GS 500 with GZ 14 - GZ 40 - Auma.com

GS 500 with GZ 14 - GZ 40 - Auma.com GS 500 with GZ 14 - GZ 40 - Auma.com

31.07.2013 Views

Bedieningsinstructies voor AUMA wormwielkasten GS met voorschakelkasten GZ GS 160 – GS 500 met GZ14GZ40 AUMA wormwielkasten en voorschakelkasten behoren tot hoogwaardige mechanische apparatuur. Door de onderstaande aandachtspunten in acht te nemen kan schade aan deze apparatuur worden voorkomen. 1. Transport en opslag Transporteer het materiaal stevig verpakt naar de plaats van bestemming. Sla het materiaal op in goed geventileerde en droge ruimtes. Bescherm het materiaal tegen vocht uit de bodem door het in stellingen of op houten pallets (of gelijkwaardig opslagmateriaal) op te slaan. Dek het materiaal af ter bescherming tegen stof en vuil enz. Afbeelding 1 Bescherm ongespoten delen tegen roest met een daarvoor geschikt anti-roestmiddel (bijv. zuurvrij vet). In geval van een langdurige opslagperiode a.u.b. ons consulteren. 2. Bedrijfsvoorwaarden AUMA wormwielkasten GS kunnen bij de volgende omgevingstemperaturen worden toegepast: GS –25 °C tot +80 °C GS-H 0 °C tot +120 °C GS-L –40 °C tot +60 °C GS-EL –60 °C tot +60 °C AUMA wormwielkasten GS en voorschakelkasten GZ kunnen in elke gewenste positie gemonteerd en bediend worden. 3. Montage op afsluiter Ontvet zorgvuldig de contactvlakken van de opbouwflens. De koppelbus dient, voor zover niet op maat bewerkt van de fabriek ontvangen, voorzien te worden van een boring met spiebaan die overeenstemt met de afsluiterspindel. (Bij de bouwgroottes GS 400 en GS 500 wordt iedere koppelbus aan een wormwiel en daarmee aan de wormwielkast aangepast. De toewijzing wordt door middel van een 4-cijferig nummer aangeduid. Dit nummer is op een plaatje naast het typeplaatje, op de opbouwflens en op de koppelbus ingeslagen. Bij het monteren van de wormwielkast op de afsluiter dient men erop te letten, dat de nummers op de wormwielkast en op de koppelbus met elkaar overeenkomen). Koppelbus op de as van de afsluiter plaatsen (zie afbeelding 1), daarbij maten X en Z max. (zie tabel 1) aanhouden. De koppelbus ter voorkoming van axiale verschuivingen op de as fixeren, met behulp van een radiaal draadeind of door middel van een ring en een bout vastzetten tegen het aanzetstuk van de as van de afsluiter (zie afbeelding 1). Wormwielkast monteren. Indien noodzakelijk, de wormwielkast licht verdraaien tot de vertanding van de koppelbus ingrijpt. Let op de centrering en het volledig op elkaar passen van de flenzen. Bevestigen met bouten (ten minste kwaliteit 8.8) voorzien van veerringen; met een draaimoment overeenkomstig tabel 2 gelijkmatig en kruisgewijs aandraaien. Aanwijzing: in de praktijk is gebleken dat het zeer moeilijk is, bouten of moeren van grootte M30 en groter met de voorgeschreven draaimomenten aan te trekken. Daardoor is het gevaar aanwezig, dat de wormwielkast zich ten opzichte van de afsluiterflens radiaal beweegt. Om de verbinding tussen afsluiter en wormwielkast te verbeteren, raden wij aan een dun laagje Loctite 243 (of een gelijkwaardig middel) op de contactvlakken aan te brengen. Tabel 1 Type X max Uitgave 1.03 Y max Z max GS 160 12 0 125 GS 200 22 0 165 GS 250 22 0 200 GS 315 26 0 280 GS 400 36 0 285 GS 500 40 0 375 Tabel 2 Type 8.8 TA (Nm) GS 160 M16 220 GS 200 M20 430 GS 250 M30 1.500 GS 315 M36 2.500 GS 400 M36 2.500 GS 500 M42 4.000 Bladzijde 1 van 3 Y000.003/017/nl

