40 jaar CGSU - Federale politie
40 jaar CGSU - Federale politie
40 jaar CGSU - Federale politie
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Federale</strong> Politie PERSMEDEDELING<br />
Commissariaat – generaal Datum: 22 maart 2012<br />
Persdienst Nr: 053-2012<br />
Speciale eenheden leveren al<br />
<strong>40</strong> <strong>jaar</strong> onbaatzuchtig en doeltreffend werk<br />
BRUSSEL, 22/03/2012.– De Speciale eenheden van de federale <strong>politie</strong> (<strong>CGSU</strong>) vieren dit <strong>jaar</strong><br />
hun <strong>40</strong>-jarig bestaan. ‘De belangrijkste evolutie is de integratie van de verschillende diensten<br />
- interventie, observatie, technische eenheid, POSA, undercoverteam en DVI - tot 1 geheel:<br />
<strong>CGSU</strong>. Op die manier kunnen we de meest delicate situaties zoals gijzelingen of<br />
ontvoeringen tot een goed einde brengen.’ vertelt hoofdcommissaris Eric Liévin, directeur<br />
van de Speciale eenheden sinds 1988.<br />
De Speciale eenheden vormen een performante directie die, onder de verantwoordelijkheid<br />
van de bevoegde gerechtelijke, bestuurlijke en <strong>politie</strong>ke overheden zowel een diverse als een<br />
gespecialiseerde ondersteuning biedt aan de diensten van de geïntegreerde <strong>politie</strong> en andere<br />
openbare diensten. De steun die de Speciale eenheden bieden betreft vooral het beheer van<br />
crisissituaties, de ondersteuning van gerechtelijke onderzoeken door bijzondere vormen van<br />
informatie-inwinning en de arrestatie van gevaarlijke verdachten, het uitvoeren van<br />
beschermingsopdrachten en het meewerken aan de identificatie van menselijke resten.<br />
Historiek: van Diane tot <strong>CGSU</strong><br />
In 1972, na de gijzeling van Israëlische atleten tijdens de Olympische Spelen van München<br />
gaf de toenmalige regering aan de Commandant van de Rijkswacht het bevel een eenheid<br />
op te richten in de strijd tegen terrorisme. Dit bevel leidde tot het ontstaan van de groep<br />
Diane.<br />
In 1974 kreeg de eenheid een tweedelige structuur: enerzijds werd er een interventieeenheid<br />
opgericht, anderzijds een onderdeel dat zich bezighield met de bescherming en<br />
beveiliging van gevoelige lokaties.<br />
Een paar <strong>jaar</strong> later ontwikkelde de groep de eerste observatie- en achtervolgingstechnieken<br />
naar aanleiding van de stijgende criminaliteit en ontvoeringen. De dienst kreeg toen de<br />
naam “Speciaal Interventie Eskadron” (SIE).<br />
In de jaren ’80 steeg het aantal steunaanvragen enorm. De Speciale eenheden konden<br />
nauwelijks voldoen aan alle aanvragen. Daarom werden in 1984 de gedecentraliseerde<br />
pelotons voor “Protectie, Observatie, Steun en Arrestatie (POSA)” opgericht in Antwerpen,<br />
Brussel, Charleroi, Gent en Luik.<br />
Bij het begin van zijn opdracht in 1988 kreeg Eric Liévin als commandant van het SIE de<br />
vraag om de machten van de Speciale eenheden van de Rijkswacht te centraliseren.<br />
Het “Disaster Victim Identification Team” (DVI) en het “Under Cover Team” (UCT) werden in<br />
1992 en 1993 ondergebracht in de structuur van het Speciaal Interventie Eskadron. Daarmee<br />
kreeg het SIE een vooraanstaande rol op het gebied van bijstand en ondersteuning aan de<br />
Belgische justitie en <strong>politie</strong>diensten.<br />
Fritz Toussaintstraat 8 – 1050 Brussel – T 02 642 65 05 – F 02 642 65 04 – E-mail: pers<strong>politie</strong>@brutele.be<br />
