis (Danio rerio) als modelorganisme, bestuderen we de effecten <strong>van</strong> 2<br />

modelstoffen (ethinylestradiol en fadrozole) en 4 teststoffen (propiconazole, atrazine, bromkal 70-5 DE en musk ketone) op verschillende niveaus<br />

<strong>van</strong> biologische organisatie: (1) we gebruiken microarray analyse om gen activatie pathways in kaart te brengen; (2) computer assisted sperm<br />

analysis (CASA) wordt toegepast om de effecten op spermamotiliteit te bepalen en met flow cytometrie evalueren we viabiliteit, mitochondriale<br />

membraan potentiaal (MMP) en DNA-inhoud <strong>van</strong> het sperma; (3) tenslotte zal een een geautomatiseerd 3D-gedragsanalysesysteem het<br />

reproductiegedrag <strong>van</strong> de vissen kwantificeren en kwalificeren. Daarnaast worden steroïdconcentraties, vitellogenine (VTG), gonadosomatisch<br />

index (GSI), fecunditeit, fertiliteit en hatching gekwantificeerd. Alle parameters worden bepaald na acute (96 uur) en chronische (28 dagen)


lootstelling. Deze unieke integratie <strong>van</strong> parameters zal nieuwe biomarkers voor endocriene verstoring opleveren die sterker gecorreleerd kunnen<br />

worden aan de reproductieve gezondheid <strong>van</strong> organismen.<br />

Organisaties:<br />

• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)<br />

Onderzoekers:<br />

• Wim De Coen<br />

• Dorien Keil<br />

Globalisering, organisatieverandering en kwaliteit <strong>van</strong> de arbeid in Vlaamse diensten.<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Organisaties herschikken en verplaatsen hun activiteiten. De eerste vraag <strong>van</strong> de studie is: wat gebeurt er met het werk zelf wanneer het<br />

wordt verplaatst? Repliceren bedrijven de processen op de nieuwe bestemming ofveranderen de taken onderweg? Het blijkt dat verplaatsing veelal<br />

samengaat met arbeid verder delen en fragmenteren. Het gevolg is complexe organisaties en een grotere interdependentie <strong>van</strong> taken en<br />

werknemers. Processen worden storingsgevoeliger en de functionele coordinatie neemt navenant toe. Arbeidsplaatsen worden hybride<br />

knooppunten die organisatielidmaatschap, tijd en ruimte overbruggen. Daarnaast is onderzocht of de kennisintensiteit <strong>van</strong> het werk een rol speelt<br />

bij verplaatsing. Het discours over de kennissamenleving suggereert dat vooral eenvoudig werk verhuist. Toch wordt ook moeilijk en interactief werk<br />

verplaatst maar dat vraagt extra investeringen in kennisoverdracht en kansen voor kennisontwikkelingter plaatse. Voor eenvoudiger werk blijven die<br />

inspanningen vaak a<br />

Organisaties:<br />

• HIVA-OG Arbeid en Organisatie<br />

Onderzoekers:<br />

• Monique Ramioul<br />

• Geert Van Hootegem<br />

Invloed <strong>van</strong> RNA-interferentie op cervixcarcinoom : stimulatie <strong>van</strong> senescentie en apoptose.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstelling en werkhypothese<br />

- De ontwikkeling <strong>van</strong> siRNA-sequenties die de expressie <strong>van</strong> E6 en E7 onderdrukken in cervixcarcinoomcellen <strong>van</strong><br />

patienten<br />

- Validatie v n objectieve meettechnieken om het effect <strong>van</strong> deze sequenties op senescentie en apoptose na te gaan.<br />

- De hypothese stelt dat siRNA-sequenties voor E6 en E7 senescentie en apoptose v n prima ire celculturen stimuleren.<br />

Organisaties:<br />

• Celbiologie en histologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Johannes Bogers<br />

De studie <strong>van</strong> genetische oorzaken <strong>van</strong> mannelijke infertiliteit (nieuwe titel)<br />

