Buitengebied Wouw - Gemeente Roosendaal
Buitengebied Wouw - Gemeente Roosendaal
Buitengebied Wouw - Gemeente Roosendaal
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
estemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Wouw</strong><br />
inzake de externe veiligheid van inrichtingen, transportroutes en buisleidingen, die in een algemeen<br />
toegankelijk centraal register worden opgenomen.<br />
Besluit externe veiligheid inrichtingen<br />
Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) legt veiligheidsnormen op aan bedrijven die een<br />
risico vormen voor personen buiten het bedrijfsterrein. Bijvoorbeeld rondom chemische fabrieken, lpgtankstations<br />
en spoorwegemplacementen waar goederentreinen met gevaarlijke stoffen rangeren.<br />
Deze bedrijven verrichten soms risicovolle activiteiten dichtbij huizen, ziekenhuizen, scholen of<br />
winkels. Het besluit verplicht gemeenten en provincies wettelijk vanaf de inwerkingtreding van het<br />
besluit bij het verlenen van milieuvergunningen en het maken van bestemmingsplannen met externe<br />
veiligheid rekening te houden. Het besluit is – op enkele onderdelen na – op 27 oktober 2004 in<br />
werking getreden.<br />
Het besluit regelt hoe een gemeente of provincie moet omgaan met risico’s voor mensen buiten een<br />
bedrijf als gevolg van de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in een bedrijf. Daartoe legt het besluit<br />
het plaatsgebonden risico 1 vast en geeft het besluit een verantwoordingsplicht voor het groepsrisico.<br />
Een onderdeel van de verantwoordingsplicht heeft betrekking op de hoogte van het groepsrisico 2 .<br />
Daarbij speelt de oriëntatiewaarde voor het groepsrisico een rol.<br />
Voor dit bestemmingsplan zijn de volgende aspecten van externe veiligheid relevant: bedrijven en<br />
inrichtingen (Bevi- en BRZO), buisleidingen, spoorlijnen en (autosnel)wegen. Zie verder hoofdstuk 4.<br />
3.7 Milieu<br />
Om conflictsituaties met functies in de omgeving te voorkomen moet in een bestemmingsplan<br />
aandacht worden besteed aan de diverse milieuaspecten. Voor het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong><br />
zijn daarbij de aspecten geluid, bodem, luchtkwaliteit en geur en bedrijven en milieuzonering van<br />
belang. Weliswaar is voor het merendeel van deze aspecten specifieke wetgeving vastgesteld, toch is<br />
ook sprake van een aanvullende werking ten opzichte van de ruimtelijke ordening. Zo kan het<br />
bestemmingsplan via de bestemmingskeuze aanwijzingen geven richting het milieubeleid. Andersom<br />
kan het milieubeleid richting geven aan de functietoedeling in het bestemmingsplan.<br />
3.7.1 Geluid<br />
De Wet geluidhinder heeft als belangrijkste doel het bestrijden en voorkomen van geluidhinder. Op<br />
grond van de wet zijn verschillende vormen van geluidhinder te onderscheiden. Voor het buitengebied<br />
van <strong>Wouw</strong> is de regelgeving ten aanzien van wegverkeerslawaai, industrielawaai, railverkeerslawaai<br />
en luchtvaartlawaai van belang. Zie verder hoofdstuk 4.<br />
3.7.2 Bodem<br />
De aanwezigheid van bodemverontreiniging kan de uitvoerbaarheid van ruimtelijke ontwikkelingen in<br />
een gebied beïnvloeden en belemmeren. In dit kader is bij ruimtelijke ontwikkelingen c.q.<br />
functiewijzigingen bodemonderzoek noodzakelijk. Omdat het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> een<br />
conserverend bestemmingsplan is, is bodemonderzoek in het kader van de vaststelling van dit plan<br />
niet noodzakelijk. Bij het benutten van de ontwikkelingsmogelijkheden die het plan biedt op<br />
perceelsniveau – bijvoorbeeld bij de uitbreiding van een glastuinbouwbedrijf – kan t.z.t. wel<br />
bodemonderzoek noodzakelijk zijn. Dit doet echter aan de algemene uitvoerbaarheid van het<br />
bestemmingsplan niet af.<br />
1 Plaatsgebonden risico is de berekende kans per jaar dat een persoon overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval bij<br />
een risicobron, aangenomen dat hij op die plaats permanent en onbeschermd verblijft. Het plaatsgebonden risico wordt<br />
gebruikt bij de beslissing of een risicovolle activiteit al of niet op een bepaalde plek mag plaatsvinden en wat in de directe<br />
omgeving ervan mag worden gebouwd.<br />
2 Het groepsrisico geeft de kans aan dat een hele groep personen overlijdt door een ongeval. In het groepsrisico wordt<br />
rekening gehouden met het aantal mensen dat in de buurt van een ongeval aanwezig kan zijn. Voor het groepsrisico geldt<br />
geen harde wettelijke grens, maar een zogenoemde oriënterende waarde. Die geeft aan in hoeverre het groepsrisico<br />
toelaatbaar is in de omgeving van inrichtingen (bedrijven) of langs transportroutes voor gevaarlijke stoffen.<br />
bestemmingsplan "<strong>Buitengebied</strong> <strong>Wouw</strong>" (voorontwerp bestemmingsplan) 29