1 C. Verspreide literaire teksten van Jacob Revius ... - Enny de Bruijn
1 C. Verspreide literaire teksten van Jacob Revius ... - Enny de Bruijn 1 C. Verspreide literaire teksten van Jacob Revius ... - Enny de Bruijn
Porrò, Qui rites! alma libertas perit, Si pulte nec vesci licet. At, siquis esset delicatulus puer 35 Mellitule infestus dapi, Non HUNC deceret pultis esum spernere E PULTE qui FACTUM DEUM GLUTIRE suevit. Haec sat, ad dicterium In liberam Daventriam 40 Ibericis perusta funibus latus Quod protulit Brabantia. Nunc vota fiant, vela facturo viro Quem Musa clarat. O mihi Amate Schoocki, quantum amatur unicus 45 Patri, vel unico pater, Utcunque faevum est, distrahi, tenacibus Vinctos amoris nexibus, Non te morabor attamen, beatior Quem sortis invitat gradus. 50 I, vive laetus, inter insignes viros, Scientiarum lumina. I, vive fortis, inque pestes publicas Parata tolle cornua. I, vive felix, commodisque patriae 55 Totum profunde Schoockium: Sic sempiterna Numinis benignitas Sese profundat Schoockio. JACOBUS REVIUS. DAVENTRIAE, Ex Typographiâ Nathanaëlis CostI. * Martinus Schoock (1614-1669) was tussen 1638 en 1640 hoogleraar in de retorica en de geschiedenis aan het Deventer Athenaeum, en raakte in die periode bevriend met Revius. Vanuit Deventer vertrok hij naar Groningen, waar hij tussen 1641 en 1666 hoogleraar in de logica en de fysica was. Zie over hem: BLGNP dl. 2, p. 394-395; Krop 2003a. *9-14 Bekende humanisten uit Groningen: Rodolphus is Rodolphus Agricola (1444-1485), Praedinius is Regnerus Praedinius (1510-1559), humanist en rector van de Latijnse school in Groningen. *23-32 Vergelijk de opsomming van in Deventer opgeleide geleerden in Revius’ Daventria illustrata (Revius 1651, p. 131-145), waar paus Adrianus VI bovenaan de lijst prijkt, en zie ook de dedicatiebrief van Daventria illustrata (Revius 1651, voorwerk, vgl. Revius ed. Budé et al. 1998, p. 155-156): ‘Van het eerste [= geleerdheid] getuigen de talloze uitmuntende geleerden op ieder terrein van wetenschap, die uit uw stad als uit het Trojaanse paard te voorschijn zijn gekomen. Wie heeft immers, bij de onsterfelijke God, niet gehoord van mannen als Hegius, Murmellius, Erasmus, Longolius, Noviomagus, Guinterius, Voorthusius, Pithopoeus, Van Reyd, Bronchorst en anderen die men beter in mijn geschiedwerk tegenkomt dan dat ik ze hier de revue laat passeren. Evenmin mogen zij onvermeld blijven die deze 64
studies uit eigen middelen bevorderd hebben, zoals Capotius, Dwergius, Cusanus en Bodeker, lieden die allen verschillende hoge posten bekleed hebben en die ten dele ook om hun eruditie zeer vermaard waren.’ 65
- Page 13 and 14: Lieve Elisa, jij hoeft niet te klag
- Page 15 and 16: Hic est, hic Brinckius ille est Cui
- Page 17 and 18: alsof je bedwelmd bent door lotusbl
- Page 19 and 20: Hubert Kornelisz. Poot, Gedichten I
- Page 21 and 22: 7. Lofdicht op Sibelius’ prekenbu
- Page 23 and 24: Thyrsin et attritis Daphnin arundin
- Page 25 and 26: Kijk naar die ene Brinck, luister n
- Page 27 and 28: maar ‘aen d’Amstel-cant de rech
- Page 29 and 30: Op de uitleggingen van de wetten de
- Page 31 and 32: Huic irrepertum? quem neque nobilis
- Page 33 and 34: Ter herinnering aan een zeer verdie
- Page 35 and 36: 16. Twee bruiloftsverzen voor Anton
- Page 37 and 38: 18. Kerstgedicht (1) (1634) Plano-u
- Page 39 and 40: 19. Politiek gedicht op Ferdinand v
- Page 41 and 42: Longas des utinam, dux bone, ferias
- Page 43 and 44: 22. Gedicht over de pest (1636) Pla
- Page 45 and 46: 23. Lofdicht op Sibelius’ verklar
- Page 47 and 48: 24. Lofdicht op Sibelius’ preken
- Page 49 and 50: 25. Gedicht op de vrije zee, voor P
- Page 51 and 52: 26. Kerstgedicht (2) (1636) Plano-u
- Page 53 and 54: 27. Lof des legers (1637) Plano-uit
- Page 55 and 56: Die wete/ dat hy hier van beydes he
- Page 57 and 58: na al de inspanningen op allerlei t
- Page 59 and 60: Castigador de los Herejos.* Den Spa
- Page 61 and 62: Want ’tis my van een eerlijck man
- Page 63: 31. Lofdicht op Martinus Schoock (1
- Page 67 and 68: Gentis humanae sator atque tutor, M
- Page 69 and 70: 34. Lijkzang op Constantijn l’Emp
- Page 71 and 72: Coelo me asseruit, nec patitur dehi
- Page 73 and 74: 9. Corpus erat bustum quo mens deme
- Page 75 and 76: vereer met je tranen de doodstil te
- Page 77 and 78: Illius & qui legerint vestigia Tuo
- Page 79 and 80: 37. Lijkzang op Daniel Heinsius (16
- Page 81 and 82: 38. Lofdicht op Johannes Pythius’
studies uit eigen mid<strong>de</strong>len bevor<strong>de</strong>rd hebben, zoals Capotius, Dwergius, Cusanus en Bo<strong>de</strong>ker,<br />
lie<strong>de</strong>n die allen verschillen<strong>de</strong> hoge posten bekleed hebben en die ten <strong>de</strong>le ook om hun eruditie<br />
zeer vermaard waren.’<br />
65