De studie <strong>van</strong> kandidaat infertiliteitsgenen.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Inleiding Infertiliteit is een probleem waarmee 10-15% <strong>van</strong> de koppels met kinderwens te kampen krijgt. Er wordt geschat dat bij ongeveer<br />

de helft <strong>van</strong> deze koppels een mannelijke factor (mede) aan de grondslag ligt <strong>van</strong> de problematiek. Er kunnen twee grote categorieën<br />

onderscheiden worden: verworven en aangeboren oorzaken. Congenitale oorzaken kunnen ofwel <strong>van</strong> genetische origine zijn of wel het gevolg <strong>van</strong><br />

een ontwikkelingsstoornis (Skakkebæk et al., 2001). Onze interesse gaat voornamelijk uit naar mannen met een genetische oorzaak <strong>van</strong> infertiliteit.<br />

Organisaties:<br />

• Embryologie en Menselijke Genetica<br />

Onderzoekers:<br />

• INGEBORG LIEBAERS<br />

• KATRIEN STOUFFS<br />

Schijf theorema, quiver moduli en quivers met relaties.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Schijf theorema, quiver moduli en quivers met relaties.<br />

Organisaties:<br />

• Niet-commutatieve algebra en geometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Rafael Bocklandt<br />

Sociaal-economische ongelijkheid in de Zuidelijke Nederlanden, 15de-18de eeuw. Een interdisciplinair onderzoek naar de<br />

meting en interpretatie <strong>van</strong> maatschappelijke ongelijkheden in preïndustriële samenlevingen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het thans beschikbare onderzoek naar sociale ongelijkheid in de Zuidelijke Nederlanden, 15de-18de eeuw wordt gekenmerkt door een<br />

gebrekkige methodologie en door de afwezigheid <strong>van</strong> een comparatief en lange-termijn-perspectief. De hoofddoelstelling <strong>van</strong> dit onderzoeksproject<br />

bestaat a) in het aanpassen en toepassen <strong>van</strong> het meetinstrumentarium voor sociale ongelijkheid in het historisch onderzoek; b) een herevaluatie<br />

<strong>van</strong> de bestaande historiografie over sociale ongelijkheid in het licht <strong>van</strong> deze vernieuwde onderzoeksaanpak.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor stadsgeschiedenis<br />

Onderzoekers:<br />

• Bruno Blondé<br />

• Gerlinde Verbist<br />

• Peter Stabel<br />

Evaluatie <strong>van</strong> beleid voor duurzame productie- en consumptiepatronen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project beoogt een evaluatie <strong>van</strong> beleidsinitiatieven, meer bepaald <strong>van</strong> hun beoogde doelstellingen, hun formulering, hun efficiëntie en<br />

hun doelmatigheid. Het project heeft de volgende doelstellingen: (1) nagaan of de Belgische beleidsmaatregelen die een verandering in productieen<br />

consumptiepatronen beogen (zoals opgesomd in de inventaris <strong>van</strong> de FOD Volksgezondheid en Milieu) een coherent geheel vormen; (2) een<br />

analyse maken <strong>van</strong> de sterkten en de zwakten <strong>van</strong> het bestaande beleid; (3) aanbevelingen formuleren op basis <strong>van</strong> rele<strong>van</strong>te concepten,<br />

instrumenten en methoden. We houden hierbij ook rekening met vrijwillige initiatieven <strong>van</strong> private actoren en beleid.<br />

Organisaties:


• Instituties en Meerlagige Politiek (ACIM)<br />

Onderzoekers:<br />

• Peter Bursens<br />

• Ilse Loots<br />

Verborgen krachten in de organisatie: een politiek model <strong>van</strong> organisatieverandering<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Het vertrekpunt <strong>van</strong> dit onderzoek was dat veel veranderingen falen. Het lijkt wel of veranderingsprojecten bij voorbaat gedoemd zijn om<br />

te mislukken. Tal <strong>van</strong> studies over het succes of falen <strong>van</strong> veranderingsprogrammas geven een faalratio <strong>van</strong> rond de 70% (voor een overzicht<strong>van</strong><br />