Bedieningsinstructies voor AUMA wormwielkasten <strong>GS</strong><br />

met voorschakelkasten <strong>GZ</strong><br />

<strong>GS</strong> 160 – <strong>GS</strong> <strong>500</strong><br />

met<br />

<strong>GZ</strong><strong>14</strong>–<strong>GZ</strong><strong>40</strong><br />

AUMA wormwielkasten en voorschakelkasten behoren tot hoogwaardige mechanische apparatuur.<br />

Door de onderstaande aandachtspunten in acht te nemen kan schade aan deze apparatuur worden voorkomen.<br />

1. Transport en opslag<br />

Transporteer het materiaal stevig verpakt naar de plaats van bestemming.<br />

Sla het materiaal op in goed geventileerde en droge ruimtes.<br />

Bescherm het materiaal tegen vocht uit de bodem door het in stellingen of op houten pallets<br />

(of gelijkwaardig opslagmateriaal) op te slaan.<br />

Dek het materiaal af ter bescherming tegen stof en vuil enz.<br />

Afbeelding 1<br />

Bescherm ongespoten delen tegen roest met een daarvoor geschikt<br />

anti-roestmiddel (bijv. zuurvrij vet).<br />

In geval van een langdurige opslagperiode a.u.b. ons consulteren.<br />

2. Bedrijfsvoorwaarden<br />

AUMA wormwielkasten <strong>GS</strong> kunnen bij de volgende<br />

omgevingstemperaturen worden toegepast:<br />

<strong>GS</strong> –25 °C tot +80 °C<br />

<strong>GS</strong>-H 0 °C tot +120 °C<br />

<strong>GS</strong>-L –<strong>40</strong> °C tot +60 °C<br />

<strong>GS</strong>-EL –60 °C tot +60 °C<br />

AUMA wormwielkasten <strong>GS</strong> en voorschakelkasten <strong>GZ</strong> kunnen in elke<br />

gewenste positie gemonteerd en bediend worden.<br />

3. Montage op afsluiter<br />

Ontvet zorgvuldig de contactvlakken van de opbouwflens.<br />

De koppelbus dient, voor zover niet op maat bewerkt van de fabriek<br />

ontvangen, voorzien te worden van een boring met spiebaan die<br />

overeenstemt met de afsluiterspindel.<br />

(Bij de bouwgroottes <strong>GS</strong> <strong>40</strong>0 en <strong>GS</strong> <strong>500</strong> wordt iedere koppelbus<br />

aan een wormwiel en daarmee aan de wormwielkast aangepast.<br />

De toewijzing wordt door middel van een 4-cijferig nummer aangeduid.<br />

Dit nummer is op een plaatje naast het typeplaatje, op de<br />

opbouwflens en op de koppelbus ingeslagen.<br />

Bij het monteren van de wormwielkast op de afsluiter dient men erop te letten,<br />

dat de nummers op de wormwielkast en op de koppelbus met elkaar overeenkomen).<br />

Koppelbus op de as van de afsluiter plaatsen (zie afbeelding 1), daarbij<br />

maten X en Z max. (zie tabel 1) aanhouden.<br />

De koppelbus ter voorkoming van axiale verschuivingen op de as fixeren,<br />

met behulp van een radiaal draadeind of door middel van een ring en een bout<br />

vastzetten tegen het aanzetstuk van de as van de afsluiter (zie afbeelding 1).<br />

Wormwielkast monteren. Indien noodzakelijk, de wormwielkast licht verdraaien tot de vertanding<br />

van de koppelbus ingrijpt. Let op de centrering en het volledig op elkaar passen van de flenzen.<br />

