MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
MER WINDPARKEN GEMINI DEEL B - Ruimtelijkeplannen.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>MER</strong> Windparken Gemini<br />
geldt, indien als worst case de door THOMSEN et al. (2006) aangenomen storingsradius van 1,8 km erbij<br />
wordt betrokken (oppervlak 10 km²). Hierin verblijven gemiddeld ongeveer 10 bruinvissen . Ten opzichte<br />
van het Nederlandse bestand van circa 30.000 bruinvissen is het aantal gering (0,03%), wat des te meer<br />
geldt ten aanzien van de Noordzeepopulatie (0,004%).Zeer onwaarschij<strong>nl</strong>ijk is de aanwezigheid van<br />
bruinvissen in de zeer kleine gevarenzone met blijvend letsel (PTS).<br />
Als men kijkt naar de invloedzone waarin reacties en gedragsveranderingen (bijv. vluchten) als gevolg van<br />
het heigeluid kunnen voorkomen (radius volgens BOON (2012) 20 km; 1256 km² resp. 2,2% van de NCP-<br />
oppervlakte), dan worden er gemiddeld 1281 bruinvissen getroffen (ca. 4,2 % van het Nederlandse<br />
bestand / < 0,6% van de Noordzeepopulatie). In het voorjaar, wanneer de dichtheden groter zijn (1,44<br />
dieren/km 2 ), kunnen mogelijk tot 1808 dieren binnen het verstoringsbereik aanwezig zijn (ca. 6% van het<br />
Nederlandse bestand en ca. 0,9% van de Noordzeepopulatie.; dichtheden van meer dan 1,44 dieren/km 2<br />
komen slechts plaatselijk voor). Een deel van deze dieren zou het gebied vanwege bouwactiviteiten<br />
tijdelijk kunnen vermijden. Een gebied van 5 km rond de heiwerkzaamheden wordt volgens NEDWELL et<br />
al. (2007) volledig vermeden door bruinvissen (‘total avoidance’; ca. 78,5 km 2 ). Dan zou het gemiddeld om<br />
82 aanwezige dieren per jaar gaan (voorjaar: 113 dieren).<br />
Zeehonden<br />
De zone met mogelijke gehoorschade (TTS) heeft bij zeehonden een radius van maximaal 4 km (PRINS et<br />
al. 2008). Het is niet bekend in welke aantallen zeehonden in het plangebied voorkomen. Omdat jagende<br />
zeehonden zich slechts een klein deel van de tijd zichtbaar boven water ophouden, is het niet mogelijk om<br />
de aanwezige aantallen uit de waarnemingen te berekenen. Bij de geanalyseerde RIKZ-vluchten van 1995<br />
tot 2006, de ESAS-scheepstellingen tussen 1980 en 2004 en de intensieve twee jaar durende vliegtuig- en<br />
scheepstellingen in het naastgelegen onderzoeksgebied van het OWP BARD Offshore 1 (2004 tot 2006),<br />
werden in totaal twaalf aanwezige dieren in het offshore gebied geregistreerd. De gemiddelde dichtheid<br />
van zeehonden in de volle zee is zeker tien keer zo laag als die van bruinvissen, omdat het bestand<br />
duidelijk kleiner is en omdat de aanwezigheidskans gestaag afneemt naarmate de afstand tot het land<br />
groter wordt. Deze kans bedraagt in de omgeving van het plangebied ongeveer 0,1-0,2% (IMARES 2007).<br />
Als een ‘worst case’ met een dichtheid van 0,1 zeehonden/km 2 wordt verondersteld (zie ook paragraaf<br />
3.4.3), houden ca. 5 dieren zich op in het maximaal 50 km 2 grote TTS-gevaarbereik (0,05% van het<br />
Nederlandse bestand in de Waddenzee en 0,02 % van de internationale Waddenzeepopulatie).<br />
Als zeehonden de volledige in PRINS et al. (2008) genoemde gemeden reactiezone van 80 km zouden<br />
mijden, zou dit voor de zeehonden een tijdelijk verlies van een leefruimte van ca. 20.000 km 2 tot gevolg<br />
hebben. In het zuiden beslaat dit gebied de Waddeneilanden van Ameland tot Juist, inclusief de<br />
omringende Waddenzee. Hiermee zouden ook de Habitatrichtlijngebieden Borkum-Riffgrund,<br />
Noordzeekustzone, Waddenzee en Niedersächsisches Wattenmeer, die zijn beschermd als habitat voor<br />
zeehonden, geheel of gedeeltelijk worden getroffen. In het gemeden gebied zouden de ligplaatsen van<br />
ongeveer de helft van het Nederlandse en ongeveer een derde van het Nedersaksische zeehondbestand<br />
liggen. Omdat de Waddenzee en de ligplaatsen echter naar de open zee toe akoestisch worden<br />
afgeschermd door de eilanden, zijn hier niet van negatieve effecten te verwachten. In het resterende<br />
offshore gebied binnen de 80 km grote gemeden zone (oppervlak ca. 18.500 km 2 ) zouden in het<br />
ongunstigste geval ongeveer 1850 zeehonden tijdens de heiwerkzaamheden tijdelijk worden verdreven uit<br />
hun jachtgebied (veronderstelde dichtheid 0,1 dieren/km 2 ). Dit komt overeen met 18,5% van het<br />
Nederlandse bestand van de Waddenzee ofwel ca. 8% van de internationale Waddenzeepopulatie.<br />
Parkconfiguratie<br />
De beschreven storende werking van de aa<strong>nl</strong>eg van een enkel fundament is voor alle opstellingsvarianten<br />
dezelfde. Omdat minder turbines ook minder heiwerk en daardoor een in totaal kortere heiduur vergen,<br />
076707818:A - Definitief ARCADIS B.107<br />
Deel B