01.08.2013 Views

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

4 Sedimenten,<br />

4.1 INLEIDING<br />

geomorfologie en<br />

hydrologie<br />

<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />

Wat de effecten betreft van een offshore windturbinepark op morfologie, hydrologie en sedimenten is de<br />

stand van kennis goed. Aan de ene kant kan gebruik gemaakt worden van milieuprognoses en/of<br />

monitoring-resultaten voor offshore windparken in Denemarken (ELSAMPROJEKT 2000, SEAS 2000,<br />

BIO/CONSULT AS 2004, 2005), Nederland (NSW 2000), België (C-POWER NV 2005) en Engeland (REES<br />

2006) én van literatuurstudies (OSPAR 2006, MEISSNER & SORDYL 2006, KELLER et al. 2006). Met<br />

betrekking tot de morfologie en hydrologie zijn numerieke simulaties voor de geplande offshore<br />

windparken in Denemarken (ELSAMPROJEKT 2000, SEAS 2000), Nederland (NSW 2000) en Engeland<br />

(REES 2006) beschikbaar. In het kader van de discussie over het gebruik van offshore windenergie zijn nog<br />

meer studies tot eventuele negatieve effecten uitgevoerd, bijvoorbeeld door het instituut voor<br />

stromingsmechanica van de Universiteit Hannover (MITTENDORF et al. 2001, ZIELKE 2000, GIGAWIND<br />

2003, 2004 a en b, UNGRUH & ZIELKE 2003) en door ALKYON (2000).<br />

Met betrekking tot de infield kabels kan men naar projecten kijken waar men zich al met het probleem van<br />

de aa<strong>nl</strong>eg van kabels in de Noordzee én de Oostzee heeft beziggehouden. Daarbij gaat het met name om<br />

het Viking Cable-project (BIOCONSULT 2000a en 2000b), het Europipe-project (SCHUCHARDT &<br />

GRANN 1999) en de aa<strong>nl</strong>eg van de NorNed-kabel (SEP 1997). Verder zijn er beschrijvingen van de<br />

effecten van andere offshore constructies (bijv. RIKZ 1997, CHAKRABARI 1987, HOFFMANN & VERHEIJ<br />

1997).<br />

4.2 ALGEMEEN / METHODIEK<br />

In dit hoofdstuk worden de effecten van de windparken Buitengaats en ZeeEnergie op morfologie,<br />

hydrologie en sedimenten beschreven. De basis voor de beoordeling van de milieueffecten zijn de met het<br />

initiatief samenhangende invloedfactoren zoals die in deze paragraaf zijn beschreven. Er is informatie<br />

over aard, omvang, reikwijdte, duur en herstel/verwijdering gegenereerd. Ook de onzekerheid van de<br />

prognose en de kans op voorkomen zijn aangegeven. De belangrijke effecten voor de geomorfologie zijn<br />

ruimtebeslag en effecten op de stroming en de gevolgen voor de sedimentsamenstelling en de morfologie<br />

(onderwaterlandschap en structuren). De weergave en evaluatie van de effecten van het windpark gebeurt<br />

kwalitatief (beschrijving van de effecten) en voor zover mogelijk ook kwantitatief (omvang van de<br />

gevolgen, opgave van het betroffen oppervlak [km 2 ]). Deze cijfers worden in verhouding tot het totale<br />

oppervlak van het NCP dan wel de Noordzee weergegeven.<br />

076707818:A - Definitief ARCADIS B.207<br />

Deel B

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!