31.07.2013 Views

ALLERHEILIGEN... ALLERZIELEN...

ALLERHEILIGEN... ALLERZIELEN...

ALLERHEILIGEN... ALLERZIELEN...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>ALLERHEILIGEN</strong>... <strong>ALLERZIELEN</strong>...<br />

Zeg, maat, vandaag worden we herdacht, en me dunkt,<br />

dat men ons reeds voor nieuwe kameraden aan het zorgen is<br />

PrijS fr. 0.50 HUMORISTISCH WEEKBLAD - 3e Jaaraan* - Nr. 27 2 NOV. 1933


2 KOEKOEK<br />

Jules<br />

He Coninck<br />

Ken-de gij Jules De Coninck?<br />

Jules-Alfons De Coninck? Deze niet<br />

die Albert heet dus, en te Brussel<br />

woont, en Astrid heeft voor schoondochter!<br />

Maar Jules De Coninck<br />

van Wevelgem, aldaar geboren den<br />

9n Augustus 1897!<br />

Welnu, dat is een jonge kameraad<br />

van -Koekoek, gewezen volksvertegenwoordiger<br />

voor het arrondissement<br />

Kortrijk, dien wij u toekomende<br />

week in onze beruchte<br />

galerij van beroemde mannen —<br />

anders gezfeid onze beroemde galerij<br />

van beruchte mannen — zullen<br />

voorstellen, beschrijven, betasten,<br />

ontleden, vierendeelen, hersamenstellen,<br />

zouten en peperen.<br />

In Zuid-West-Ylaanderen, waar<br />

zijn werkveld is gelegen, is Jules<br />

De Coninck vooral btekend. En dat<br />

is juist een reden om hem ook<br />

elders te doen kennen. Wat we<br />

zullen probeeren toekomenden Donderdag.<br />

Duiven rubri e k<br />

De duivenreporter van 't Getrouwe<br />

Maldegem» is per moto op interview<br />

geweest bij M. Verhellen uit Caeneghem.<br />

We lezen daarover in 't blad<br />

van M. De Lille:<br />

«We zijn dus naar Caeneghem<br />

geweest, en 't spijt ons niet... neen<br />

ver van daar, want wat zijn die<br />

Verhellens toch brave menschen!...<br />

We waren er dan ook goed, zeer<br />

goed gekomen, en natuurlijk was<br />

ons eerste werk de trappen bestijgen<br />

om daar te komen, waar er<br />

werkelijk een fortuin aan duiven<br />

zit. Ja... we stonden heel en al in<br />

bewondering toen we de eerste duif<br />

in handen kregen, en die bewondering,<br />

hoe groot ook, nam nog steeds<br />

toe, naarmate er meerdere duiven<br />

ons werden ter hand gesteld. Het<br />

zijn prachtsujekten, die duiven<br />

van Oscar, sterk gespierde, zacht<br />

en overvloedig gepluimde sportvogels,<br />

met in den sturen kop een<br />

paar oogen die u uitdagend aankijken<br />

en waarop Wfilijk te lezen<br />

staat dat ze tot alles, ja dan ook<br />

tot alles In staat zijn.<br />

't Verwonderde ons dan ook<br />

heelemaal niet meer dat Oscar de<br />

meest gevreesde liefhebber uit de<br />

streek is. Neen, want wie met zulk<br />

'n hok pradhtduiven zit ingespannen<br />

hoeft niets of niemand meer<br />

te vreezen».<br />

Als dat zoo is, moeten de VerheHens,<br />

al zijn ze nog zulke brave menschen,<br />

de schrik van de streek zijn!<br />

De duiven en 't Getrouwe, hebben<br />

het al ver gebracht!<br />

GEMENGDE<br />

UIT HET KLOOSTER van den berg<br />

Athos (Griekenland) is een monnik<br />

ontvlucht na eerst een jong, mooi<br />

Grieksch meisje ontvoerd te -hebben,<br />

't Is zeker de overspanning rond de<br />

propaganda van «de schoone ziel van<br />

't kind» die hem dat gelapt heeft.<br />

TE TOUIOUSE heeft pastoor Oscar<br />

Meyer drie menschen neergeschoten.<br />

We twijfelen er niet aan, of die kerel<br />

heeft vroeger ook de officieele school<br />

bezocht...<br />

HET KON. NATUURHISTORISCH<br />

MUSEUM werd verrijkt met een belangrijke<br />

ver-zameling vogelieren.<br />

We lezen daarover in «Vooruit»:<br />

«Ten gevolge van sterke budgegetaire<br />

inkrimpingen, is deze aankoop<br />

slechts mogelijk geweest dank<br />

zij de edelmoedige medewerking<br />

van enkele aan de vogelkunde toegewijde<br />

personen, als daar zijn: de<br />

HH. J. Anspach, Georges Boel,<br />

Ridder P. David de Lossy, Rog.<br />

Daumerle, Ridder G. van Havre,<br />

Graaf Jos. de Hemptinne, Baron<br />

en Barones Emm. Janssen, Graaf<br />

Max de Lalaing, Graaf Ph. de<br />

Limburg-Stirum, Heer en Mevr.<br />

R. Lippens-de Bethune, M. P. Maskens,<br />

S. Mennig, Burggraaf G. du<br />

Pare, heer Alfr. Richard, E. J.<br />

Solvay, Visart de Bocarmé.»<br />

Alles goed en wel, maar waarom bij<br />

dien vogelkundigen adel de specialisten<br />

Palmyre de Konte en Dr. Pangloss<br />

mitsgaders Jojo niet vernoemd?<br />

BERICHTEN<br />

Dr. THOMAS HUNT MORGAN<br />

heeft den nobelprljs 1933 voor geneeskunde<br />

gekregen. Weet gge ïeitelijk<br />

waarom? De bladen meldden ihet ons:<br />

«Wegens zijn experimenten over<br />

de geslachtelijke en ongeslachtelijke<br />

voortplanting van de bladluizen,<br />

welke hü • tezamen met Miss<br />

Stevens heeft verricht» (Vooruit)<br />

Ge zult ook graag toegeven (tot -het<br />

geen klein bier was met een mooie<br />

Juffie bladluizen voort te brengen.<br />

Ons ras verbetert waarlijk met den<br />

dag!<br />

MARY PICKPORD EN DOUGLAS<br />

PAIRBANKS hebben de eer aan het<br />

geacht publiek te melden dat zij voor<br />

de zeventiende maal het onherroepelijk<br />

besluit genomen hebben uit den echt<br />

te scheiden. Zij zijn altijd bereid op<br />

algemeen verzoek dit besluit weer in<br />

te trekken.<br />

DE H. MAAGD heeft aan de vertegenwoordigers<br />

der pers medegedeeld<br />

dat zij er geenszins aan denkt haar<br />

kontrakt te verbreken en de verschijningen<br />

in Vlaanderen stop te zetten.<br />

Zij vraagt alleen eenige dagen geduld<br />

om orde te brengen in haar<br />

agenda.<br />

DE KULTUREELE PROPAGANDA-<br />

APDEELING van het Verdinaso laat<br />

weten dat de verschoningen en mirakels<br />

in den solidaristischen staat altijd<br />

welkom zullen zijn, evengoed als onder<br />

het ministerie Jaspar.


