ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
225<br />
6. dat een deel van de vragen van te voren schriftelijk kan worden beantwoord, waarbij visitatoren kunnen<br />
kiezen op welke zaken zij willen terugkomen, zodat er ter vergadering meer gelegenheid is om<br />
over andere zaken breder door te spreken;<br />
7. dat naar aanleiding van vragen en gegeven antwoorden dieper kan worden doorgesproken en dat het<br />
niet de bedoeling van de vragen is dat men zich beperkt tot een zo kort mogelijk en weinig zeggend<br />
antwoord;<br />
8. dat de bedoeling van het reglement op de kerkvisitatie in de praktijk niet altijd goed wordt begrepen,<br />
al wordt die in de algemene bepalingen wel aangegeven;<br />
van oordeel<br />
1. dat het van groot belang is voor de kerken dat de kerkvisitatie functioneert naar de bedoeling van art.<br />
44 K.O.;<br />
2. dat moet worden bevorderd dat het reglement op de kerkvisitatie wordt gehanteerd zoals het is bedoeld,<br />
n.l. om aan art. 44 K.O. uitvoering te geven;<br />
3. dat niet het reglement op de kerkvisitatie wijziging behoeft maar het gebruik ervan zoals dat soms<br />
plaatsvindt;<br />
besluit<br />
1. de instructie niet te aanvaarden;<br />
2. aan de intentie van de instructie recht te doen door aan de ‘algemene bepalingen’ van het reglement,<br />
lid 7, een korte uitbreiding te geven waardoor nog duidelijker wordt hoe het reglement gezien moet<br />
worden en gebruikt kan worden;<br />
3. de uitbreiding van lid 7 vast te stellen als volgt:<br />
‘Het reglement op de kerkvisitatie is bedoeld als handleiding die de lijn aangeeft waarlangs de kerkvisitatie<br />
dient te verlopen. Het is derhalve niet noodzakelijk dat alle vragen van het reglement bij elke<br />
visitatie met zoveel woorden worden gesteld. Naar aanleiding van de vragen en de daarop gegeven<br />
antwoorden kan dieper worden doorgesproken in het kader van een geestelijk getoonzet gesprek.<br />
De aan de orde te stellen onderwerpen (enz.).’<br />
BIJLAGE 16<br />
Artikel 45, 158, 162, 195<br />
1. Inleiding<br />
Rapport van de deputaten eredienst<br />
J.W. Schoonderwoerd, rapporteur<br />
1.1. De opdrachten van de generale synode 2001<br />
De synode besloot:<br />
1. deputaten opdracht te geven alle zaken die samenhangen met de uitgave van de bundel<br />
Schriftberijmingen te behartigen;<br />
2. deputaten te ontslaan van de opdracht een grote-letter-editie van de bundel Schriftberijmingen te<br />
doen uitgeven;<br />
3. deputaten opdracht te geven contacten te leggen binnen het geheel van de gereformeerde gezindte<br />
om zo mogelijk te komen tot samenwerking en eenstemmigheid wat betreft taal en inhoud van de<br />
liturgische formulieren;<br />
4. deputaten opdracht te geven tot het opstellen van nieuwe formulieren waarin de in het rapport van<br />
deputaten genoemde motieven kunnen samengaan met de theologische inhoud van de bestaande<br />
formulieren, en daarbij voorrang te geven aan het doop- en huwelijksformulier;<br />
5. deputaten opdracht te geven, in samenwerking met het deputaatschap eredienst van de Gereformeerde<br />
Kerken (vrijgemaakt) en zo mogelijk met daartoe geëigende deputaatschappen en/of commissies<br />
binnen het geheel van de gereformeerde gezindte, onderzoek te doen naar de samenhang<br />
tussen de huidige cultuur en de liturgie;<br />
6. deputaten opdracht te geven waar mogelijk samen te werken met het deputaatschap kerkmuziek van<br />
de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt);<br />
7. aangaande artikel 69 van de kerkorde het volgende uit te spreken:<br />
1. in de huidige situatie geen uitbreiding te geven aan het bepaalde in art. 69 K.O.;<br />
2. een deputaatschap voor het kerkelijk lied in te stellen en dit deputaatschap op te dragen:<br />
a. liederen te selecteren waarvan de inhoud in overeenstemming is met de Heilige Schrift en de<br />
gereformeerde belijdenis en tevens de mogelijkheid te onderzoeken of voor een dergelijke<br />
selectie verwezen zou kunnen worden naar een reeds bestaande bundel;<br />
b. onderzoek te doen naar de bereidwilligheid van de kerkenraden om, wanneer een dergelijke<br />
selectie in art. 69 K.O. wordt opgenomen, zich voor de keuze van het lied in de eredienst te<br />
beperken tot het in art. 69 K.O. bepaalde;<br />
c. de resultaten van deze selectie en dit onderzoek te rapporteren aan de generale synode van<br />
<strong>2004</strong>;<br />
3. de kerken te verzoeken liederen die men in de selectie zou willen hebben opgenomen aan deputaten<br />
toe te zenden.<br />
1.2. Samenstelling van het deputaatschap<br />
De generale synode van 2001 benoemde in het nieuw te vormen deputaatschap eredienst de volgende<br />
broeders: J. Van Amstel, C.J. Droger, D. Dunsbergen, J. Groeneveld, J. Groenleer, W. Kok, M. van Ledden