Full text - Igitur - Universiteit Utrecht
Full text - Igitur - Universiteit Utrecht
Full text - Igitur - Universiteit Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
hem hetzelfde als zeggen dat Shakespeare stoffig is. Beiden refereren aan, wat ook Schmitz<br />
verwoordt, Vondels talige Gysbreght; ‘maar hij is wel zó rijk en gelaagd.’ 136<br />
3.3.2 Het beëindigen van de traditie: de voorstanders<br />
In 1968 kwam een einde aan de jaarlijkse traditie van de opvoering van Gysbreght van<br />
Aemstel. De recensenten voeren verschillende redenen aan waarom de traditie werd<br />
beëindigd. De meerderheid noemt Aktie Tomaat als de veroorzaker van de beëindiging.<br />
Van den Bergh belicht in 1988 in twee artikelen andere oorzaken. In het eerste artikel<br />
speelt De Nederlandse Comedie een rol. Volgens hem kon De Nederlandse Comedie de<br />
kloof tussen een dergelijk innig religieus stuk en het publiek van die jaren niet meer<br />
overbruggen. 137 en 138 In het tweede artikel gaat hij in op de inhoud en speelbaarheid van<br />
Gysbreght van Aemstel. Om het drama betekenis te geven voor een eigentijds publiek stuitte<br />
men, volgens Van den Bergh, op de uiterst vrome christen Gysbreght en zijn vrouw<br />
Badeloch die zo ongeveer de incarnatie van het antifeminisme is. Vervolgens blijkt het<br />
drama ook lange monologen, koorzangen (reien) en een bodeverhaal te hebben waarbij de<br />
handeling bij herhaling stil valt. Gysbreght van Aemstel is voor een publiek dat intens kan<br />
luisteren en van poëzie houdt en zich niet bekommert om spannende actie of bewegende<br />
beelden. Tot slot schrijft hij:<br />
Al met al is de Gysbreght van Aemstel om met de dichter Hans Andreus te<br />
spreken, vooral ‘muziek voor kijkdieren.’ 139<br />
In 1988 vond Oomens dat juist binnen zijn eigen privétraditie Gysbreght van Aemstel<br />
geïsoleerd raakte van een echte en levende Vondeltraditie. Oomens schrijft dat door de<br />
jaarlijkse traditie zich aan dit stuk vooral sentimentele herinneringen hebben gehecht. ‘Was<br />
Gysbreght een veel gespeeld repertoirestuk geweest dat had Gysbreght wel<br />
overlevingskansen gehad, omdat dan een objectiever oordeel gepaard had kunnen gaan met<br />
meer begrip voor de rare eigenschappen van Gysbreght. Vondels poëzie zou daardoor een<br />
nuchterder waardering krijgen.’ 140<br />
De motieven van de voorstanders van het beëindigen van de traditie zijn divers. In 1975<br />
worden specifieke kenmerken van het drama Gysbreght van Aemstel als argument naar voren<br />
gebracht om de traditie te beëindigen. In 1988 jaagde Gysbreght de middelbare scholieren uit<br />
het theater. Na 1988 wordt er in zijn algemeenheid geconstateerd dat er geen traditie in stand<br />
gehouden hoeft te worden.<br />
3.3.3 Het beëindigen van de traditie: de tegenstanders<br />
Ook de motieven van de tegenstanders van het beëindigen van de traditie zijn divers en<br />
gaande de jaren wordt ook de toon anders. Met de productie van het Publiekstheater in 1975<br />
werd een herstel van de traditie toegejuicht; in 1988 werd met de beëindiging de<br />
schouwburgganger een ritueel ontnomen.<br />
Zoals in bovenstaande paragraaf staat, wordt er na 1988 in zijn algemeenheid geconstateerd<br />
dat er geen traditie in stand gehouden hoeft te worden. Zo wordt er dan ook in recensie in<br />
136 De Warme Winkel over ‘Gijsbrecht’. Het Parool, interviews. Simber 21 december 2009<br />
137 Uitzonderlijk spannende Gijsbrecht. Bergh, H. van den., Het Parool 27 december 1988<br />
138 Over de rol van De Nederlandse Comedie schreef Welling in 1990: ‘En men wil ophouden met alle flauwekul, geen jacquet,<br />
geen gala, geen Gijs.’ In: Traditionele Vondelvoorstelling dit jaar van Haarlemse regisseur. Gijsbreght volgens Rieks Swarte.<br />
Welling. K., Haarlems Dagblad 22 december 1990<br />
139 De ‘Gijsbrecht’ is nog steeds een uitdaging. Bergh, H. van den., Het Parool 28 december 1988<br />
140 De Droom van Badeloch. Oomens, L., Algemeen Dagblad 23 december 1988