ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
216<br />
Deputaten verwijzen naar deze rapportage omdat die brugfunctie van blijvende betekenis is en zij menen<br />
te kunnen stellen dat die ook steeds belangrijker wordt. De samenleving verruwt en verhardt hoe langer<br />
hoe meer. De inhoud van het christelijk geloof is voor steeds meer mensen onbekend – in december 2003<br />
werd een onderzoek gepubliceerd waarvan de uitkomst onder andere was dat drie op de tien Nederlanders<br />
niet weet op welk heilsfeit de viering van kerstfeest teruggaat. Er wordt over gediscussieerd of en<br />
zo ja welke aandacht in de komende Europese grondwet gegeven moet worden aan de joods-christelijke<br />
wortels van Europa. Daarnaast is er een terugkeer naar het oude heidendom, want de mens is onverbeterlijk<br />
religieus en waar niet in God geloofd wordt doen de goden hun intrede. Tegelijk klinkt er een roep<br />
om het handhaven en weer invoeren van waarden en normen en vinden velen dat het ‘zo niet langer kan’.<br />
Mochten beide bewegingen zich doorzetten, het marginaliseren van het christelijk geloof en de roep<br />
om hernieuwde aandacht voor normen en waarden, dan klemt de vraag welke normen en waarden dat<br />
dan zijn en uit welke bron ze voortkomen. Is er sprake van werkelijk herstel als de inkeer die misschien<br />
merkbaar is in de samenleving gevolg is van het gegeven dat de wal nu eenmaal het schip keert? De<br />
vraag stellen is haar beantwoorden. Vanuit de Schrift weten we dat werkelijke veranderingen alleen tot<br />
stand komen wanneer het hoogmoedige hart dankzij Jezus Christus door de Geest buigt voor God. Dat<br />
is kerkelijke taal en juist, hoewel zij niet de enigen zijn, predikanten werkzaam in de categoriale zielszorg<br />
zetten zich ervoor in deze notie in hun omgeving in verstaanbare taal en herkenbaar gedrag uit te dragen;<br />
ook zij en misschien vooral zij laten omgekeerd aan de kerk weten hoe juist het Evangelie antwoord geeft<br />
in de nood van onze samenleving, Gods wereld. Iemand heeft eens gezegd: De kerk is de enige vrijwilligersorganisatie<br />
die bestaat ter wille van haar niet-leden. Mede door de categoriale zielszorg geeft de<br />
kerk gehoor aan de opdracht van haar Here om de volken tot zijn discipelen te maken.<br />
Om deze redenen hebben deputaten aan het college van hoogleraren aan de TUA opnieuw gevraagd<br />
aandacht te geven aan de categoriale zielszorg in het algemeen en het krijgsmachtpastoraat in het bijzonder.<br />
In zijn brief van 19 mei 2003 deelt het college mee dat zij denken dat gastcolleges, vanwege de<br />
geringe belangstelling van de studenten, weinig zullen uitrichten, maar dat het college zoekt naar andere<br />
mogelijkheden om de categoriale zielszorg onder de aandacht van studenten te brengen.<br />
Deputaten sluiten deze paragraaf af met dezelfde wens als de vorige keer, namelijk ‘dat de kerken het<br />
belang van het categoriale pastoraat blijven inzien, ten behoeve van de missionaire taak van de kerk in de<br />
samenleving en ten behoeve van haar zelf.’<br />
3. Krijgsmachtpredikanten<br />
Ds. M. Dijkstra werkte ook in de afgelopen drie jaar in Neustadt a/d Weinstrasse. Zijn functioneren als<br />
krijgsmachtpredikant is in zoverre afwijkend van wat het predikantschap in de krijgsmacht in het algemeen<br />
inhoudt dat bij hem de nadruk ligt op het voorganger-zijn van de gemeente aldaar. Toch heeft ook<br />
hij, met name in het afgelopen jaar, ervaren dat de politiek het uitzenden van Nederlandse militairen op<br />