de faalratios die vermeld worden in verschillende studies. Daarenboven blijft deze faalratio constant over de jaren heen. De vraag die in dit<br />

onderzoek gesteld werd, is of aan dit falen geen dieperliggende politieke oorzaken ten grondslag liggen. De hypothese werd geformuleerd dat een<br />

politieke benadering <strong>van</strong> organisatieverandering een betere verklaring geeft voor het falen of slagen <strong>van</strong> veranderingen. Veranderingsprojecten<br />

worden voortdurend doorkruist door allerhande obstakels en belemmeringen die een politieke invloed laten vermoeden en waarop de gangbare<br />

veranderingsmodellen geen adequaat antwoord kunnen formuleren.Een wetenschappelijk antwoord op deze hypothese was niet eenvoudig te<br />

formuleren. Al vroeg in<br />

Organisaties:<br />

• OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek<br />

Onderzoekers:<br />

• Geert Van Hootegem<br />

• Guido Maes<br />

Co-expressie <strong>van</strong> de reportergenen Firefly Luciferase (Fluc) en Natrium-Iodide Symporter (NIS) in getransplanteerde<br />

cellen maakt in vivo quantitatieve cell-imaging op lange termijn mogelijk dmv optische en nucleaire beeldvorming.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het doel <strong>van</strong> het project is het ontwikkelen <strong>van</strong> een beeldvoringsstrategie voor het opvolgen <strong>van</strong> getransplanteerde cellen waarbij we<br />

viabiliteit, celaantal en lokalisatie op een niet-invasieve wijze in vivo herhaaldelijk wensen te bepalen. Dit zal verwezenlijkt worden aan de hand <strong>van</strong><br />

stabiel tot expressie gebrachte reporter genen Firefly luciferase (Fluc) en Natrium Iodide Symporter (NIS) in de getransplanteerde cellen.<br />

Organisaties:<br />

• Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen<br />

Onderzoekers:<br />

• Marleen KEYAERTS<br />

• AXEL BOSSUYT<br />

Serine proteasen als doelwit voor antiparasitaire geneesmiddelen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde project onderzoekt nieuwe "targets" in het onderzoek naar anti-protozoaire middelen. Ons laboratorium heeft een<br />

langdurige ervaring in de ontwikkeling <strong>van</strong> inhibitoren <strong>van</strong> proteasen. In een reeks onderzoeksprojecten worden nieuwe inhibitoren ontwikkeld voor<br />

Plasmodia en Trypanosoma-Leishmania specifieke serine- en cysteine proteasen en wordt nagegaan of deze proteasen goede doelwitenzymen<br />

zijn. Dit project spitst zich toe op twee serine proteasen : een dipeptidylprolylaminopeptidase (DPP) en een nog niet nader bepaald endoprotease<br />

met "sheddase" activiteit.<br />

Organisaties:<br />

• Medicinale chemie (UAMC)<br />

Onderzoekers:<br />

• Koen Augustyns<br />

• Maya Berg<br />

Ontwikkeling <strong>van</strong> verbeterde technieken voor de analyse <strong>van</strong> functionele magnetische resonantie data.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Objectieven en methodes<br />

1 Detectie <strong>van</strong> functionele activiteit<br />

1.1 Temporele correlaties<br />

Vooreerst willen we temporele correlaties rechtstreeks in een statistische test incorporeren, zonder eerst een voorverwerkingsstap uit te voeren.<br />

Dat zou gerealiseerd kunnen worden via de ontwikkeling <strong>van</strong> een nieuwe veralgemeende likelihood-ratio test waarbij de fMRI data gemodelleerd<br />

worden a.h. v. een auto-regressief (AR) model en de AR parameters samen met de fMRI responsmodelparameters in eenzelfde test voorkomen.<br />

Daarbij zou de optimale orde voor het AR modellokaal geschat kunnen worden via orde selectie criteria voor een eindig aantal monsters.<br />

