ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
304<br />
onze kerken hebben met een ruim hart en innerlijke vreugde het werk van God in deze beide initiatieven<br />
erkend en beseft dat hier voor ons belangrijke lessen uit te leren zijn. Nu we drie jaar verder zijn kunnen<br />
we verschillende dingen leren uit deze twee situaties.<br />
2.4. Almere, De Wegwijzer<br />
De verdere ontwikkelingen in Almere laten zien dat het nog niet zo eenvoudig is voor een zendingsgemeente<br />
om in een gevestigd kerkverband een plek met wat ruimte te krijgen. We komen daar later nog<br />
op terug en vermelden hier slechts dat het voor een op zichzelf staande, niet uit het missionair werk van<br />
een bestaande Christelijke Gereformeerde Kerk voortgekomen groep gelovigen blijkbaar niet meevalt<br />
om aansluiting te vinden. In Almere kon geen overeenstemming bereikt worden tussen ‘De Wegwijzer’<br />
en de plaatselijke samenwerkingsgemeente CGK/NGK. ‘De Wegwijzer’ kon zich niet beroepen op een<br />
meerdere vergadering en is uiteindelijk een eigen, zelfstandige weg gegaan. Velen hebben dat als een<br />
verlies en een gemiste kans ervaren.<br />
2.5. Rotterdam, ICF<br />
De ICF in Rotterdam heeft wel een kerkelijke status gekregen. Zij is op 15 november 2002 door de classis<br />
Rotterdam geaccepteerd als ‘anderstalige wijkgemeente’ van de CGK Rotterdam-Charlois. Daarbij is<br />
gebruik gemaakt van bijlage 52 van de kerkorde over de grote stadskerken. De classis heeft een ‘tijdelijke<br />
regeling’ goedgekeurd, die aan de zendingsgemeente ruimte geeft om met enkele kerkordelijke bepalingen<br />
om te gaan op een wijze die past bij haar specifi eke situatie (de ‘tijdelijke regeling’ is als bijlage bij dit<br />
rapport gevoegd). Het gaat met name om het bij uitzondering toelaten van binnen- en buitenlandse predikanten<br />
uit andere kerken van gereformeerde belijdenis tot het voorgaan in de diensten, het houden van<br />
één dienst per zondag en het zingen (naast de psalmen) van liederen die door de kerkenraad op bijbels<br />
gehalte zijn getoetst. De ICF heeft een kerkenraad van 4 ouderlingen en 3 diakenen. Bijna de helft van de<br />
ambtsdragers is allochtoon. De voorganger, drs. Th. Visser, heeft van de classis volgens art. 3 K.O. het<br />
recht gekregen om een stichtelijk woord te spreken. De sacramenten worden steeds door christelijk-gereformeerde<br />
predikanten bediend. De gemeente vindt het jammer dat dit vanwege de kerkorde niet door<br />
de eigen voorganger kan gebeuren.<br />
De gemeente is in de periode 2001-<strong>2004</strong> gegroeid van 20 naar ca. 140 leden en doopleden en het bezoekersaantal<br />
bij de zondagse dienst van 60 naar ongeveer 200. Van de leden is 50% Nederlands, 13%<br />
komt uit Afrika, 18% uit China, 14% uit het Midden-Oosten en 15% uit andere delen van de wereld (met<br />
name Oost-Europa en Amerika). Bijna 20% van de leden is afkomstig uit overwegend islamitische landen.<br />
Kortom: een multiculturele gemeente die groeit en in de stad een teken is van Gods verenigende liefde<br />
en genade.<br />
Wat de kerkordelijke inbedding betreft: nadat de classis Rotterdam haar goedkeuring had gegeven aan<br />
een KAZ-constructie, waarbij de Christelijke Gereformeerde Kerk van Rotterdam-Charlois bestond uit<br />
twee wijkgemeenten, een Nederlandstalige en een anderstalige, is de Nederlandstalige wijkgemeente<br />
helaas per 17 december 2003 opgeheven door gebrek aan leden, ambtsdragers en toekomstperspectief.<br />
Vanaf dat moment is de anderstalige wijkgemeente de voortzetting van de Christelijke Gereformeerde<br />
Kerk van Rotterdam-Charlois. In afwachting van nadere synodale regelingen staat een commissie van<br />
begeleiding vanuit de classis de kerkenraad terzijde bij enkele aangelegen punten waar in het verleden<br />
de KAZ in meedacht.<br />
2.6. Andere initiatieven<br />
Niet alleen deze twee situaties doen zich voor. In de drie jaren na de synode van 2001 zijn ook op andere<br />
plaatsen in het land hoopgevende initiatieven ontplooid. Op verschillende plaatsen slagen gemeenten<br />
erin om in de verkondiging van het evangelie een brug te slaan naar de onkerkelijk medemens.<br />
Zonder volledig te zijn noemen we initiatieven in Amsterdam-Centrum, Deventer en Zwolle. De kerkenraad<br />
van Amsterdam-Centrum heeft aan haar predikant de opdracht gegeven om zich naast het werk in<br />
de gemeente in te zetten voor gemeentestichting. In Deventer is besloten om over te gaan tot gemeentestichting<br />
in de wijk ‘De Vijfhoek’ volgens het ‘dochterkerkmodel’. In Zwolle wordt iedere zondag een<br />
zgn. ‘Ontmoetingsdienst’ gehouden, die o.a. door veel mensen van hun Alphagroepen wordt bezocht. Op<br />
andere plaatsen zijn vergelijkbare initiatieven in voorbereiding.<br />
Duidelijk is dat denken over gemeentestichting en de positie van zendingsgemeenten steeds belangrijker<br />
wordt. We moet niet alleen zoeken naar een passende oplossing voor de knelpunten die we in 2001<br />
zagen. We moeten ook anticiperen op missionaire initiatieven, die in de toekomst steeds vaker genomen<br />
zullen worden.<br />
2.7. Conclusie<br />
Zendingsgemeenten, uit recente missionaire arbeid ontstane gemeenten die zich ook zelf wijden aan<br />
missionaire arbeid, zijn een verschijnsel waar we niet omheen kunnen. Ze bieden nieuwe missionaire<br />
mogelijkheden in onze ontkerkelijkte samenleving.<br />
2.8. Opdracht<br />
We dienen na te gaan of er vanuit de bijbel en de belijdenis een solide basis is om ruimte te geven aan<br />
zendingsgemeenten. Waar de Geest de kerken leidt en de Schrift wegen opent, kunnen wij volgen.<br />
Hoofdstuk 3: Bijbel, confessie en kerkorde over zendingsgemeenten<br />
3.1. Prototype: Antiochië<br />
De situatie waarin onze kerken nu verkeren is uniek vanwege Gods doorgaande werk. Om die reden zullen<br />
we in de bijbel geen exact gelijke situatie aantreffen. Dat wil niet zeggen dat we geen richtlijnen voor ons<br />
handelen nu kunnen vinden. Integendeel: in het Nieuwe Testament komen tal van situaties voor die gelijke<br />
trekken vertonen, waaruit we principes kunnen afl eiden die in <strong>2004</strong> nog richtinggevend zijn.