Abonnement i Jaar (r. 25.c<br />

Abonnement maanden r. 12.ne<br />

Abonnement a maanden fr. 6.2S<br />

Pnstrlierkrekenlng «Het Licht» n. 5873:i<br />

Allerzieien-<br />

Allerheiligen, Allerzielen...<br />

We willen de schoone tradities<br />

niet verlaten en zullen u dus daarover<br />

vandaag een ajuintje pellen:<br />

dames en heeren, neemt uw snuitdoek.<br />

Wat is Allerheiligen?<br />

Allerheiligen is iets dat den<br />

Franschman onmiddellijk doet<br />

denken aan Toussaint... van Boelaere,<br />

maar 't is toch ook nog iets<br />

anders, 't Is de feestdag van alle<br />

heiligen en martelaren.<br />

Gewoonlijk loopen de menschen<br />

dan met een lang gestreken gezicht<br />

en steken kaarsen op voor al de<br />

sinten uit den almanak.<br />

Dat is eigenlijk verkeerd.<br />

1 November zou integendeel zoowat<br />

de prettige feestdag moeten<br />

zijn van «Vivan ons». Inderdaad:<br />

zijn we allen zelf geen heiligen in<br />

ons eigen oogen? En achten we ons<br />

allen niet een beetje het slachtoffer<br />

en den martelaar, de eene<br />

van den andere?<br />

Maar velen zitten nog met muffe<br />

spreekwoorden in den kop en denken<br />

b. v. aan het «niemand sant<br />

in eigen land» zoodat ze niet openlijk<br />

durven vooruittreden om zichzelf<br />

te feesten.<br />

Welaan dan, dat Koekoek het<br />

voorbeeld geve!<br />

Dat zijn redakteuren zich op één<br />

lijn stellen als de martyren van<br />

den humor, als de slachtoffers van<br />

den redaktiesekretaris, als de<br />

triestige Franciskussen van Assise,<br />

die veel wijn in hun water moesten<br />

doen, en deze bittere bekers tot<br />

op den bodem ledigden...<br />

En gij, geacht publiek, dat hen<br />

met uw kritiek gesteenigd, met<br />

uw «brievenbus » gekompromit-<br />

HUMORISTISCH WEEKBLAD van VOORUIT<br />

Redaktie t 64, St. Pietersnieuwstraat, Gent — Telefoon 157.40<br />

Verschijnt den Donderdag — 0.S0 fr. per nummer<br />

Nummer 27 - Derde Jaargang - 2 Novemb. 1933<br />

beschouwingen <br />

teerd en met uw centen verplicht<br />

hebt in hun boosheid te volharden,<br />

weest heden grootmoedig, gedenkt<br />

ons thans in uwe gebeden!<br />

Maar wat?<br />

Uw voorhoofd fronst, uw oog<br />

trekt in een verachtende plooi en<br />

uw mond kijkt ons spottend aan?<br />

Ge schijnt ons te willen kleineeren?<br />

Ach ja! 't Is waar ook! WH worden<br />

in den schaduw gesteld door<br />

die ontelbare andere martelaren,<br />

die zooveel roemrijker, zooveel<br />

grooter en schooner dan wij, recht<br />

hebben op de onvoorwaardelijke<br />

erkentelijkheid en den nooit volzongen<br />

lof van heel het land!<br />

't Is waar ook! Laten we liever<br />

samen knielen en nederig onze 100bougieslampen<br />

aansteken ter eere<br />

van de glorierijken als daar zijn:<br />

de martelaren van de Société Générale<br />

en der grooifinancie die<br />

trots krisis en tegenslag zich vrijwillig<br />

hebben geslachtofferd om<br />

mïllioenen winst op te strijken;<br />

de martelaren van het ministerie<br />

die niet aarzelen zich zelf met de<br />

volmacht te geeselen;<br />

de martelaren der reaktie en<br />

vooral dezen der kristen demokratie<br />

(van r.e- gevallen engel Bodart<br />

spreken we maar liever niet), die<br />

zich nog liever op den smoel laten<br />

slaan, dan één woord te lossen in<br />

't belang van de arbeiders;<br />

de martelaren Van Roey en Devèze,<br />

die hun wijn en hun bloed<br />

vergoten op het altaar van God en<br />

Vaderland, ten bate van-de-schoone-ziel-van-'t<br />

kind en Hitler-aande-grens!<br />

de martelaren, die zich de profijten<br />

van de afgeschafte supertaks,<br />

van de 3 müliard van krisistaks<br />

vrijgestelde beursaandeelen, van<br />

de hooge wedden, van de cumuls,<br />

van de hooge invaliditeitspensioenen,<br />

enz., lieten naar het hoofd<br />

slingeren,<br />

de martelaren, die opzettelijk<br />

den fiscus bedrogen om des te meer<br />

boetvaardigheid in het hiernamaals<br />

te kunnen aan den dag leggen;<br />

de martelaren, die revolvers leverden<br />

aan Hitier, forten bouwden<br />

voor onzen Napoleon en oogluikend<br />

het fascisme in ons land lieten<br />

voortwoekeren en het zelfs steunden;<br />

de martelaren... enfin, ge begrijpt<br />

ons wel: de goede Belgen.<br />

Voor hen moeten we bidden,<br />

hard en veel. En wat die duizenden<br />

anderen betreft, die zich overgaven<br />

aan de walgelijkste orgieën,<br />

die voortspruiten uit den staat van<br />

behoefte of de overdreven ouderdomspensioenen<br />

— zij zijn natuurlijk<br />

maar valsche martelaren. Zij<br />

zijn maar «be-lijders»: ze ontsnapten<br />

aan het ergste. Laten we dan<br />

ook maar over die soort zwijgen<br />

want dat zou ons tot het marxisme<br />

en ander bijgeloof kunnen voeren.<br />

Maar a propos van superstitie,<br />

weet ge wie den Allerzielen uitgevonden<br />

heeft? En hoe?<br />

De encyclopaedie van Winkler<br />

Prins leert het ons:<br />

«Het Allerzielenfeest is zijn<br />

ontstaan verschuldigd aan den<br />

abt Odilo, die het in 998 in zijn<br />

klooster te Clugny instelde,<br />

omdat volgens het zeggen va»<br />

een der monniken, degenen,<br />

die nabij den Eina woonden,<br />

vaak een gehuil der duivelen<br />

hadden gehoord, waarmede


deze zich beklaagden, dat hun<br />

door gebeden der monniken en<br />

door de aalmoezen vele zielen<br />

werden ontrukt.<br />

Allerzielen is dus een spel van<br />

lava, duivels, schietgebeden en aalmoezen.<br />

Maar onder den zegen der<br />

Pausen werd het den feestdag der<br />

dooden.<br />

Voor ons niet gelaten!<br />

Er zijn drie soorten van dooden.<br />

. deze, die nooit geleefd hebbende<br />

doodgeborenen.<br />

2. deze, die wel geleefd hebben:<br />

de overledenen.<br />

3. deze, die dood zijnde, nog<br />

schijnbaar voortleven: de levende<br />

lijken.<br />

We kennen allen van die treurige<br />

gevallen en er blijft OJIS dus niets<br />

anders te doen, dan vandaag met<br />

ingetogenheid te denken aan de<br />

nagedachtenis van:<br />

1) de eerste soort: de z. g. kinderlijkjes.<br />

Al de goede voornemens, die<br />

maar goede beloften waren,<br />

al de resoluties, die nooit werden<br />

toegepast;<br />

alle pogingen die in de kiem werden<br />

gestikt;<br />

2) de afgestorvenen:<br />

al de theorieën, de methodes, 'e<br />

vooroordeelen, die we in 1933 hebben<br />

begraven;<br />

de ekonomische konférentie te<br />

Londen;<br />

het flamingantisme van minister<br />

Sap;<br />

den neus van Devèze, de pooten<br />

van Lippens of den toupet van Jaspar;<br />

3) de levende dooden:<br />

al degenen, die de huidige gebeurtenissen<br />

niet meer beseffen,<br />

die niet meer kunnen waarnemen,<br />

voelen en denken, met jonge, moderne<br />

zintuigen, zenuwen en hersenen<br />

— die niet meer meeleven<br />

met den nieuwen tijd;<br />

al degenen, die met hun beide<br />

voeten nog in de vorige eeuw<br />

staan en alles herleiden tot dorre<br />

formules of verwerken volgens de<br />

regelen eener uitgediende dialektiek;<br />

al degenen, die niet eens meer<br />

weten, dat zij nog op deze aarde<br />

zijn: op-hol-geslagen dichters, politiekers<br />

of zotten (Dinazotten inbegrepen);<br />

al degenen, die meenden dat het<br />

voldoende was het verdrag van<br />

VersaiUes te verkrachten om aan<br />

Europa het vredeskind te schenken.<br />

Dat zijn de groote dooden van dit<br />

jaar, dat zijn de uiteenvallende gedachten,<br />

de rottende instellingen,<br />

de uitgepleisterde graven.<br />

Laten we heel dien boel versmachten<br />

onder een berg van chrysanten,<br />

met eindelooze, redevoeringen,<br />

met brabangonnes, dekoraties<br />

en wierook en met een vloed van<br />

krokodille tranen...<br />

Met al de eer die Caesar toekomt<br />

en met ons lang, plechtig gestreken<br />

allerzielengezicht.<br />

Maar ontpoppen we ons een<br />

KOEKOEK<br />

oogenblik daarna, bij 't verlaten<br />

van het wereldkerkhof, als de<br />

schoone hypocrieten van dezen<br />

tijd: de lachers, de omverwerpers,<br />

de beeldstormers, de opruiers,<br />

maar ook de zingende bouwers van<br />

nieuwe grondvesten.<br />

Komaan vrienden, steekt nu uw<br />

snuitdoek teeg. De handen uit de<br />

mouwen! De Koekoek roept!