Bovendien zal getracht worden eveneens traag varierende trends in rekening te brengen. Dit alles zal ontwikkeld worden in het kader <strong>van</strong><br />

veralgemeende waarschijnlijkheidsverhouding tests, en dit, zoals voorheen, in nauwe samenwerking met de Delft Center for Systems and Control<br />

groep <strong>van</strong> de Technische Universiteit <strong>van</strong> Delft.<br />

1.2 Gewenning<br />

Om het probleem <strong>van</strong> gewenning bij fMRI aan te pakken, willen we in dit project aandacht besteden aan het ontwikkelen <strong>van</strong> een statistische test<br />

voor conventionele fMRI (blokvormig taakmodel) waarbij gewenning mee wordt gemodelleerd. Daarbij zullen diverse types <strong>van</strong> gewenning worden<br />

bestudeerd; d.i. zowel variatie in aanzet,<br />

amplitude als tijdsduur <strong>van</strong> de HRF. Verwacht wordt dat hierdoor de detectiekans gevoelig zal toenemen. Ook hier zullen nieuwe tests ontwikkeld<br />

worden in het raamwerk <strong>van</strong> veralgemeende waarschijnlijkheidsverhouding tests. b2. fMRI en tractografie<br />

M.b.t. de combinatie <strong>van</strong> fMRI en tractografie, zullen we nagaan in hoeverre beide methodes verbeterd kunnen worden door hun 'mutuele<br />

informatie' te benutten. Bij fMRI worden immers vaak meerdere activatiezones zichtbaar bij stimulatie. Indien tractografie verbanden tussen deze<br />

zones onthult, kan dit geincorporeerd worden om te komen tot een verbeterde SPM. Bij cognitieve processen kan het bovendien voorkomen dat<br />

bepaalde fMRI activatiezones later verschijnen dan andere. Tractografie kan ook voor dit fenomeen niet alleen inzicht verschaffen, maar zou<br />

bovendien gebruikt kunnen worden om recursief de fMRI detectie te verbeteren. Voor dit onderdeel denken we aan een Bayesiaanse aanpak; dit<br />

laat toe voorkennis, bekomen via tractografie, te incorporeren in een fMRI test.<br />

Organisaties:<br />

• Visielab<br />

Onderzoekers:<br />

• Dirk Van Dyck<br />

• Jan Sijbers<br />

Ongelijkheden in de gezondheidssector: de rol <strong>van</strong> inkomen en het belang <strong>van</strong> een conceptueel raamkader.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het project bestaat uit drie delen :<br />

1) een longitudinale focus op de correlatie tussen socio-economische status en gezondheid: dynamica en causaliteit.


2) Econometrische modellering <strong>van</strong> de determinanten <strong>van</strong> het aantal contacten met verschillende types gezondheidszorg.<br />

3) Conceptueel kader voor het meten <strong>van</strong> socio-economische ongelijkheden in de gezondheidssector: alternatieven en decomposities.<br />

Organisaties:<br />

• Algemene economie<br />

Onderzoekers:<br />

• Jacques Vanneste<br />

• Tom Van Ourti<br />

Analyse <strong>van</strong> de kanaalpoort en het gating mechanisme bij Shaker-type Kv kanalen.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Specifieke doelstellingen:<br />

1)Welke kanaalregio's vormen het koppeling mechanisme tussen S4 en kanaalpoort ?<br />

2)Bepaalt de kanaalpoort de conductantie <strong>van</strong> een kanaal?<br />

3)Mechanisme <strong>van</strong> kanaalopening ophelderen.<br />

Organisaties:<br />

• Moleculaire biofysica, fysiologie en farmacologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Alain J F E Labro<br />