Bevestigen met bouten (ten minste kwaliteit 8.8) voorzien van veerringen; met een<br />

draaimoment overeenkomstig tabel 2 gelijkmatig en kruisgewijs aandraaien.<br />

Aanwijzing: in de praktijk is gebleken dat het zeer moeilijk is, bouten of<br />

moeren van grootte M30 en groter met de voorgeschreven<br />

draaimomenten aan te trekken. Daardoor is het gevaar aanwezig,<br />

dat de wormwielkast zich ten opzichte van de afsluiterflens<br />

radiaal beweegt.<br />

Om de verbinding tussen afsluiter en wormwielkast te verbeteren,<br />

raden wij aan een dun laagje Loctite 243 (of een gelijkwaardig<br />

middel) op de contactvlakken aan te brengen.<br />

Tabel 1<br />

Type X<br />

max<br />

Uitgave 1.03<br />

Y<br />

max<br />

Z<br />

max<br />

<strong>GS</strong> 160 12 0 125<br />

<strong>GS</strong> 200 22 0 165<br />

<strong>GS</strong> 250 22 0 200<br />

<strong>GS</strong> 315 26 0 280<br />

<strong>GS</strong> <strong>40</strong>0 36 0 285<br />

<strong>GS</strong> <strong>500</strong> <strong>40</strong> 0 375<br />

Tabel 2<br />

Type 8.8 TA (Nm)<br />

<strong>GS</strong> 160 M16 220<br />

<strong>GS</strong> 200 M20 430<br />

<strong>GS</strong> 250 M30 1.<strong>500</strong><br />

<strong>GS</strong> 315 M36 2.<strong>500</strong><br />

<strong>GS</strong> <strong>40</strong>0 M36 2.<strong>500</strong><br />

<strong>GS</strong> <strong>500</strong> M42 4.000<br />

Bladzijde 1 van 3<br />

Y000.003/017/nl


<strong>GS</strong> 160 – <strong>GS</strong> <strong>500</strong><br />

met<br />

<strong>GZ</strong><strong>14</strong>–<strong>GZ</strong><strong>40</strong><br />

4. Instelling eindaanslagen bij handbediening<br />

Uitgave 1.03<br />

Bedieningsinstructies voor AUMA wormwielkasten <strong>GS</strong><br />

met voorschakelkasten <strong>GZ</strong><br />

Aanwijzingen: Eindaanslagen worden in de fabriek op 92°<br />

hoekverdraaiing ingesteld, tenzij bij de bestelling<br />

een andere hoek wordt opgegeven.<br />

Als wormwielkasten <strong>GS</strong> samen met een afsluiter<br />

worden uitgeleverd, zijn de eindaanslagen reeds<br />

door de afsluiterfabrikant ingesteld.<br />

Let op: Bij kogelkranen moet eerst de eindstand OPEN<br />

worden ingesteld!<br />

Eindstand DICHT (zie afbeelding 2)<br />

Alle moeren (afbeelding 2 / 010) van de flens losdraaien.<br />

Met het handwiel de afsluiter in eindstand DICHT brengen.<br />

Borgflens (afbeelding 2/ 6) samen met beschermkap<br />

(afbeelding 2 / 13) met de wijzers van de klok meedraaien, zodat de<br />

wandelmoer (afbeelding 2 / 15) tot de aanslag gebracht wordt.<br />

Draai alle moeren (afbeelding 2 / 010) gelijkmatig en kruisgewijs,<br />

met draaimoment volgens tabel 3, aan.<br />

Draai de moeren (afbeelding 3 / 09) van het deksel van de mechanische<br />

standaanwijzing (afbeelding3/8)los, draai het deksel van de<br />

mechanische standaanwijzing tot de pijl met het symbool DICHT<br />

overeenstemt, dan de moeren (afbeelding 3 / 09) weer vastdraaien.<br />

(Bij de uitvoering met een deksel voor ondergrondse inbouw vervalt deze<br />

instelling.)<br />

Eindstand OPEN<br />

Aanslag hoeft niet meer ingesteld te worden omdat de hoekverdraaiing in<br />

de fabriek op de gewenste waarde werd ingesteld.<br />

5. Instelling eindaanslagen bij een gemonteerde multi-turn aandrijving<br />

Aanwijzingen: Eindaanslagen worden in de fabriek op 92° hoekverdraaiing ingesteld,<br />

tenzij bij de bestelling een andere hoek wordt opgegeven.<br />

Als de wormwielkast <strong>GS</strong> en multi-turnaandrijving samen met een<br />

