MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />
Deel B<br />
De gevolgen van de geluidsemissies zijn voor het merendeel positief, blijven beperkt tot de turbines of<br />
delen van het windpark, zijn permanent en hebben een geringe intensiteit.<br />
Geluidsemissie van de turbines in de waterkolom<br />
In de gebruiksfase zal het geluid van de rotor en andere onderdelen alleen via de lucht en in beperkte<br />
mate doordringen tot in de waterkolom. Het grootste gedeelte wordt gereflecteerd door het zeeoppervlak<br />
(RICHARDSON et al. 1995). Trillingen en geluiden van de generatoren in de turbine worden direct in de<br />
waterkolom overgedragen door het deel van de mast of fundering dat zich onder water bevindt.<br />
In hoeverre onderwatergeluid/-trillingen effecten hebben op pleisterende en foeragerende zeevogels is nog<br />
onvoldoende bekend.<br />
Uit de resultaten van het windpark ‘Horns Rev’ (PETERSEN et al. 2004) blijkt dat vooral soorten die op<br />
grote diepte naar voedsel zoeken, hier zeeduikers en alken, het gebied mijden.<br />
Waarnemingen in 2008 in ‘OWEZ‘ tonen aan, dat een relatief grote aantallen aalscholvers (tot ca. 200<br />
individuen) gericht vanuit de kolonie naar ‘OWEZ‘ en ‘Q-7‘ vliegen. Hier brengen ze (een deel van) de dag<br />
rustend en foeragerend, zowel binnen als buiten het park, door (zie Passende Beoordeling (Bijlage 10)).<br />
De gevolgen van de geluidsemissies in de waterkolom blijven vermoedelijk beperkt tot het windpark, zijn<br />
permanent en leiden niet tot negatieve effecten op de vogelpopulaties.<br />
3.5.1.4 BESCHRIJVING VISUELE ONRUST EN LICHT<br />
Aa<strong>nl</strong>eg en verwijdering<br />
De bebakening van de veiligheidszone en de verlichting van de bouwplaats kunnen ertoe leiden dat<br />
trekvogels gaan uitwijken, anderzijds vliegen vogels vooral ’s nachts en bij slecht zicht en mist gericht naar<br />
verlichte objecten waardoor aanvaringen kunnen plaatsvinden. Sommige zeevogelsoorten, zoals<br />
meeuwen, zullen er juist door worden aangetrokken.<br />
De bebakening van de veiligheidszone en de verlichting van de bouwplaatsen hebben effect op kleine<br />
schaal (direct bij het werkgebied of in een deel van het OWP). De effecten blijven beperkt tot de bouwfase<br />
(jaarrond) en zijn daarom tijdelijk. Hoewel de maanden april en oktober waarin de meeste trek<br />
plaatsvindt, in de bouwfase liggen, gaat het op grond van de kleinschaligheid van de bouwplaats ingeval<br />
van eventuele aanvaringen maar om weinig vogels.<br />
De bebakening van de veiligheidszones en de verlichting van de bouwplaats kunnen met name<br />
storingsgevoelige soorten afschrikken, zoals zeeduikers of zeeëenden. Sommige soorten, zoals meeuwen,<br />
zullen er juist door worden aangetrokken.<br />
Vogels op trek kunnen uitwijken voor de bebakening en de verlichting. Tijdens de bouwfase in het<br />
windpark ‘Nysted’ (KAHLERT et al. 2004) konden ’s nachts evenwel geen significante verschillen worden<br />
vastgesteld in het relatieve aantal groepen vogels.<br />
De bebakening van de veiligheidszone en de verlichting van de bouwplaatsen hebben effect op kleine<br />
schaal (direct bij het werkgebied of in een deel van het OWP). De effecten blijven beperkt tot de bouwfase<br />
en zijn daarom tijdelijk. Om de bouwplaatsen heen vliegen kost trekvogels en zeevogels extra energie,<br />
maar deze is gering.<br />
Tijdens de bouwfase is er meer scheepvaart, vooral door het leveren van materiaal en het vervoer van<br />
personen. Dit veroorzaakt visuele onrust waardoor pleisterende zeevogels zouden kunnen worden<br />
verdreven.<br />
Anderzijds kan het vaar- en gebruiksverbod voor andere schepen in dit gebied ervoor zorgen dat het<br />
aantal schepen hier afneemt. Van bijkomende nadelige gevolgen voor storingsgevoelige vogelsoorten door<br />
meer scheepvaart is alleen sprake buiten het planningsgebied. Maar het geringe aantal extra schepen zal<br />
daar vermoedelijk nauwelijks tot een verdrijving van vogels leiden.<br />
B.74 ARCADIS 076707818:A - Definitief