• Dirk Snyders<br />

Farmacogenetica <strong>van</strong> stemmingsstabiliserende geneesmiddelen in het genetisch model organisme Drosophila<br />

melanogaster<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: Gedragsmatige psychiatrische aandoeningen, zoals bipolaire stoornis en schizofrenie, zijn ernstige en chronische mentale ziekten. Ze zijn<br />

niet alleen moeilijk te diagnosticeren, maar ze vormen ook een toenemend probleem in de maatschappij. Bovendien gaan deze aandoeningen<br />

samen met een reeks andere problemen. Een belangrijk probleem in de kliniek is bijvoorbeeld de grote verscheidenheid aan reacties na<br />

behandeling met stemmingsstabilisatoren. Slechts ongeveer de helft <strong>van</strong> de behandelde patiënten met bipolaire stoornis worden beschouwd als<br />

goed reagerend. Hoewel deze geneesmiddelen al decennia gebruikt worden, is het tot op <strong>van</strong>daag niet duidelijk welke beïnvloedde moleculen<br />

specifiek verantwoordelijk zijn voor hun heilzame effecten. Bovendien is het erg moeilijk om de genetische factoren te vinden die geassocieerd zijn<br />

met bipolaire stoornis en schizofrenie, omdat de genetische varianten die bij deze ziekten betrokken zijnerg complex zijn en omdat de<br />

patiëntenpopulatie erg heterogeen is<br />

Organisaties:<br />

• Departement Menselijke Erfelijkheid<br />

Onderzoekers:<br />

• Patrick Callaerts<br />

• Koenraad Norga<br />

• Liesbet Herteleer<br />

In vitro onderzoek naar de intracellulaire wegen die <strong>van</strong> belang zijn bij radiosensitisatie, met implicaties voor de<br />

toepassing <strong>van</strong> chemo- en radiotherapie in de oncologie.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstellingen <strong>van</strong> dit onderzoek:<br />

1. Het bestuderen <strong>van</strong> het effect <strong>van</strong> gemcitabine en/of radiotherapie op de werking <strong>van</strong> het celcyclus checkpointmechanisme bestuderen om het<br />

moleculair mechanisme waardoor celcyclusarrest geïnduceerd wordt beter te begrijpen.<br />

2. Het ophelderen <strong>van</strong> de weg waarlangs apoptose plaatsvindt: nagaan of de toegenomen apoptose na gemcitabine en/of radiotherapie tot stand<br />

komt via de mitochondriale of de receptor-gemedieerde weg.<br />

3. Het bestuderen <strong>van</strong> de invloed <strong>van</strong> gemcitabine op het herstel <strong>van</strong> stralingsgeïnduceerde DNA schade als mogelijk mechanisme voor de<br />

radiosensitisatie.<br />

Organisaties:<br />

• Oncologie<br />

Onderzoekers:<br />

• Filip Lardon<br />

• Jan Vermorken<br />

• Bea Pauwels<br />

SENSITIV (Sens-it-iv) : Novel testing strategies for in vitro assessment of allergens<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Het doel is om nieuwe methodes te ontwikkelen voor het testen <strong>van</strong> allergische huid- en longreacties om het testen op dieren te<br />

verminderen.<br />

Organisaties:<br />

• Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie<br />

Onderzoekers:<br />

• VERA ROGIERS<br />

Projectieve Representaties - Veralgemeende Clifford Algebra - Dirac Formalisme.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: 1. Beschrijving <strong>van</strong> de verálgemeende Dirac-matrices voor $\mathbf(Z)/ n\mathbf(Z)$ -Clifford algebra's. Is er meer dan één baan <strong>van</strong> een<br />

verzameling veralgemeende Dirac-matrices voor de werking <strong>van</strong> de automorfismegroep? (vermoeden: nee?)<br />

2. De veralgemeende Dirac-matrices zijn een maximaal stel $\omega$ -commuterende elementen in de Clifford algebra; daardoor definieert ieder<br />

paar een specialisatie <strong>van</strong> het "quantum-vlak". In de quantumtheorie worden limieten <strong>van</strong> klassieke Clifford algebra's gebruikt, we willen dus<br />

limieten <strong>van</strong> algebra's beschrijven in het n-ion geval. We vermoeden dat daarbij producten <strong>van</strong> quantum-vlakken een rol zullen moeten spelen in de<br />