KOEKOEK<br />

De tegenslagen van Graaf van<br />

der Von of iedereen heeft<br />

het zijne in deze wereld<br />

Ia deze tijden van smerige demokratie<br />

is het niet te verwonderen dat aller<br />

oogen weer op de aristokraten gericht<br />

worden.<br />

Een aristokraat is immers iemand<br />

die bij de definitie Gods en deze van<br />

zijn vader's portemonee, geboren is om<br />

over het marxistisch gespuis te regeeren.<br />

Een aristokraat heeft dan ook van<br />

die geniale invallen die hem ver boven<br />

het gepeupel verheffen.<br />

Zoo heeft men ons onlangs verteld<br />

dat de bekende graaf van der Von,<br />

die zijn centen nogal zien schuiven<br />

had op de speeltafel te Monte-Carlo<br />

besloten had van zijn vakantie op een<br />

goedkoope manier door te brengen.<br />

Graaf van der Von huurde een wagen<br />

bij de spoorwegdörektie en liet hem<br />

ergens op een eind afgedankt spoor<br />

voeren.<br />

Eenige dagen latei' ontving onzen<br />

graaf daar het bezoek van ridder von<br />

der Van.<br />

Het regende dat het goot.<br />

— Hoe is 't gods mogelijk van daar<br />

zoo te hlijven zitten? riep deze laatste<br />

uit, toen hij zijn kollega, op de treeplank<br />

van zijn wagen gezeten en een<br />

cigaret smoorend, ontwaarde.<br />

— Stel u voor! riep van der Von uit,<br />

dat ik het ongeluk gehad heb een wagen<br />

non-fumeurs te treffen!<br />

— Dat is inderdaad een tegenslag!<br />

bekende von der Van. Maar enfin, ge<br />

zoudt toch in elk geval binnen kunnen<br />

gaan en u uit het raampje leggen?<br />

— 'k Heb er ook al aan gedacht!<br />

zei van der Von, maar stel u voor dat<br />

daar juist boven het raampje een pankart<br />

aangebracht Is: «Verboden naar<br />

buiten te leunen»!<br />

— Dat zyn kloppen! beaamde von<br />

der Van, medelijdend het hoofd schuddend,<br />

terwijl de ongelukkige graaf<br />

vervolgde:<br />

— Overigens, 'k begin er mijnen<br />

buik van vol te hebben van dit logies!<br />

'k Kan hier zelfs mijn water<br />

niet lossen, want in het W. O staat er<br />

geschreven: «Verboden gebruik tijdens<br />

den stilstand van den trein!»<br />

De taairegeling<br />

in rechtszaken<br />

Nu de algemeene bespreking over j<br />

het wetsvoorstel tot regeling van het<br />

gebruik der talen in rechtszaken zoo<br />

goed als afgeloopen is, moet iedereen<br />

klaar zien in de zaak. Wij hebben<br />

dan ook geoordeeld dat het oogenblik<br />

gekomen was om het oordeel in te winnen<br />

van enkele gezaghebbende personen.<br />

Ziehier wat zij ons antwoordden:<br />

Minister JANSON. — Ik kan niet<br />

anders dan herhalen wat ik in de<br />

Kamer heb verklaard: de Vlamingen<br />

hebben te klagen gehad over de talenregeling.<br />

Zij zijn even goede Belgen<br />

als de Walen. Zij hebben recht op<br />

symmetrische oplossingen, maar ik ben<br />

voorstander van de vrijheid vooral<br />

waar het de Waalsche advokaten geldt<br />

en daarom kan ik het wetsvoorstel niet<br />

goedkeuren.<br />

Burgemeester MAX. — Te Brussel<br />

moeten de Walen zich kunnen thuis<br />

voelen gelijk de Vlamingen. Daarvoor<br />

kunnen de tweetalige borden met de<br />

straatnamen volstaan.<br />

Het is niet noodlj dat de advokaten<br />

in het Vlaamsch zouden nleiten. Mijns<br />

inziens ware het voldoende dat een<br />

samenvattende vertaling verscheen van<br />

hun pleidooi', b.v. in de Vlaamsche bladen.<br />

Dat gebeurt echter voor alle belangrijke<br />

processen en er is dus geen<br />

nieuwe wet noodig.<br />

Schepen HUISMAN VAN DEN NEST<br />

— Jk stel voor dat alle Brusselsche<br />

advokaten het nieuw examen zouden<br />

afleggen van flamand usuel, voorgeschreven<br />

voor onze aspirant-onderwijzers.<br />

Dat is kinderspel en verbindt<br />

tot niets, zooals wij het in onze scholen<br />

hebben bewezen.<br />

De heer WAUWERMANS. — Ter<br />

intentie van onze konfraters, die hem<br />

niet kenner., waarschuwen we hier dat<br />

het geraden is een paraplu mede te<br />

nemen of een gasmasker om den heer<br />

Wauwermans te interviewen. Hij sprak<br />

ons toe In volgender voege:<br />

— Te Brussel... Brr... hebben de Vlamingen<br />

prrrt... geen reden brr... van<br />

klagen prrrerrerot Want de advokaten...<br />

brrrr... verdedigen brrbm verdedigen<br />

er de Vlaamsche zaken brrbrrr<br />

in het Fransch... prrrrerrerrrerot...<br />

zonder brn-r... dat daarvoor prt... een<br />

supplement.., moet worden betaald<br />

brrrrrrr...<br />

KUNST & LETTEREN<br />

Er wordt in Duitschland drukke handel<br />

gedreven in een soort radio-halssnoeren<br />

welke het lichaam zouden beschutten<br />

tegen de verderfelijke werking<br />

van de kosmische stralen.<br />

Laat ons hopen dat deze halssnoeren<br />

ook hun bruikbaarheid mogen bewijzen<br />

tegen de gedichten onzer kosmische<br />

poëten.<br />

Wrj lezen in 'T LAATSTE NIEUWS:<br />

ANTHEA. — Bij L. J. Krijn, te<br />

Brussel, verschijnt dezer dagen een<br />

nieuwe tot op heden bijgewerkte<br />

uitgave van «Anthea», Keukenverzameling<br />

van sonnetten»,<br />

bijeengebracht door P. V. Toussaint<br />

van Boelaere, onder omslag<br />

van René Leclercq, met meer dan<br />

300 sonnetten, onder de schoonste<br />

in onze taal gedicht sedert de<br />

XVIe eeuw tot nu. De inschrijvingsprijs<br />

is 25 fr. Ingenaaid en<br />

40 fr. gebonden.<br />

Als men de schoonste in onze taal<br />

gedichte sonnetten al voor de keuken<br />

gaat bestemmen, dan vragen wij ons<br />

met schrik af waar deze van onzen<br />

vriend Jef Mennekens moeten terechtkomen?<br />

De bekende actrice, madam X....<br />

moest onlangs op de planken de rol<br />

van een twintigjarige verliefde vervullen.<br />

— Ehwel! vroeg een tooneelliefhebber<br />

aan onzen vriend Y, hebt ge X..,<br />

reeds in haar nieuwe rol gezien?<br />

— Hm, hm!... luidde het antwoord,<br />

ze schijnt me een beetje... oud.<br />

— Wat ge zegt! De kritiek is eensgezind<br />

om te verklaren dat Madam X...<br />

met den dag Jonger wordt!<br />

— O, o! Als 't zoo is, dan ga ik nog<br />

een beetje wachten om haar te gaan<br />

bewonderen!<br />

Een Amerikaansch geneesheer heeft<br />

de heilzame uitwerking der verzen ontdekt<br />

btf de behandeling van zenuwziekten.<br />

Dat Is niet nieuw.<br />

*t Is sinds lang dat Dr. Pangloss met<br />

sukses de romans van Hans aanwendt<br />

tegen de slapeloosheid.<br />

DUIDELIJKE WENK<br />

HEER. — Is dit nu uw lievelingsplaatsje.<br />

Juffrouw Irma?<br />

JUFFROUW. — Ja, hier zit ik altijd<br />

zoo gaarne... alleen.<br />

ZOO WAS HET GEKOMEN<br />

5<br />

— Moe, huilde Jantje, ik heb het<br />

schoteltje van de poes gebroken.<br />

— Schrei maar niet vent, zoo erg<br />

is dat niet. En hoe Is dat gekomen?<br />

— Ik wou hooren hoe pa zijn gouden<br />

horloge tikte, en toen heb ik het<br />

uit mijn handen laten glippen, net op<br />

het schoteltje.


De duivel in de radio<br />

HET NIEUWS VAN DEN DAG —<br />

dat hebben we reeds tientallen keeren<br />

bewezen — is een zeer deftig<br />

en zeer serieus dagblad, uitermate<br />

voorkomend en buitengewoon verdraagzaam.<br />

Lees bij voorbeeld wat<br />

het over de radio-uitzendingen opmerkt:<br />

Wie een RADIO heeft, moet<br />

slechts een millimeter verder<br />

op zijn toestel draaien, en hij<br />

hoort de uitzendingen van protestanten<br />

en maconieken en<br />

socialisten! Gij zegt dan bij<br />

u zelf: — Ik wil ook eens eventjes<br />

hooren wat die zooal vertellen!<br />

En er blijft altijd iets<br />

in uw hoofd hangen van dat<br />

sluw voorgestelde kwaad. Tot<br />

in uw eigen huis wordt de<br />

godsdienst alzoo aangevallen,<br />

daar waar ge niet duldet dat<br />

uw kind een verkeerd woord<br />

zou spreken en dat een buurman<br />

zou komen vloeken.<br />

Zeer juist, zult ge zeggen! Blijft<br />

nu te onderzoeken of de «protestanten,<br />

maconieken en socialisten»<br />

den duivel en zijn moer beteekenen,<br />

ofwel, of de radio-toestellen<br />

onvolmaakt zijn.<br />

Misschien zou men vrede kunnen<br />

nemen met radio-aoparaten voor<br />

de lezers van «Het Nieuws van den<br />

Dag», die geen duivelsche uitzendingen<br />

kunnen opvangen. Kwestie<br />

van techniek, die we nederig onderwerpen<br />

aan het oordeel onzer<br />

moeder de heilige kerk.<br />

Het tegendeel<br />

van zichzelf<br />

Versta-de dat goed?<br />

«Het tegendeel van zichzelf.»<br />

Hebt ge 't nog niet vast? Wel.<br />

misschien zult ge 't beter begrijpen,<br />

als we u zeggen wat DE GEN­<br />

TENAAR schrijft-<br />

Snanje het vaderland der<br />

lovolas het land vanwaar de<br />

missie zich over de wereld verspreidde<br />

ls thans — hoe<br />

vreemd het ook moge schijnen<br />

— het tegendeel van zichzelf<br />

geworden.<br />

Voor verdere inlichtingen, wende<br />

men dch naar het Ketelvestje<br />

te Gent.<br />

£2tLAR2/trT<br />

vam o n s<br />

VAN AMDfcRtM<br />

Zelfs geen stoffelijke<br />

schade<br />

Er gebeuren alle uren van den<br />

dag botsingen Gelijk ge weet.<br />

En de bots is niet altijd een lolleken.<br />

Wanneer er alleen maar stoffelijke<br />

schade is, mogen de slachtoffers,<br />

die geen slachtoffers ziin. van<br />

geluk spreken.<br />

DE TIJD-HET VOLK gaf echter<br />

melding van een ongeluk, eenig in<br />

zijn geval en even mysterieus als<br />

de verschijningen te Etichove. Zóó:<br />

EEN PERSONENAUTO UIT GENT<br />

DOOR EEN SNELTREIN<br />

TE WICHELEN GEVAT<br />

Ze komen er ongedeerd *>anaf<br />

De auto en de sneltrein kwamen<br />

er dus ongedeerd van af!<br />

't Is gelijk het blad verder in het<br />

artikeltje meldt:<br />

Die mogen wel van kans<br />

spreken,<br />

'k Geloof u een beetje!<br />

Een drukfout ?<br />

DE STANDAARD, dagblad voor<br />

maatschappelijke enzoovoort, heraut<br />

van Beauraing en andere<br />

deftige bezigheden die M. Sap<br />

goedkeurt, laat het volgende weten:<br />

EEN VERKLARING VAN HET<br />

DAVIDSFONDS DIE AANDACHT<br />

VERDIENT<br />

«Tegen de franskiljons... tegen het<br />

antf-KRERIKALISME»<br />

Krerikalisme? Is dat soms geen<br />

drukfout? En had Jan Boon niet<br />

het goede inzicht te schrijven «krekalisme<br />

> of « krekelisme >? Daarmee<br />

doelend op de krekels, die,<br />

sedert M. Sap minister is, nog durven<br />

spreken van onrecht in Vlaanderen?<br />

DE EEUWIGE<br />

LEERMEESTER<br />

PROFESSOR (in het station tot een<br />

stoker). — En hoe lang doet zoo een<br />

lokomotief nu wel dienst, mrjn beste<br />

vriend?<br />

STOKER-MACHINIST. — Ongeveer<br />

drie jaar, mijnheer.<br />

PROFESSOR (tot zijn zoon). —<br />

ziet ge nu wel, hoe slecht het is veel<br />

te rooken, jongen?<br />

KOEKOEK<br />

Tegen het dragen van<br />

hemden<br />

Ge kent het uniformverbod. En<br />

ge weet, dat men daarmede een<br />

aanslag pleegt op zekere hemden.<br />

We zeggen «zekere», want het komt<br />

toch in niemands kop op alle hemden<br />

te verbieden!<br />

En toch!<br />

Daar hebt ge nu het zeer katholieke<br />

Antwerpsche HANDELSBLAD,<br />

dat een zeer zedenkwetsenden toon<br />

aanslaat:<br />

Zoo ver zijn we nu in onze<br />

stad gekomen Wij zijn nooit<br />

bewonderaars van het Nationaal<br />

Legioen geweest en hebben<br />

genoeg tegen het dragen<br />

van ALLE hemden geschreven,<br />

omdat men daar niet zou aan<br />

twijfelen.<br />

«Tegen het dragen van ALLE<br />

hemden...».<br />

Merk op, dat het woord »ALLE»<br />

zoo, in groote letter, door «Het<br />

Handelsblad» werd gedrukt.<br />

Waar gaat het naartoe, als de<br />

katholieken het dragen van om het<br />

even welk hemd willen verbieden?<br />

Wij protesteeren! Wrj proproprotesteeren<br />

met al de energie,<br />

waarover wij beschikken. En<br />

roepen dokter Wibo ter hulp!<br />

De zuigflesch<br />

verovert de wereld<br />

In ons bijblad VOORUIT krijgen<br />

we lederen dag — om den geijkten<br />

term te gebruiken — een brok poëzie.<br />

Zooals ge weet, verbergt de dichter<br />

zich achter de eerste twee lettergrepen<br />

van zijn voornaam en<br />

onderteekent hij zijn gedichten<br />

met «Ferdi».<br />

Een paar dagen geleden, had hij<br />

het over... de zuigflesch.<br />

En hij dichtte o. m.:<br />

't Wordt meer ten meer de<br />

(mode nu:<br />

De zuigflesch wordt de moeder,<br />

En 't schijnt voor 't houden<br />

(van ons ras<br />

Volstrekt niets AAN EN DOET<br />

ER!<br />

Welnu, ge moogt er al van zeggen<br />

wat ge wilt, maar wij zijn ak><br />

koord en niets aan en doet er;


