Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
‘Schuld kan alleen worden afgelost door harde arbeid.’ Met<br />
een zelfingenomen gebaar, hees hij zijn glanzende broek zo<br />
hoog over zijn vooruitstekende buik dat de tailleband halverwege<br />
zijn borstkas bleef hangen. ‘Kijk naar mij, de zaken gaan<br />
goed, maar ik werk dag en nacht. Wat vinden jullie?’ Hij<br />
draaide zich naar de omstanders.<br />
Uit de menigte klonk voorzichtig geritsel van schoenen,<br />
broeken en benen die zich leken te herschikken. Een zware<br />
stem nam het woord: ‘De edele Meester Zhang is altijd ruimhartig<br />
geweest. Lu Fushan vraagt koopwaar zonder dat hij het<br />
kan betalen. Wie heeft er ooit van zo’n voorstel gehoord?<br />
In zijn oeverloze grootmoedigheid stemt Meester Zhang toe.<br />
En wat doet Lu Fushan? In plaats van zijn schuld terug te<br />
betalen, verbrast hij de winst. Het ziet ernaar uit dat Lu<br />
Fushan schaamteloos gebruik heeft gemaakt van de bovenmenselijke<br />
vrijgevigheid van Meester Zhang. Zeg ons Lu Fushan,’<br />
de stem liet een stilte vallen, net te lang voor een<br />
adempauze. ‘Zeg ons, hoe veel portefeuilles heb je verkocht<br />
en hoe veel geld heb je voor jezelf gehouden?’<br />
Een golf van verontwaardigd gemompel deed De Weelderige<br />
Berg het bloed naar de wangen stijgen. Hij voelde zich<br />
duizelig van honger en schaamte.<br />
‘Vergeef mij,’ fluisterde hij, ‘vergeef mij mijn schaamteloosheid.<br />
Ik ben niets waard. Niets. Nee, ik ben minder dan niets.<br />
Ik ben een nietige worm die Meester Zhang met één trap van<br />
zijn machtige voeten kan vermorzelen.’<br />
‘Zelfs die eer is voor de wormachtige Lu Fushan te groot!’<br />
schreeuwde een omstander boos.<br />
‘Zo is het! Zo is het!’ riep De Weelderige Berg uit. Hij zonk<br />
op zijn knieën, tilde Meester Zhangs rechterschoen een klein<br />
stukje omhoog en legde zijn hoofd eronder.<br />
‘Vergeef mij, Meester Zhang,’ snikte hij wanhopig, ‘vergeef<br />
mij dat ik besta. Vergeef de armzalige moeder die mij heeft<br />
moeten baren!’<br />
Nu beide partijen voldoende theater hadden gespeeld en de<br />
openbare vernedering een feit was, vond Meester Zhang het<br />
welletjes. De mollige handjes sjorden de broek omhoog, die<br />
weer was afgezakt.<br />
‘Honderdzestig kuai is een groot bedrag,’ snauwde hij, ‘maar<br />
omdat edelmoedigheid nu eenmaal mijn zwakke kant is, geef<br />
ik je nog één dag de tijd.’<br />
Terwijl de omstanders enthousiast begonnen te juichen en<br />
te applaudisseren, krabbelde De Weelderige Berg overeind.<br />
In de chaos greep een mollig handje zijn dunne arm.<br />
‘Eén dag!’ siste Meester Zhang. ‘Als je het morgen niet hebt,<br />
stuur ik iemand bij je langs.’<br />
Toen hij eindelijk Jinan Lu overstak, voelde De Weelderige<br />
Berg zich opgelucht. Hij liet de Oude Stad met haar drukte,<br />
haar benauwdheid, haar afpersing en haar geroddel achter<br />
zich, en stapte de moderne wereld in. Zoals iedere dag werd<br />
hij vervuld door het gelukzalige gevoel van totale anonimiteit.<br />
Hier in het nieuwe centrum betekende hij niets. Nee,<br />
minder dan niets. Hier was hij zo onbeduidend, dat niemand<br />
op het idee zou komen om een knokploeg langs zijn huisje te<br />
sturen. Hier in dit walhalla van moderniteit bestond enkel<br />
het schone, riante trottoir waar je voor niemand uit de weg<br />
hoefde te gaan. Nietiger dan een worm en oprecht gelukkig,<br />
liep De Weelderige Berg verder tussen de metershoge wolkenkrabbers.<br />
Stuk voor stuk had hij ze uit de grond zien oprijzen. Samen<br />
met zijn vader had hij bewonderend toegekeken hoe de bamboe<br />
stellingen iedere dag een stukje hoger de hemel in klommen.<br />
Alleen toen de Pearl TV Tower in 1995 met zijn puntige<br />
profiel de skyline van Shanghai voor eens en voor altijd op de<br />
wereldkaart zette, had zijn vader argwanend verzucht: ‘Aya,<br />
een dezer dagen prikt het topje van die toren nog eens in de<br />
kont van de goden.’<br />
Hij haastte zich langs de grote winkelcentra op Huaihai:<br />
Plaza Hong Kong, Central Plaza, Friendship Store Number 1.<br />