klassieke kwadratische theorie. Hier ontstaat een interessant verband met de niet-commutatieve meetkunde (een specialisme <strong>van</strong> de Antwerpse<br />

algebra groep) dat de verbanden algebra-fysica lijkt te reguleren.<br />

' 3. Deformaties <strong>van</strong> Clifford algebra's geven aanleiding tot zgn. superalgebra's, beschreven als $\mathbf(Z) /2\mathbf(Z)$ gegradeerde<br />

omhullenden <strong>van</strong> Lie algebra's. De ringtheoretische methoden in het gebied <strong>van</strong> filtratie-gradatie technieken kunnen hier toegepast worden. In het<br />

n-ion gevallevert deformatie <strong>van</strong> een veralgemeende Clifford algebra $\mathbf(Z) /n\mathbf(Z)$ gegradeerde superalgebra's op. Deze zijn<br />

waarschijnlijk (=te bewijzen) omhullenden <strong>van</strong> kleur-Lie algebra's; ook deze hebben hun oorsprong in fysica. Dit verschijnsel kan opgevat worden<br />

als "quantisatie" <strong>van</strong> het Dirac formalisme op het algebraïsch niveau. De studie <strong>van</strong> de niet-commutatieve structuur <strong>van</strong> de algebra en hun<br />

meetkunde kan nieuw licht werpen op de constructies gebruikt in quantumtheorie.<br />

4. Er ontstaan op natuurlijke wijze niet-associatieve versies <strong>van</strong> Clifford algebra's door te werken in moduul- categorieën waar actie <strong>van</strong> een


quantumgroep of Hopf algebra gedefinieerd is. Uit deze abstracte fantasie ontstaan zeer concrete algebra's, zelfs <strong>van</strong> zeer kleine quantumgroepen<br />

zoals Sweedlers 4-dimensionale Hopf algebra. Het is verrassend de octonionen te realiseren als zulke Clifford algebra, het klassieke probleem dat<br />

de octonionen geen echte modulen hebben kan daardoor in het licht <strong>van</strong> Drinfel'd quasi-algebra's geplaatst worden, waardoor modulen niet in de<br />

categorie <strong>van</strong> vectorruimten, maar in de categorie <strong>van</strong> Hopf-modulen (Yetter- Drinfel'd) dienen gedefinieerd te worden waarna de categorie volledig<br />

bepaald kan worden (recent artikel Panaite, Van Oystaeyen in J. Math. Physics). Dit kan ook in het n-ion geval bestudeerd worden. We vermoeden<br />

op deze wijze alle Cayley-Dickson algebra's als categorische Clifford algebra's te kunnen opvatten en hun repesentatiecategorieën als<br />

moduulcategorieën over $M-{2"{n}}(K)$ (geval $K=\mathbf(C)$) te kunnen opvatten.<br />

Organisaties:<br />

• Niet-commutatieve algebra en geometrie<br />

Onderzoekers:<br />

• Freddy Van Oystaeyen<br />

• Tim Neijens<br />

Experimentele en gemengd numeriek-experimentele karakterisatie <strong>van</strong> vervormingsgedrag waarbij discontinuïteiten<br />

optreden in het verplaatsingsveld.<br />

Vrije Universiteit Brussel<br />

Abstract: Dit project heeft tot doel karakterisatiemethoden te ontwikkelen voor het vervormingsgedrag <strong>van</strong> materialen, met speciale aandacht voor<br />

gevallen waarin de vervorming zodanig gelokaliseerd is dat men kan spreken <strong>van</strong> discontinuïteiten in het verplaatsingsveld. Ontwikkelingen in<br />

optische meettechnieken en gemengd experimenteel-numerieke methodes zouden op dit gebied een grote vooruitgang kunnen teweegbrengen, en<br />

het is de bedoeling met dit project deze vooruitgang te verwezenlijken.<br />

Interferometrische technieken en digitale beeldkorrelatie technieken waarbij rechtstreeks het hele verplaatsings- of vervormingsveld opgemeten<br />

wordt (zogenaamde "full-field"metingen) zullen gecombineerd worden met eindige elementen methodes, zowel voor de verwerking <strong>van</strong> de optische<br />

meetresultaten als voor numerieke simulatie <strong>van</strong> het experiment. Deze combinatie zal via een inverse methode toelaten bijvoorbeeld omwille <strong>van</strong><br />

het optreden <strong>van</strong> discontinuïteiten in het verplaatsingsveld. De problematiek <strong>van</strong> discontinue verplaatsingsvelden is echter een extreem voorbeeld<br />

