MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />
Deel B<br />
Vrijkomen van voedingsstoffen en schadelijke stoffen<br />
Tijdens de bouwwerkzaamheden vrijkomende voedingsstoffen en schadelijke stoffen en/of situaties met<br />
zuurstoftekorten, kunnen vooral op viseitjes en vislarven een negatief effect hebben. Van sommige<br />
soorten, bijv. de fint (Alosa fallax), is bekend dat ook adulte dieren gevoeliger zijn voor slechte<br />
waterkwaliteit en duidelijke zuurstoftekorten (FRICKE 2003). De mate waarin voedingsstoffen en<br />
schadelijke stoffen vrijkomen, hangt aan de ene kant nauw samen met de plaatselijke<br />
sedimentsamenstelling omdat schadelijke stoffen zich in principe op de sedimenten met hogere gehaltes<br />
aan organische substantie accumuleren (ACKERMANN et al. 1982). Aan de andere kant moet rekening<br />
gehouden worden met de omvang van de sedimentverschuivingen.<br />
Verhoging van de sedimentatie<br />
Het door het inheien van de fundaties en het trenchen van de kabels geresuspendeerde sediment<br />
sedimenteert elders weer en kan daar tot afdekking van het benthos en benthische viseitjes leiden. Omdat<br />
benthische eitjes op algen, mosselschelpen en stenen plakken of liggen, kunnen bij een verhoogde<br />
sedimentatie de eitjes met de zanddeeltjes samenklonteren, wat zuurstofgebrek en het afsterven van de<br />
eitjes tot gevolg heeft.<br />
Verandering van de sedimenten<br />
Tijdens het heien en het trenchen van de kabels binnen het park wordt de sedimentstructuur door<br />
resuspensie van sediment in het direct beïnvloede gebied gewijzigd doordat vooral het klei- en<br />
sloefaandeel versterkt resuspendeert en wegdrijft. Omdat de verstorende invloeden zich vooral tot het<br />
direct beïnvloede gebied zullen beperken, kan ervan worden uitgegaan dat de effecten kleinschalig zullen<br />
zijn. Waarschij<strong>nl</strong>ijk zal de vermijdingsreactie beperkt blijven tot enkele soorten. Zandspieringen reageren<br />
bijv. gevoelig op sedimentveranderingen. Als gevolg daarvan is waar te nemen dat hun abundantie<br />
terugloopt omdat zij het beïnvloede gebied vermijden. Onderzoek bij het Deense offshore windpark<br />
Horns-Rev heeft echter aangetoond dat de totale abundantie van de zandspieringen in het plangebied<br />
minder dan een jaar na beëindiging van de bouwactiviteiten hoger was dan voor begin van de<br />
bouwactiviteiten (JENSEN et al. 2004). Hier is echter ook een overlapping mogelijk met<br />
sedimentveranderingen die als gevolg van de veranderde stromingscondities door de aa<strong>nl</strong>eg van het park<br />
worden veroorzaakt. In de regel worden bij dergelijke kleinschalige invloeden de sedimentologische<br />
condities van voor de ingreep echter snel weer hersteld (zie ook bijv. RUNTE 1991).<br />
Overige verontreiniging<br />
Naast verontreiniging die vrijkomt door opwoeling van sediment kunnen door morsingen, het extra<br />
scheepsverkeer en de bouwactiviteiten ook schadelijke stoffen in het water terechtkomen die daardoor<br />
direct en indirect (via de voeding) door vissen worden geabsorbeerd.<br />
Varianten<br />
Omdat het sediment in het plangebied vooral uit zanden en nauwelijks uit slib bestaat, zal het grootste<br />
gedeelte van het materiaal dat bij het trenchen van kabels en inheien van fundaties is geresuspendeerd (de<br />
zandfracties) direct na de resuspensie in de buurt van de bouwactiviteiten weer sedimenteren. De<br />
ontstaande vertroebelingspluimen manifesteren zich evenmin erg sterk, want alleen de slibaandelen<br />
veroorzaken een toename van de vertroebeling buiten het gebied waarin direct wordt ingegrepen.<br />
Vanwege de continue stroming vindt een snelle verdunning plaats. Verhoogde vertroebelingswaarden zijn<br />
dus alleen tijdens de bouwperiode en in de directe omgeving te verwachten. Bovendien wordt voor het<br />
aa<strong>nl</strong>eggen van de fundaties een proces toegepast dat volgens de in KELLER et al. (2006) beschreven<br />
berekening de minste sedimentverschuiving kent. Omdat men ervan kan uitgaan dat aan maar weinig<br />
turbines tegelijk wordt gewerkt, wordt in totaal maar een zeer klein gedeelte van het windparkoppervlak<br />
beïnvloed.<br />
B.144 ARCADIS 076707818:A - Definitief