OFFERTETEKENING

Voldoet uw project aan deze 10 spelregels?
Om de liftinstallatie goed te kunnen monteren is het van belang,
dat aan de volgende voorwaarden wordt voldaan, die dan ook door
u kunnen worden gecontroleerd:
1. De schacht is wind- en waterdicht, de put is droog en schoon.
belangrijk is dat dit vóór aanvang van de liftmontage is gerealiseerd
2. De afmetingen en voorzieningen in de liftschacht zijn
overeenkomstig de opsteltekening van OTIS.
Om de lift te kunnen monteren, moeten de maat- en
loodrechtheidsafwijkingen binnen de waarden blijven, zoals
vermeld in de definitieve opsteltekening. Afwijkingen in de
maatvoering van schacht, alsmede incorrecte sparingen en
ventilatieopeningen kunnen leiden tot aanpassingen in de
bestelling van de materialen. Dikwijls met als gevolg vertraging en
extra kosten. We raden u dan ook aan de schachtmaten,
schachtvoorzieningen en de maximale loodrechtheidsafwijking
(+/- 20 mm) zo nauwkeurig mogelijk aan te houden.
3. Plaatsen en positioneren van hijspunten in de schachttop.
De op tekening aangegeven hijspunten in de schachttop moeten op
de juiste plaats worden aangebracht. Bij voorkeur met de
aangegeven instort ankers en hijsoogen.
Het hijsoog moet geplaatst zijn voordat de lift gemonteerd wordt.
De ankers moeten volgens de OTIS instructies ingestort zijn. Indien
deze instructies niet gevolgd zijn kan dit aanleiding geven tot
meerkosten.
4. De wanden van de schacht moeten voldoende sterk zijn voor het
bevestigen van de liftinstallatie.
De moeten van minimaal 150 mm kalkzandsteen, CS20
(klinkerkwaliteit) zijn of gelijkwaardig.
5. Permanente elektrische energie is voorhanden
Tijdens de liftmontage is continue elektriciteit van voldoende
vermogen nodig voor gereedschappen, werkplekverlichting,
hijswerktuigen en tijdelijke liftaandrijving. Belangrijk is dat de
voedingskabel wordt aangeleverd conform het elektrische
aansluitschema en de opsteltekening.
6. Er is een werkende analoge telefoonlijn voor het REM-systeem
(tweeweg spreek-luisterverbinding).
Een niet-werkende telefoonlijn is er vaak de oorzaak van dat een
liftinstallatie niet kan worden goedgekeurd. Daarom adviseren we u
tijdig een onafhankelijke telefoonlijn (niet via de centrale) aan te
vragen. Bij meerdere liften in één pand kunt u overigens met één
telefoonlijn volstaan, op voorwaarde dat er afgeschermde
verbindingsleidingen tussen de verschillende liftin-stallaties worden
aangebracht. De telefoonlijn dient te werken (kiestoon) en het
nummer moet bekend zijn. Ook na de oplevering dient de
telefoonlijn werkend te blijven.
Een andere uitvoering van de telefoonlijn (GSM, Glasvezel) kan in
overleg onder bepaalde voorwaarden.
7. De peilmaten van de afgewerkte vloeren zijn op elke verdieping
in de schacht aangegeven.
Het peil van de afgewerkte vloer (of het 1000+ peil) moet in de
schacht, dicht bij de schachttoegang, zijn aangebracht.
8. Deursparingen in de schachtwand zijn voorzien van een
borstwering, knieregel en schopplint.
Alle schachttoegangen moeten voorzien zijn van de wettelijk
voorgeschreven afschermingen. Andere openingen in de wanden
zijn dan de schachttoegangen zijn niet toegestaan.
9. Op maximaal 50 meter loopafstand van de schacht is een droge
opslagruimte beschikbaar.
Bovendien is de toegangsweg tot de schacht vrij van obstakels.
Zowel de los- als de opslagplaats mag zich niet verder dan 50
meter van de liftschacht bevinden. Zijn er belangrijke
belemmeringen bij het lossen en plaatsen van het materiaal, neemt
u dan minimaal drie weken vóór de levering van de materialen op
de bouwplaats contact op met de OTIS-montageleiding - dit in
verband met eventuele extra werkuren. Bij belangrijke
belemmeringen kunt u denken aan: hoogteverschillen van meer
dan 0,5 m (zonder trappen) in de toegangsweg, beperking van de
toegestane grootte van de vrachtwagen (bijv. in steden),
parkeerbelemmeringen, slechte toegankelijkheid tot de liftschacht
en onverharde toegangswegen (zand e.d.).
10. Toegangen tot de schacht en het trappenhuis zijn veilig en
voldoende verlicht
Een veilige toegangsweg naar de schacht is belangrijk. De schacht
moet kunnen worden bereikt door middel van vaste trappen -
toegang via ladders is niet toegestaan. Langs de toegangswegen
moet een deugdelijke valbeveiliging zijn aangebracht (tijdelijke
leuningen). Trappen en gangen moeten goed verlicht zijn.
Werkzaamheden, leveringen en voorz. die, in
aansluiting op artikel 5.2 van de Algemene
Voorwaarden OTIS BV, tot de verplichtingen
behoren van de opdrachtgever.
1. Het bouwen van de schacht en de liftput en het vol zat en vlak
afwerken van de wanden met een maximaal toelaatbare afwijking
van de loodrechtheid van +/- 20 mm. De wanden moeten geschikt
zijn voor het bevestigen van de deuren en de liftgeleiders. De voor-
en achterwand in de schachttop moeten voldoende sterk zijn om
de krachten van het hijsframe te kunnen dragen.