<strong>van</strong> het nut <strong>van</strong> deze combinatie; de methodologie die zal uitgewerkt worden in dit project zal voor om het even welk materiaal en constructie de<br />

karakterisatie <strong>van</strong> het vervormingsgedrag aan de hand <strong>van</strong> full-field optische meetresultaten eenvoudiger en nauwkeuriger maken.<br />

Organisaties:<br />

• Mechanica <strong>van</strong> Materialen en Constructies<br />

Onderzoekers:<br />

• Sven BOSSUYT<br />

Nucleatie en duurzaamheid <strong>van</strong> zeer dunne CVD oxide films op staal en metaal gecoat staal.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het depositiemechanisme <strong>van</strong> heel dunne oxidefilmen, afgezet via chemical vapor deposition (CVD) op staal en metallisch-gecoat staal,<br />

wordt bestudeerd via experimenten en computer simulaties. Onze taak in het project heeft betrekking op de computer simulaties. We ontwikkelen<br />

een moleculaire dynamica (MD) model dat het depositieproces op een gedetailleerde wijze beschrijft. Dit model wordt gekoppeld aan een Monte<br />

Carlo model, voor beschrijving <strong>van</strong> de relaxatie <strong>van</strong> het oppervlak tijdens de depositie. Ook het mechanisme <strong>van</strong> nucleatie willen we dieper<br />

onderzoeken.<br />

Organisaties:<br />

• Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)<br />

Onderzoekers:<br />

• Annemie Bogaerts<br />

Aanbrengen en bewerken <strong>van</strong> chemisch inerte elektrisch geleidende microstructuren op flexibele polymeren.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het voorgestelde project betreft het exploreren <strong>van</strong> de grenzen <strong>van</strong> de !lstate ofthe art !I <strong>van</strong> de micromechanica en het stimuleren <strong>van</strong> de<br />

opleiding <strong>van</strong> docenten en studenten. Het innoverende karakter is het hechten <strong>van</strong> inerte materialen aan polymeren zonder toevoeging <strong>van</strong><br />

onzuiverheden. Dit materiaal is zeer rekbaar, elektrisch geleidend en vertoont geen microscheuren. De technologie is uitermate geschikt voor<br />

complexe patronen en driedimensionele en meerlaags structuren. De vorming <strong>van</strong> meerlaagselektroden is perfect mogelijk met opbouw <strong>van</strong><br />

silicone lagen


Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: OSLU: Optimizing Satellite Link Usage.<br />

Organisaties:<br />

• Prestatieanalyse en telecommunicatiesystemen (PATS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Christian Blondia<br />

Anomalous monism and the messy world<br />

K.U.Leuven<br />

Abstract: The aim of this project is to develop a form of anomalous monism as a general model for the relations between different sciences,<br />

especially between physics and chemistry. The status of ontological thinking in the philosophy of science will play a central role in my investigation.<br />

As ingredients I will primarily use, integrate, and modify the notion of a dappled world proposed by Nancy Cartwright, <strong>van</strong> Brakels version of<br />

anomalous monism tailored specifically to the relation between physics andchemistry, and Ereshefskys eliminative pluralism.<br />

Organisaties:<br />

• OE Centr. Logica en Analyt. Wijsbegeerte<br />

Onderzoekers:<br />

• Jaap Van Brakel<br />

• Min Ou Yang<br />

Het Europees sociaal model: componenten, duurzaamheid en instrumenten ter bestrijding <strong>van</strong> sociale uitsluiting in<br />

