Handboek voor de gebruiker - Ibm

Hoofdstuk 6. Het programma IBM BIOS Setup gebruiken
Het programma IBM BIOS Setup is opgeslagen in het EEPROM (Electrically
Erasable Programmable Read-Only Memory) van uw computer. U kunt het programma
IBM BIOS Setup gebruiken om de configuratie van de computer te bekijken
en te wijzigen, ongeacht het besturingssysteem dat u gebruikt. De instellingen
van uw besturingssysteem kunnen echter eventuele vergelijkbare instellingen in
het programma IBM BIOS Setup overschrijven.
Het programma IBM BIOS Setup starten
U start het programma IBM BIOS Setup als volgt:
1. Als de computer al aanstaat op het moment dat u deze procedure wilt beginnen,
moet u eerst het besturingssysteem afsluiten en de computer uitschakelen.
2. Zet de computer weer aan en wacht op de aanwijzing voor F1, linksonder op
het scherm.
3. Zodra deze aanwijzing verschijnt, drukt u op F1. (De aanwijzing blijft slechts
gedurende een paar seconden op het scherm. U moet snel op F1 drukken.) Als
er een configuratiewachtwoord was ingesteld, wordt het programmamenu
van IBM BIOS Setup pas afgebeeld wanneer u dit wachtwoord hebt opgegeven.
Zie “Wachtwoorden” voor meer informatie.
IBM BIOS Setup kan automatisch worden gestart wanneer tijdens de zelftest bij
opstarten (POST) blijkt dat er hardware is verwijderd uit of toegevoegd aan de
computer.
Instellingen bekijken en wijzigen
Het programmamenu van IBM BIOS Setup bestaat uit een lijst met systeemconfiguratie-opties.
Voor het programmamenu van IBM BIOS Setup moet u het toetsenbord gebruiken.
De toetsen waarmee u de verschillende handelingen kunt uitvoeren, worden
onderaan het scherm afgebeeld.
Het programma IBM BIOS Setup afsluiten
Wachtwoorden
Als u klaar bent met het bekijken of wijzigen van de instellingen, drukt u op Esc
om terug te keren naar het menu van het programma IBM BIOS Setup (mogelijk
dient u Esc verschillende keren in te indrukken). Als u de gewijzigde instellingen
wilt opslaan, selecteert u Save Settings voordat u het programma afsluit. Anders
worden de wijzigingen niet bewaard.
Ter beveiliging van uw computer en uw gegevens kunt u wachtwoorden instellen.
Er zijn twee soorten wachtwoorden: een systeemwachtwoord en een configuratiewachtwoord.
Om de computer te kunnen gebruiken is het niet noodzakelijk dat u
een van beide wachtwoorden instelt. Als u echter besluit een wachtwoord in te
stellen, lees dan de volgende paragrafen aandachtig door.
© Copyright IBM Corp. 2001 57