Website:http://www.federale<strong>politie</strong>.be
Door de <strong>politie</strong>hervorming van de Belgische <strong>politie</strong>diensten in 2000 vielen de Speciale<br />
eenheden onder de Algemene directie van de ondersteuning en het beheer van de federale<br />
<strong>politie</strong> en werden ze omgedoopt tot “Direction Special Units (DSU)”. De'Bijzondere brigade<br />
belast met de beteugeling van de zware criminaliteit' (BNB), ook gekend als de 23e Brigade,<br />
die in 1988 bij de ‘Gerechtelijke Politie bij de Parketten’ was opgericht, werd tijdens deze<br />
hervorming ook opgenomen binnen DSU.<br />
Door de hervorming van de federale <strong>politie</strong> in 2007 (van 5 algemene directies naar 3)<br />
werden de Speciale eenheden geïntegreerd in de zuil van het commissariaat-generaal. Zij<br />
heten sindsdien “<strong>CGSU</strong>” of “Commissariaat Generaal Special Units” en hangen dus<br />
rechstreeks af van de commissaris-generaal.<br />
Selectie en opleiding<br />
De dienst van de Speciale eenheden bestaat anno 2012 uit 512 leden: 450 <strong>politie</strong>ambtenaren<br />
en 62 burgers.<br />
De evolutie en de toename van de criminaliteit maakt dat de leden van de Speciale<br />
eenheden zeer specifieke technieken en tactieken moeten aanleren. De oprichting van de Cel<br />
Vorming in 1992 was dan ook een noodzaak. Sindsdien is de cel verantwoordelijk voor de<br />
selectie en de vorming van alle personeelsleden van de speciale eenheden. Alle<br />
<strong>politie</strong>ambtenaren van de Speciale eenheden worden uit andere bestaande diensten van de<br />
geïntegreerde <strong>politie</strong> aangeworven.<br />
Naargelang het gewenste profiel werden specifieke testbatterijen ontwikkeld met<br />
verschillende intensiteit en duur waarbij verschillende vaardigheden getest worden. Wanneer<br />
de kandidaat deze selectiefase doorstaat, krijgt hij/zij een opleiding die enkele weken tot 9<br />
maanden kan duren.<br />
Naast bovenstaande ‘basisopleiding’ krijgen de leden van de Speciale eenheden ook<br />
voortgezette opleidingen om telkens up-to-date te blijven met de laatste technieken en<br />
tactieken.<br />
Verschillende specialisaties<br />
Binnen <strong>CGSU</strong> zijn er verschillende diensten werkzaam. Deze werken vaak met elkaar samen,<br />
ook al hebben ze elk hun specifieke kerntaken.<br />
1. Interventie<br />
Bepaalde opdrachten zoals tussenkomsten tegen verschanste personen, gijzelingen,<br />
ontvoeringen of afpersingen maken deel uit van de kerntaken van deze dienst. Daarnaast<br />
zijn er ook andere taken zoals complexe arrestaties op de openbare weg, versterkte<br />
huiszoeking, het overbrengen van gevaarlijke gevangenen of de bescherming van<br />
prominenten.<br />
Om deze opdrachten tot een goed einde te brengen worden er aanvullende opleidingen<br />
voorzien, beschikt men over een ruim gamma aan bijzondere middelen (vb speciale<br />
bewapening voor scherpschutters, explosieven en aanvalshonden) en wordt er getraind in<br />
moeilijke omstandigheden en omgevingen. Er is ook een nauwe samenwerking met<br />
antiterrorisme-eenheden uit de buurlanden.<br />
2. Observatie<br />
Deze dienst werd opgericht om de dienst Interventie te ondersteunen en te versterken. De<br />
initiële opdrachten waren vooral discrete achtervolgingen en VIP-bescherming. De centrale<br />
dienst gevestigd in Brussel speelt ook een belangrijke rol in informatievergaring bij<br />