KOEKOEK<br />

M. PONCELET opent de vergadering<br />

te 2 uur.<br />

VOORZITTER. — Laat ons een<br />

minuut stilte bewaren ter eere van<br />

de dooden.<br />

M. HEYMAN. — Een volle<br />

minuut?? Mag ik van die stilte<br />

misschien gebruik maken om een<br />

korte redevoering van één minuut<br />

te houden?<br />

VOORZITTER. — Hoe lang zal<br />

ze duren?<br />

M. HEYMAN. — Wel, zooals ik<br />

gezegd heb, niet meer dan drie<br />

lc^v*£i r t i G rs<br />

VOORZITTER. — En zult gij<br />

over de dooden spreken?<br />

ANSEELE. — Ja, over de kristendemokraten.<br />

M. ALLEWAERT. — Ik vraag<br />

dan ook het woord.<br />

VOORZITTER. — Als nu de<br />

dooden ook gaan spreken dan kunnen<br />

wrj hier nocit meer een<br />

minuut stilte verkrijgen.<br />

M. DEVEZE. — En waarom<br />

zouden de dooden van den oorlog<br />

niet mogen snreken?<br />

VAN HOEYLANDT. — Laat die<br />

maar met rust.<br />

M. DEVEZE. — Rusten? De<br />

dooden weigeren te rusten. Zij<br />

leven! Zij staan gereed om het<br />

vaderland nogmaals te verdedigen.<br />

Zij roepen om hun bloed te mogen<br />

geven.<br />

SPAAK. — Ik hoor ze niet.<br />

M. DEVEZE. — Hoort ge mij<br />

niet? Ze spreken met mijn stem,<br />

ze dreigen met mijn vuist, ze vragen<br />

750 millioen om het begin van<br />

de forten te bouwen.<br />

M. DE BROQUEVILLE. — Zeer<br />

wel, maar ge moet het zooveel niet<br />

zeggen, gij hebt het maar te doen.<br />

En als ze niet marcheeren sla ze<br />

dood. Dan kunnen we ze 't volgend<br />

jaar op Allerheiligen vieren.<br />

M. VAN C AU WEL AERT. — Van<br />

Allerheiligen gesproken zou ik aan<br />

de regeering de vraag willen stellen<br />

of de taalregeling in het gerecht<br />

zal begraven worden?<br />

M. JANSON. — Dat zullen we<br />

moeten afwachten. Het zal in<br />

ieder geva. een kristelijke dood zijn<br />

met veel wijwater.<br />

M. JASPAR. — Zeer wel.<br />

VOORZITTER. — Gelieve deze<br />

zaak nu niet verder te bespreken,<br />

het woord is alleen aan de dooden.<br />

Deurwaarder, laat ze binnen<br />

komen<br />

(En daar verschijningen zij in<br />

bonte orde; Carnoy vertegenwoordigt<br />

de ministers; Cattèeuw de<br />

volksvertegenwoordigers; Menne-<br />

kens de dichters en Bogaerts de<br />

romanschrijvers; Paul Henen de<br />

oudstrijders; dr. Pangloss de geheel-onthouders,<br />

enz.).<br />

VOORZITTER. — Treedt naar<br />

voren, mijn geliefde dooden, en<br />

spreekt. Het gansche jaar wacht<br />

gij om u te laten gelden. Vooruit<br />

nu, wij ziin al aandacht.<br />

CARNOY. — O zoete minuut van<br />

vrijheid, nadat men het gansche<br />

jaar de echtgenoot van zijn vrouw<br />

is geweest.<br />

CATTEEUW. — Met mijn medalleke<br />

is mijn leven verzwonden. Ik<br />

heb ne schapulier maar geen<br />

medalleke meer.<br />

MENNEKENS. — O zoet lied,<br />

zing nu niet,<br />

want verdriet..<br />

BOGAERTS. — Genoeg, zeg ik.<br />

't Moet proza zijn wat nu de klok<br />

slaat. De tijd der poëtasters is verzwonden<br />

in den glans van het heistralende<br />

proza.<br />

PAUL HENEN. — Maar hooger<br />

schittert de Dracht van de echte<br />

vaderlandsliefde.<br />

VOORZITTER. — Zie zoo, nu<br />

hebben ze den indruk gehad dat<br />

ze iets gezeed hebben.<br />

PANGLOSS. — En ik?<br />

Hoe gaat'het met uw grootmoeder, kfeine vent?<br />

• Heel goed, menheer... en met de uwe?<br />

VOORZITTER. — Spreek op. _<br />

PANGLOSS. — Als ik mijn gedachte<br />

mag zeggen, die openbare<br />

doodenvereering lijkt mij een<br />

kakske.<br />

Het is gelijk die redevoeringen<br />

die hier worden uitgesproken als<br />

een van uw kollega's bij ongeluk<br />

aan het einde van zijn draadje is<br />

gekomen.<br />

Hij is dan ineens een groote geworden,<br />

en binst zijn leven was hij<br />

een krapuul, een verrader en een<br />

zero. Zelfs Fieullien zal een proper<br />

man geworden zijn binnen<br />

tachtig jaar.<br />

FIEULLIEN. — Dank u, dat ge<br />

mij nog tachtig jaar te leven geeft.<br />

PANGLOSS. — Onkruid vergaat<br />

niet.<br />

M. COELST. — Mag die man ons<br />

hier straffeloos komen beleedigen?<br />

PANGLOSS. — Gij zrjt mij ook<br />

een van die pilledraaiers, die in<br />

een serieuze maatschappij niet<br />

eens zoudt bestaan.<br />

VOORZITTER. — Steekt dien<br />

man buiten, deurwaarders. Als de<br />

dooden de waarheid beginnen te<br />

spreken, dan is het leven op aarde<br />

niet meer houdbaar.<br />

Al


8 KOEKOEK<br />

Diogenes zoekt maar vindt geen hoedje<br />

Haha, riep Karei uit, men heeft goed<br />

zeggen! Wat, de wereld gaat vooruit?<br />

We boeren achteruit! Mijn voorvader<br />

Diogenes, die zocht nog met een<br />

lantaarn naar een mensch. De snul,<br />

hrj moest nu eens terugkeeren! Ik, ik<br />

zelf, ik heb met een sterk elektrisch<br />

lampke een hoedje gezocht, en zelfs<br />

dat ;iiet gevonden!<br />

Zoo kwam het. Onverwachts. Een<br />

rukwind met een regenvlaag. Het weerkundig<br />

instituut had het voorspeld, en<br />

niemand kon het dus verwachten. Maar<br />

het gebeurde toch. Een toeval, natuurlijk.<br />

«Mijn paraplu!» kreet eensklaps<br />

Glcelia. Ik keek naar haar paraplu die<br />

dreigde om te slaan.<br />

Dat kon ik gelukkig verhoeden.<br />

Toen de paraplu weer in orde was,<br />

was het drama gebeurd. Gicelia had<br />

geen hoed meer op het hoofd.<br />

, ' » • • "<br />

Het was een schoon hoedje. Van het<br />

beste vilt. Als gemodeleerd naar haar<br />

hoofd. Het stond wat schuin, zonder<br />

het oor te bedekken. Un air canaille.<br />

Een prachtig hoedje. Maar het hoedje<br />

was er niet meer.<br />

Waar was het? De straat lag glimmend.<br />

De lantaarns schenen er op als<br />

op een ijsvlak. Het hoedje was niet in<br />

de straat, anders zouden wij het gezien<br />

hebben.<br />

Wrj stonden tegen de planken afsluiting<br />

van een onbebouwden grond. Zou<br />

het hoedje er over geslagen geworden<br />

geweest zijn hebben?<br />

Op levensgevaar klauterde ik over<br />

het hekken. Toen reeds was ik zoo nat<br />

als een poedel die uit de vaart komt.<br />

Maar ik wilde het hoedje. Ik belandde<br />

op den onbebouwden grond. Maar hier<br />

stonden geen lantaarns. Wat bleef mij<br />

te doen dan terug te klauteren?<br />

Het zou van een zwakken moed hebben<br />

getuigd, had ik het hoedje prijs<br />

gegeven. Overigens Gicelia zou het<br />

mij niet vergeven hebben.<br />

— Terwijl lk met mijn paraplu bezig<br />

was, zei ze reeds, hadt gij we! kunnen<br />

op mijn hoedde letten...<br />

Ik was vatbaar voor zulke argumenten<br />

en ging dus een elektrisch lampje<br />

koopen. De elektricien in de buurt had<br />

reeds zijn winkel gesloten. Met de bezieling<br />

der wanhoop belde ik hem open.<br />

Het lampje kostte elf frank.<br />

Behendiger maar veel natter dan<br />

den eersten keer klom ik weer het<br />

schutsel over. In het schijnsel van het<br />

zaklampje zag ik: oude potten, een<br />

wiel van een kindervoituur. een pak<br />

mosselschelpen, een overdaad van de<br />

meest onwaarschijnlijke voorwerpen;<br />

maar geen hoedje. In de verte hoorde<br />

ik Gicelia:<br />

— Hebt ge 't nog niet? Ge kunt niet<br />

zoeken.<br />

,Ik zocht met verdubbelde woede. Ik<br />

zag nu overal hoedjes, maar telkens<br />

ik de handen uitstak was het geen<br />

hoedje.<br />

Na een uur en zeven minuten ben<br />

ik terug op de begane straat en bijna<br />

op mijn knieën terecht gekomen. Mijn<br />

hoop had plaats gemaakt voor een<br />

lustelooze lafheid. Ik heb in mijn<br />

leven hollende paarden tegen gehouden.<br />

Maar de wanhoop van Gicelia<br />

over het verlies van haar hoedje was<br />

nog wat anders.<br />

— Hadt ge wel een hoedje? hoorde<br />

ik mij vragen. Ik herkende mijn eigen<br />

stem niet. Ik schaamde mij over deze<br />

vraag. Maar ik vond geen anderen<br />

uitweg.<br />

Tk schrijf dit van uit het hospitaal,<br />

waar ik met een dubbele longontsteking<br />

ben overgebracht. De onderhoudskosten,<br />

45 fr. per dag, zijn niet te<br />

duur. Gicelia meldt mij dat zij een<br />

nieuw hoedje heeft gekocht. Mijn<br />

kostuum ic voor 80 fr. gedroogd en<br />

geperst geworden. Zij heeft mij vergeven.<br />

Einde goed, alles goed.<br />

D « v n<br />

De regeering van het Belch en het<br />

Duitsche volk willen samen een politiek<br />

van vrede, van verstandhouding' en van<br />

samenwerking.<br />

De regeering van het Reich en het<br />

Duitsche volk verwerpen bijgevolg het<br />

ffeweld als een ongepast middel om de<br />

(«•schillen onder de Europeesche staten<br />

te beslechten.<br />

zy geren daarenboven de stellige verzekering<br />

bereid te zijn de laatste<br />

Duitsche mitrailleuzc te vernietigen en<br />

den laatsten soldaat van hel Duitsche<br />

leger naar huis te zenden.


