01.08.2013 Views

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Opstellingsvariant Voorkeurs<br />

-variant<br />

Variant 7D Variant 5D Variant 12D Ecologisc<br />

he variant<br />

<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />

Aantal turbines 75 80 78 28 65 105<br />

Parkinfield kabels [km] 58 80 42 49 114 184<br />

076707818:A - Definitief ARCADIS B.117<br />

Deel B<br />

Economische<br />

variant<br />

Tabel 57Aantal turbines en parkinfield kabels – een vergelijking van opstellingsvarianten voor windpark ZeeEnergie<br />

Conclusie<br />

Bij geen van de varianten is een significante schade aan de zeezoogdieren in het NCP resp. de Noordzee te<br />

verwachten, temeer omdat de belemmeringen een geringe intensiteit hebben en slechts tijdelijk van aard<br />

zijn.<br />

3.5.2.6 BESCHRIJVING OPWARMING BODEM EN ELEKTRO-MAGNETISCHE VELDEN<br />

Exploitatie<br />

Elektromagnetische velden<br />

Als mogelijke fysische effecten van de infield kabels komen elektromagnetische velden en warmte in<br />

aanmerking. Effecten van magnetische velden worden vaak met oriëntatieproblemen bij walvissen en<br />

dolfijnen (strandingen) in verband gebracht. Er zijn echter geen onderzoeksresultaten die dit kunnen<br />

aantonen.<br />

Er is nog maar weinig bekend over de manier waarop walvissen en dolfijnen zich tijdens hun trektochten<br />

oriënteren. Vermoed wordt dat zij magnetische receptoren gebruiken om hun positie aan de hand van<br />

lokale aardmagneetvelden te bepalen (KLINOWSKA 1986).<br />

Binnen het offshore windpark wordt de gewonnen stroom naar verwachting overgebracht als<br />

wisselstroom die magneetvelden met zeer kleine sterktes en geringe afmetingen produceert. Het<br />

natuurlijke magneetveld van de aarde heeft een sterkte van ca. 40 µT. Het door de kabel opgewekte veld<br />

heeft een sterkte van 0,5 tot 2,5 µT op 1 m hoogte (opgave van de projectinitiator).<br />

Een uitgebreidere toelichting wordt gegeven in deel C, waarin elektromagnetische velden in relatie tot de<br />

exportkabels worden beschreven. Op basis van deze beschrijving wordt gesteld dat effecten van<br />

electromagnetische velden – bij een plaatsingsdiepte van de kabel van minimaal 1 meter – onwaarschij<strong>nl</strong>ijk<br />

zijn.<br />

Opwarming bodem<br />

Een vergelijkbaar feit geldt voor de warmte die door de kabel wordt geproduceerd. Deze veroorzaakt bij<br />

het parkintern toegepaste kabelsysteem (33 kV AC, plaatsingsdiepte 1 m) in de bovenste laag van het<br />

sediment boven het tracé een temperatuurverhoging van maximaal 3,3°C (op een diepte van 30 cm onder<br />

de sedimentbovenkant; opgave van de projectinitiator).<br />

Varianten<br />

Parkconfiguratie<br />

De mogelijke opstellingsvarianten verschillen onderling ten aanzien van de lengte van de parkinfield<br />

kabels (zie Tabel 58 en Tabel 59). Zo kan er een geringe warmteontwikkeling of een zwak magnetisch veld<br />

bij variant 5D optreden over een lengte van ten hoogste 45 km van de kabellengte bij windpark<br />

Buitengaats en 42 km bij windpark ZeeEnergie, terwijl het bij de economische variant een lengte van 184<br />

km is. De effecten zijn echter zo gering, dat ze voor alle varianten als onaanzie<strong>nl</strong>ijk worden geacht.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!