ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
187<br />
11. Plenair kritiekcollege: de bespreking van preekvoorstellen in plenair verband is mede gericht op aspecten<br />
als persoonlijkheid, presentatie, uitstraling van de predicator, etc.<br />
12. Cursus Ede: de cursus Ede omvat via zelfreflectie mede persoonsvormende elementen met het oog<br />
op vergadertechniek, organisatie en conflicthantering.<br />
Uit dit traject moge duidelijk zijn dat hoogleraren en curatorium in nauwe onderlinge samenwerking willen<br />
werken aan een kader, waarbinnen de ontwikkeling van de aan hen toevertrouwde studenten op een<br />
goede wijze kan plaatsvinden, in de hoop dat dit mag bijdragen tot een vorming die hen helpt om t.z.t. op<br />
een goede wijze een plaats in Gods Koninkrijk in te nemen.<br />
4.5. Een commissie van beroep<br />
Het curatorium heeft met name in de afgelopen jaren verschillende keren een pijnlijke beslissing moeten<br />
nemen m.b.t. sommige admissiale studenten. Het heeft zich daarbij gerealiseerd dat het voorkomt dat de<br />
betrokken student het met deze beslissing niet eens is. In feite is er dan geen reële beroepsmogelijkheid:<br />
het curatorium is als deputaatschap verantwoording schuldig van zijn handelingen aan de generale synode,<br />
maar deze kan moeilijk als beroepsinstantie gekenmerkt worden. Daarvoor komt zij te incidenteel<br />
bijeen.<br />
Er is daarom gedacht aan de oprichting van een commissie van beroep, die uitspraken van het curatorium<br />
toetst, samenhangend met beslissingen rond admissiale studenten. Daarbij is binnen het curatorium<br />
gedacht aan<br />
1. de verlening van het preekconsent;<br />
2. de verlenging van het preekconsent;<br />
3. de ontneming van de admissiale status;<br />
4. de beroepbaarstelling.<br />
Het indienen van een beroep dient te geschieden uiterlijk een maand nadat een beslissing ter kennis is<br />
gebracht van de student; een afschrift van het beroep dient aan het curatorium gezonden te worden (naar<br />
analogie van de regels bij art. 31 KO).<br />
Deze beroepscommissie zou door de generale synode ingesteld dienen te worden, en zou kunnen bestaan<br />
uit<br />
– een predikant die een ruim vertrouwen in de kerken geniet en niet betrokken is bij de arbeid van het<br />
curatorium;<br />
– een broeder met ambtelijke ervaring;<br />
– een jurist.<br />
De generale synode draagt deze commissie op te zorgen voor een rooster van aftreden, zó, dat bij iedere<br />
generale synode één lid aftreedt (eventueel met uitzondering van de eerste keer dat de commissie<br />
benoemd wordt). De leden van de commissie van beroep hebben dus maximaal negen jaar zitting (vgl.<br />
art. 50 lid 15 K.O.).<br />
Naar de gedachte van het curatorium zal de uitspraak van de commissie in voorkomende gevallen bindend<br />
zijn. Wel is er de mogelijkheid zowel voor het curatorium als voor de erbij betrokken student om bij<br />
de generale synode te melden dat men het niet eens is met een gedane uitspraak. De commissie rapporteert<br />
overigens slechts in globale zin aan de synode.<br />
5. De Universiteit en de kerken<br />
5.1. De Schooldag<br />
Naar analogie van de gang van zaken in 2000 werd in 2001 opnieuw een Schooldag georganiseerd met<br />
een centraal hoofdprogramma in de ochtendbijeenkomst (in de bekende Grote Kerk), gevolgd door een<br />
drietal deelprogramma’s (in diezelfde kerk én in de Barnabaskerk én in het schoolgebouw aan het Wilhelminapark).<br />
Bij uitzondering was de Schooldag vroeg: 9 juni 2001. Het thema, dat als ‘rode draad’ door<br />
alle onderdelen heen liep, luidde: Gereformeerde theologie in de branding. Het thema werd ’s morgens<br />
ingeleid door ds. P. den Butter. Het werd als volgt in de deelprogramma’s uitgewerkt:<br />
– ‘Schrappen in de Schrift?’, ingeleid door prof.dr. T.M. Hofman en drs. H. de Bruijne;<br />
– ‘De verkiezing verworpen’, ingeleid door prof.dr. J.W. Maris en ds. J. Van Amstel;<br />
– ‘De kerk in discussie’, ingeleid door prof.dr. H.J. Selderhuis en ds. J. Westerink.<br />
In de middagprogramma’s was er voor de aanwezigen ruim gelegenheid tot het stellen van vragen, te<br />
beantwoorden door een daartoe samengesteld forum. In de Grote Kerk werd een iets andere gedragslijn<br />
gevolgd. Evaluatie van het gebeuren in 2000 had geleerd dat een aantal Schooldagbezoekers geen behoefte<br />
heeft aan deze vorm van ‘actie en reactie’. Om hen van dienst te zijn werd in de Grote Kerk meer<br />
een traditionele middagbijeenkomst gehouden, zij het wel met gelegenheid tot het stellen van vragen aan<br />
de beide inleiders. Opnieuw werd in 2001 gelegenheid geboden om na afloop schriftelijk opmerkingen te<br />
maken over de vorm van het gebodene. Er kwamen daarbij enkele brieven bij het curatorium binnen. Met<br />
allen die op déze wijze reageerden nam het curatorium persoonlijk contact op.<br />
Het vrouwencomité overhandigde de bibliothecaris, prof.dr. J.W. Maris, twee cheques, met een gezamenlijke<br />
waarde van ƒ 145.000,–.<br />
In 2002 luidde het centrale thema: Christen zijn naar alle kant.... Het thema werd ’s morgens ingeleid<br />
door ds. J. Plantinga, onder de titel: ‘Ben je wel christen?’. Het werd als volgt in de deelprogramma’s<br />
uitgewerkt:<br />
– ‘De wet van God in het leven van een christen’, ingeleid door prof.dr. G.C. den Hertog;<br />
– ‘Christen zonder topervaring’, ingeleid door prof.dr. H.J. Selderhuis.