KOEKOEK 9<br />

DE WONDEREN VAN DE VOLMACHT<br />

Een bescheiden verslag van de regeering<br />

Na het verstrijken van de volmachtperiode<br />

van drie maanden, moest de<br />

regeering aan het Parlement verslag<br />

uitbrengen over haar doen ei. laten.<br />

Zij heeft ons op dat versla, nogal<br />

laten wachten; maar dat was van<br />

harentwege pure bescheidenheid; want<br />

zooals de heer de Broqueville pleegt te<br />

zeggen: «Eigen lof stinkt». En iedereen<br />

weet hoe hij den neus optrekt voor<br />

alles waar een reukje fan is. De kieskeurigheid<br />

van den eersten minister<br />

gaat zelfs zoo ver dat hij soms zijn<br />

neus optrekt als hij alleen is.<br />

Het versieo- over de volmacht, dat<br />

de Parlementsleden deze week hebben<br />

ontvangen is gesteld in zeer gematigde<br />

termen, die wij veel te kleurloos achten<br />

voor de wonderen d'e de regeering met<br />

de volmacht heeft verwezenlijkt.<br />

In de eerste plaats dient hulde gebracht<br />

aan het ontzaglijke werk dat<br />

de regeering heeft afgedaan. Zij heeft<br />

daardoor !iewezen dat zij het Parlement<br />

kan missen om teksten te maken<br />

met de vleet. Niet minder dan 177 besluiten<br />

werden uitgevaardigd voor het<br />

welzijn var» het land en van de bevolking.<br />

Dank zij deze teksten zal het<br />

publiek nu klaar zien in 's ihnds zaken.<br />

Maar we kunnen van ditlpunt niet<br />

afstappen, zonder hulde te hebben<br />

gebracht aan de matigheid waarmee<br />

de regeering van de volmacht heeft<br />

gebruik gemaakt. Zij heeft het bewijs<br />

geleverd dat zij het Parlement niet<br />

heelemaal wil berooven van zijn taak<br />

en aan de Kamerleden en Senators de<br />

zorg overgelaten de teksten van de<br />

besluitwetten die niet heelemaal in<br />

orde zijn te herzien. Ge kunt niet alles<br />

verlangen van een regecring waarin<br />

maar twaalf ministers zetelen: veel<br />

werk en werk dat in orde is Maar<br />

daarmee zijn nu alle lasterlijke aanteigingen<br />

omtrent de anti-parlementaire<br />

neigingen van de regeering ook<br />

den kop ingedrukt.<br />

Een ander bewijs dat de regeering<br />

van haar volmacht geen overdadig gebruik<br />

heeft gemaakt vindt men in het<br />

feit dat zij z'ch voorgenomen had het<br />

evenwicht van de begroot-ing te herstellen<br />

zonder nieuwe leeningen. Van dat<br />

recht heeft de regeering geen gebruik<br />

willen maken. Om de iaatste gaten<br />

in haar begrooting te stoppen heeft<br />

zij haar toevlucht genomen tot een<br />

kleine leening, van maar anderhalf<br />

milllard. maar waaraan het land<br />

plezier zal beleven. Inderdaad er wordt<br />

daardoor aan een groot aantal inwoners<br />

kans geboden om millionair te<br />

worden<br />

r k I H i t I e r<br />

Verklaren zich bijgevolg bereid op<br />

om het even welk oogenblik den<br />

eeuwigen vrede in Europa te verzekeren<br />

door het onderteekenen van nietaanvalsverdragen.<br />

De regcering van het Beich en het<br />

Duitsche volk willen de verwezenlijking<br />

van deze rechtmatige cisclien der Duitsche<br />

natie langs den weg van onderhandelingen<br />

en door traktaten.<br />

Een groots inspanning :s gedaan geworden<br />

om de werkloosheid te bekampen.<br />

Op dit gebied heeft zij merkwaardige<br />

resultaten bereikt, /-an een<br />

aanzienlijk aantal werkloozen weiden<br />

de steungelden onttrokken, zoodat het<br />

aantal werkloozen ten laste van de<br />

verzekeringskassen in belangrijke mate<br />

is gedaald en we eindelijk me' bevredigende<br />

cijfers kunnen uitpakken.<br />

De regeering heeft ook een schuchtere<br />

poging gedaan in den zin van de<br />

bekamping der overdreven inteliektualiteit.<br />

Hitier heeft reeds vastgesteld<br />

dat de menschen veel te geleerd worden<br />

en stuurt de universiteitsstudenten<br />

naar arbeidskampen. Onze regeering<br />

is veel doeltreffender te werk gegaan.<br />

Zij wil het kwaad stikken in de<br />

kiem en heeft aan een aantal menschen<br />

den toegang tot de universiteiten<br />

en de andere scholen afgesneden door<br />

de schoolgelden te verhoogen. Dat is<br />

nog het beste middel om het misbruik<br />

van overdaad in zake kuituur tegen te<br />

gaan.<br />

Iedereen zal het den ministers dank<br />

wijten een poging te hebben gedaan<br />

om aldus alle Belgen op haar peil<br />

te brengen.<br />

Verklaart het Duitsche volk zich<br />

akkoord met de politiek van zijn<br />

regcering, zooals zij in dezen oproep<br />

is uiteengezet en is het bereid er zich<br />

bij aan te sluiten?<br />

Teckeiüng van R. Fuzier uit «Le Populaire», Parijs)


10 KOEKOEK<br />

Brieven van Pi erken<br />

Oover Roobijnson Kruzewee en oover slegte tanden<br />

— Ebde da geleeze van diene kleine<br />

van tien jaar die faarwei gezeit eeft<br />

aan de weereltschge plezieren en de<br />

luister van d'eerste koomune om hem<br />

teruoh te trekken in de wlldernesse en<br />

t'ongeloof van de boschgaaze?<br />

— Waar is dat gebeurd, Pier?<br />

— In Sint-Cloud teege Parlis. Als<br />

de nortrettetrekkers gereet stonden<br />

om zijne footegrafle te neemen eeft<br />

hij hem beoeist en zijne zakneusdoek<br />

veur zijn eezigte gehouwden omdat<br />

hü niet goe en wist wafeur een soorte<br />

van giebe dat hil moest opzette aangezien<br />

dater in den boek van Roobijnson<br />

Kruzewee geen een pasaaze en<br />

is die da geval feurziet. De fierloozofiekschgen<br />

eeste koomunekant van<br />

Saint-Oloud eefter hem dan ook bei<br />

bepaalt van de repoorters t'ontfanchen<br />

tusschgen de drooche blaaren<br />

van ziin nagtferbUif.<br />

— Die leugdige eremijt moet aan<br />

de persmenschen waarschiinlilk ontroerende<br />

dingen verteld hebben? 't<br />

Spreekt van zelf dat die menschen in<br />

stilte een traan weggepinkt hebben,<br />

zooals zil dat in den loop van hun<br />

beroepsopleiding hebben geleerd?<br />

— Natuurlelk feural als ze oordeeen<br />

da diene moodernen Roobijnson<br />

zulke fergaande bielken van weereltferagtin?h<br />

aan den dach leedege dat<br />

hij hem aleest de moe te nie en raft<br />

van naar tniew miniesteere en naar<br />

de gouwtdekkinch van den doolar t'infermeeren<br />

en hem fereenoeedeee mee<br />

de preis van de katrienbollen en de<br />

overwinninch van Carnera in zijnen<br />

dachboek op te schgreiven...<br />

— Bn' tslot van deze historie, Pier?<br />

— Da kunde pelzen! Onzen helt is<br />

nataurleik stoetsgeweize naar zijn huis<br />

geleit en eeft op staanden foet een<br />

kontrakt ee teekent voor t'uitgeeve van<br />

zijn erin neringen.<br />

— En nu. denkt gij er ook niet aan<br />

van...?<br />

— ... van mil en weeke ln diepe bespiegelinohen<br />

teruch te trekken op<br />

tsturt agter ons de ure wilde zeggen?<br />

— Ja.<br />

— En mij dan te laaten interfiewen<br />

door de reporter van uldere Koekoek?<br />

— Natuurlijk!<br />

— Tgedast is nog zoo kwaat nie,<br />

feural da de moode van de mieraakels<br />

een beetse van heur niewegeit<br />

bechint te ferlieze door t'ongelukich<br />

feit dat den uitfinder van Boorijn fergeeten<br />

eeft van ziin siesteem te laate<br />

breefeteeren en da den eesten den<br />

besten t.joos teegewoordich geregifaardicht<br />

ist van d'iiliche maacht oo te<br />

bellen en heur lietse te laaten afdraa-<br />

Jen op gevaar af van Jan Boon en de<br />

flaamschge interlekteweelen voor de<br />

zoofeelste maal in de moerseskes te<br />

doen vallen. . Kweete nie of dade der<br />

al op gelet ebt maar iedere keer dat<br />

er hem links of rechs eene van die anterperneurs<br />

in goodeleike meraakels<br />

olaseert ziinder de dokteurs van Zelzaate<br />

seMet bei om de geesteleike kontabieleteit<br />

van den onderneemer naar<br />

te zien! In Etichove wast weeral van<br />

tselfde! Daar ferscheenen nie min of<br />

zeeve dokteurs op tepel- De geneeziinchskunde<br />

moe heur pligt doen.<br />

kwille wel maar de rolle van de dokteurs<br />

bestaat erin van plaasters en<br />

bloezuigers en nie van vragenstrikken<br />

te zette Keieik da de weeteschgaapeleike<br />

meede-verker van Tvolkske teregt<br />

eeft doen opmerken:<br />

De geneesheer is. bij 't geval<br />

Eeneman niet uit te schakelen,<br />

maar hü moet bil zijn taak blijven:<br />

waarnemen ja, de pols betasten.<br />

1a, maar niets meer, tenzij<br />

er van hem door den persoon uitdrukkelijk<br />

verzocht wordt meer te<br />

doen.<br />

De pulst betasten om te zien ofda<br />

de boovekamer in orde is, dade ls teminste<br />

weeteschgap! De pulst en niets<br />

meer! Tis geleik dade zouwt zegge<br />

dade bei der dantiest gaat en dat hü<br />

u ferplicht van u schgoenen uit te sneelen<br />

om den toestand van u boktande<br />

naar te zien!<br />

— ... «tenzil er van hem door den<br />

Dersoon uitdrukkelijk verzocht wordt<br />

meer te doen»...<br />

— Dade ls een andei geval! De laaste<br />

keer da ons Goodelieve mee beuren<br />

slegten tant bei den dantiest eincht en<br />

dat er hi1 eeene regte kant aan en<br />

vont eeft ze zelve ferpligt geweest van<br />

tgedagt op te smeite ofda de oorzaak<br />

van heur kwale soms nie ferborgen en<br />

zat onder heure kaskorsee...