Europa.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Het onderzoek valt uiteen in twee centrale delen. In het eerste deel wordt gezocht naar de mogelijke kenmerken <strong>van</strong> een Europees<br />

sociaal model. Bestaat er een set <strong>van</strong> gemeenschappelijke kenmerken, en zo ja, hoe verhoudt die zich ten opzichte <strong>van</strong> de verschilpunten?<br />

Daarvoor wordt de analyse gericht op de structuur, werking en resultaten in termen <strong>van</strong> doelmatigheid v8rl de Europese sociale markteconomieën<br />

vergeleken met sociale markteconomieën elders in de wereld. De analyse wordt gebaseerd op sociaaleconomische data op micro- en macroniveau<br />

(LIS, ECHP (EU-SILC), ESSPROS en OECD data), aangevuld met een studie <strong>van</strong> de zeer om<strong>van</strong>grijke literatuur ter zake. De empirische data<br />

zullen worden geanalyseerd <strong>van</strong>uit een multidisciplinair kader in de traditie <strong>van</strong> de sociale beleidswetenschap: de samenhang en diversiteit <strong>van</strong><br />

sociale arrangementen (input) worden beschreven, en in verband gebracht met beleidsvoering (throughput) en met de uitkomsten <strong>van</strong> het beleid in<br />

termen <strong>van</strong> sociale doelmatigheid (output).<br />

Het tweede deel <strong>van</strong> het onderzoek gaat na of een Europees sociaal model moet worden versterkt, en, zo ja, hoe dat moet gebeuren. Hiervoor<br />

wordt, ten eerste, gekeken naar het gemeenschappelijk instrument <strong>van</strong> de structuurfondsen. De analyse richt zich op de geldstromen, hun opzet,<br />

om<strong>van</strong>g en doelmatigheid. Vervolgens wordt de minimuminko- mensgarantie <strong>van</strong> de verschillende lidstaten onder de loep genomen, meer bepaald<br />

<strong>van</strong>uit de vraag over welke mogelijkheden, zowel in principe als in politieke en economische realiteit, Europa beschikt om de nationale systemen<br />

<strong>van</strong> minimuminkomensbescherming te verbeteren. Ten slotte, wordt op basis <strong>van</strong> simulaties de impact <strong>van</strong> verschil- lende toekomstscenario's<br />

vergeleken. Dit gebeurt <strong>van</strong>uit dezelfde interdisciplinaire invalshoek als in het eerste deel.<br />

Organisaties:<br />

• Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CBS)<br />

Onderzoekers:<br />

• Bea Cantillon<br />

• Stijn Rottiers<br />

Blootstelling, transfer doorheen de voedselketen en metabolisme <strong>van</strong> gebromeerde vlamvertragers.<br />

Universiteit Antwerpen<br />

Abstract: Doelstelling <strong>van</strong> de studie : Alhoewel HBCD bestaat uit diastereoisomeren en enantiomeren met mogelijk verschillende chemische en<br />

toxicologische eigenschappen, zijn gegevens <strong>van</strong> HBCD die gebaseerd zijn op gas chromatografie-massaspectrometrie (GC-MS) beperkt tot totale<br />

HBCD (Covaci et al., 2003) Het voorgestelde project heeft daarom als eerste doelstelling de bestaande analytische technieken voor BFR's te<br />

verfijnen en te verbeteren. Een analysemethode voor HBCD-isomeren en TBBP-A, gebaseerd op vloeistofchromatografie-massaspectrometrie (LC-<br />

MS) zal worden geoptimaliseerd en gevalideerd. Bijkomend zal een methode voor HO-BDE en MeO-BDE metabolieten worden ontwikkeld. Deze<br />

methoden, samen met de reeds gevalideerde methoden voor PBDE's, zullen dienen als analytisch instrument voor de realisatie <strong>van</strong> het project.<br />

Organisaties:<br />

• Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)<br />

Onderzoekers:<br />

• Philippe Jorens<br />

• Ronny Blust<br />

• Paul Schepens<br />

• Adrian Covaci

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!