MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />
Visbestanden en vooral de rekrutering zijn onderhevig aan sterke interjaarlijkse fluctuaties (PHILIPPART<br />
et al. 1996, RIJNSDORP et al. 1996). Deze fluctuaties worden bepaald door biotische factoren, bijv. door de<br />
bestandssituatie van de adulte dieren, de predatiedruk en het voedselaanbod (CUSHING 1975, BAILEY &<br />
HOUDE 1989, VAN DER VEER et al. 2000) en door abiotische parameters, bijv. het zoutgehalte en de<br />
temperatuur (BUISE & HOUTHUIJZEN 1992, PHILIPPART et al. 1996, SINCLAIR 1988). In de laatste jaren<br />
wordt ook de invloed van het klimaat op de visbestanden in toenemende mate zichtbaar (FAO 1997). Deze<br />
natuurlijke bestandsfluctuaties kunnen ook in het plangebied leiden tot een verandering van de<br />
dichtheden van de visfauna.<br />
Niet alleen de dichtheid maar ook de verdeling van de vissoorten varieert met abiotische of biotische<br />
factoren. In de Noordzee bijv. wordt sinds de laatste twee decennia een toename van de zuidelijke<br />
vissoorten geobserveerd, veroorzaakt door de stijgende watertemperatuur (EHRICH & STRANSKY 2001,<br />
STEBBING et al. 2002). Er wordt ervan uitgegaan dat de verschuiving van de verspreidingsgrenzen van de<br />
vissoorten zal doorzetten (STEBBING et al. 2002), waardoor ook het plangebied beïnvloed zou kunnen<br />
worden. De veranderingen door klimaatinvloeden kunnen bovendien tot verschuivingen in de biocoenose<br />
van het macrozoöbenthos leiden (KRÖNCKE et al. 2001). Dit zou weer invloed hebben op de verdeling<br />
van de epibenthische predatoren in de visfauna.<br />
Ook veranderingen in de visserijdruk kunnen in het plangebied tot een verandering van de samenstelling<br />
en dichtheden van de visfauna leiden. Met de hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid die<br />
2003 is ingegaan, wordt in de toekomst meer belang toegekend aan een duurzame exploitatie van de<br />
visbestanden. Dit zal mogelijk in de komende jaren leiden tot een verandering van de visserijdruk en<br />
daarmee ook tot een verandering van de visbestanden. Dit aspect kan echter op dit moment niet worden<br />
beoordeeld.<br />
De in cumulatie te beschouwen offshore windparken zullen geen invloed hebben op de visfauna in het<br />
plangebied.<br />
3.4.5 BENTHOS<br />
3.4.5.1 ONDERZOEKSGEBIED EN GEGEVENSBRONNEN<br />
Hierna wordt het benthos in het gebied van het geplande windpark (plangebied) en in de omgeving<br />
beschreven. Omdat er geen gegevens over het macrozoöbenthos uit het plangebied zelf beschikbaar zijn,<br />
zijn de gegevens van de omringende monitoring-stations evenals literatuurbronnen geanalyseerd (zie<br />
bijlage 9 van BARD <strong>MER</strong> uit 2009).<br />
3.4.5.2 HUIDIGE SITUATIE<br />
Het macrozoöbenthos vormt voor de habitatomstandigheden typische gemeenschappen, die in de<br />
Noordzee ondanks de sterke seizoenale en interjaarlijkse schommelingen (zie hierna) relatief stabiel zijn.<br />
De samenstelling van de gemeenschappen hangt af van de sedimenten, waterdieptes, afstand tot de kust<br />
enz. Voor het gebied van het NCP hebben HOLTMANN et al. (1996) een analyse van de<br />
macrozoöbenthos-gemeenschappen uitgevoerd. Daarbij bakenden ze in totaal zeven gemeenschappen<br />
(“assemblages”) af, die elk gekenmerkt werden door bepaalde karakteristieke soorten resp.<br />
samenstellingen van soorten, abundanties en biomassa’s.<br />
Het macrozoöbenthos van het plangebied wordt volgens HOLTMANN et al. (1996) ingedeeld bij<br />
“assemblage 4” en/of “assemblage 5”. Het bevindt zich in een overgangsgebied tussen deze<br />
076707818:A - Definitief ARCADIS B.55<br />
Deel B