terrorisme en crisissituaties.<br />
Fritz Toussaintstraat 8 – 1050 Brussel – T 02 642 65 05 – F 02 642 65 04 – E-mail: pers<strong>politie</strong>@brutele.be<br />
Website:http://www.federale<strong>politie</strong>.be
Specialiteiten van de dienst Observatie zijn:<br />
• De cel ‘Onderhandelaars’: deze worden ingezet bij het beheer van crisissituaties zoals<br />
gijzelingen, afpersingen en ontvoeringen<br />
• Motorrijders: handig om zich snel te verplaatsen in grote steden<br />
• Tracking: gebruiken van technische lokalisatiemiddelen ter ondersteuning van de<br />
observatie<br />
• Camouflage: een statische observatie via camouflage zo onopgemerkt mogelijk laten<br />
verlopen<br />
• Technische steun: plaatsen van specifieke technische middelen zoals camera’s, en dit<br />
rechtstreeks ter ondersteuning van de uitvoering van de observatie<br />
3. Honden<br />
Honden worden sinds 1984 binnen de Speciale eenheden gebruikt op verschillende<br />
terreinen. In 2012 zijn er 8 operationele explosievenhonden die explosieven, wapens en<br />
munitie kunnen opsporen. De Speciale eenheden beschikken ook over 2 aanvalshonden die<br />
gevaarlijke personen kunnen neutraliseren.<br />
4. NTSU<br />
In 1996 werd binnen het SIE de “National Technical Support Unit” opgericht. Deze dienst<br />
had als belangrijkst taak de technologische ondersteuning van andere machten van het SIE<br />
en gevoelige gerechtelijke dossiers te verzekeren.<br />
Door de verregaande specialisatie ondersteunt deze dienst op effectieve wijze de<br />
gerechtelijke pijler door onder andere het onderscheppen van communicatie, het uitvoeren<br />
van lokalisaties en discrete vormen van zichtname.<br />
Anno 2012 is de primaire opdracht van NTSU het op discrete wijze plaatsen van technische<br />
middelen. Daarnaast is het ook verantwoordelijk voor het gecentraliseerde beheer van<br />
gegevens die door deze middelen verzameld worden om ze zo toegankelijk mogelijk te<br />
maken voor de onderzoeksdiensten. NTSU is ook belast met de opvolging van de<br />
technologische vooruitgang en de technologische integratie in de opdrachten van <strong>CGSU</strong>.<br />
Het NTSU is georganiseerd in drie pijlers:<br />
• ‘Technische en Tactische Plaatsingen’: discrete en geheime plaatsing van technische<br />
middelen<br />
• ‘R&D/Operationele Ondersteuning’: onder andere IT-ondersteuning, camouflage van<br />
technische middelen,…<br />
• ‘Databeheer’: verzamelen en herverdelen van verzamelde technische gegevens<br />
5. UCT<br />
Het Undercoverteam bestaat uit een veertigtal leden die hoofdzakelijk worden ingezet in de<br />
strijd tegen de zware en georganiseerde criminaliteit.<br />
Door de toename en permanente aanpassing van de strategieën van de criminelen moet het<br />
UCT, net als de andere diensten van <strong>CGSU</strong>, zijn technieken en tactieken voortdurend<br />
aanpassen.<br />
Ook de internationalisering van de georganiseerde criminaliteit springt in het oog. Daarom is<br />
een goede samenwerking met buitenlandse undercoverteams noodzakelijk.<br />
Binnen het UCT is het “Relocation and Protection Team” opgenomen. Deze dienst is belast<br />
met de uitvoering van de bijzondere beschermingsmaatregelen voor bedreigde getuigen.<br />
Fritz Toussaintstraat 8 – 1050 Brussel – T 02 642 65 05 – F 02 642 65 04 – E-mail: pers<strong>politie</strong>@brutele.be<br />
Website:http://www.federale<strong>politie</strong>.be
6. DVI<br />
