01.08.2013 Views

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />

Door andere maatregelen, zoals de inzet van Ievoli Black en/of andere sleepboten (zie hoofdstuk 5.6) kan<br />

50% van het aantal aandrijvingen worden voorkomen en worden de percentages dus 0.4% en 0.25%.<br />

Wanneer er, door de energie die de windparken opleveren, minder transport van olie over zee behoeft<br />

plaats te vinden, dan leidt de bouw van windparken ook tot een lagere kans op een olie-uitstroom in de<br />

EEZ. Dit is als volgt gekwantificeerd. Uitgaande van 1000 MW geïnstalleerd vermogen en 34% rendement<br />

is de totale energie opbrengst geschat op 0.34*365*24*1000 MW /1000 = 2978 GWh per jaar. Het olie<br />

equivalent van 2978 GWh is 0.26 miljoen ton olie. In Rotterdam wordt ongeveer 100 miljoen ton olie<br />

aangevoerd. Wanneer de olie op weg naar/van Rotterdam 50% is van het totale transport in de EEZ, dan is<br />

de vermindering van het olietransport 0.13%, dus 0.13% minder kans op een olie-uitstroom door een ander<br />

incident. Dit weegt nog niet op tegen de hierboven genoemde toename van 0.5-0.8% zonder Ievoli Black en<br />

0.25-0.4% met Ievoli Black.<br />

Verder is de kans op een uitstroom een worst-case benadering. Daar het percentage olietankers met een<br />

dubbele huid steeds groter wordt, is de kans op een uitstroom van ladingolie kleiner dan gemodelleerd,<br />

zoals in hoofdstuk 5.6 wordt uitgelegd.<br />

Kwalitatief<br />

Voor de scheepvaartveiligheid betekent een aaneenschakeling van windparken dat het totale risico over<br />

het algemeen minder is dan de som van de risico’s van de individuele parken, waarmee nu gerekend is.<br />

Dit komt omdat over het algemeen schepen door een ander park eerder verder weg van het eigen park<br />

zullen worden geleid dan dichterbij. Echter, voor het cumulatieve scenario voor Buitengaats zou het risico<br />

niet veel veranderen door de aanwezigheid van de andere parken binnen het scenario. Door de bouw van<br />

Clearcamp wordt alleen ‘voorkomen” dat niet-route gebonden schepen het Buitengaatspark aan de<br />

westkant kunnen passeren, dus zal de totale aanvaar/aandrijfkans iets afnemen. Wel is bij een geclusterd<br />

aantal windparken de totale omweg veelal meer dan de omweg van de individuele windparken. Echter,<br />

door het vrijhouden van de clearways en het vroegtijdig anticiperen op de locatie van de windparken zijn<br />

de extra af te leggen zeemijlen verwaarloosbaar klein. Alleen voor sommige niet-route gebonden schepen<br />

die een missie/visgrond hebben vlak achter een windpark kan een windpark hinderlijk in de weg liggen.<br />

Voor Buitengaats kan geconcludeerd worden dat de extra toename van de omweg door de andere<br />

windparken in de cluster nihil is.<br />

5.4.3.2 ZEEENERGIE<br />

In de eerste van de drie tabellen voor iedere variant en bijlage veiligheidsstudie MARIN (2006) (Wbr-<br />

vergunningaanvraag) wordt voor ieder windpark het aantal windturbines, het totale vermogen en de kans<br />

op een aanvaring, aandrijving en kans op een uitstroom per jaar gegeven. In Tabel A1-12 worden de<br />

resultaten uit Tabel A1-11 cumulatief weergegeven dus steeds is aan het eigen windpark een nieuw<br />

windpark toegevoegd. Tabel A1-13 geeft hetzelfde weer als Tabel A1-12, maar dan in de vorm van een<br />

optreden van de gebeurtenis eens in de zoveel jaar. Tabel A1-12 en Tabel A1-13 bevatten als laatste rij de<br />

risico’s teruggerekend naar 1000 MW om vergelijking tussen de verschillende scenario’s te<br />

vergemakkelijken. In de laatste kolom van alle tabellen is de kans op een uitstroom per 1000 MW<br />

weergegeven.<br />

Tabel A1-12 geeft voor 1000 MW geïnstalleerd vermogen een kans op een aanvaring of aandrijving van<br />

0.1356 dus eens in de 7.4 jaar (zie Tabel A1-13) en een kans op een uitstroom van lading of bunkerolie van<br />

0.0036, dus eens in de 280 jaar.<br />

076707818:A - Definitief ARCADIS B.295<br />

Deel B

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!