afsluiter worden uitgeleverd, zijn de eindaanslagen, het wegschakelmechanisme<br />

en het draaimomentmechanisme door de afsluiterfabrikant<br />

reeds ingesteld.<br />

Let op: De afsluiterfabrikant dient te bepalen, of de afsluiter weg- of<br />

draaimomentafhankelijk afgeschakeld dient te worden.<br />

Bij kogelkranen moet eerst de eindstand OPEN worden ingesteld!<br />

Naloop van de multi-turnaandrijving in beide richtingen vaststellen (de verstelling van de afsluiter, nadat de<br />

motor is uitgeschakeld).<br />

Eindstand DICHT (zie afbeeldingen 2 en 3)<br />

Alle moeren (afbeelding 2 / 010) van de flens losdraaien.<br />

Aandrijving naar handmatige bediening omschakelen en met het handwiel de afsluiter in de eindstand<br />

DICHT brengen.<br />

Borgflens (afbeelding2/6)samen met beschermkap (afbeelding 2 / 13) met de wijzers van de klok meedraaien,<br />

zodat de wandelmoer (afbeelding 2 / 15) tot de aanslag wordt gebracht.<br />

Borgflens (afbeelding2/6)een¼tot½slag tegen de wijzers van de klok in terugdraaien, zodat de wandelmoer<br />

tijdens elektrisch bedrijf niet vastloopt tegen de eindaanslag.<br />

Draai alle moeren (afbeelding 2 / 010) gelijkmatig en kruisgewijs, met draaimoment volgens tabel 3, aan.<br />

Draai de moeren (afbeelding 3 / 09) van het deksel van de mechanische standaanwijzing (afbeelding3/8)<br />

los, draai het deksel van de mechanische standaanwijzing tot de pijl met het symbool DICHT overeenstemt,<br />

dan de moeren (afbeelding 3 / 09) weer vastdraaien.<br />

(Bij de uitvoering met een deksel voor ondergrondse inbouw vervalt deze instelling.)<br />

Bladzijde 2 van 3<br />

Y000.003/017/nl<br />

Afbeelding 2<br />

Tabel 3<br />

Type 8.8 TA (Nm)<br />

<strong>GS</strong> 160 M16 210<br />

<strong>GS</strong> 200 M20 410<br />

<strong>GS</strong> 250 M16 210<br />

<strong>GS</strong> 315 M20 410<br />

<strong>GS</strong> <strong>40</strong>0 M30 1.<strong>500</strong><br />

<strong>GS</strong> <strong>500</strong> M36 2.<strong>500</strong><br />

Afbeelding 3


Bedieningsinstructies voor AUMA wormwielkasten <strong>GS</strong><br />

met voorschakelkasten <strong>GZ</strong><br />

<strong>GS</strong> 160 – <strong>GS</strong> <strong>500</strong><br />

met<br />

<strong>GZ</strong><strong>14</strong>–<strong>GZ</strong><strong>40</strong><br />

Wegafhankelijke afschakeling in de eindstand DICHT<br />

Afsluiter vanuit de eindstand een stukje terugdraaien, en wel overeenkomstig de waarde van de naloop.<br />

Wegschakelmechanisme conform de bedieningsinstructies SA 07.1 – SA 48.1 instellen.<br />

Draaimomentafhankelijke afschakelingin de eindstand DICHT<br />

Handwiel ca. 2 slagen tegen de wijzers van de klok in draaien om de afsluiter uit de eindstand te brengen.<br />

Dan het handwiel ca. 1 slag met de wijzers van de klok mee draaien, zodat de eindstand DICHT bijna is bereikt,<br />

maar de afsluiter nog niet geheel is gesloten.<br />

Wegschakelmechanisme in de multi-turn aandrijving voor de eindstand DICHT conform de bedieningsinstructies<br />