Opgepoetste auto’s met op de achterbank telefonerende<br />
zakenlui, veelal blanke hoogneuzen en Japanners, scheurden<br />
luid toeterend de garages van de hypermoderne gebouwen<br />
in. Van zijn broer wist hij dat zelfs de toiletten in deze glimmende<br />
torens nog groter waren dan een ruim huisje in de<br />
Oude Stad en dat ze hele zomer lang dezelfde temperatuur<br />
behielden als de binnenkant van een klein ijskastje. Zijn<br />
broertje... Een golf van tederheid welde in hem op. Als hulpje<br />
in de wasserij van het Portman Hotel, leefde hij ver van de<br />
Oude Stad, op veilige afstand van haar onderdrukkingen,<br />
haar kopzorgen en haar eeuwigdurende geldproblemen. En<br />
hoewel zijn maag pijnlijk samentrok, werd De Weelderige<br />
Berg plots overvallen door een vreemde, onbestemde blijdschap<br />
dat hij deel mocht uitmaken van dit hoogst futuristische<br />
schouwspel.<br />
Tegen de middag arriveerden de eerste kuddes op Xiangyang.<br />
Jong en oud, blank en geel, rijk en minder rijk, iedereen<br />
hoopte op Azië’s grootste markt voor namaakspullen zijn slag<br />
te slaan. Met drie portefeuilles – Prada, Versace en Yves Saint<br />
Laurent – hoog boven zijn hoofd geheven, wrong De Weelderige<br />
Berg zich door de massa.<br />
‘Puur leer, mevrouw... Honderd procent écht... Vers van het<br />
kalf uit Italië... Zo waar als dit het jaar is van het Varken...<br />
Mijnheer,’ hij greep een norse Koreaan bij de arm, ‘een<br />
presentje voor mevrouw, zodat mevrouw op haar beurt een<br />
presentje geeft aan meneer haha...’<br />
Zo vaak ontblootte hij de weinige tanden die hij nog had,<br />
dat hij er kramp van kreeg in zijn kaken. Af en toe hurkte hij<br />
in een schaduwrijk hoekje van de markt om zijn gezwollen<br />
knieën te masseren en te wachten tot de duizeligheid zakte.<br />
Dan wurmde hij zich weer in de kooplustige menigte. ‘Een<br />
goede prijs mevrouw... De beste hier op de markt... Handgemaakt...<br />
U ziet het aan het stiksel... Vijftig kuai... Waar<br />
komt u vandaan?... Uit Frankrijk?... Vijfenveertig omdat u<br />
het bent... Zinedine Zidane!... Ay, u bent een goede onderhandelaar...<br />
Tweeënveertig?... Voor Zinedine dan, veertig<br />
kuai!’<br />
Opgetogen telde De Weelderige Berg het bedrag voor de<br />
tweede keer na. Veertig kuai was lang niet slecht. Hij besloot<br />
eerst een hapje te eten in het kleine eethuis aan de ingang van<br />
de markt. Bij het oude vrouwtje aan de kassa, bestelde hij een<br />
kom waterige soep met een visballetje. Gulzig slurpte hij de<br />
hete soep naar binnen. Zijn maag begon zich eindelijk een<br />
beetje te ontspannen, maar nog voordat hij aan het balletje,<br />
een kleine traktatie, kon beginnen, zag hij hoe een groep<br />
Amerikanen naar een bus slenterde die aan de ingang van de<br />
markt stond geparkeerd. Temidden van een brullende troep<br />
venters, stoof hij op hen af.<br />
‘Echte Prada, meneer... Slechts zestig kuai...’ Hij duwde de<br />
portefeuilles in het gezicht van een rijzige, hoogneuzige man<br />
met een wit petje en een zachtgele polo. ‘Ik zie het al, u hebt<br />
een dochter... Een kleinigheidje, meneer... Van de vader tegen<br />
wie ze zo opkijkt... Noemt u zelf de prijs boss...’<br />
Met zijn voet op het trapje en zijn hand om de stang van de<br />
busdeur geklemd, draaide de hoogneus zich om. De Weelderige<br />
Berg waagde een kansje. Hij haalde een verroeste aansteker<br />
uit zijn broekzak en hield het vlammetje net niet te lang<br />
tegen de portefeuille: ‘Géén plastic boss, honderd procent<br />
leer... Een kleine verassing... Omdat u van haar houdt...’ De<br />
lange man graaide in zijn zak en duwde hem wat geld in de<br />
hand.<br />
‘Twee,’ zei hij koel terwijl De Weelderige Berg hem verbijsterd<br />
de portefeuilles overhandigde. ‘Ik heb twee dochters.’ Pas<br />
toen de bus uit het zicht verdwenen was, keek De Weelderige<br />
Berg beduusd naar het rode en het blauwe briefje in zijn<br />
hand. Honderd twintig kuai! Zijn hart maakte een sprongetje.<br />
‘Grote Broer, wat brengt jou hier?’ vroeg Lu Fuxin verbaasd.<br />
104 <strong>Lava</strong> 13.3/13.4 <strong>Lava</strong> 13.3/13.4 105