.12<br />

Hij kon dat<br />

Franske was ter school gekomen,<br />

Tien minuten wel te laat.<br />

Meester had hem beetgenomen<br />

En hü zei hem : « Kameraad,<br />

Dit is nu in veertien dagen<br />

Zeker.al den vierden keer,<br />

Dat ge later op komt dagen.<br />

Het gebeurt nu vast niet meer,<br />

Of ik zal u duchtig straffen<br />

Franske beefde als een riet<br />

En door 's meesters barsche blaffen<br />

Vloeiden traantjes als een vliet.<br />

« Meester, zei hij toen al huilend,<br />

Voor zoover hij 't nog vermocht,<br />

'k Kon er niet aan doen. » En pruilend .<br />

« Moeke heeft een broer gekocht! »<br />

— « O, sprak meester, beste jongen,<br />

Dat is dan een groot verschil.<br />

Dan was uw verzuim gedwongen,<br />

Waarlijk buiten uwen wil<br />

'k Zal op u niet boos meer wezen,<br />

Veeg gerust uw traantjes af.<br />

_ _ _ _ _ KOEKOEK _ _<br />

Berijmde schelmerijen (94)<br />

niet weten !<br />

Uwe onschuld is bewezen<br />

'k Geef u niet de minste straf »«<br />

En om 't ventje te kalmeeren,<br />

Voegde hij er nog aan toe :<br />

« Ziet ge 't lieve broertje geeren,<br />

Dat gekocht werd door uw moe ? »<br />

Franske veegde rap zijn wangen<br />

En hij juichte : « Ja, Mijnheer ».<br />

— « Heeft uw moeke heur verlangen ? »<br />

Vroeg de brave meester weer.<br />

— « Zeker, meester, zei de jongen,<br />

Moeder houdt van meisjes niet;<br />

Z' hebben veel te lange tongen<br />

En ze brengen maar verdriet ».<br />

— «En was vader ook tevreden ? »<br />

Klonk daarna de laatste vraag.<br />

't Antwoord dat kwam aangetreden,<br />

Ligt Mijnheer nog op de maag.<br />

— « Dat kan vader toch niet weten,<br />

Meester en uw vraag is mis,<br />

Daar hij, — zijt ge dat vergeten ?. —<br />

Reeds twee jaar in Kongo is ! »<br />

De authentieke redevoering van den heer<br />

Wa uwermans, katholiek en Brusselaar, in<br />

het debat over de taal in gerechtszaken<br />

•r<br />

! We zijn ln de gelegenheid hier de<br />

rede af te drukken die M. Wauwermans<br />

de vorige week in de Kamer uitsprak<br />

in het debat over de taairegeling<br />

ln het gerecht. Ons kinderblad «Vooruit»<br />

heeft daar slechts eenige regels<br />

van weergegeven. Vooruit weet niet<br />

wat lachen is!<br />

Ziehier de rede:<br />

« Mevrouw, Mijne heeren,<br />

Het gerecht is het gerecht. Wat<br />

vraagt het Eerecht? Recht! En wat is<br />

het recht? Die vraag ls gemakkelijk te<br />

beantwoorden Het recht moet echter<br />

gepaard gaan met de vrijheid. De vrijheid,<br />

mijne heeren, is de vrijheid. Dat<br />

zal niemand durven tegenspreken. Het<br />

gerecht zonder de vrijheid ls geen<br />

recht, en de vrijheid zonder recht is<br />

geen vrijheid. Als rr.en de advokaten<br />

van Brussel dwingt Vlaamsch te spreken<br />

dan is dat geen "rilheid. Dwang is<br />

geen vrijheid. Vrijheid kan nooit dwang<br />

zijn. Er zijn veel Vlamingen te Brussel,<br />

maar als men deze menschen<br />

dwingt Vlaming te zijn. dan is dat<br />

dwang en geen vrijheid.<br />

Sommige Vlamingen hebben hier gelegd<br />

dat niet willen in een vreemde<br />

taal opgevoed en berecht zijn. Het<br />

Pransch, mijne heeren, is geen vreemde<br />

taal! Het is een taal van België<br />

en de Belgen zijn geen vreemdelingen<br />

in België, integendeel, in België zrjn<br />

de Belgen in hun eigen land en als er<br />

Pransch gesproken wordt dan is dat<br />

voor alle Belgen een Belgische taal<br />

en geen vreemde taal; laat ons de dooden<br />

niet vergeten die voor België en<br />

voor het recht gesneuveld zijn in België.<br />

Mijne heeren, hoe onbegrijpelijk het<br />

ook moge schjjnen, er zijn Vlamingen<br />

die de eentaligheid van Vlaanderen<br />

eischen. De Fransche eentaligheid? Integendeel!<br />

De Vlaamsche eentaligheid!<br />

DE SCHIL<br />

Een reiziger wierp een bananenschil<br />

op het perron. De kondukteur zag het.<br />

— Dat wil de direkteur niet hebben,<br />

meneer, zei hij.<br />

— Wat.niet, vroeg de reiziger?<br />

— Die schil daar!<br />

— O, goed, antwoordde de reiziger<br />

achteloos. Laat die de schil dan maar<br />

aan den onderdirekteur geven 1<br />

Dat is iets anders. Het een is het een<br />

niet, en het andere ook nieti<br />

Nochtans, het Pransch is een schoone<br />

taal. Wie zegt het tegenovergestelde?<br />

Het Pransch wordt door Fransche<br />

kinderen gesproken van als ze 'twee<br />

jaar oud zijn. En de Vlamingen die<br />

groote jongens zijn, zouden geen<br />

Fransen kunnen spreken. Zijn zij dan<br />

kindsch?<br />

Het Fransch is niet zoo verachtelijk<br />

dat men die taal in den vuilbak mag<br />

gooien. Racjne heeft in het Fransch<br />

geschreven, Kardinaal Mercier .sprak<br />

Fransch, Jeanne d'Arc kende Fransch.<br />

En de Vlamingen zoudfen zich niet<br />

boven deze groote mannen en heilige<br />

vrouwen verheffen?<br />

Neen, mijne heeren, het is niet noodig<br />

het gerecht te vervlaamschen! In<br />

gansch Frankrijk wordt Fransch ge-:<br />

sproken in het gerecht. En het<br />

Fransch gerecht is niet slechter dan<br />

een ander.<br />

En wat mij betreft, ik vraag mij af<br />

hoe er nog menschen zijn die Vlaamsch<br />

verstaan. Dat is wel het beste bewijs<br />

dat er niets moet gewijzigd worden<br />

in het gerecht.»


KOEKOEK'S MOREELE VERTELLINGEN<br />

Dr Pangloss en<br />

De deurwaarders hebben bij u waarschijnHjk<br />

nooit in een geur van heiligheid<br />

gestaan. Bij ons ook niet. En evenmin<br />

bij onzen vriend Dr. Pangloss.<br />

Wij durven zelfs beweren: bij hem<br />

nog minst van al. Niet dat wij ons<br />

hier zouden durven veroorloven den<br />

stand van zijn komptabiliteit aan Koekoek<br />

's openbaar klokzeel te hangen,<br />

maar toch is het geen indiskretie van<br />

onzentwege als wij verklaren dat hij<br />

apeupree bij al onze redakteurs, en bij<br />

deze die het niet zijn eveneens, met<br />

een loopende rekening staat die een<br />

zachtuitgesproken voorliefde voor het<br />

deficitalre vertoont.<br />

Zoodat ge dus dlrekt zult begrijpen<br />

dat de eerste ontmoeting van Dr. Pangloss<br />

met den man der inbeslagneming<br />

reeds lang haar eerste kommunie<br />

gedaan heeft, en het met gemengde<br />

gevoelens is dat onze vriend<br />

iedere verschijning van den deurwaarder<br />

begroet.<br />

Het toeval wil nu dat Pangloss zijn<br />

gebuür juist een mensch is die zijn<br />

brood verdient met dit van zijn medemenschen<br />

te gaan aanslaan. En dat<br />

die gebuur verleden week in alle gemoedsrust<br />

de pijp aan Maarten komt<br />

te geven.<br />

Zooals dat gaat in alle deftige gebuurten,<br />

werd er hier natuurlijk ook<br />

iemand belast om bij al de Inwoners<br />

rond te gaan met een inschrijvingslijst,<br />

teneinde aan den dierbr.ren overledene<br />

(er zijn geen andere dan dierbare), een<br />

kroon te ble-len.<br />

De offerwillige omhaler kwam<br />

natuurlijk ook bij Dr. Pangloss terecht.<br />

— t Is voor een kroon meneer!<br />

Een deurwaarder is ook een moederskind!<br />

— Waarom moet dat altijd een kroon<br />

zijn die men aan de dooden aanbiedt?<br />

vroeg onze vriend, die Juist dikke boeken<br />

had doorbladerd. En waarom b.v.<br />

niet een winterpaletot of een paar<br />

handschoenen, of een doosje poeder<br />

tegen de teeken?<br />

de deurwaarder<br />

En Pangloss maakte zich al gereed<br />

om een vergelijkend en gedokumenteerd<br />

betoog te houden over de begrafenisplechtigheden<br />

bij de Egyptenaren,<br />

de Chineezen, de Kaffers, de Samojeden,<br />

de Sioux, de Tartaren, de Eburonen<br />

en andere Marsbewoners toen de<br />

bereidwillige omhaler, die deze wetenschappelijke<br />

dissertatie als een vorm<br />

van afwijzing opvatte, hem onderbrak:<br />

— Ge weigert dus een laatste plicht<br />

tegenover een uwer broeders in Kristus<br />

te vervullen?...<br />

— Pardon, pardon! sprak Pangloss,<br />

hoeveel moet ik geven?<br />

— O! wij hebben de bijdrage op vijf<br />

frank vastgesteld!<br />

— A la bonheurl antwoordde onze<br />

vriend, terwijl hij tot over zijn elleboog<br />

in zijn zak schoot, kijk, hier hebt<br />

ge er zelfs tien! En laat nu maar twee<br />

deurwaarders begraven!<br />

GARIBALDI<br />

DOORZICHT<br />

— Zoo? Mijnheer Vandenbilt?...<br />

Is er u tets onaangenaams gebeurd?<br />

Over polemiek<br />

Sommige lezers verwijten ons met alles<br />

te lachen. We zijn niet bijtend en<br />

hard genoeg, zeggen zij. Helaas, elke<br />

vogel zingt zooals hij fluit.<br />

Maar om iedereen tevreden stellen,<br />

hebben wij aan de « Volksgazet > gevraagd<br />

een rubriek «Links en Rechts»<br />

te openen in «Koekoek». Ons zus terblad<br />

was zoo gedienstig ons Camille<br />

zelf daarvoor af te staan.<br />

We geven hieronder de eerste kroniek.<br />

Links en<br />

Rechts<br />

STAPELZOT<br />

De «Gazet van Antwerpen» valt de<br />

«Volksgazet» aan.<br />

Die mannen zijn stapelzot. Het weze<br />

hun gezegd.<br />

VARKENS<br />

De «Gazette» gaat voort met de arbeidersklasse<br />

te belasteren. Dat doen<br />

alleen varkens.<br />

HYSTERIEK<br />

«Le Matin» vertelt dat de koöperatieven<br />

den middenstand benadeelen.<br />

Konklusie? Zij ligt voor de hand.<br />

«Le Matin» is hysteriek.<br />

LETTERKUNDE<br />

In de «Nieuwe Rotterdamsche Courant»<br />

schrijft de Brusselsche korrespondent<br />

over meeningsverschillen tusschen<br />

oudere en jongere socialisten.<br />

Die korrespondent is niet alleen een<br />

krankzinnige, hij is ook bovendien een<br />

letterkundige!!<br />

Dat soort moet naar de Vlaamsche<br />

Akademie.<br />

IN DE VLAAMSCHE AKADEMIE<br />

Onze vriend Vermeylen gewezen<br />

voorzitter van de Vlaamsche Akademie,<br />

heeft de kandidatuur van onzen<br />

vriend Hendrik De Man verdedigd,<br />

die tot briefwisselend lid werd aangesteld.<br />

Het werkend lid van de Akademie<br />

Camille Huysmans, zal den nieuwen<br />

kandidaat verwelkomen.<br />

Hartelijk proficiat in ons midden. J<br />

IDIOOT 1<br />

Waarom al dit kabaal rond de Dinaso's?<br />

't Zijn alleen idioten, die zich<br />

met idioten bezig houden.<br />

SMOEL TOE<br />

Een konfrater noemt ons de Monlteur<br />

van 't Hof omdat wij prinses Ma«<br />

rie-José verdedigen.<br />

Wij schrijven matigheldshalve ï<br />

«Smoel toe. Maar als die konfrater het<br />

anders wil, dan stampen wij hem met<br />

zijn kl...oefen in 't Scheld.<br />

KRONIEK VAN SCHURFTIGHEID<br />

De « Standaard » zegt dat het Antwerpsch<br />

kollege op zoek is naar'geld.<br />

Het schurftig schaap krabt zich.<br />

De «Morgenpost» herhaalt die rottigheid.<br />

Wij schrijven dit alles met goed humeur<br />

maar godverdomme, 't moet nu<br />

uit zijn.