vredesmissie belangrijk vindt: tweemaal bezocht hij ‘zijn’ militairen in Afghanistan die in het kader van<br />
ISAF IV waren uitgezonden, eenmaal in oktober en tijdens de kerstdagen. Verder merkt hij dat meer dan<br />
voorheen bezuinigingen en een krimpende organisatie enorme impact hebben op het personeel van de<br />
luchtmacht.<br />
Ds. A.G. van der Heijden is als geestelijk verzorger werkzaam bij de Koninklijke Marechaussee op Schiphol.<br />
Hij doet dit nu drie jaar en in die drie jaar zijn de werkzaamheden langzamerhand fors toegenomen<br />
– ook een teken dat de geestelijke verzorging binnen de krijgsmacht een belangrijke plaats inneemt. Om<br />
een indruk van zijn werk te geven citeren deputaten uit zijn jaarverslag 2003: ‘Naast de dagelijkse bezigheden<br />
van bezoeken aan en persoonlijke gesprekken met allerlei mensen, zijn er in 2003 een aantal bijzondere<br />
projecten geweest: het opstellen van een gedragscode voor en door de Arrestanten Passanten<br />
Wacht, deelname aan een aantal uitzettingsvluchten van Bureau Uitzettingen en Verwijderingen / Immigratie<br />
en Naturalisatie Dienst, en meewerken aan integriteitsdagen die gehouden worden met dienstploegen<br />
van de vier Brigades Vreemdelingenzaken.’ Per 1 februari 2005 hoopt ds. Van der Heijden met leeftijdsontslag<br />
te gaan.<br />
Dr. A.W. Velema bekleedt weer op een heel andere manier zijn functie als geestelijk verzorger binnen de<br />
krijgsmacht: nadat hij een aantal jaren met name werkzaam was op Vormingscentrum ‘Huis te Beukbergen’<br />
werd hij per 22 november 2001 Hoofd Legerpredikanten. Zijn werk bestaat nu vooral in het aansturen<br />
en coachen van zijn collega’s van de Koninklijke Landmacht; hij onderhandelt over overplaatsingen en<br />
uitzendingen, en is lid van het Bestuurscollege Protestantse Geestelijke Verzorging waar onder andere<br />
het beleid ten aanzien van de GV besproken wordt. Hoofd Legerpredikanten is een intensieve, veel vragende<br />
functie, maar ds. Velema verricht, evenals de beide andere krijgsmachtpredikanten, zijn werk met<br />
vreugde.<br />
Zoals in de instructie (bijlage 3 art. 2b) opgedragen, ontmoeten deputaten de krijgsmachtpredikanten<br />
eenmaal per jaar. In die ontmoeting wordt de ene keer met hen gezamenlijk, de andere keer met hen<br />
persoonlijk gesproken aan de hand van het schriftelijke jaarverslag dat zij aan het begin van ieder jaar<br />
indienen. Zij stellen dat op aan de hand van aandachtspunten die deputaten hen aanreiken. Daarnaast<br />
brengen deputaten ook eenmaal per jaar een ‘huisbezoek’, bij voorkeur gecombineerd met een bezoek<br />
op de werkvloer.<br />
Voorheen belegden deputaten van tijd tot tijd een conferentie met de krijgsmachtpredikanten waar ruimte<br />
was om met elkaar dieper door te spreken over een bepaald onderwerp en elkaar beter te leren kennen.<br />
In de afgelopen periode is ook een soortgelijke conferentie belegd, maar nu in samenwerking met de<br />
deputaatschappen van de Geref. Kerk (vrijgem) en de Ned. Geref. Kerken: op 28 februari en 1 maart<br />
confereerden de krijgsmachtpredikanten en de deputaten van de drie kerken rond het thema ‘Ethiek en<br />
geweld’, ingeleid door de heer E. van Middelkoop, lid van de Eerste Kamer voor de ChristenUnie, die prof.<br />
dr. G.C. den Hertog verving omdat deze door ziekte verhinderd was. Het was een zinvolle, opbouwende<br />
conferentie, waarop later in dit verslag ook nog teruggekomen wordt.