Deze wanden moeten van minimaal 150 mm kalkzandsteen CS20
(klinkerkwaliteit) zijn of gelijkwaardig.
De liftput dient voor de aanvang liftmontage schoon en droog te
zijn.
De schacht moet veilig en zonder obstakels bereikbaar zijn voor
aan- en afvoer van liftmaterialen en gereedschap
2. Het verzorgen van alle hak-, metsel- en schilderwerkzaamheden
en het ter beschikking stellen van stop- en stempelhout.
3. Het leveren en aanbrengen van werk- en schrikvloeren in de
schacht, alsmede het aanbrengen van de benodigde
baddingsgaten en -schoenen volgens tekening.
Minimale belastbaarheid van de werkvloeren in de schacht moet
zijn: 15 kN en de minimale belastbaarheid per baddingsgat of
-schoen moet zijn: 8 kN
De plank- of plaatdikte moet minimaal 32 mm zijn.
Planken of platen moeten minimaal 200 mm breed zijn.
Bij werkvloeren moet bij een afstand van de werkvloer tot de
schachtwand groter dan 250 mm een randbeveiliging worden
aangebracht, bestaande uit een leuning op 1100 mm, een
knieregel en een schoprand.
5. Het beschikbaar stellen van een af te sluiten droge en verlichte
opslagruimte op de begane grond, niet verder dan 50 m van de
liftschacht verwijderd. De opslagruimte moet goed bereikbaar zijn
voor aan- en afvoer van liftmaterialen en gereedschap
6. Het leveren en aanbrengen van de door de arbeidsinspectie
gewenste voorzieningen in de deursparingen, te weten: een 150
mm hoge schopplank, een horizontale balk of plank op kniehoogte
en een horizontale balk of plank op borsthoogte.
13. Het vóór de aanvang van de montage aanbrengen van een
voedingskabel voor krachtstroom overeenkomstig ons
aansluitschema en, indien nodig, een lichtvoeding nabij de
schachttoegang op de bovenste stopplaats met voldoende
overlengte.
16. Het vóór de aanvang van de montage beschikbaar stellen van
werkverlichting en een tijdelijke 3 fasespanning 400 V van
voldoende vermogen in de nabijheid van de liftschacht.
18. De schachttoegangen moeten altijd zodanig verlicht worden dat
op de vloer voor de deuren een verlichtingssterkte aanwezig is van
minimaal 50 Lux
Bij de toegang met de besturingskast (meestal bovenste
stopplaats) moet de verlichtingssterkte op de vloer voor de
besturingskast min. 200 lux zijn. Ook moet hier een noodverlichting
aanwezig zijn.
19. De minimale temperatuur in de schacht mag niet lager zijn dan
5°C. Verder moet de schacht voldoende geventileerd zijn zodat de
temperatuur in de schacht niet boven de 40°C kan stijgen.
Boven in de schacht moeten daartoe voldoende
ventilatieopeningen worden gemaakt, met een vrije doorlaat van
minimaal 1% van de horizontale schachtdoorsnede.
20. Indien delen van de schachtwanden in glas worden uitgevoerd,
dient altijd overleg te worden gepleegd met Otis of het N.I.v.L. in
verband met de toe te passen materialen en toepassingsgebied.
22. Het verzorgen van een werkende telefoonaansluiting in de
liftschacht, eindigend nabij de bovenste stopplaats in een 4-polige
modulaire RJ11 connector met voldoende overlengte.
De telefoonlijn bij voorkeur uitvoeren als analoge direct van buiten
komende lijn, deze mag niet lopen via een centrale.
Andere uitvoeringen in overleg.
23. Boven in de schacht moeten voldoende ventilatieopeningen
aanwezig zijn met een gezamelijke vrije doorlaat die minimaal
overeenkomst met 1% van de horizontale schachtdoorsnede
Unit No
Aansluitgegevens lift 1600 kg - 1 m/s
Nominaalstroom: In: 16,8 A
Aanloopstroom: Ia: 24,6 A
Hoofdschakelaar: 25 A
Motorvermogen: 11,511kW
Regendrive: -5,755 kW
Zie ook opmerkingen in begeleidende brief
betreffende REM-systeem, voedingskabel e.d.
Voedingskabel YMvK 5x .... (max. 5x10 mm2)
Beveiliging aan het begin van de voedingskabel door de
elektrotechnisch installateur te bepalen.
Levering DERDEN
25A/30mA
It=10
It=6
It=2
It=10
HS It=25
HS in UIT stand vergrendelbaar
TELEFOONAANSLUITING (Directe analoge lijn), in de schacht, eindigend in een WCD 4-polig / modulair
Is onderdeel van de Lift
Tenzij anders aangegeven
AANSLUITSCHEMA
400 / 230 V - 50 Hz
YMvK 3x2,5
YMvK 3x2,5
YMvK 3x2,5
YMvK 4x1,5
21D - 1600 kg - 1 m/s
-
Installatienr.:
Project:
Tekening nr:
Unit No
Unit No-00-2
M
f
2000 VA
500 VA
250 VA
+ 50 VA
BOUWKUNDIG DEEL
OFFERTETEKENING
Niet voor Uitvoering
3
REM
11,511 kW
t.b.v. het OTIS REM-systeem
Bladen
Blad:
3
WCD in de PUT
Kooiverlichting
REM-modem
Schachtverlichting
per stopplaats
Liftmotor
NIET VAN TEKENING METEN
Accoord
(stempel) (Handtekening)
Otis BV
Terminalweg 27
Postbus 1087
3800 BB Amersfoort
Telefoon:
Telefax:
Tekening historie
:
:
033-7502100
033-7503120