24.07.2013 Views

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

344<br />

3. dat enkele broeders uit onze kerken hun bijdrage geleverd hebben aan het tot stand komen van de<br />

NBV;<br />

4. dat het Nederlands Bijbelgenootschap deze nieuwe vertaling de kerken aanbiedt;<br />

5. dat er binnen onze kerken tot dusver geen deputaatschap is dat de generale synode van advies kan<br />

dienen inzake het al of niet gebruiken van de NBV;<br />

6. dat steeds meer kerkleden, met name jongeren te kennen geven dat zij de standaardvertalingen<br />

Statenvertaling en Vertaling 1951 qua taal en stijl moeilijk te begrijpen vinden;<br />

7. dat er kerken zijn in ons kerkverband die reeds gebruik maken van deze NBV, ook tijdens erediensten;<br />

overwegend<br />

1. dat elke nieuwe vertaling uiteenlopende, zowel positieve als negatieve reacties oproept en dat dit met<br />

betrekking tot de NBV niet anders is;<br />

2. dat de NBV zich aandient als een vertaling die onder andere brontekstgetrouw en doeltaalgericht wil<br />

zijn;<br />

3. dat de kerkenraden gediend zijn met een gefundeerd oordeel inzake de NBV;<br />

4. de wijze waarop de generale synode van 1992 de brief van het Nederlands Bijbelgenootschap inzake<br />

de ‘Vertaling-2000’ beantwoord heeft (art. 255 Acta 1992);<br />

5. het feit dat er na 1992 geen enkel offi cieel verzoek uit de kerken gekomen is om een ‘commissie van<br />

onderzoek’ in te stellen met het oog op een eventueel vrijgeven van de NBV;<br />

6. dat gezien de gang van zaken met de Nieuwe Vertaling van de generale synode een oordeel verwacht<br />

mag worden over een nieuwe vertaling;<br />

7. dat de totstandkoming van de NBV weliswaar een breed draagvlak gevonden heeft in de Nederlandse<br />

samenleving, doch niet in het geheel van de gereformeerde gezindte;<br />

van oordeel<br />

1. dat het niet gewenst is dat binnen gemeenten sprake is van een toenemend gebruik van een parafraserende<br />

vertaling;<br />

2. dat de kerken gediend zijn met een gefundeerd oordeel alvorens een vertaling kan worden vrijgegeven<br />

binnen de kerken;<br />

3. dat de kerken die blijkbaar reeds enkele jaren het verlangen hebben deze NBV te gaan gebruiken zich<br />

hadden dienen te realiseren langs welke kerkelijke weg dat verlangen mogelijkerwijs gerealiseerd zou<br />

kunnen worden;<br />

4. dat daarom van de generale synode niet verwacht mag worden dat ze een ontwikkeling die zich toch<br />

reeds heeft ingezet zonder gefundeerd oordeel nu reeds sanctioneert;<br />

5. dat het daarom alleszins billijk is om de kerken te verzoeken de NBV nog niet in de erediensten te<br />

gebruiken zolang er geen gefundeerd oordeel ligt vanuit de kerken;<br />

besluit<br />

1. een commissie/deputaatschap in te stellen dat de kerken dient met een gefundeerd voorstel inzake<br />

het gebruik van de NBV in de kerken;<br />

2. dit deputaatschap de opdracht te geven om:<br />

a. alle kerkenraden aan te schrijven om voor 31 december 2005 hun op- en aanmerkingen bij de NBV<br />

aan dit deputaatschap te zenden;<br />

b. deze reacties zodanig te verwerken dat inzicht verkregen wordt in de wijze waarop de NBV binnen<br />

onze kerken ontvangen wordt en hoe deze beoordeeld wordt door de kerken;<br />

c. op grond van deze reacties – en meewegend de vele reacties die vanuit de breedte van de kerken<br />

van de gereformeerde gezindte gegeven zijn – te komen tot een voorstel van besluit inzake de<br />

NBV;<br />

3. de kerken te verzoeken om:<br />

a. hangende het onderzoek door het deputaatschap in de erediensten geen gebruik te maken van de<br />

NBV;<br />

b. hun medewerking te verlenen aan het door het deputaatschap in te stellen onderzoek.<br />

Minderheidsrapport commissie 3<br />

inzake instructies met betrekking tot de Nieuwe Bijbelvertaling<br />

M.J. Kater, rapporteur,<br />

mede namens de commissieleden<br />

M. Boone, M.N. den Harder en A. van der Weerd<br />

Een zaak van de kerken<br />

Evenals de andere leden van uw commissie zijn ook wij de mening toegedaan dat het gebruik van een<br />

bijbelvertaling een zaak van de kerken is. Het ligt op de weg van de generale synode zich te bezinnen op<br />

de vraag of de Nieuwe Bijbelvertaling kan worden vrijgegeven voor gebruik in onze erediensten (zie de<br />

instructie van de particuliere synode van het Noorden).<br />

Eveneens is naar onze gedachte het instellen van een studiedeputaatschap een goede zaak. Dit deputaatschap<br />

zal zich een oordeel moeten vormen over de vertaalprincipes die ten grondslag liggen aan de<br />

nieuwe bijbelvertaling. Het zal deze principes moeten beoordelen in het licht van de huidige inzichten van<br />

de taal- en bijbelwetenschap. Bovendien kan het deputaatschap reacties vanuit de kerken verzamelen en<br />

zich daarover een oordeel vormen. Op deze wijze kan het deputaatschap de generale synode dienen met<br />

een gefundeerd voorstel inzake het gebruik van de NBV in de kerken.<br />

De ideale situatie zou zijn dat het deputaatschap zijn werk zou kunnen doen, de kerken geen gebruik<br />

maken van de NBV en daarna tot een gezamenlijke uitspraak komen over het gebruik daarvan.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!