Het “Disaster Victim Identification team” viert dit <strong>jaar</strong> haar 25-jarig bestaan. Het team kwam<br />
voor de eerste maal in actie na de scheepsramp met de Herald of Free Enterprise. Zij hielpen<br />
slachtoffers te identificeren en de stoffelijke resten over te dragen aan hun families. Na de<br />
zaak Dutroux werd een vast team opgericht dat geïntegreerd werd binnen de Speciale<br />
eenheden. Het team bestaat uit 9 vaste leden (7 <strong>politie</strong>ambtenaren en 2 burgers) en 93<br />
pool-leden; dit zijn vrijwillige <strong>politie</strong>ambtenaren en burgers die op crisismomenten vanuit<br />
andere diensten opgeroepen worden om het vaste team aan te vullen en te versterken.<br />
De dienst werkt nauw samen met diverse partners zoals de nationale Cel Vermiste Personen,<br />
wetsdokters, de Dienst hondensteun gespecialiseerd in het zoeken naar menselijke resten,<br />
forensische odontologen,…<br />
Momenteel rukt DVI gemiddeld 170 keer per <strong>jaar</strong> uit voor onder andere “necrosearch”<br />
(opgraven van slachtoffers van moord of doodslag) en identificaties in het kader van<br />
gerechtelijke dossiers of verdwijningen.<br />
7. POSA: pelotons Protectie, Observatie, Steun en Arrestatie<br />
Deze gedecentraliseerde diensten vinden hun oorsprong in de jaren ’80 nadat België<br />
geconfronteerd werd met een golf van terreur zoals de Bende van Nijvel. De POSA-pelotons<br />
moesten door de veelvuldige steunaanvragen bepaalde opdrachten van het SIE overnemen<br />
en zorgden zowel op regionaal als lokaal niveau voor een effectieve reactie op de<br />
georganiseerde criminaliteit.<br />
In 1995 kwamen de POSA’s onder rechtstreeks bevel van de commandant van het SIE te<br />
staan en vervullen sindsdien dezelfde opdrachten als het SIE; met uitzondering van<br />
gijzelingen, ontvoeringen, “fort chabrols” (een gewapend persoon die zich verschanst) en<br />
operaties waarvoor specifieke vaardigheden of materiaal noodzakelijk is.<br />
Er zijn momenteel vier POSA’s in België: Antwerpen, Charleroi, Gent en Luik.<br />
Internationale samenwerking<br />
Sinds hun oprichting in 1972 zijn de Speciale eenheden steeds betrokken geweest bij een<br />
eerlijke en open samenwerking met hun buitenlandse collega's, zowel op Europees als op<br />
internationaal niveau.<br />
Bedoeling is om ervaringen uit te wisselen, samen te werken op technisch en tactisch gebied<br />
en het samenbrengen van middelen en personeel voor zowel oefeningen als operaties.<br />
De aanslagen in de Verenigde Staten (september 2001), Madrid (maart 2004) en Londen<br />
(juli 2005) zorgden voor een meer intense samenwerking tussen de verschillende speciale<br />
eenheden op Europees niveau, en dit door de oprichting van de groep "Atlas". <strong>CGSU</strong> heeft<br />
van 2001 tot 2008 het voorzitterschap van dit Europees samenwerkingsverband voor haar<br />
rekening genomen.<br />
Daarnaast zijn verschillende andere internationale samenwerkingsverbanden (zoals de<br />
‘Crossborder Surveillance Working group’ en de ‘International Specialist Law Enforcement’).<br />
Het motto van de Atlas Group "All together to protect you" vat mooi de wil van <strong>CGSU</strong> samen<br />
om met al haar buitenlandse collega's te werken aan een veilige samenleving.<br />
Kaatje Natens<br />
Woordvoerster<br />
Fritz Toussaintstraat 8 – 1050 Brussel – T 02 642 65 05 – F 02 642 65 04 – E-mail: pers<strong>politie</strong>@brutele.be<br />
Website:http://www.federale<strong>politie</strong>.be