14<br />

KOEKOEK<br />

Uit het leven van den Platte<br />

De Platte zat op zijn kamer een uil<br />

te vangen als er plots werd aangeklopt.<br />

— Binnen, riep hij.<br />

In den rechterhoek van de deurlijst<br />

verscheen de kleine, bolle gestalte van<br />

den Stessel.<br />

— Ha, deed de Platte, 't zij-de gij<br />

maar<br />

Men kon het den Stessel aanzien<br />

dat er wat schortte.<br />

— Ge ziet er zoo aardig uit, zei de<br />

Platte vragend. Verstopt?<br />

— Neen, zei de Stessel, maar ik heb<br />

me laten beetnemen.<br />

— Gij stommerik, meesmuilde de<br />

Platte.<br />

— Stel u vóór, zoo vertelde de Stessel,<br />

ik ben thuis. Er wordt gebeld. Politie.<br />

Ik sla wit uit van het verschieten.<br />

Maar de man was heel vriendelijk.<br />

— Is u Meneer Stessel, zegt hij.<br />

— Ja Meneer, zeg ik. Isidoor, om u<br />

te dienen.<br />

— Inderdaad, Isidoor, een schoone<br />

naam.<br />

— Zeker, geef ik toe. Al de groote<br />

mannen heeten Isidoor. Ge hebt Isidoor<br />

Opsomer, Isidoor Teirlinck, Isidoor...<br />

— Maai grj zijt een klein ventje,<br />

zegt de pakkeman, en toch heet ge<br />

Isidoor. Hoe zij-de gij dan aan dden<br />

naam gekomen?<br />

— Heel eenvoudig, antwoord ik.<br />

Mrjn vader was juist naar de club gegaan,<br />

toen mijn moeder beviel. Toen<br />

hij thuis kwam, riep de vroedvrouw<br />

hem tegen, van op de trap:<br />

Meneer, een jonge zoon is u geboren<br />

I<br />

En mrjn vader die het maar niet<br />

wilde gelooven, vroeg vóór hij de kamer<br />

betrad waar mrjn moeder sluimerde<br />

— Is 'm door? En zoo hebben ze<br />

me dan Isidoor gedoopt.<br />

— Eigenlijk kom ik voor wat andere,<br />

zegt de politieagent daarop.<br />

— Tk heb toch niks misdreven?<br />

— Neen, dat niet. Maar hebt gij<br />

geen hond?<br />

— Ja Meneer, een spltsken.<br />

— Zoo, zoo filosofeert de agent. En<br />

betaalde gij daar belastingen voor?<br />

— Neen Meneer, weer ik me. Dat<br />

beestje is nog te jong.<br />

— Zóó, zóó. Mag ik hem misschien<br />

even zien?<br />

— Zeker, zeg ik. En ik roep mijnen<br />

spits. Hij komt afgeloopen en blijft<br />

vóór me staan met vragende blik, kwispelend.<br />

— Een schoon beestje, zegt de politieman,<br />

streelend. Ge weet, lk heb<br />

altijd een zwak gehad voor dat beestje.<br />

Dat kompliment trof me zóó, dat lk<br />

op slag zeg:<br />

— Ja, Meneer de agent, een schoon<br />

beestje. Maar ge moest zijn jongskens<br />

eens zien, die zijn nog veel schooner.<br />

En ik hing.<br />

— Stessel, zei de Platte op den toon<br />

van een rechter die een misdadiger de<br />

les spelt, als ge met een agent te doen<br />

hebt, is het altijd het voorzichtigst dat<br />

ge uw klep toehoudt.<br />

— Ja, zuchtte Isidoor, maar praten<br />

is ook een zwak van me. Enfin, het<br />

is me een les geweest.<br />

— En komt ge me daar voor storen?<br />

— Neen, zei de Stessel ik krijg familie<br />

over uit Amerika.<br />

— President Roosevelt?<br />

— Neen, een oom van me. Die is<br />

voor dertig jaar uit Holland vertrokken<br />

naar Amerika en hij komt nu een<br />

toertje maken in Europa. Maar ik kan<br />

dezen namiddag met hem niet mee.<br />

zoudt gij de honneurs willen waarnemen?<br />

De Platte had er ïiks op tegen, op<br />

voorwaarde dat Isidoor hem wat zakgeld<br />

verschafte.<br />

Ze gingen daarop samen naar het<br />

station, oompje afhalen. De man ontscheepte<br />

— hü was namelük over Le<br />

Havre naar Europa gekomen, — Isidoor<br />

stelde den Platte vóór als een van<br />

de beste gidsen voor toeristen en daarmede<br />

gingen oom en de Platte op weg.<br />

Per taxi, natuurlijk.<br />

De Platte fantaseerde zoo maar wat.<br />

Het leek hem of de veramerikaanschte<br />

Hollander maar half naar zün uitleg<br />

luisterde. Af en toe gewaardigde<br />

hij zich eVen aanmoedigend te knikken.<br />

— Hier is het stadhuis, zei de Plat-<br />

! te, zoo onder meer.<br />

— Wat doen ze daar?<br />

— Trouwen, zei de Platte. En hier,<br />

pochte onze vriend, zich naar het<br />

ONDER JOCKEYS<br />

— Wat scheelt uw paard toch, om<br />

vandaag alle rennen te winnen?...<br />

— Ja, ouwe!... gisteravond heeft hü<br />

per ongeluk den hazewind van den baas<br />

opgegeten...<br />

beeld van Brabo keerend, hier staat de<br />

held van onze vrijheid.<br />

— Was dat een naaktlooper?<br />

— Neen, zei de Platte, maar het is<br />

hier de gewoonte als men wat te doen<br />

heeft, dat men zyn jas uitspeelt. Dat<br />

werkt gemakkelüker.<br />

— Maar die heeft zelfs zijn hemd uitgedaan?<br />

— Natuurlijk, loog de Platte. Maar<br />

die had dan ook nogal een karwei bol<br />

te werken! Ziet ge niet dat hü een<br />

hand in zün eigen hand heeft? Wel,<br />

de man heeft justement een reus verslagen.<br />

— Was dat een pancrace-match?<br />

— Dat denk ik niet. zei de Platte,<br />

voor zoover ze mü verteld hebben<br />

kwam de reus Antigoon op Brabo afstormen.<br />

Brabo bukte zich op het gepast<br />

oogenblik en schepte den reus.<br />

Antigoon vloog op den grond, Brabo<br />

haalde het mes van tusschen zün tanden...<br />

— Van tusschen zijn tanden?<br />

— Ha, natuurlük zei de Platte, hij<br />

vocht immers in zijnen blooten flikker,<br />

hij kon dus geen mes uit zünen zak<br />

halen. En met één vil hieuw hü de<br />

hand van Antigoon af, nadat hij hem<br />

eerst prcperkens gekeeld had.<br />

— Formidabel, zei de oom van Isidoor.<br />

— Ja, ja, bofte de Platte, daar zitten<br />

nog sterke mannen in de stad zulle.<br />

We heben hier eens een beenhouwersgast<br />

gehad die met een leeuw<br />

heeft gevochten.<br />

— „ Potvernonde, zei de Amerikaan<br />

in het Engelsen-Hollandsen, dat was<br />

me een kerel.<br />

— Ja, zei de Platte, maar die zijn<br />

vrouw was nog sterker.<br />

— Hoezoo?<br />

— Wel als hij thuiskwam kreeg hü<br />

een rammeling van zün wüf. En die<br />

kon onze beenhouwersga&t niet baas.<br />

Al pratend en al rydend kwamen<br />

ze bü Stuyvenberggasthuis.<br />

— Wat is dat? vroeg de vreemdeling.<br />

— Eén van de grootste gebouwen<br />

van de stad, roemde de Platte.<br />

De Hollander haalde smalend de<br />

schouders op.<br />

— Zoo hebben wij er wel twintig in<br />

New-York, zei de man.<br />

— Twintig? verwonderde zich de<br />

Platte.<br />

— Ja en nog veel grooter!<br />

Toen sprak de Platte, fluisterend en<br />

vertrouwelijk:<br />

— Man, zei hü, laat me u een goeden<br />

raad geven.<br />

— En dat is...<br />

— Zeg nooit hardop wat ge me daar<br />

komt te vertellen.<br />

— Waarom niet?<br />

— Wel, zei de Platte, omdat het<br />

gebouw dat ik u daar heb getoond,<br />

een zothuis is.


