24.07.2013 Views

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

331<br />

De andere twee klachten betroffen een confl ict tussen een klager en een kerkenraad en waren gericht<br />

tegen besluiten van de kerkenraad in zijn geheel. Tegen deze besluiten kan beroep worden ingesteld bij<br />

de classis.<br />

Werkwijze van de commissie<br />

Indien de commissie van mening is dat een klacht ontvankelijk is, wordt besloten welke leden deel zullen<br />

nemen aan het persoonlijk horen van betrokkenen ter zitting. In beginsel zijn dit de voorzitter of de plaatsvervangend<br />

voorzitter, de secretaris of de plaatsvervangend secretaris en een lid.<br />

Om de objectiviteit zoveel mogelijk te waarborgen nemen leden, uit de regio van de particuliere synode(s)<br />

waaruit klager en aangeklaagde afkomstig zijn, geen deel aan het horen ter zitting en aan de besluitvorming<br />

over de al dan niet gegrondheid van de klacht. Klager en aangeklaagde ontvangen de door de ander<br />

overgelegde stukken en worden geïnformeerd over de werkwijze van de commissie en de mogelijkheid<br />

een vertrouwenspersoon in te schakelen.<br />

Ze ontvangen vervolgens een uitnodiging om ter zitting gehoord te worden. Dit gebeurt in eerste instantie<br />

na elkaar en daarna indien nodig en mogelijk ook in elkaars aanwezigheid.<br />

Van de zitting wordt een schriftelijk verslag gemaakt, bestemd voor partijen en de commissie.<br />

Plaats van hoorzitting<br />

Voor de plaats van het horen wordt gezocht naar een neutrale omgeving om te voorkomen dat in grotere<br />

kring bekend wordt dat een klacht behandeld wordt.<br />

Wel of niet gegrond<br />

Klager moet zelf bewijs leveren voor het door hem aangevoerde grensoverschrijdend gedrag door aangeklaagde.<br />

Dit kan ook door middel van getuigen.<br />

Aangeklaagde zal indien klager meer informatie aandraagt dan alleen het eigen verhaal niet kunnen volstaan<br />

met een ontkenning, maar aannemelijk moeten maken, dat hij ten onrechte beschuldigd wordt. Ook<br />

het zonder meer niet verschijnen betekent in dat geval niet dat de klacht daarom niet gegrond verklaard<br />

zou kunnen worden.<br />

Een impasse doet zich voor indien er alleen een aanklacht van klager is en een ontkenning van aangeklaagde.<br />

De klacht zal dan ongegrond verklaard moeten worden hoewel het mogelijk is dat klager terecht<br />

klaagt.<br />

Afhandeling klacht<br />

Op grond van de overgelegde stukken en het verslag van de zitting doet de commissie zo spoedig mogelijk,<br />

doch uiterlijk zes weken na de laatste hoorzitting, uitspraak over de gegrondheid van de klacht.<br />

Dit vraagt een uitvoerig overleg. Gezien de gevoeligheid van de materie voor alle betrokkenen moet een<br />

zorgvuldige afweging gemaakt worden bij het nemen en het formuleren van het besluit en in geval van<br />

gegrond verklaring ook van de adviezen aan de kerkenraad. De adviezen dienen zoveel mogelijk aan te<br />

sluiten bij de kerkorde.<br />

Natraject<br />

De adviezen aan de kerkenraad zijn niet vrijblijvend en de beslissing van de kerkenraad is aan een termijn<br />

gebonden (vier weken).<br />

Het komt voor dat een reactie uitblijft. De commissie houdt dat zelf in de gaten, maar wordt om die reden<br />

soms ook weer benaderd door klager, hetgeen extra bemoeienis oplevert.<br />

Het komt ook voor dat een kerkenraad alvorens tot een beslissing te komen, in een gesprek met de commissie,<br />

toelichting wil hebben op het commissiebesluit en de daaraan verbonden adviezen. Gezien de<br />

hiervoor genoemde termijn legt dat ook een druk op de commissie.<br />

Aandachtspunten:<br />

1. Alleen indien sprake is van een kerkelijke gezagsrelatie kan bij de commissie geklaagd worden. Dus<br />

bijvoorbeeld niet in geval van incest of in geval van een ongewenste relatie tussen twee gemeenteleden.<br />

2. In de praktijk blijkt het voor te komen dat een kerkenraad zelf erg diep op een klacht ingaat voordat<br />

deze bij de commissie neergelegd wordt (bijv. door klager). Dit kan tot gevolg hebben dat een klacht<br />

uit het zicht raakt, bijvoorbeeld wanneer de aangeklaagde na een bekentenis daar later op terug komt<br />

en de kerkenraad dan niet weet hoe hij daar mee om moet gaan. Het instellen van de klachtencommissie<br />

was juist bedoeld om te voorkomen dat klachten niet tot hun recht zouden komen.<br />

3. Na het uitbrengen van een advies aan de betrokken kerkenraad wordt soms erg lang gewacht voordat<br />

tot actie overgegaan wordt. Dit maakt de zaak gecompliceerder doordat degene die geklaagd heeft<br />

en wiens klacht door de commissie (gedeeltelijk) gegrond verklaard werd, alsnog elders verhaal gaat<br />

zoeken (bijv. bij de politie of andere instellingen).Voor de commissie kan dit betekenen dat er ook in dit<br />

geval na de advisering toch nog bemoeienis (nodig) is in de vorm van overleg met de kerkenraad.<br />

4. Een kerkenraad moet zich bij de besluitvorming realiseren dat grensoverschrijdend gedrag vanuit een<br />

gezagspositie, indien vastgesteld, altijd zal leiden tot gegrond verklaring van de klacht, ongeacht de<br />

rol die klager daarbij heeft gehad (bijvoorbeeld uitlokkend of passief). De opstelling van klager zal wel<br />

verschil kunnen maken voor de begeleiding van klager.<br />

5. Een bijzonder probleem doet zich voor indien er behalve een gezagspositie tevens sprake is van een<br />

werkgeversrelatie.De kerkenraad moet zich dan realiseren dat via de klachtencommissie wellicht nog<br />

sprake kan zijn van herstel van de relatie inclusief de werkverhouding, terwijl het entameren van een<br />

ontslagprocedure zal leiden tot verharding van de standpunten en ontkenning van de klacht. Bij de<br />

afweging welk spoor gevolgd zal worden is van belang hoe ernstig het misbruik ingeschat moet worden.<br />

6. Het (tijdig) voorleggen van een klacht aan de commissie is van belang voor een objectieve besluitvorming<br />

en kan ernstige onrust (mede door partijvorming) in de gemeente voorkomen.<br />

III Contacten met andere instellingen<br />

a. Overleg met SMPR (SoW) op 25 juni 2002, uitwisseling klachtenprocedures. Onderwerpen: wie moet<br />

bewijs leveren; verschoningsrecht; contactpersonen (eigen taak in procedure Geref. synodaal). Het

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!