SA 07.1 – SA 48.1 instellen (dient ter signalering).<br />

Instelling draaimomentschakelaars voor de eindstand DICHT controleren en indien nodig aanpassen aan<br />

de benodigde waarde (conform instructies van de afsluiterfabrikant).<br />

Eindstand OPEN (zie afbeelding 2)<br />

Wormwielkast tot aan de eindaanslag in de eindstand OPEN brengen.<br />

Let op: gebruik de handbediening voor het laatste gedeelte van de stelweg.<br />

Instelling van de eindaanslag voor de eindstand OPEN controleren. Indien de instelling moet worden aangepast,<br />

ga dan als volgt te werk:<br />

Alle bouten (afbeelding 2 / 027) verwijderen en de beschermkap (afbeelding 2 / 13) wegnemen.<br />

Draai alle zeskantbouten (afbeelding 2 / 025) van de spanmoer (afbeelding 2 / 20) los.<br />

Als de ingestelde hoek vergroot dient te worden, de eindmoer (afbeelding 2 / <strong>14</strong>) tegen de wijzers van de<br />

klok in terugdraaien. Als eindmoer <strong>14</strong> zich te zwaar laat losdraaien, dan de 2 daartegenover geplaatste bouten<br />

(afbeelding 2 / 025) geheel verwijderen en gebruik een tapsleutel om de eindmoer (afbeelding 2 / <strong>14</strong>) los<br />

te draaien.<br />

Afsluiter in de gewenste eindstand OPEN brengen.<br />

Eindmoer (afbeelding 2 / <strong>14</strong>) samen met spanmoer (afbeelding 2 / 20) met de wijzers van de klok mee<br />

draaien, tot deze stevig tegen de wandelmoer (afbeelding 2 / 15) ligt.<br />

Zeskantbouten (afbeelding 2 / 025) gelijkmatig vastdraaien om een ongewenst verdraaien van de eindmoer<br />

te voorkomen.<br />

De afsluiter handmatig meerdere malen uit de einstand OPEN verplaatsen en weer tegen de eindmoer<br />

brengen.<br />

Draai alle zeskantbouten (afbeelding 2 / 025) nog een keer vast.<br />

Beschermkap (afbeelding 2 / 13) terugplaatsen. Let daarbij op de juiste positie van de O-ring<br />

(afbeelding 2 / 024). Met zeskantbouten voorzien van veerringen (afbeelding 2 / 026 / 027) bevestigen.<br />

Breng de wormwielkast door middel van de handbediening een stukje terug vanuit de eindstand en wel<br />

overeenkomstig de waarde van de naloop (bij direct gemonteerde aandrijving ca. ¼ tot ½ slag aan het<br />

handwiel, bij gemonteerde voorschakelkast <strong>GZ</strong> ca.1 tot 2 slagen.)<br />

Stel het wegschakelmechanisme van de aandrijving ten aanzien van de eindstand OPEN in conform de<br />

bedieningsinstructies SA 07.1 – SA 48.1.<br />

6. Onderhoud<br />

Let op: Na inbedrijfstelling wormwielkast/multi-turnaandrijving op lakbeschadigingen, veroorzaakt tijdens<br />

het transport of de montage, controleren. Teneinde corrosievorming te voorkomen, beschadigingen<br />

zorgvuldig herstellen.<br />

Kleine hoeveelheden van de originele verf kunnen door AUMA geleverd worden.<br />

Bij normale bedrijfsomstandigheden hebben AUMA wormwielkasten en AUMA voorschakelkasten<br />

weinig onderhoud nodig.<br />

Wij adviseren:<br />

indien de wormwiel-/voorschakelkasten slechts zelden gebruikt worden, deze ongeveer iedere zes maanden<br />

te laten proefdraaien. Daarmede kan worden zeker gesteld, dat de wormwielkast altijd gereed is voor<br />

gebruik.<br />

ongeveer 6 maanden na inbedrijfname en vervolgens jaarlijks de bevestigingsbouten tussen aandrijving,<br />

wormwielkast en afsluiter te controleren.<br />

7. Smering<br />

In de fabriek werden elke wormwielkast en voorschakelkast met vet gevuld. Deze vulling is voldoende voor<br />

meerdere bedrijfsjaren. Uitvoerige onderhoudsinstructies sturen wij u op verzoek graag toe.<br />

Uitgave 1.03<br />

Bladzijde 3 van 3<br />

Y000.003/017/nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!