KOEKOEK<br />

V e r t e l l i n g e n v a n J o h n T a y l o r<br />

WANNEER MEN DAMES ACHTERVOLGT<br />

(ne Vervolg)<br />

Mr. Crioket glimlachte even en overlas<br />

het epistel een tweede maal: «Hum,<br />

hum... mompelde hij nadenkend, de<br />

oogen half dichtgeknepen, terwijl hij,<br />

rookwolkjes uitblazend, zijn hoofd<br />

achterover in den zetel drukte. «Nelly<br />

Barymore... Wiè of wat zou deze<br />

Nelly Barymore wel kunnen zijn?» stelde<br />

Mr. Cricket zich zelf tot vraag.<br />

We zullen vóór alles beginnen met<br />

te veronderstellen dat zij een vrouw is.<br />

Vervolgens, dat deze vrouw een getrouwde<br />

dame is, of een dame, die een<br />

vrlj-huwelijk sloot, óf mogelijk ook geheel<br />

onafhankelijk staat, en het leven<br />

als een tennis-terrein beschouwt,<br />

waarop de mannen de plaats innemen<br />

van de kaatsballen Of is het misschien<br />

een vurige amazone, die graag<br />

van renpaard verwisseld?... Dit vraagstuk<br />

schijnt me niet onaanlokkelijk om<br />

op te lossen, dacht Mr. Cricket, terwijl<br />

hij zijn heerlijke kopje thee slurpte<br />

en een tweede Murrati-sigaret opstak...<br />

Te vier uur, morgen of overmorgen,<br />

in Trafalgar-Lunchroom.<br />

Hij nam zijn notaboekje, doorbladerde<br />

het tot waar hij de twee door Nelly<br />

Barymore vastgestelde datums onder<br />

het oog kreeg, om te zien welke van<br />

de twee hem, rekening houdend met<br />

zijn werkzaamheden, het best zouden<br />

passen.<br />

De geschikste dag zal morgen zijn,<br />

zei hij. Dus zal ik voor dit offensief<br />

de noodige defensieve voorzorgen<br />

nemen, want bij dergelijke kombinaties<br />

mag men niet van gisteren zijn. Indien<br />

men iets aanpakt, moet men het flink<br />

doen, meende hij. Men mag bij soortgelijke<br />

gebeurtenissen wel een August<br />

de domme, pour besoin de la cause,<br />

schijnen, maar dit moet steeds voor<br />

gevolg hebben, dat de tegenpartij, die<br />

zich voor veel slimmer hield dan gij,<br />

er triomfantelijk verslagen uitkomt.<br />

Nu moet ik zeggen dat mijn vriend<br />

Cricket wel meer van die cliché-slagwoorden<br />

op zijn repertoire heeft, wijl<br />

ik persoonlijk hem niet als zoo heldhaftig<br />

of bijzonder uitgeslapen beschouw.<br />

Ik wil daarom niet van mezelf<br />

getuigen, dat ik een uitgeslapener, plus<br />

verstandiger exemplaar ben dan hij.<br />

Volstrekt niet, ik wil me niet voor<br />

meer beteekenend uitgeven dan ik ben.<br />

Maar evenmin wil ik mijn vriend, die<br />

me zeer sympathiek is, overschatten.<br />

Aldus, zoo veronderstel ik althans, bewijs<br />

ik ons beiden een goeden dienst.<br />

We gaan nu verder zien in hoe ver<br />

hij de kwaliteiten van zijn slagwoorden<br />

in praktijk brengt.<br />

Nog zat hij maar steeds de uit zijn<br />

sigaret getrokken rookwolkjes in de<br />

richting van het plafond te blazen, en<br />

met een glimlach op zijn Holmes­<br />

gelaat, sprak hij langzaam, elk woord<br />

betonend: «Dat wordt een niet alledaagsch<br />

gevalletje... Daaraan is, naar<br />

mijn beschouwing, een... geheimzinnige<br />

knoop verbonden. Hoofdzaak is nu<br />

te weten, waar die knoop gebonden<br />

ligt... Hem losmaken wordt dan bijzaak.<br />

Allereerst moet ik op verkenning<br />

uitgaan, poolshoogte nemen; iets<br />

wat morgen zal gebeuren, dan zal ik<br />

meteen weten, waar de knoop zich bevindt<br />

en op hoeveel tijd ik hem zal<br />

losmaken... Vriend, noch kennis, noch<br />

kollega zal ik over dit zaakje iets reppen,<br />

dan wanneer het heelemaal netjes<br />

zijn verloop heeft gehad. Wat het<br />

worden zal, moet ik afwachten, maar<br />

vóór alles wil ik zorgen, dat mijn dierbare<br />

nachtrust er niets bij verliest,<br />

dacht Mr. Cricket.<br />

Toen richtte hij zich op, bekeek als<br />

lederen avond het portret van zijn<br />

overleden moeder, zei haar zacht en<br />

vriendelijk goeden nacht, en begaf zich<br />

naar zijn slaapkamer.<br />

Des anderendaags, in den voor- en<br />

ook nog in een deel van den namiddag,<br />

volbracht hij zijn dagtaak. De tijd<br />

vloog snel.<br />

Een drietal minuten vóór vier uur<br />

stapte hij de Trafalgar-Lunchroom<br />

binnen, en richtte zich recht naar een<br />

gezellig hoekje, waar hij plaats nam.<br />

De dame in kwestie, Nelly Barymore,<br />

in een zeer keurig en smaakvol toiletje,<br />

was er reeds aanwezig, maar Cricket<br />

had haar niet opgemerkt. Zij stond<br />

van haar plaats op, nadat zij den bediende<br />

had verzocht de bestelde thee en<br />

gebakjes aan de overzijde op te dienen,<br />

en ging naar Mr. Cricket, die haar<br />

zeer hoffelijk begroetend zich aan haar<br />

voorstelde en haar verzocht aan tafel<br />

EEN PROBLEEM<br />

— Wat zou ik. nu ik van den dokter<br />

geen vleesch maer eten in dit geval het<br />

beste kunnen doen?<br />

(Marius).<br />

15<br />

tegenover hem te willen plaats nemen,<br />

iets waaraan zij naturlijk met bijzondere<br />

vreugde voldeed.<br />

Toen ze tegenover hem zat, zei ze<br />

lieftallig: «Mister Cricket, ik dank u<br />

zeer, dat u aan mijn verzoek hebt willen<br />

voldoen, hierdoor hebt u het bewijs<br />

gegeven, dat u overtuigd was niet<br />

met een ordinair of brutaal sujet te<br />

doen te hebben.<br />

En terwijl zij een moment sprakeloos<br />

bleef, bekeek zij hem met haar werkelijk<br />

mooie oogen in de zijne, die hij<br />

met onderzoekenden blik eveneens aanstaarde<br />

zonder nog direkt antwoord te<br />

'geven.<br />

— Wat hebt u wel van mij gedacht?,<br />

vroeg ze hem verleidelijk aankijkend.<br />

Dacht u aanvankelijk niet dat het wel<br />

een schrijven van een avonturierster<br />

kon zijn?... Mag ik weten welke indruk<br />

dit briefje op u maakte?...<br />

— Welzeker, antwoordde hij op ietwat<br />

zakelijken toon. Mijn indruk was<br />

eenvoudig, dat u het verlangen koesterde<br />

me van nabij te leeren kennen,<br />

om te zien in hoever ik wel op uw<br />

betreurden vriend kon gelijken, en of<br />

mijn stemklank, spraak, houding,<br />

manieren, karakter, haarkleur en wat<br />

dies meer, nauw met dezen van hem<br />

verwant zijn. Is het niet zoo?<br />

— Ja, antwoordde zij, zoo is het.<br />

— Dus, vervolgde Cricket, misses<br />

Barymore, hier hebt u me. Oordeel<br />

nu maar onbevangen in hoever ik op<br />

den door u bedoelden persoon gelijk.<br />

— Zij bezag hem weer een oogenblik<br />

zeer aandachtig en zei:<br />

— De klank van uw stem is anders,<br />

ik zou haast zeggen nog sympathieker.<br />

— Ha, zoo, hum, onderbrak hij ras<br />

met een kuchje.<br />

— De kleur van uw haar is lichter,<br />

meende zij, en uw wimpers zijn beduidend<br />

langer. Een snor hebt u echter<br />

niet. Hij droeg er en zeer kleintje.<br />

De uitdrukking van uw oogen daarentegen<br />

heeft beslist een zeer nauwe<br />

overeenkomst. Wat uw karakter betreft...<br />

Hier brak zij glimlachend den zin af.<br />

Maar hij vervolgde dadelijk:<br />

— Ja, ik begrijp, daar kunt u zich<br />

niet precies over uitspreken, omdat<br />

de hoedanigheid daarvan niet aan den<br />

buitenkant zit Dan heb ik ook nog<br />

een hart. dat evenmin zichtbaar is, en<br />

mogelijk van grooter of kleiner formaat<br />

is dan dit van uw overleden vriend.<br />

— Maar misschien even goedhartig,<br />

voegde zei er schalks aan toe.<br />

Hij antwoordde<br />

— Dat is nog te onderzoeken. Iets<br />

wat ik zelf nog niet heb gedaan.<br />

— Ken uzelve, zei Smiles, een onze*<br />

degelijke schrijvers. In het kennen van<br />

u zelve ligt de redding!<br />

(Wordt vervolgd)


16 ,, . KOEKOEK '<br />

Humor van anderen<br />

MM§ «OTA DEK KEDAKTIE. — We nemen geen verantwoordelijkheid op voor wat wij zeli schrij BHH<br />

ven, dus nog minder voor de karikaturen van deze bladzijde. Het feit dat wij deze teekenin- WÊ<br />

I gen overnemen, van vriend en tegenstrever, bewijs' niet dat wij het niet de strekking eens zijn<br />

— Waarom gaf je dezen agent een<br />

va'.schen naam en adres cp?<br />

— Ik was zóó in de war bij de gedachte<br />

aan een mogelijke aanhouding.<br />

o&) ik me zelf niet meer kende.<br />

(Dublin Opinionk'<br />

VEESMOKKELAAR : 'k Zou me<br />

maar niet laten stoppen, doeanier,<br />

ciie kce is gevaarlijk ziek, ik ben juist<br />

op weg naar den veearts.<br />

(Dublin Opinion)<br />

OP MANCEUVEBS<br />

— Eh... generaal, mag mrjn Jongen<br />

soldaatje met ü spelen?<br />

(Dublin Opinion).<br />

0<br />

DRINGEND<br />

— DDKter, kunt U mij ©ogenblikkelijk<br />

van mijn verkoudheid genezen?<br />

Ik heb mijn zakdcek vergeten!!<br />

(Dublin Opinion).<br />

-- Wat voor verschil is er tusschen<br />

een biefstuk van twintig en een van<br />

dertig cent?<br />

— Voor dertig cent krijgt U een stuk<br />

dat beter snijdt... (.Marius).<br />

BlUf nu asjeblieft even buiten staan,<br />

terwijl ik je kooi schoonveeg!<br />

(Dublin Opinion).<br />

UIT HET HOOFD<br />

— Hoe kwaamt ge aan het idee voor<br />

nat schilderstuk?<br />

— Zoo maar, uit mijn hoofd.<br />

— Dan zult ge wel zeer blij zijn,<br />

dat gij het kwijt zijt!<br />

BEKLAAGDE : Ik wou mijn zorgen<br />

verdrinken,, edelachtbare, en mijn<br />

grootste zorg was. juist, dat ik het<br />

niet betalen kon!<br />

BEKENTENIS<br />

— Arme man... zeker aangevallen<br />

«i uitgeplunderd, hè?<br />

— Nee!... ik wilde me ophangen...<br />

maar het touw brak... en toen ben<br />

ik op m'n gezicht gevallen...<br />

(Marius),<br />

— Mijn d:kter heeft me ieder soort<br />

wijn, sieike drank fn tabak verboden...<br />

Het eenigste wat er voor me op<br />

'zit is... van dokter te veranderen.<br />

(Dublin Opin.),<br />

— Is het geen opluchting, om in<br />

de pauze even de frissehe lucht in te<br />

gaan? (Life).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!