24.07.2013 Views

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

ACTA 2004 blz. 173-347.pdf - Kerkrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

296<br />

een liefdevolle houding. De Christelijke gemeente hoeft haar boodschap en haar identiteit niet te verloochenen<br />

om gastvrij te zijn. Het is juist een uitdaging van formaat om onze gereformeerde belijndheid te<br />

combineren met de bijbelse gastvrijheid. Heldere woorden en warme daden zijn vanuit de bijbel, vanuit<br />

het voorbeeld van onze Heiland en de eerste gemeenten, een enorm vruchtbare combinatie. Als gastheer<br />

zijn we erg belangrijk. Treffend zegt Henri Nouwen: ‘Een huis zonder gastheer is een spookhuis’. 4<br />

1.2.e. Drie niveaus van gastvrijheid<br />

Bij het motto ‘Naar een gastvrije kerk’ zullen veel lezers direct aan de kerkdienst op zondag denken. Dat<br />

is maar een onderdeel. We onderscheiden bij het begrip gastvrijheid drie niveaus.<br />

– gastvrije gezinnen<br />

De gemeente bestaat uit leden die allemaal ergens wonen. Echte gastvrijheid begint daar waar je<br />

woont. Het zou dus geweldig zijn als de gezinnen van de gemeente hun deuren meer open stellen<br />

voor niet-kerkelijken. Als onze mensen meer relaties aanknopen met anders gezinden. Dan ontstaan<br />

er relaties die betekenis hebben en wordt naar we hopen echte interesse opgewekt voor het geloof.<br />

Hier ontdekken buitenstaanders de essentie van christelijk leven. Vanuit die huiselijke gastvrijheid kan<br />

op natuurlijke wijze ook doorgroei plaatsvinden naar de volgende twee vormen:<br />

– gastvrije groepen<br />

In veel gemeenten bestaan al bijbelgespreksgroepen. Het is erg belangrijk dat er nu ook zulke groepen<br />

komen die vooral uit niet-kerkelijken bestaan. Zij kunnen onder leiding van gelovigen de waarde<br />

van de van de Bijbel gaan ontdekken. De nieuw ontwikkelde Emmauscursus en Bijbelcursus spelen<br />

in op de behoefte aan materiaal voor zulke gastvrije groepen. In deze groepen kunnen de mensen<br />

een stukje gemeenschap ervaren en op natuurlijke wijze ingewijd worden in de hoofdzaken van het<br />

geloof.<br />

– gastvrije gemeenten<br />

Op allerlei manieren komen onze gemeenten in contact met niet-kerkelijken. Soms via rouw- en<br />

trouwdiensten, soms doordat leden een kennis meenemen. Soms doordat vanuit een bijbelcursus of<br />

Alfagroep interesse in kerkdiensten is ontstaan. Op dat punt is het van groot belang dat de gemeente<br />

gastvrij is. Die gastvrijheid krijgt gestalte in de houding van de mensen ten opzichte van de nieuwelingen,<br />

in de wijze waarop mensen worden welkom geheten, voorgelicht over de dienst, opgevangen<br />

worden na de dienst. Maar ook in de mate van verstaanbaarheid van de preek en het al of niet gebruiken<br />

van specifi eke kerktaal en codes. Bij gastvrijheid in de gemeente spelen vele factoren een rol.<br />

Per gemeente zal het enorm kunnen verschillen waar men speerpunten legt. De ene gemeente wil veel<br />

investeren in ontmoetingsdiensten, de ander gemeente kiest er voor om vooral gastvrijheid in de gezinnen<br />

en de persoonlijke missionaire betrokkenheid van de leden te stimuleren. Een andere gemeente zal<br />

juist het werken met groepen willen aanpakken.<br />

Ideaal gezien moet aan alle drie de velden aandacht worden gegeven, zodat de niet-kerkelijken op alle<br />

niveaus ontdekken dat ze te doen hebben met een gastvrije gemeenschap die werkelijk het hart voor<br />

hen opent.<br />

1.3 Missie<br />

Vanuit de spits van gastvrijheid formuleren we als missie en opdracht van het deputaatschap: ‘Door<br />

bezinning en begeleiding willen we gemeenten stimuleren tot meer openheid en gastvrijheid, opdat meer<br />

niet-kerkelijken onze Heere Jezus Christus leren kennen en zich bij de kerk voegen.’<br />

We lichten de diverse onderdelen van onze missie hieronder toe:<br />

1.3.a. Kerntaak: stimuleren<br />

‘…gemeenten stimuleren tot meer openheid…’<br />

Het Deputaatschap heeft een dienende taak. Onze kerkorde heeft vastgesteld dat evangelisatiewerk<br />

primair de taak is van de plaatselijke gemeente (Bijlage 16, artikel 3). De taak van het deputaatschap<br />

evangelisatie wordt in diezelfde regeling uiteengezet in de volgende taakvelden:<br />

a. bezinning op het wezen en de methoden van evangelisatie;<br />

b. opwekken, adviseren en voorlichten van kerkenraden en classes;<br />

c. adviseren en instrueren van werkers;<br />

d. toerusting van gemeenteleden tot persoonlijk getuigenis verzorgen/stimuleren;<br />

e. evangeliserende en toerustende lectuur verzorgen;<br />

f. fi nanciële steun geven waar de kosten eigen krachten te boven gaan;<br />

g. bijstaan bij inzet van evangelisatiewerkers in gemeenten.<br />

En voor de sectie beleid grootstedelijke gebieden komt daar nog bij:<br />

h. steunen van gemeenten met problemen in de grote steden ;<br />

i. een missionair diaconaal project ontwikkelen;<br />

j. stichten van nieuwe gemeenten te begeleiden;<br />

k. specifi eke deskundigheid ontwikkelen;<br />

l. kerken toerusten op gebied van stadszending.<br />

De hoofdlijn is dus dat de deputaten de plaatselijke gemeenten zo goed mogelijk ondersteunen bij het<br />

uitvoeren van hun taken.<br />

1.3.b. Wie stimuleren we?<br />

‘…willen we gemeenten stimuleren tot…’<br />

Het evangelisatiewerk is primair een taak van de gemeenten. De realiteit gebiedt ons te erkennen dat<br />

ons kerkgenootschap een rijke diversiteit aan gemeenten omvat. Al die verschillende gemeenten wil het<br />

deputaatschap graag dienen. De verschillen uiten zich op allerlei manieren, die allemaal van invloed zijn<br />

op het evangelisatiewerk.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!